Nieuwe Goesche Courant, Christelijk-historisch voor Zeeland. 1881. Donderdag 10 November. A'0. 826. BINNENLAND. MET ZUIDEN Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag avond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen P^ijs per drie maanden francof 1,50. Enkele nommers- 0,05. UITGAVE VAN P. G. WIJTMAN, te Middelhuig en «fed. A. C. DE JONGE, le Goes. Prijs der Advertentiën: Per regel 10 ets.; Familie-berichten van 16 regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents. Liefdegaven 6 cents per regel. De Voorzitter der Tweede Kamer gaf Maan dag jl. kennis van de ontvangst der mededee- ling dat Jhr. J. L. de Jonge ontslag nam als lid vau de Tweede Kamer. De parlementaire loopbaan van onzen afge vaardigde Jhr. de Jonge is hiermee vermoede lijk afgesloten, en bij dit heengaan past ons allereerst een woord van dank aan den Leen- gaande. Het is vrij algemeen bekend dat het man daat door Jhr. de Jonge in 1875 aanvaard, door hem allerminst geweuscht was. Zoo ooit een stroom van minachting en verwijting over •de anti-revolutionairen is uitgegoten, dan zeker wel iu den zomer van 1875, toen het district Middelburg aan zijn verleden sinds 1848 on trouw, een anti-revolutionair in plaats van den toen in „liberale" kringen zoo gevierden mr. Tak van Poortvliet naar de Kamer zond. Niet het minste deel van die minachting was voor den gekozene, die bovendien een aanzienlijken en gewenschten werkkring vaarwel zeggen moest, en voortaan verplicht zijn zou een groot deel van het jaar buiten zijne woon plaats en verwijderd van den huiselijken kring door te brengen. Dit weinig aantrekkelijke werd door Jhr. de Jonge om des beginsels wil aanvaard. Hij ver vulde zijn mandaat, ook toen de kiezers hem vier jaren later opnieuw afvaardigden op eene wijze die iedereen bekend zijn kan, op eene wijze die getuigt niet alleen van persoonlijke opoffering, maar ook van trouw aan het een maal door hem omhelsde beginsel. Zonder aar zelen schaarde hij zich in de Kamer, zoowel als in zijn privaatleven, aan de zijde van de secfce die overal tegengesproken wordt." Met een gevoel van dankbaarheid, maar niet minder van leedwezen zien de anti-revolutionairen in het district Middelburg hun vertegenwoordiger heengaan. Zijn geachte naam zijti beginsel vastheid zijn cordaatheid zijn ijver voor de hoogere belangen der natie, deden ons in hem een gewenscht volksvertegenwoordiger waardeeren, terwijl deze bekende eigenschappen zelfs den tegenstander eerbied afdwongen. Moge onzen gewezen afgevaardigde het ge noegen bereid zijn dat zijn zetel ingenomen wordt door een man van zijne beginselen, eer lijk en trouw als hij Het district Middelburg, waar de krachten der beide partijen zoo na aan elkander gelijk zijn, zal weldra tot eene verkiezing worden opgeroepen. En we ontveinzen ons niet dat bij de aanstaande verkiezing meer dan gewone krachtsinspanning van de anti-revolutionairen zal gevorderd worden, indien ze hun candidaat er brengen willen. Met Jhr. de Jonge waren we in zeldzaam gunstige positie.Met hemden man, die een geachten Zeeuwsched naam draagt, den man die in onderscheidene betrekkingen onze provincie, onze waterschapsbesturen, onze ge meenten had gediend, den man die als mensch en christen algemeen bekend en geacht was, met hem hadden we veel voor dat ons nu ontvalt. Toch, personen wisselen maar beginselen blijven, en nu reeds roepen we onze bondge- nooten in het gehsele district op, om, als bin nen weinige dagen de kiesvereenigingen worden bijeengeroepen, handen aan 't werk te slaau, opdat wij althans in ons gemoed overtuigd zijn onzen plicht te hebben gedaan. Er is in den laatsten tijd hier en daar over den vermoedelijk te stellen candidaat van onze zijde geschreven en gesproken. Over het aanhouden van het mandaat door Jhr. de Jonge zijn als naar gewoonte, minder vleiende aanmer kingen gemaakt. De publieke zaak worde ook in dit opzicht publiek behandeld. Al spoedig nadat jhr. de Jonge bepaald had zijn mandaat nog dit jaar nêer te leggen werd de aandacht gevestigd op Prof. B. J. Gratama, een sinds jaren erkend antirevolutionair, en bovendien een man die door zijne bekwaamheden, zelfs volgens liberale dagbladen, een sieraad voor de Volksvertegen woordiging zijn zou. Door het bestuur werd een vrij langdurige correspondentie met ZEd. gevoerd, die, aanvankelijk hoop op goeden uit slag gevende, eindigde met de erkenning van beide zijden, dat het aanvaarden van een man voor Prof. Gratama op 't oogenblik onmogelijk was. Jhr. de Jonge was op verzoek van het be stuur zoo welwillend nog korten tijd te blijven, totdat het bestuur van Nederland en Oranje" eenstemmig van meening was aan de leden der Kiesvereeningen in den persoon van mr. P. C. 