Nieuwe Goesche Courant,
Christelijk-historisch blad voor Zeeland
/.alerdag id Januari.
BINNENLAND.
I
i\°. 700.
HET ZUIDEN,
Vers ch ij lit eiken Maandag, vVoensdag en Vrijdag
avond ten S ure, behalve op Christelijke feestdagen
per drie. Maanden francot 1,50.
Enkele 0,05.
Uitgever
P. W IJT M AN,
TE
MIDDELBURG.
Prijs der Advertentiën:
Per regel 10 ets.; Familie-berichten van 18
regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents.
Liefdegaven 6 cents per regel.
Goes 13 Januari. De aangekondigde lezing van
Ds. H. Pi-rson over het Christelijk Onderwijs, had
gistereii in de Hcrv. Kerk voor een talrijke schare
belangstellenden plaats. Na het zingen vau Psalm 25
2 en een kort gebed, schetste de geachte spreker de
groote vluctit die hei Christel ijk Onderwijs in dezen
tijd genomen had. Van liberale zijde wordi heel
weinig meer over de onderwijskwestie gesproken;
achtte men het vroeger noodig, in het belang van het
onderwijs openbare lezingen te houden, thans schijnt
dit geheel overbodig en meent men dat seaert* 1878
de kwestie voor goed uit is. Het schijnbare nadeel in
1878 door de nieuwe onderwijswet ons berokkeud, is
feitelijk een voordeel, wan' eerst toenis ons volk
wakker geschud en heeft het zich meer dan ooit de
bevordering van het Christelijk onderwijs ten taak
gesieUl Met kracht en energie is er sedert dien tijd
aan de instandhouding en oprichting van Christelijke
scholen gearbeid, en heeft men met overtuiging des
harten he\ we k Gods voor de loekomst ter hand ge
nomen. De geschiedenis der Christelijke School, doet
ons deuken aan de geschiedenis van ons vaderland,
aan een 80-jarigen blo^digen strijd ter verkrijging
van recht en vrijheid. Werden in 1568 onze vaders
voor ketters, oproermakers, paria's de maatschappij
uitgemaakt, in 1609 dus slechis 41 jaar later begon
men te onderhandelen met dat volk, en nog 39 jaar
later werd met dat zelfde volk een contract ge
sloten. Men begon dus te begrijpen, dat het een
volk was waar wel degelijk rekening mee moest ge
houden worden. De toestand is thans ongeveer dezelfde,
Er is een tijd geweest dat weinig of niets werd
gedaan aan en voor het christelijk onderwijs, zelfs
ten tijde vau rar. Groen van Prinsterer, toen hij zijn
mandaat als volksvertegenwoordiger neerlegde, omdat
de schoolwet van 1857 werd aangenomen, stond hij
in zijn protest, trots de tegenwoordigheid van
rijne zoogenaamde medestanders alleen. Van libe
rale zijde nog niet tevreden heeft men in 1878 een
nog veel scherper voor het christelijk onderwijs vee!
nadeeliger wet weten tot stand te brengen, en toen?
Neen niet alleen de anti-revolutionaire kamerleden,
kwamen tegen die wet op, maar toen 's Koning0
handteekening werd gevraagd, smeekten meer dan
300.000 Nederlanders, Sire hecht aan zulk een wet
nooit uwe koninklijke goedkeuring. Men moge, zooals
gebeurd is, op dat volkspetitionnement smalen, het
beginsel, meerdere kennis van en grooter liefde
voor het christelijk onderwijs heeft allerwege en in
steeds toenemende mate wortel geschoten. En al mocht
al OD3 smeeken en verzoeken niets baten, toch blijfi
ons volk niet slechts door het verleenen van handtee-
keningen, maar ook met daden loonen, dat de bevorde
ring, bestendiging en uitbreiding van het christelijk
onderwijs hun waarachtig ernst is.
Het komt mij voor, vervolgde spreker, dat
lo. door het Christelijk onderwijs de vrijheden des
volks worden gewaarborgd.
2o. het neutraal onderwijs eene hinderpaal is voor
ware volksontwikkeling.
3o. door het neutraal onderwijs de hoogste belangen
des menschen worden miskend, door de ver
scheidene Godsdienstige meeuing geen recht te
laten wedervaren.
4o. Ondermijnt de neutrale school de Christelijke
zedeleer.
