Nieuwe Goesche Courant,
Christelijk-historisch blad voor Zeeland.
!«8i.
Zaterdag 26 Februari.
N\ 718.
HET ZUIDEN,
Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag
avond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen
Pvijs per drie maanden francof 1,50.
Enkele nommers- 0,05.
UITGAVE VAN
P. G. WIJTMAN, te Middelburg
en
Wed. A. C. DE JONGE, te Goes.
Prijs der Advertentiën:
Per regel 10 ets.; Familie-berichten van 1—6
ƒ1,Iedere regel meer 15 cents.
Liefdegaven 6 cents per regel.
GEMEENTE-BESTUUR
Lijst van niet-schoolgaande
kinderen.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter openbare kennis, dat de lijst der kinderen
boven de zes en beneden de twaalf jaren, die zich op
1 Januari van het loopende jaar in de gemeente
bevonden, en niet voorkomen op de staten der kinderen
die de openbare en bijzondere scholen van lager
onderwijs bezoeken, door hen is opgemaakt en ter
secretarie voor een ieder ter lezing zal liggen gedurende
de maand Maart op eiken werkdag van des voormiddags
9 tot des namiddags 2 ure.
Goes, den 22 Februari 1881.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. G. DE WITT HAMER.
De Sercetaris,
H A R T M AN.
Annexatie can de ergste soort.
In ons artikel, getiteld: overeenkomst",
namen we althans ééne zaak niet diep genoeg
op. En wijl dit tot min juiste gevolgtrekkingen
zou kunnen aanleiding geven, zoo komen we
daarop nog even terug, 't Is de annexatie, die
in Nederland plaats heeft, en die mede door
twee onzer vroegere medestanders wordt door
gezet en ten uitvoer gelegd, welke wij >een
annexatie van de beursnoemden en 't is ten
gevolge van deze uitdrukking, dat men zou kun
nen gezegd hebben, dat de annexatie hier en
in dé Transvaal dus ook niet zooveel over
eenkomst" heeft, m. a. w., dat die in Nederland
weinig heeft te beteekenen tegenover die welke
men in Engeland durft te bestaan,
Den Boeren toch kost de annexatie hun zelf
standig volksbestaan in het land dat zij bewo
nen en ons slechts de beurs.
Nu, de annexatie der beurs is waarlijk niet
zoo gering te achten. Hier op aarde kan men
zonder geld o, zoo weinig uitvoeren. Om scho
len te stichten en te onderhouden, om de kerk
van Jezus Christus te bouwen kan men zelfs
het geld niet missen. Vele duizenden die niets
of bijna niets in de beurs hebben, zijn reeds
dientengevolge verplicht hunne kinderen aan
het gevaar te wagen van door de bijna uitslui
tend moderne staatsschool voor de moderne leer
en levensbeschouwing te worden geannexeerd.
Wat meester zegt toch gaat er o, zoo diep in.
En dat het onzen tegenstanders daarom eigen
lijk te doen is, is bekend.
We weten immers, dat de mannen van »Het
Nut", die de school wet wijziging op touw gezet
en doorgedreven hebben, zooals wij ze onder
Kappeyne verkregen, publiek en onverholen
hebben uitgesproken, dat het hun vóór alles te
doen is om de kinderen, om Neêrlands toe
komstige burgers in hun geest op te voeden
en te onderwazen. En daarmede is dan ook
erkend geworden wat Mr. Groen van Prinsterer
en anderen al vóór jaren hebben beweerd, na
melijk, dat de godsdienstquaestie aan de school-
quaestie ten grondslag ligt. En al is het waar
dat de Nutsmannen nog niet alles verkregen wat
zij wenschten; waar, dat Zeelands tegenwoordige
Inspecteur zijn reeks van amendementen in den
zak moest steken, toch weet iedereen en stemt,
dunkt me, elk toe, dat de schoolwetwijziging ge
heel in hun geest, geheel in de richting is die
zij willen en voorstaan, dat is, in die van het
ongeloof. Mitsdien beoogt en heeft de annexa
tie in Nederland tengevolge de vervreemding
der kinderen van den meest gewijden grond,
van den heiligen bodem der Goddelijke schrif
ten. Het moderne christendom, het christendom
boven geloofsverdeeldheid moet, naar deD toeleg
der zoogen. liberalen, de kinderen en alzoo de
toekomst hebben.
Deze annexatie nu is, in plaats van een
weinig beteekenende, naar het ons voorkomt
de diepst ingrijpende, de meest stoute, de God-
onteerendste die er onder den hemel bestaat.
