Nieuwe Goesche Courant, Christel ijk-historisch blad voor Zeeland. Dinsdag* 7 December. N\ 683. E I iNST. IET ZUIDEN, Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag avond teil 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen Prijs per drie maanden franco 1 CA Enkele nomniers f 1,50. - 0,05. Uitgever: I». WIJTMAN, TE MIDDBLB UttO-, Prijs der Advertenties: Per regel 10 ets.; Familie-berichten van 16 regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents. Liefdegaven 6 cents per regel. ftEM'E EN TE-BEST PÜR.- NATIONALE MILITIE. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES, gezien art. 15, 16, 17, 18, 19, 20, 21 en 24 der wet op de Nationale Militie, dd. 19 Augustus 1861, (Staatsblad no. 62) brengen bij deze vooi de EERSTE MAAL ter kennis der ingezetenen: dat het register van INSCHRIJVING VOOR DE NATIONALE MIL11IE dagelijks, gedurende de maand Januari (uitgenomen des Zondags) van des morgens 9 tot des namiddags 2 uren, ter secretarie der gemeente zal gereed liggen dat tot de inschrijving verplicht zijn alle mannelijke ingezetenen, die op den lsten Januari a. s. hun 19e jaar zullen ingetreden, en dus in het jaar 1862 geboren zijn, alsmede diegenen, welke na het intreden van hun 19e doch voor het volbx-engen van hun 20ste jaar ingezetenen zijn geworden dat, volgens art. 15, voor ingezeten wordt gehouden lo. hij, wiens vader, of, is deze overleden, wiens moeder, of, zijn beiden overleden, wiens voogd ingezeten is, volgens de wet van 2S Juli 1850 (Staatsblad no. 44); 2o. hij, die, geen ouders of voogd hebbende, gedurende de laatste aan-het in de eerste zinsnede van dit ar tikel vermelde tijdstip voorafgaande, achttien maanden in Nederland verblijf hield 3o. hij, van wiens ouders de langstlevende ingezetene was, al is zijn voogd geen ingezeten, mits hij bin nen het rijk verblijf houdt. Voor ingezeten wordt niet gehouden de vreemdeling behoorende tot eenen staat, waar de Nederlander niet aan den verplichten krijgsdienst is onderworpen, of waar ten aanzien der dienstplichtigheid het beginsel van wederkeerigheid is aangenomen dat volgens art. 17 niet behoeven te worden ingeschre ven de in een vreemd rijk achtergebleven zoon van een ingez ten,diegeen Nederlander is en de in een vreemd rijk verblijfhoudende ouderlooze zoon van een vreemdeling, al is zijn voogd ingezeten, alsmede de zoon van een Nederlander, die ter zake van 's lands dienst in 's rijks overcesche. bezittingen of koloniën woont: dat volgens art. 16 de inschrijving moet plaats hebben: lo. van een ongehuwde in de gemeente, 'waar de vader, of, is deze overleden, de moeder, of, zijn beide over leden, de voogd woont 2o. van een gehuwde en van een weduwnaar in de gemeente, waar hij woont 3o. van hem, die geen vader, moeder o'voogd heeft of door deze is achtergelaten, of wiens voogd buitens lands gevestigd is, in de gemeentewaar hij woont; 4o. van den buitenlands wonenden zoon van een Neder lander, die ter zake van 's lands dienst ineen vreemd land woont, in de gemeente, waar zijn vader of voogd het laatst in Nederland heeft gewoond. Terwijl eiudelïjk, volgens art. 18 elk, die behoort ingeschreven te worden, verplicht is zich tusschen den lsten en 31sten Januari daartoe aantegeven bij burge meester en wethouders ter plaatse en op de uren hier voren aangewezen, terwijl bij ongesteldheid of afwe zigheid zijn vader of is deze overleden, zijne moeder of, zijn beiden overleden, zijn voogd tot het doen van die aangifte verplicht is. Goes, den 4 December 1880. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. G. DE WITT HAMER. De Secretaris, HARTMAN. BRANDWEER. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES herinneren den belanghebbenden, dat de termijn voor afkoop van den dienst bij de Brandweer voor 1880 aanstaanden Zaterdag geëindigd is en dan dadelijk wordt overgegaan tot het opmaken der registers van dienstplichtigen, zoodat de quitantie van den gemeen teontvanger voor de betaalde afkoopsom voor of op dien dag ter Secretarie moet bezorgd zijd. Goes, den 4 December 1880. Burgemeester en Wethouders .voornoemd, J. G DE WITT HAMER. De Secretaris, HARTMAN. S p uitwaterfabriclï. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES brengen ter openbare kennis, dat door MARINUS BARTELSE is ingediend een verzoek om vergunning tót oprichting eener Spuitwaterfabriek in het perceel wijk C no. 89 (kadastraal bekend in sectic D No 1471.) Voorts, dat het verzoek met de bijlagen op de secre tarie zijn ter visie gelegd en dat op Zaterdag den 18 December 1880, des middags te éen uur, in het Gemeen tehuis gelegenheid zal gegeven worden om bezwaren tegen de oprichting in te dienen en toe te lichten. Goes, den 4 December 1380, Burgemeester en Wethouders vooruoemd, J. G. DE WITT HAMER. De Secreteris, H A R T M A N. Dat alle liberalen" door en door knappe, diepdenkende, de wijsheid-in-pacht-hebbende en vooral ernstige mannen zijn, mag al evenmin betwijfeld worden als dat één metalen-kruiser Tien zouaven kan verslinden. 't Hindert blijkbaar de Middelburgsche Cou rant dat wij, Gemeentezaken besprekende, een verschil deden uitkomen, dat werkelijk bestaat tusschen de leden van den Gemeenteraad, die toch alle tot de liberale" partij behooren. Kan men nu wel niet meer spreken van aris tocraten en democraten van adellijke beeren en burgers in den Raad, er zijn toch twee par tijen die van 't voornaam eigen-gang gaan, en die van 't grondig onderzoek der gemeentëbe- belangen, althans zoover het stoffelijke zaken betreft. Ofschoon deze beide partijen nog niet zco scherp van elkaar te onderscheiden zijn als 't zou kunnen, toch bakenen zij met den dag juis ter af. Eu vinden wij in geen van beide een enkelen geestverwant, wij willen het niet ver helen dat tot de laatstgenoemde partij niet die van 't oud regime onze genegenheden overhellen. 't Hi adert de Middelburgsclie, die in beide partijen wortelt, die ze zoo gaarne tot één on deelbare partij zou zien samengroeien, dat wij uit de stemming over de nieuwe leening »een wapen maken tot verdachtmaking van eene der beide partyen." Maar wat, indien de eene party, de burge- meesterlyke, die bijzonder witte voetjes heeft bij Gedeputeerden, zAchzelve verdacht maakt? 't Is hier de vraag of men f 283,000 of, met de tweede serie der leening er bij, f 400,000 zou kunnen leenen a pari of daaromtrent tegen 4 pet., want ieder weet dat niet alle in schrijvers bereid zijn tegen 't zelfde cijfer te leenen. Maar ieder weet ook dat gewoonlijk by provinciale en gemeentelijke leeningen voor veel booger bedrag wordt ingeschreven dan er ge vraagd wordt, zoodat men aan de hoogste in- schrijvers het bod kan gunnen. Op 29 October waren alle raadsleden het er over eens dat de leening a 4 pet. kon aangek- gaan worden, niemand hunner wilde er zelfs over praten, zoo weinig bezwaren hadden zij, en toch hadden zij 't al sedert 31 Juli geweten dat er geleend zou moeten worden. In de raads zitting van 29 Oct. is dus wel niemand over vleugeld, en dacht niemand er aan dat »het crediet der gemeente een zwaren slag" zou kun nen krijgen door niet-volteekening. Heeft de gemeente op 13 Nov, geen crediet genoeg om uit de eerste hand te leenen, zoodat zij naar een grossier in geldzaken (T£ Gemeente- crediet) moet gaan, dan had zij 't op 29 Oct, ook niet. Nu hebben wy misschien »te boud" ge sproken, toen wij meenden dat niemand twij felde aan 't slagen der leening a pari, want er was volgens de Middelburg sche, iemand en zeer velen" in de gemeente, die er wel aan twijfelden, 't Is jammer dat die Iemand compagnie niet dadelijk naar den burgemees ter of naar 't bureau der courant zijn geloopen, om zoo mogelijk 't gevaar van de gemeente af te keeren, of naar Gedeputeerden, om afkeuring van 't leeningsplan te vragen. Op 29 October verheugden wij ons allen in 't crediet onzer stad, op 13 November gaat men er voor vreezen, en op 2 December vreest men al voor een zwa ren slag"! Maar toch, wij hebben 't ernstig gemeend dat bet met de geldzaken der gemeente, en met bet vertrouwen dat de gemeente geniet, zoo slecht niet staat, en meenen 't nog ernstig, al gaat de bur gemeesterlij ke meerderheid in den Raad er aan twijfelen. Toen wij spraken van 't gelukken van vroe gere gemeentelijke- en de laatste provinciale leeningen, haddea wij niet zoo bepaald het oog op de aderlaatste leening der provincie Zeelandf maar spraken meer in 't algemeen over de ge makkelijke wijze, waarop Prov. Staten en Ge meentebesturen tegenwoordig aan geld komen, nu 't buitenland zoo wordt gewantrouwden zoo in 't algemeen spraken we zóó ernstig, dat we 't volhouden. Zonder dat wij »eenige handigheid in het cijferen" behoeven aan te wenden, kunnen wij een onverdacht getuigenis overleggen, dat der gelijke leeningen nog geen slechte zaken zijn. In de N. Rotterd. Courant van 2 Dec. komt het volgende voor: GRONINGEN, 30 November. In de heden gehou den zitting der Staten dezer provincie werd overge gaan tot de behandeling van het'centraal rapport over de voordracht van heeren Gedeputeerden, in zake de conversie, waarvan de conclusie, aange-

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1880 | | pagina 1