Wij kunnen slechts aanstippen.
Spreker ontzegde den Staat het recht om te school
meesteren, want wie is dien Staat Die Staat is de
Minister van Binnenlandsche Zaken met eenige zijner
ambtenaren, die eenvoudig de bevelen geven overeen
komstig welke ieder o: derw jzer zich heeft, te gedra
gen. Hoe is bet toch ter wereld mogelijk dat de
Heeren in den Haag met de behoeften van iedere plaats
zoodanig op de hoogte zijn dat ze een in ieder opzicht
doelmatig voorschrift kunnen geven? In de allereerste
plaais moet gewerkt worden op de afschaffing van
verplichte examens Een groote flater heeft de liberale
panij gemaakt door in de wet van 1878 op te nemen,
dat wanneer voor zekere school een lees- of leerboek
wordt afgekeurd, dat boek dan ook voor andere scho
len geheel onbruikbaar is. Kan bijv. eeu boek dat
nu juist te 's Hertogenbosch niet geschikt is, in
Goes geen diöust doen of omgekeerd. Past men
die afkeuringsrnaatregel toe dan krijgt men in
het vervolg fl .uwe, hartelooze leesboeken waarvan
spreker een voorbeeld te 's Hertogenbosch heeft gezien.
Uit alles ziet men, dat men, buiten het geloof om
redeneerende, 'u den regel al heel domme dingen doet.
Ware volksontwikkeling kan evenmin worden aange
kweekt, waar de onderwijzer genoodzaakt is, de va-
derlandsche geschiedenis verminkt voor te stellen. En
hoe is het met de natuurkunde Alles is, zoo heet
het in de geleerde wereld, aan natuurweiten onderwor
pen, maar spreker kende geen andere voor de natuur
geldende wet, dan de uitspraak van Christus „de
haren uwes hoofds zijn allen geteld." Schandelijk
worden de onderscheidene Godsdienstige meeningen
miskend, daar door de wet van 1878 alleen eene
zekere zich noemende liberale partij wordt gebaat,
terwijl de hoogste belangen des volks worden ver
onachtzaamd, en de Staat zich ten levensdoel heeft
gesteld om het hoofd vol te proppen met allerlei zoo
genaamde wetenschap, ten einde God en zijn dienst
geheel overbodig en de Bijbel totaal onmogelijk te
maken.
Na het zingen van Psalm 89 7 gaf de spreker
aan voor- of tegenstanders tot het maken van op- of
aanmerkingen de gelegenheid.
Het eerst maakte daarvan gebruik jhr. M. J. de
Mareos van Swindereu. ZE. scheen zeer opgewon
den en zenuwachtig, en begon met den uitroep, de
liberale partij is bereid recht te doen recht doen, en
gepleegd onrecht herstellen, dat heeft de liberale partij in
hare banier geschreven. Op het gebied van het onderwijs
is echter geen onrecht gepleegd, de tegenwoordige
regeling is d5 eenig goede. In geen geval mag aan
de kerk het ouderwijs worden toevertrouwd. De kerk
haat de wetenschap en is daarvoor steeds de grootste
struikelblok geweest. De liberalen daarentegen brengen
de uitspraak van Jezus in practnk „Hebt elkauder
hartelijk lief". De groote onverdraagzaamheid door de
kerk gekweekt spreekt zich duidelijk uit, in de ver
volging en ter doodbrenging van onderscheidene we
tenschappelijke en voorbeeldige mannen alsNesto-
rius, Pelagius, Ciryllus, Jezus, Luther, Calvijn, Hoo-
gerbeets, van Oldeubarneveld, Hugo de Groot, Spi
noza enz. waarin de geestelijkheid steeds de groot
ste rol heeft gespeeld. Noch op paedagogiseh, noch op
wetenschappelijk gebied kan der kerk het onderwijs
worden toevertrouwd. Alléén de liberalen willen ge
wetensvrijheid handhaven. De onderwijskwestie is een
voudig een dubbelijeskwestie. Voor het godsdienston
derwijs is speling gelaten, en de predikanten kunnen
zich daarmee belasten, terwijl volgens spreker de Bij
bel totaal ongeschikt was om een kind in handen te
geven. Voor het. gebruik van den Bijbel op de school
kan hij geen woorden genoeg van afkeuring vinden.