't Hooft, Advocaat en procureur te 's Hertogen bosch, een man te kunnen aanbevelen, die aan onze beginselen getrouw, tevens bekwaam en bereid is om den zetel door Jhr. de Jonge opengelaten in te nemen. Dinsdag zal, naar we vernemen, de Kies- vereenigiug Nederland en Oranje" met de bestuursleden der in ons district bestaande Kiesvereenigingen vergaderen ten einde defini tief een candidaat te stellen. Be Tweede Kamer zal morgen te beslissen hebben over een verzoek van den heer van Houten om eene interpellatie te mogen doen naar aanlei ding van het bericht in de dagbladen, volgens hetwelk door de Regeering eene beschikking zou zijn genomen omtrent de eodsquaestie te Assen. Hij herinnerde daarbij, dat hij bij de vroegere beraadslagingen over dit onderwerp het wenschelijke had betoogd, dat deze zaak in de Kamer tot eene practische uitkomst zou leiden. Volgens hem is door de beslissing, door de Regeering genomen, de hoop gebleken ijdel te zijn, dat de handelingen van de Regeering niet in over^nstem- ming zouden wezen met wat van Regeringswege omtrent dit vraagstuk was aangekondigd. Op het standpunt van hen, die van oordeel zijn, dat door de interpretatie van Art. 88 der Grondwet aan de groote beginselen van staatsbeleid, in de Grondwet gehuldigd, afbreuk wordt gedaan, heeft de heer van Houten ge meend, de eerste bijeenkomst van deze Kamer te moeten aangrijpen, om dit onderwerp weder aan de orde te stellen. Baar het hig gold een zaak van algemeen belang, was hij van oordeel, dat men geen petitionne- «v- ment van den betrokken persoon moest afwachten, maar dat door eene interpellatie de quaestie tot eene op lossing moest worden gebracht Door de heeren Gratama en Borgesius is bij het afdeelingsonderzoek der begrooting van Justitie eene nota overgelegd ten einde wijziging in de jachtwet te brengen. Zij wenschen dat voortaan ieder op eigen grond over het wild vrij zal mogen beschikken, dat een ver gunningsrecht van f 10 van iederen jager zal worden, gevorderd dat het eigendomsrecht zal beschermd en voor de veiligheid zorg gedragen zal worden. Ter bepleiting van hun voorstel wijzen zij er op dat de jachtwet nadeehg voor den landbouw is, en onzede lijkheid werkt, daar de thans bestaande wet als mis drijf straft wat het niet is. Het comité belast met de uitvoering der internatio nale koloniale tentoonstelling, iu 1883 te Amsterdam te houden, bericht aan het Handelsblad dat de Fransehe en Spaansche regeeringen hunne medewerking aau do genoemde tentoonstelling hebben toegezegd, dat dus de voorwaarden, waarop de gemeente Amsterdam hare terreinen beeft beschikbaar gesteld, is vervuld, en mitsdien de ontworpen expositie zal doorgaan. Dct vergaan van de Koning Nederlanden. der Blijkens een door de Directie der Maatschappij Nederland ontvangen telegram uit Galle zijn 27 op varenden van de Koning der Nederlandenwaaronder eene vrouw, te Dondra aan de Zuidpunt van Ceylon aangebracht. De opgave der namen van de geredde personen vrordt spoedig verwacht. De beer C. Drooglever Fortuijn 1ste officier aan boord van de Koninq der Nederlanden en mede opge nomen door de Wyberton heeft van dg treurige ramp aan Directeuren der Stoomvaart-maatschappij Nederland te Amsterdam het volgende rapport gezonden Den 4den October 11. waren wij stoomende ouder vrij gunstige omstandigheden, flauwe zuidwestelijke koelte met hooge Z.O. deining, hoewel niet hinderlijk voor de machine. Des avonds ten 8 uur 45 min. begon eensklaps de machine vreeselijk snel te draaien.

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1881 | | pagina 1