BINNENLAND. TTUrrnxror - ^PPD VO mr 7 n Q/~> TTT> t t-"" Vuld door den heer Viëtor, ten slotte met 22 tegen 15 stemmen werd aangenomen. De Amsterdamsche Bank, de heeren Jolles en Co., H. Oijens en Zonen, Wertheim en Gompertz en Wurfbain en Zoon, allen te Amsterdam, hadden zich bereid verklaard en solidair verbonden over te nemen eene 4 pet. leening der provincie Groningen, tot een bedrag van f 3,950,000 wordende de prijs van over name bepaald op 9 8335/iooa pet., zijnde negen honderd drie-en-tachtig gulden en vijf-en-tachtig cents per obligatie van duizend gulden. Daartoe is besloten. Zie, die heeren Jolles, Oijens, Wertheim, Wurfbain zijn geen kleine grossiers in geldzaken, en zij bieden voor eene 4 pets. leening van bijna vier millioen ruim 98£ pet. Dus is daaraan voor hen nog wat te verdienen. Waarom moet dan Middelburg leenen tegen 96 a 96£, zooals de Middelb. Ct. uitrekent? Wat het verwijt betreft, dat wij zonder ernst het cijfer f 3,900 als registratie-recht noemden, verwijzen wij naar de Middelb. Ct. van 16 November. Daaruit blijkt dat èn burgemeester en wethouders èn de heer Snijders op het regis tratie-kantoor naar die kosten zijn gaan vragen. De burgemeester kreeg ten antwoord 80 ct. en 38 opcenten, de heer Snijders 1 pet. en 38 opcenten. Blijkt nu dat de burgemeester het goede antwoord medebracht, dan trekken wij het door ons daaromtrent gezegde in, zonder op andere punten toe te geven. Wij geloofden den heer Snijders niet boven den burgemeester, maar geloofden dat het rijk, bij verschil van becijfe ring, niet met het minste tevreden zou zijn. Dat's zoo wat regel als er wat op te brengen is. Nu wij ons verantwoord hebben over het ernstige onzer meening, hebben we nog wat, waarover wij het met de Middelburgsche beter eens zullen zijn. Zij gelooft dat volteekening der 4 pets lee ning mogelijk ware geweest. Zij gelooft »dat het wenschelijk ware geweest dat den raadsleden wat meer tijd van beraad ware gelaten." Dat gelooven wij ook, er is met de zaak een loopje genomen, en daarop volgde een sprong in het duister, Hoorden de raadsleden spreken van eene schade, door den een op 60,000, door den an der op 90,000 gulden berekend, wij gelooven 't met de Middelburgsche »het moet den leden van den raad, welke het holle dezer cijfers niet aanstonds konden vatten, geduizeld hebben bij het hooren dier sommen." Maar evenzeer moet het hen geduizeld hebben bij den sprong in de voor hen even holle" annuïteits-leening bij 't Gemeentekrediet. Van al de raadsleden hebben er (buiten bur gemeester en wethouders) drie gecijferd: de heeren Fokker, Snijders en Tak. De tegenstanders der leeniug bij 't Gemeente- crediet wezen op schade. De heer Fokker op f 90,000, De heer Snijders op f 60,000. En de heer Tak, voorstander daarvan, wees ook op schade, want hij zeide dat het nieuwe plan zou gelijkstaan met eene leening tegen 4i pet., en de andereu ijverden voor het behou4 van 4 pet. Nu is het onzes inziens heel verkeerd in dui zelingwekkende vaart een met bedaarde zinnen aangenomen plan te veranderen. Waarom hebben de voorstemmers die wij voorstelden als door dik en dun met burgemeester en wethouders meê te gaan 't niet erkend dat het hun dui zelde? Waarom hebben zij niet gevraagd om eenig uitstel? Even als de Middelburgsche ge looven ook wij, dat er geen bepaald gevaar aan uitstel was verbonden. - Wij geven het aan de Middelburgsche echter niet geheel toe, dat het »eene kwestie van ge loot" zou zijn, of bij keuze tusschen twee plan nen het eene beter zal slagen dan het andere. Dat kan eene kwestie van geloof zijn, maar al leen dan, als er geen berekeningen te maken zijn, als er geen voorbeelden van vroeger zijn. Op 29 Oct. stonden alle raadsleden vast in 't zelfde geloof of naar liberaal" spraakge bruik beter gezegd in dezelfde overtuiging dat de leening a 4 pet. zou gelukken. Nu komt er in geldzaken wel geloof te pascrediet ver- leenen is niets anders dan geloof verleenen aan den schuldenaareen crediteur heet in het duitsch een gldubigerdat is letterlijk een geloovige omdat hij