Spreker hecht aan dat boek weinir waarde, en merkte
J zoo ter loops op dat hij atheist ié.
Ds. Pierson merkte op, dat de heer van Swinderen
deed uitkomen atheist te zijn, en wenschte te weten
of hij als zoodanig heeft gesproken en moet beant
woord worden, of dat hij eenvoudig als verdediger
der liberale beginselen was opgetreden. Op het
laatste antwoordde de heer v. S. toestemmend.
De heer Pierson antwoordde daarop dat door den heer
v. S. de Roomsch Catholieke niet genoeg van de Pro-
testantsche kerk was onderscheiden. De Roomschegeeste
lijkheid had voorzeker, tot vervolging en veroordeeling
van vele door de heer v. S. genoemde personen mede
gewerkt, maar dat behoorde niet op rekening der pro
testanten te worden geschreven. Hij acht het echter
niet billijk voor al die gruwelen de kerk aansprake-
kelijk te stellen, terwijl hij eveneens onbillijk zoo
achten de liberale partij ter verantwoording te roepen
over al de wandaden van Napoleon en van de Commune.
Jezus is niet door de Kerk ter dood gebracht maar
door de Parizeen, die veel overeeukorast hebben
met de modernen onzer «lagen en de Saduceen
die wetenschappelijke en geleerde mannen heb
ben den dood van onzen Heiland bewerkt. Die
zelfde Jezus zegt ons „uit het hart (dat van
nature boos, en zonder het ware geloof zeker
boo9 is) komen voort doodslagen." De li
beralen kunnen geen gewetensvrijheid handhaven, wijl
gewetenloosheid de eeuige weg is waar het liberalisme
noodwendig toe leidt. Men wil neutrale menschen
vormen, maar dat is nu eenmaal onmogelijk; evenmin
als ge een boom zonder naam hebt, zijn of kunnen
er neutrale menschen gevormd worden. Dat de onder»
wijs-kwestie een dubbeltjes-kwestie is, volkomen waar,
maar waarom dulden de liberalen dat daarover zoo
lang en breed wordt gesproken, ze willen toch niet dat
wij klakkeloos zullen zwijgen, wanneer ons geld wordt
gevraagd voor iets waar we volstrekt niet mee te maken
willen hebben. Aan U, zet spreker, de eer om de
dubbeltjes-kwestie op te lossen door eenvoudig te be
talen voor Uw eigen onderwijs en niet op onzen zak
te leven. Het is Uw zaak Uw kind overeenkom
stig Uwe overtuiging te laten onderwijzen, maar het
is mijn zaak, daartegen te protesteeren wanueer
het gaat op onze kosten. Acht de heer v. S. het
niet doelmatig den Bijbel het kind in handen te geven,
Ds Pierson kende daarentegen geen nuttiger en dierbaar»
der boek, terwijl hij daarbij opmerkte niet ;e ver
langen, den Bijbel op de School, maar een School met
den Bijbel, een school waar m. a. w. den geest des
Bijbels, aan alles ten grondslag ligt.
Na nog een korte re- en dupliek die ongeveer op
het vorige neerkomt, werd nog het woord gevraagd
en verkregen door den heer Johs L. van der Puauwert»
ZE. zou niet in discussie treden, hij had slechts een
grief en een voorstel, de grief is ons geheel ontsnapt.
Het voorstel was, om daar het veel makkelijker was
om te spreken dan voor de vuist te debatteren, de
gegevens van de voordracht vanDs. Pierson te krijgen,
dan zou hij daar laten tegenover Ds. Pierson eene
tegenlezing over houden. Ds. Pierson betuigde zijne
erkentelijkheid voor de welwillendheid vau beide
sprekers die hem tot debat hadden aanleiding gegeven.
Voor den laatsten spreker verklaarde hij zich in het
vervolg gaarne bereid, doch kon nu geene gegevens
van zijn voordracht overhandigen, wijl hij geïmpro
viseerd had. Dr. van Gheel Gildetneester betuigde
zijne hartelijken dank aan Ds. Pierson voor het ge
sprokene, terwijl hij met belangstelling de debatten
had gevolgd, jammer vond spreker het dat de School
niet beter van de onderwijs-kwestie is onderscheiden^
de tijd ontbrak daar wel toe, maar breedere beschou
wing van Punt 4 had de kwestie misschien op ee$
zuiverder terrein gebracht.