3f bi |tcrlt, Scuool ut foendinq GEMENGDE BERICHTEN. T A v ~t r r n jiat 11 riten houden, en dan vragen wij voedt een ^^a^lgeus zijn kindereu juist op zooals een liberalist •Jj|fcj^een. elen zeggen ja. Neem de leerstukken weg en er !Pm^miners geen ouderscheid tusschen Jood en Chris- lJ* onbodox eu modern, kerkelijk of ongeloovig. VOOrce menschen zijn het er over eeus, dat men braaf onde^et zijn, eerlijk, vriendelijk, ijverig, trouw eu op- den ebt. Hek komt er dus niet op aan, wie aan bet der school staat, Alle kinderen moeten toch daarover is geen verschil, dachten wij vaak ook, maar wij zijn van die genezen. In het vierde Unie-blaadje hebben wij u verteld Van den Engelschman Spencer, die een boek gemaakt üeeft over opvoedingOok deelden wij mede, dat dit boek vertaald is, dat het al driemaal gedrukt werd en door onze liberale onderwijzers hoog wordt geroemd. Die Spencer nu heeft wat nieuws ontdekt. Hij viudt onze manier van opvoeden al heel dwaas de ouders straften hun kinderen veel te veel en vaak zijn zij hoogst onrechtvaardig. Welnu, hij weet een manier van lairtoofd out^eren ran la? -j ^Dwaling I I. y: d straffen, die een zeer groot voordeel heeft. Als men zijn manier van straffen ar volgt, is men nooit meer onrechtvaardigJa, nog za meermei die strafmanier leert men de kinderen de bf ware deugd beoefenen en zullen zij zeiven inzien, dat dit voor hen het voordeeligst is. Wat dunkt u, lezer, zijt gij niet nieuwsgierig naar de oplossing van zulk een raadsel P Laat ons hooren wat Spencer er van zegt Hij noemt zijn leer de natuurlijke strafmanieren hij verklaart ze aldus. De natuurlijke strafmanier is om een kind te laten lijden, wat het zichzelven op den hals heeft gehaald. Bij voorbeeld tiw kind komt gedurig aan de kachel. Gij verbiedt hem, maar hij doet het toch. Welnu, laat hij zich maar eens bran den, dan zal hij in het vervolg wel beter oppassen. De kachel zelf straft hem en gij behoeft het niet te doeu. Zie zoo, zegt Spencer. Nu weet ge het. Het is ti dood-eenvoudigdie niet hooren wil, moet voelen. Zoo moet men altijd maar doen, dan behoeft gij nooit te straffen, de kinden straffen zichzelven. Zij kunnen ook niet boos worden, want het ia immers hun eigen schuld. Klinkt dat niet fraai P S' Heel fraai, maar het is louter onzin. Het is waar, in kleine dingen kan men dat wel eens doen, maar laat ons eens een ernstig geval nemen. Een vader heeft twee jongens één van tien eu één van zes jaren. Hij verbiedt hen en zegt „gij moogt niet in de booiuen klimmen.Zij doen het toch, de oudste verleidt den jongste. Op een9 knakt een tak de jongste valt er uit en breekt zijn been de oudste houdt zich goed vast en komt gelukkig beneden. Nu komt Spencer met al zijn liberale aanhangers en zij zeggen„welk een billijke straf! de jongen lijdt eenvoudig wat hij zichzelven heeft aangedaan." En de oudste dan e Ieder scboolgeus zal antwoorden de oudste heeft wel meer straf verdiend, want 1 hij is ouder en moest wijzer zijn 2 hij heeft zijn kleinen broeder verleid en heeft dus diens ongeluk op zijn geweten hij is veel ongehoorzamer, want hij begreep veel beter dan zijn broeder, wat de vader wilde. Zoo oordeelt ieder, die Gods woord in eere houdt en weet dat er geschreven staat: „eert uwen vader en uwen moeder" en wederom: hoor de tucht uws vaders en verwerp de leer uwer moeder niet." Maar hoe is het mogelijk, dat knappe geleerde man nen zoo dom kunnen zijn P De