gelooft kapitaal en intrest op zijn tijd te zullen krijgen, maar wij, geloovigen, houden in zaken, waarin wij rekenplichtig zijn, meer van berekening dan van geloof. Het treft ons dat wy uit de Middelburgsche leeren, dat er in den Gemeenteraad eene geloo vige partij komt, bereid om zonder duidelijk inzicht en al duizelend" het dagelijksch bestuur te volgen, eene partij, zoo goed geloovig, dat zij zich bij gewichtige financieële aangelegen heden met minder voorbereiding" met een minimum van voorbereiding vergenoegt, en zich binnen 14 dagen als een riet laat heen en weder bewegen. Wij zien echter dat de partij van 't grondig onderzoek, hoe ook verrast door de overhaaste raadszitting, zich scherper en juister afbakent, en meenen dat de voorstelling, door de Mid delburgsche van de meerderheid der raadsleden gegeven, hen niet bijzonder beschermt tegen hetgeen zij noemt ons wapen van verdacht making*" De Eerste Kamer zal tot behandeling van het wet boek van strafrecht dezelfde wijze van werken als de Tweede Kamer volgen, Tot rapporteurs zijn benoemd de heeren Borsius, Van Akerlaken, Vos de Wael en Thooft. Voorzitter der commissie van rapporteurs is de heer Borsius. De Tweede Kamer zet nog steeds hare beschou wingen over den politieken toestand van ons land, bij wijze van algemeene beschouwingen over de Staatbegrooting voort. Het deficit (tekort) vormt na tuurlijk schering en inslag. Opmerkelijk en volkomen ter zake daaromtrent was het woord van Jhr. mr. Savornin Lohman, die met den heer Keuchenius tot nog toe het eenige lid der antirevolvtionaire partij was die zich in het debat mengde. Hij sprak Mijnheer de Voorzitter 1 De redevoeringen, tot dus verre in deze Kamer gehouden, zijn voor mij onge twijfeld zeer belangrijk en zeer leerrijk geweest. Ik heb daarin veel hooren spreken over ons deficit en over de oorzaken daarvan. Daar ik volstrekt geen financieele specialiteit ben, zal ik mij in dit debat niet mengen, maar ik wil toch niet ontkennen dat het mij verwonderd heeft, dat bij dat geheele debat één hoofd punt is over het hoofd gezien, namelijk, dat de begroo tingen in haar geheel beschouwd, eigenlijk niets anders zijn dan uitvoeringen van bestaande wetten, die wij zeiven gevoteerd hebben. Indien wij derhalve thans beginnen te klagen over te groote uitgaven, klagen wij eigenlijk ons zeiven, onze eigen handelingen aan. Vooral heeft het mij verwonderd dat bij de behan deling van die vraagstukken geheel gezwegen is van de geldverspilling, die ten aanzien van het onderwijs in zijne verschillende deelen plaats heeft. Zoolang wij, Mijne Heeren, om hooger onderwijs te geven, drie universiteiten hebben, en aan iedere uni versiteit 47 professoren, die de wet vordert, behalve nog eenige andere die de wet niet vordert; wanneer wij ten gevolge van Koninklijke besluiten gesteld wor den voor de vraag of wij voor het onderwijs in het Sanscriet niet jaarlijks eene sem van f 12,000 minstens zullen moeten uitgeven, een vak dat, indien ik wel ben ingelicht, vroeger misschien door één of twee jongelieden in den lame grondig bestudeerd werd, zoodat het bijna onmogelijk zal zijn thans drie profes soren, die dien naam waarlijk verdienen, daarvoor te vindenwanneer wij voorts nagaan wat met het mid delbaar onderwijs geschiedt, namelijk dat niet alleen de eene gemeente vóór en de andere na om geld komt onverschillig of de plaats groot of klein is, of het Meppel geldt, of Terneuzen of Utrecht, ten einde lioo- gerc burgerscholen op te richten, en dat zelfs rijke ge meenten ten behoeve van de opvoeding van de jonge dochters uit den gegoeden stand aan de Staatskas geld komen vragen, dan kan het toch niemand verwonde- ren dat die Staatskas leegloopt. En nu heb ik nog niets gezegd van het lager onder wijs. Of men het verbloemen wil of niet in de invoering daarvan zit eigenlijk de groote mGeielijkheid. Alleen toch voor het lager onderwijs wordt naar mijne berekening dit jaar 3l/2 millioen meer uitgegeven dan het vorige. Men roept mij toe 2'/a millioen Ik wil op een enkel millioen niet zien, maar