KH1STELÏJR HISTORISCH BLAD.
«LPcJ
Verschijnt eiken Maandag, Woensdag- on Vrijdag-
r:)ND ton 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen
Prijs per DRIE MAANDEN' falilCOf 1,50.
Enkele - 0,05.
Uitgever
P. Cr. WIJTMAN,
TB
MIDDELBURG!-.
Prtjs der Advertentiën:
Per regel 15 ets.; Familie-berichten van 16
regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents.
Liefdegaven 10 cents per regel.
BBRICH T.
&ij «Bic /Jcii met 3 Hctoftei* «g> »Het
Ziiidci), IVicnwc Goesche Coas-ant," weai-
sciiesi te abauneeren ontvangen «Ie tot
op «Bit tijdstip verschijnende Bioaiianci's
GRATIS.
Geschikte leessuecai voos' dit blad zij ai
tc beipreksn bij «le hecrcn F. P. DHUHJ
te Tlïddclbni'g, J. SCHOUT VEUTHUIJS te
Vlissingcu en Alcj. de Wed. A. C. DE
JOSGE-TEMPERIIASf, tc Goes.
Middelburg, 24 September 1880.
Zoowel door de Nieuwe Goesche Courant als door
Het Zuiden is thans aan de lezers medegedeeld, dat
voortaan deze bladen zullen vereenïgd zijn, en onder
'écn gemeenschappelijkcn titel zullen uitgegeven worden.
Eenigo toelichting aan onze lezers is noodzakelijk.
Reeds van de eerste onderhandelingen in 1875 af
tot het vestigen van een blad, dat de beginselen der
antirevolutionairen zou kunnen dienen, is door hen,
die vanwege „Nederland en Oranje'' in commissie
tot voorbereiding van deze zaak waren benoemd, op
den voorgrond gesteld bepleiting van onze beginse
len in een kring zoo ruim mogelijk moeten we zoe
ken. Noch lust tot eene betrekking in de journalistiek
noch de hoop op financieel voordeel was de drijfveer tot
stichting van een blad. De commissie meende, en de kies-
vereeniging deelde haar gevoelen, dat zucht uaar zelfbe
houd en zorg vooreen goeden naam, zelfverdediging in
de pers ten plicht, stelde. De kiesvereeniging zocht j
•eene gelegenheid om zich te kunnen verweren tegen
de beschuldigingen, toen, in 1875 vooral, ombekende
redenen den Zeeuwschen antirevolutionairen naar
't hopfd geworpen.
Eenigszins begrijpende welke moeilijkheden een
nieuw op te richten blad le wachten heeft, en op
ziende tegen den langen tijd tot vestiging noodig, knoopte
zij onderhandelingen aan met twee bestaande Zeeuwsche
bladen, altijd echter vooropstellende dat de leiding
van het over te nemen blad aan de commissie, of aan
door haar aan te wijzen personen zou opgedragen
worden. Alleen voor zoover het materieële betrof, zou
aan eigenaars of bestuur van het ovc-r te nemen blad
de zorg kunnen verblijven. Die onderhandelingen
met een der bedoelde bladen reeds ver gevorderd
sprongen ongedacht af, en nu kwam de commissie met
het voorstel een eigen blad te stichten, een blad ge
lijk liet Zuiden is, dat zijn kindsche dagen heeft
doorleefd.
Omstandigheden van verschillenden aard, vooral het
overlijden van den degelijken werkzamen uitgever der
Nieuwe Goesche Courant maakten der redactie van dat blad
den arbeid zwaar. De redactie van Het Zuiden daaren
tegen met jeugdige krachten arbeidende, heeft gemeend
eene vereeniging van deze twee bladen te mogen en
te moeten aanvaarden.
Te moeten aanvaarden opdat alzoo Het Zuiden
een breederen kring vinde tot bepleiling zijner begin
selen, en cpdat het zijne positie, die voor een zeker
deel nog afhankelijk is van den ijver en de belang
stelling In de politieke zaak van een honderdtal
Zeeuwen, vestige.