Zij komt neer op een terugvoeren der kin
deren en alzoo der Natie naar de beginselen
van het wijsgeerige Heidendom.
Van de bron des lichts, des levens, der vreugde
en der zaligheid wil men de Natie der toekomst
vervreemden. Naar de ons heilige leer der
Schriften komt die toeleg, kort en goed, neer
op een annexeeren voor satan en eeuwig verderf.
Immers, waar de ware kennisse Gods zoek
raakt, wordt het volk ontbloot en gaat het
volk verloren.
De middelen nu, waardoor men de bedoelde
annexatie bewerkstelligt en ten deze tot ver
wezenlijking tracht te brengen, zijn in het al
gemeen de volgende
I. De opvoeding en het onderwijs worden
gegeven door den gemoderniseerden of, wat het
zelfde is, door den geliberaliseerden Staat. M. a.
w., de school staat rechtstreeks ónder en gaat
uit van den Staat. Hij zelf zorgt voor voldoend
lager jnderwijs in den zin, waarin art. 194 der
grondwet nu eenmaal uitgelegd is.
II. Het onderwijs in de Staatsschool gegeven
moet neutraal zijn, d. w. z., mag niet krenken
de godsdienstige gevoelens van andersdenken
den, moet dus in zake den godsdienst wezen
een onderwijs boven geloofsverdeeldheid.
De bijbelsche leer van zonde en genade, de
leer des verbonds, zooals die in het doopsfor-
mulier ontwikkeld, bij den christelijken doop
beaamd en waaromtrent bij die gelegenheid eene
plechtige belofte afgelegd wordt, moet er dus
naar de wet verzwegen, dat in de practyk neer
komt, tenminste bij het christendom boven ge
loofsverdeeldheid moet er verloochend wor
den, wijl er het vage begrip van den God van
»den braven Hendrik" moet worden geleerd.
III. Daarbij komt nu, a dat de Staatsschool
van binnen en van buiten, wat gebouwen en
leermiddelen betreft, zoo prachtig en doelmatig
mogelijk moet worden ingericht. Ze moet de
scholen nit eigen beurs de loef afsteken en hare
concurrentie onmogelijk maken.
b. Dat het onderwijzend personeel zóo talrijk
moet worden, dat de hoofdonderwijzers er
mee verlegen raken, zoodoende kost ze veel
geld, beschikken wij, liberalen! over de onder
wijskrachten, geven aan een klein tal leerlingen
een onderwijzer, en laten dies de bijzondere
school ook weer in dit opzicht ver, zeer ver
achter ons staan.
c. Dat het zoo goedkoop mogelijk zijn moet,
het moet o, zoo ver beneden den prijs staan,
dien bet kost, liefst voor rijken en armen voor
niemendal.
Het kolossale te kort voor dorp en stad en
land nu moet gemeenschappelijk betaald
worden.
Yoor de penningen die zij, welke hunne
kinderen niet willen laten moderniseeren, dan
nog overhouden, kunnen ze een onder wijs
geven, waarvan, natuurlijk, alleen ettelijke ge
goeden kunnen gebruik maken, tenzij dezen
nog al eens in den zak tasten en ook betalen
voor de armen die christelijk onderwijs begeeren.
Dat nu heeten de liberalen vrijheid
Dat is hunne gelijkheid en broederschap
d. Dat voor het onderwijzend personeel op kos
ten van iedereen kweekscholen worden opge
richt. Natuurlijk, moet dat personeel gevoed
worden met de vage beginselen van het Chris
tendom boven geloofsverdeeldheid. Het moet
dus pasklaar gemaakt worden voor de begeerde
school.
En ziet, dan keeren de liberalen de rollen om en
zeggen neutraal, 't is zoo, is onmogelijk; maar
dat is ook nimmer de bedoeling der wet geweest.
Tot alle christelijke (natuurlijk modern-chris
telijke) en maatschappelijke deugden moeten de
onderwijzers de kinderen opleiden.
En om te sarren, of om den schijn van liberaliteit
te redden zullen wy, liberalen! dan zéggen: op
den onderwijzer komt bet aan, naar bij is, zal
het onderwijs wezen't is waar, hij stort lang
zamerhand zijn geest over op de kinderen;
daarom gij, christelijk-historischengij hebt het
niet by het goede eind aangepakt, uw strijd
was domgy hadt, weet ge, moeten bedacht
zijn op de vorming en opleiding der onderwij.