Nieuwe Goesche Courant,
Christelijk-historisch blad voor Zeeland.
iet teling ter verkiezing.
1881.
Donderdag 26 Mei.
N°. 733.
HET ZUIDEN.
Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag
avond ten 3 ure, behalve op Christelijke feestdagen
■ijs per drie maanden francof 1,50.
- 0,05.
PW.
Enkele nommers
UITGAVK VAN
P. G. WIJTMAN, ie
EN
Wed. A. C. DE JONGE, te Goes.
Prijs der Advertentiën:
Per regel 10 ets.; Familie-berichten van 1-
ƒ1,Iedere regel meer 15 cents.
Liefdegaven 6 cents per
Nog slechts drie weken scheiden ons van
eeuen o. i. zeer gewichtigen dag. Vaa den dag
waarop, neen, niet Nederland, maar Neêrlands'
kiesgerechtigden uitspraak moeten doen over
den geest en de richting, waarin zij wenschen
dat ons dierbaar Vaderland zal geregeerd worden.
Immers in de Tweede Kamer, die voor de
helft moet aftreden, worden de wetten des Lands
ingediend, besproken, gewijzigd, verworpen of
aangenomen; zelfs kunnen de leden dezer Kamer
voorstellen om de reeds aangenoraene, maar
slecht werkende wetten in te trekken, door
andere te v<* van gen of te verbeteren. Haar
invloed is metterdaad grootZonder haar kan
de Regeering zoo goed als niets doen. Doch
daar de Regeering in overleg en met goedvin
den van genoemde Kamer het gebied harer
wetgeving steeds verder uitbreid; daar zij dat
telkens en telkens uitbreid ten koste van het
particulier initiatief en de persoonlijke vrijheid
daar zij dat uitbreid, maar de ingezetenen door
bestendig hoogere lasten het gelach laat betalen;
en daarenboven de meerdere macht, die zij
door die uitbreiding verkrijgt, in den geest van
het godverzakend ongeloof aanwendt, zoo wordt
de verkiezing van de leden dier Kamer .van
steeds hooger belang.
Het getal der leden, dat tegen die machts
uitbreiding en die machtsaanwending zoo krach
tig getuigt en zoo gedurig zijne stem uitbrengt,
behoort versterkt te worden
Dusver kon het niet meer doen dan het deed,
wijl het in de minderheid is.
Telkens en telkens werd het ondanks zijn
krachtig optreden en ter zake dienende rede
voeringen door de meerderheid, die of niet of
met blijkbaar ongeduld naar de mannen van
dit getal luistert, overstemt.
Aan bekwame mannen ontbreekt het anders
onze kleine groep in de Kamer niet.
FJtGUILLHlTON.
der Prov.
Delft op 21 April jl.
V.
Ds. Buitendijk nog eens van hulponderwijzeressen
sprekende, zegt de toestand der vrouw is thans
anders dan die in 't paradijs. In 't oude Testament
treden soms vrouwen in de plaats der mannen, zie
slechts Debora. Ook in het N. T. lezen wij van pro-
fetesseu. Ik ben wel wat voor emancipatie. De heer
Meijer heeft gezegd, dat de vrouw een hulpe voor den
man zou zijn, maar er zijn zooveel vrouwen, die geen
man hebben en er nooit een zullen krijgen ook. De
referent heeft het tot nu toe ook zonder
n. En, daar nu onder de vrouwen uit-
Doch wat baat zulks als de tegenstanders de
meerderheid uitmaken en onze woordvoerders
letterlijk doodzwijgen, wanneer dezen gelijk
nog bij de interpellatie van onzen De Jonge
het geval was de zwakke zijde, het prac-
tisch-onmogelijke en in wezen huichelachtige
hunner wetgeving en wetsuitvoering aan den
dag leggen.
Wordt hun getal niet versterkt, dan kunnen
zij met den besten wil, zoolang bij onze vreemd
soortige liberalen macht vóór en boven recht
gaat, niet anders dan getuigen; dan zich afmatten
zonder practisch resultaatdan lusten geven
lasten dan de ontevredenheid aanhooren
dergenen, die van hen verlangen wat zij, over
stemd als ze worden, niet bewerken kunnen.
Bij vroeger vergeleken, hebben we waarlijk
over den ernst van hun optreden niet te kla
gen zij spreken zonder de Regeering te ver-
scboonen of de meerderheid te ontzien onbe
wimpeld, met woorden voor geen tweeërlei
uitlegging vatbaar, uit, wat in het volk omgaat,
wat de kiezers die hen afvaardigen denken en
spreken. Ons dunkt, dat we reden hebben om
ten deze te vrede te zijn. Immers hoe geheel
anders was dat voor nog slechts ettelijke jaren.