Zij meende die vereeniging te mogen aanvaarden....
omdat ook thans weder ieder woord in het vereenigd
blad geschreven, voor rekening komt van (ie thans
bestaande redactie van Het Zuiden. Te eerder meende
de redactie tot deze vereeniging te mogen besluiten,
omdat in hoofdzaak de Nieuwe Goesche en Het Zuiden
dezelfde beginselen verkondigen.
„Voor de vrije school" was beider leus.
De Nieuioe Goesche Courant zoomin als Het Zuiden
heeft ooit hare voorliefde verborgen voor het Chris
tendom zooals de Heilige Schrift het ons teekent,
beide hebben zich beijverd de mannen die prijs
stellen op den Christennaam en op de Christelijke
belijdenis in betrekking van Staat of kerk te doen
verkiezen.
Het Zuiden belijdt dezelfde beginselen als de oud
afgevaardigde van Goes, mr. Saayraans Vader, al kan
zij ook niet alle zijne meeningen deelen.
De twee thans te- vereenigen bladen hebben al het
mogelijke gedaan om den heer Bredius uit de Tweede
Kamer te houden en mr. Lobman er in te brengen.
Eindelijk, v.. beide bladen hebben dit met elkander
gemeen, dat zij, al naar het -uitkomt, door de libe
rale pers, nu eens van papenhaat en dan van cleri-
calisine worden beschuldigd. Eene beschuldiging die
door menigvuldig gebruik veel van haar kracht heeft
verloren, maar evenzeer eene beschuldigiug welke van die
zijde, zal gehoord worden, zoolang het hoofdpunt van
den politieken strijd, in Nederland zoowel als in
Frankrijk, voor roomschen en antirevolutionairen
beiden, zal te zoeken zijn in (le verovering der vrij
heid tegenover de zijdelingsche ontrooving van die
vrijheid door het liberalisme.
De Middelburgsche Courant die dezer dagen onze
vereeniging besprak zegt die twee bladen volgden
verschillende wegen. I)e N. G. was conservatief,
HZ. anti-revolutionair. De redactie zal misschien
wel willen toegeven dat het conservatisme van een
blad, dat de keuze van Jhr. mr. de Savornin Lohman
tot lid der Tweede Kamer bevordert van zonder
ling gehalte is, en althans de wenschen en daden
der anti-revolutionairen (afdeeling linkerzijde) zeer
nabijkomt. Wie het verloop van onze politieke
geschiedenis vergelijkt met den leeftijd der beide be
sproken bladen, zal daarin eene getrouwe afspiegeling
van den stand der politieke partijen kunnen zien.
Vooral daaruit is het verschil op te merken, zegt
de M. O., clat de N. G. op hetzelfde oogenblik tegen
vrijen handel en voor deelneming aan de Rotterdam-
sche verkiezing ten gunste van den heer van Deventer
pleit, als H. Z. de onthouding der anti-revolutionairen
prijst, en voorliefde toont voor vrijen handel.Toegegeven,
maar waarom moeten zij die het in hoofdzaak met
elkander eens zijn, ook in alle bijzonderheden samen-
stemmen Is onze pers, de oprichting van een Rijks
postspaarbank besprekend, mede niet zeer verdeeld
De meening door de N. G. geuit, vond ook steun bij
invloedrijke anti-revolutionairen te Rotterdam, die in de
vergadering der kiesvereeniging dit denkbeeld hebben
verdedigd.
Niet al onze meeningen verdienen den eervollen
naam van „beginselen". Wij zijn van nature, ook
misschien ten deele door onzen stand in de maat
schappij en door onze vorming en omgeving, tegen
alle staatsbemoeiing, die niet strikt noodig is ook in den
handel, maar we wenschen dit onderwerp niet tot een
punt van geschil te maken. Een anti-revolutionair die
het beschermend stelsel in den handel huldigt, of de
stichting van eene Rijkspostspaarbank toejuicht, wijkt o,i,
af van den weg die hem overal elders vrijheid en par
ticulier initiatief doet kiezen, maar we denken cr aller
minst aan hem daarom den anti-revolutionairen naam
onwaardig te keuren.