het staat vast dat, zoo die som nog zoo hoog niet is, zij binnen korten tijd tot 31/-. millioen zal stijgen. Wanneer wij dus, in plaats van al die wetten te voteren, waarvan ten slotte het nut zeer problematiek is wetten waar mede zelfs de burgerstand niet is ingenomen, blijkens de menigvuldige klachten, uitgaande van de ouders over de opvoeding van hun eigen kinderen, in verband ook met de uitslag dèr examens onze bemoeiing met het onderwijs wat hadden ingekrompen, dan zoude de toestand thans geheel anders zijn. Vooral, en dat mag men niet uit het oog verliezen, omdat hetzelve voor veel minder geld verkrijgbaar is. Indien kunde niet anders kan verkregen worden dan door middel van zoo veel geld als wij nu betalen moeten, dan zouden wij wellicht zwijgen. Maar ieder die de zaak bestudeert, zal moeten erkennen dal, indien vrijheid van onderwijs regel werd, de scholen minder zouden kosten, terwijl het onderwijs minstens even goede vruchten zou opleveren. Zoo is het kort en duidelijk gezegd. Zoodanig woord maakt ellenlange redeneeringen overbodig. Door de commissie van rapporteurs over hoofdstuk Buitenlandsche Zaken zijn twee amendementen voor-? gesteld lo. om f 2200 te schrappen wegens de ver hooging der traktementen van het ambtenaarspersoneel aan het departement aangevraagd, aangezien door de voorgestelde drie nieuwe attachés aldaar de werk krachten van zelf versterkt zullen worden 2o. om de postgezantschappen met f30,u00 te verminderen voor de verhooging van de bezoldiging onzer diplo matieke vertegenwoordigers te Parijs, te Rome en te Konstantinopel en voor de bezoldigingen van secreta rissen van legatie te Rome en te Konstantinopel. De heer Keuchenius heeft, in betrekking tot de be* kende zaak van den zendeling Bieger en de vaccine in Indië de volgende motie voorgesteld, die later be handeld worden ,De Kamer, van oordeel dat de toelating van eene christen-zendeling tot de uitoefeuing van zijn dienstwerk in Nederlandsche-Indie niet behoort afhan kelijk gemaakt te worden van de gemoeds- of andere bezwaren, bij hem of derden tegen vaccinatie en re- vaccinatie bestaande, gaat over tot de orde van den dag.-» Te Middelburg is eeue commissie benoemd totvoorbe* reiding van oprichting eener ambachtsschool bestaande uit de heeren G. J. Will, P. Ragut en J. J. Wor. ell. De op hedeu door diakenen der Nederduitsche hei-? vormde gemeente alhier gehouden collecte heeft op gebracht f 2783,5ll/2- Ten vorige jare bedroeg de collecte, zonder nagekomen giften, f 2908,38. Goes. Afsluiting der Kasboeken en Restantenlijst bij de Coöperatieve Voorsehotvereenigingen Spaarbank te Goes, over de maand November. Ontvangsten Reservefonds. f 2695,80 Storting aandeel - 11457,46 Terugbetaling op schuldvor dering - 99574,87 Interessen daarvoor en ger. interest - 3858,94 Opgenomen gelden. - 69370,83 Onkosten. Gezamelijk bedrag. f 186957,90t Uitgaven Reservefonds f 7, Terugbetaalde aandeelen - 486,27 Verleende voorschotten. - 139964,75 Terugbetaalde interessen - 391,67" Terugbetaalde opgenomen gelden - 42927,363 Interessen van opgenomen gelden. - 227,26 Onkosten - 200,14 Gezamenlijk bedrag f 184204,46 Kas-saldo f 2753,44, Oostbiirg, 6 December. Tot leden van den Ge meenteraad alhier zijn gekozen de heeren N. Glinderman met 47 en A. J. de Smit met 56 stemmen. De heeren J. Wondergcm en J. van de Plassche verkregen 43 en 35 stemmen. Tn een Woensdagavond gehouden vergaderiug van het Werkliedenverbond Patrimonium, afd. Amsterdam, is besloten, een adres aan den Koning te zenden, met verzoek, het kiesrecht in dien zin te hervormen, dat, met inachtneming der noodige beperkingen, alge* meen stemrecht worde ingevoerd, met geheime stemming. De heeren Bruinsma, die reeds voor jaar en dag den strijd tegen kwakzalverij aanbonden, willen thans organiseeren. Zij stellen zich voor eene vereeniging te stichten en een maandblad uittegeven tot bestrijding van kwak* zalverij. Voor f 3 is men lid der Vereeniging voor f 1.25 ontvangt men het blad.

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1880 | | pagina 2