Welk eene gaping, welk een onderscheid be
merkte men toen geduriglyk tusschen, ons volk
achter, onzen kring uit de kiezers en de
heeren door laatstgenoemde afgevaardigd
Ach, wat waren »de heeren" menigmaal
soetsappig hoe slecht vertolkten zij hetgeen
voor en bij hunne afvaardiging was uitgespro
ken niet zelden waren zij oorzaak dat men
zeide 't is niet waard dat we er voor naar
de stembus gaan."* Als het er op aankwam
lieten zij hunne en onze corypheeën, lieten zij
onzen onvergetelijken Groen v. Prinsterer,menig
maal alleen staan. Hoe geheel anders, hoeveel beter
gaat dat tegenwoordig Er is in afzonderlijke
samenkomsten onderling overlegin bet open
baar debat steunen zij elkander; en in gewich
tige oogenblikken treedt zelfs één in naam van
nemende talenten zijn, dunkt mij mogen zij die wel
ten nutte besteden. Gaarne had hij pedagogische be
wijzen, dat de vrouw niet als onderwijzeres kan op
treden. Tot ded heer Fabius zeg ik Mag ik een kind
van een ongeloovigen vader weigeren Men heeft
soms ongeloovigen, bij wie een diepe grond van
overtuiging ligt. Tijdens het volkspetitionnement
vroeg mij iemand Waarom ben je niet bij mij ge
weest met de lijst? Wel, zeide ik, al wat godsdienst
is, is u geheel onverschilligik dacht bij u niet te
moeten zijn. Zeker, zeide hij, ik ben wat onverschillig,
maar als 't er op aan komt, kies ik een school met
den Bijbel, en was er hier zulk een school, ik zond
er mijne kinderen heen.
De heer Smelik uit 's Hage gelooft dat de heer
Meijer de hulpe der vrouw wat te sterk gekleurd
allen op. En wie hunne redevoeringen, in den
jongsten tijd zoo nu en dan gehouden, gele
zen heeft, zal het zoo even aangehaalde niet
meer zeggen; maar met ons overtuigd zijn, dat
we al het mogelijke doen moeten om het getal
dier mannen te versterken.
De gelegenheid daartoe hebben wij ook in
het zuiden, in den kring waarin ons Blad meer
of minder gelezen wordt. In de vier districten
toch, die wij thans onwillekeurig op het oog
hebben, treden tegenstanders afin het district
Middelburg de heer van Eek, in het Goessche
de heer Bredius, in het Zierikzeesche de heer van
Kerkwijk, in dat van Zevenbergen de heer van
de Werk.
Doch we weten, dat een enkele onzer lezers
^ns de opmerking maken zal, dat de weerklank
in de Kamer op het gebied van het welbekende
art. 168 nog al te wenschen overlaatdat, m.
a. w., door onze Kamerleden de noodzakelijkheid,
om dat artikel te wijzigen in de richting der
scheiding van Kerk en Staat, niet aangetoond
en bepleit wordt, zoo als dat buiten de Kamer
wel geschiedt.
Het onmogelijke om met de Regeering en
met de Kamers, die wij thans hebben de grond
wet in onzen geest gewijzigd te krijgen zullen
we daartegen maar niet aanvoeren wijl men
ons terstond zou kunnen tegenwerpen, dat,
toen men met Groen van Prinsterer aan het
hoofd zoo eendrachtig en zoo krachtig aandrong
op wijziging van art. 194, daarvoor nog veel
minder kans van slagen bestond. Slechts dit willen
we in herinnering brengen, dat, wanneer de
anti-revolutionairen in de Kamer het ten deze
niet in elk opzicht eens zijn, zij juist wêergeven
wat bij hunne geestverwanten buiten de
Kamer het geval is.
Ja, dat is het geval bij de Hervormden en
bij de Christelyk-Gereformeerden. Bij de laatst
genoemden was dat zoo van de dagen der Af
scheiding" af. We weten, dat de een ter
verkrijging van vrijheid afstand deed van de
heeft. In de vroegere maatschappij werden ook vrouwen
gebruikt. De Bijbel spreekt van vrouwen tot apothe
keressen maken, een bewijs, dat die er waren. Mag
een vrouw in den kring van haar huisgezin onder
wijzen, dan ook op de school. Er zijn echter ook,
pedagogische bezwaren. Als de klas te groot is, dan'
wordt ze mandan krijgt ze iets onnatuurlijksvoor
een kleine klas is een onderwijzeres best te gebruiken.
Ds. Kuilman van Delft zegtWaar moeten de kin
deren van ongeloovige ouders dan blijven, als de
deuren der Christelijk schooi voor hen moeten gesloten
worden? Worden daarvoor zendingscholea opgericht
dan is 't goed, doch vooreerst zal dat niet gebeuren».
Neen, de Christelijke moet te gelijk zendingschool
zijn. Er mag niet boven de deur der Christelijke
school geschreven zijn Het brood der kinderen worde
den konden niet gegevenmaar Laat de kinderkfflt
tot Mij komen 1