Komt de noodzakelijkheid dat zoodanige kwestiëri
besproken worden, we zullen dan, met eerbiediging
van eens anders overtuiging, de neiging van ons hart
volgen, en even rond en open als te voren een woord
s; reken ten gunste van (le vrijheid, want
de leiding van het vereenigd blad blijft opgedragen aan
de redactie van Het Zuiden.
Op de formaliteit der sluitingsrede volgt (1e for
maliteit der openingstede, en op deze de formaliteit
der adressen van antwoord.
De Eerste Kamer heeft er bereids het hare weer
toegedaan. Een zuivere weerklank op de troonrede is
door haar geleverd. Slechts bij 4, is eene kleine
opmerking gemaakt.
Voegde de Kamer aan de bereidverklaring om
voorstellen tot versterking van 's rijk middelen
met nauwgezetheid te overwegen, de woorden toe-
„beperkir.g van uitgaven achten wij evenwei
een eisch van den staat, onzer financiën." Dat die
aandrang tot beperking van uitgaven, de eenstemmige
gezindheid der Kamer uitdrukte, kan hieruit blijken
dat het adres zonder beraadslaging, hetzij over de al-
gemeene strekking, hetzij over de bijzondere paragra
fen, werd goedgekeurd.
Waarom neemt toch alles wat in betrekking staat
tot de regeering, een zoo oflicieele waarheid, zoover
afwijkende van de werkelijke waarheid en de oflicieele
stukken aan, zou men zeggen -
„Alles" moet op den derden Maandag in Septem
ber goed, zeer gewenscht, loffelijk, bevredigend, gun
stig, zeer gunstig, bloeiend, couleur de rose zijn. Maar
zie de keerzijde van den penning eens.
Vergelijk met al dat moois eens den werkelijken
toestand. Naar verbetering van kiesrecht snakt ons
goede land, zal 't niet door armzalige partijheer
schappij nog dieper zinken dan 't in de laatste
dertig jaren reeds gezonken is. Heel 't land is ver
deeld, meer dan de helft des volks vraagt een regeling
van het onderwijs, waardoor niet langer de jeugd zal
opgevoed worden in een geest, die afvoert van God,
en ons volk vervreemdt van zijn historie, Onze handel
en nijverheid, wordt met ieder jaar meer overvleugeld
door 't buitenland. De belastingen zijn tot zulk een
I hoogte opgevoerd, het tekort is zoo groot, dat dit in
derdaad bedenkelijk raag heet en en 't dringende plicht
is van de regeering om op bezuiniging bedacht te
wezen. Met 't oog op de toeneming der Staatsuit
gaven blijft versterking van 's Rijks middelen noodig,
zoo luidt de troonrede.
„Is bij 't streven naar verbetering van 't kwaad de
eerste voorwaarde 't kwaad te kennen, de Nederland-
sche regeering wil en wensclit 't niet te kennen of te
erkennen, en dat is dubbel betreurenswaard.
üe Eerste en Tweede Kamer schijnen de werkelijke
waarheid ook niet te kennen, de vaders en groot
vaders der leden kenden ze immers ook niet
De tijdelijke voorzitter der Tweede Kamer, de
oudste in jaren der leden, de heer de Bieberstein gaf
gisteren aan den heer Dullert, op nieuw door Z. M.
den Koning tot voorzitter benoemd met de volgende
woorden het presidium over
„Z. M. de Koning, de voordracht der Kamer bekrach
tigend, en U opnieuw tot Onzen Voorzitter hebbende be
noemd, zco is het mij zeer aangenaam en hamer
èn Regiement van Orde te kunnen overhandigen. Het
Reglement van Orde is uwe grondwet, waaraan n