reden is duidelijk. Zij hebben God9 Woord vaarwel gezegd en daarom vallen zij in fouten die een geloovige ziel niet maken kan. God heeft den vader eu de moeder en alle opvoe ders aangesteld om Zijn recht te handhaven. Zij staan in Gods plaals eu zij mogen dien last niet van hun nf schouders werpen. Het kind is gehoorzaamheid schul dig om des lleeren wil. De ouders en opvoeders zijn voor God verantwoording schuldig van hun straffe» en hun belooningen, van hun gebod en hun verbod. Maar ook hel kind zal rekenschap af moeten leggen van zijn gedrag. Opvoeders eu kinderen behooren £o 2ich zeiven dus nauw te onderzoeken, hoe zij, elk ^y, voor zich, daaronder staan. Be. Doch deze leer vindt Spencer ouderwetsch en nu W< moet hij wat anders bedenken. Rü Hij wil de kinderen losmaken van de ouders en opvoeders. De kinderen moeten leeren op hun eigen yjt verstand te vertrouwen. De kinderen moeten vragen: Bit wat is het voordeeligst voor mij. Go' Zoo maakt men ben tot huichelaars en tot slimme '8 berekenaars. Men keert de orde om. God zegt die het goede yjp doet zal gelukkig zijn zij zeggen maakt dat gij t geiukkig zijt, dan zijt gij goed. God zegtwees ge hoorzaam, dan zijt gij wijs zij zeggen wees wijs, dan behoeft gij niet te gehoorzamen. God zegt gij moet uw wil buigen zij zeggen gij moet uw ferstand gebruiken. God zegt uit het hart komt öf het kwade öf het goede voortzij zeggen uit het hoofd komt het voort. Als men het wel beschouwt, komt die leer hierop neder: „pas goed ophoudt u buiten schot; stel u lief aan zorg dat gij geen kwaad beloopt door on verstandig te zijn; Mij ft goede vrienden met iedereen; reken goed uit wat voordeelig voor u is; eu gij zijt ^en braaf mtnsch." Het doet ons denken aan de heidensche Spartanen. In het oude Sparta leerde men aan de jeugd gij moogt wel stelen, als gij maar maakt dat niemand het merkt. Dit is in den aard der zaak Spencer's leer ook, Want iedereen weet, dat de goddelouzen het soms hun leven vol kunnen houden eu Asaf heeft er in Psalm 73 al over geklaagd, dat hun kiacht groen en frisch blijft tot aan hun dood toe. Als Spencers's leer doorgvit, dan krijgen we op hei laatst een volk van slimme deuguieien, die zeer fat soenlijk kwaad doen, die zich eerst rijk stelen en dan een goed heenkomen zoeken om van hunne renten te leven. Dat wordt de vrucht van die natuurlijke strafmanier Voorwaar, als Spencer aan het hoofd eei er school stond, ik zou mijn kinderen liever dom laten dan ze zulke goddelooze, onzedelijke letr door hem te laten inprenten. Bedenk nu, dat de mau, die zijn boek vertaald heeft, er hoog mee wegloopt. Hij zegt, dat Speucer's leer op onze lagere scholen nog niet ingevoerd is, maar hij hoopt dat dit meer en meer gebeuren mag. Het wordt er dus op toegelegd de openbare schooi in dien geest in te richten. Dat dit gelukken zal is zeer waarschijnlijk. Gelijk wij zagen, werd dat boek van Spencer door de liberale onderwijzers hoog geroemd. Laat ons dus voorzichtig zijn. Het is een onwaarheid, dat het er niets toedoet wat men gelooft, als men maar de deugd leert beoefenen. De deugd van Spencer is juist wat de Parizeeën wilden en waarvan de Heere Jezus heeft, gezegd: „dit volk eert Mij met de lippen, maar hun hart houdt zich verre van Mij. Doch te vergeefs eeren zij Mij, leerende leerlingen die geboden zijn der menschen. God wil, dat wij onze ouders eeren Hij deelt met hen Zijn hoog gezag, Opdat zij in Zijn naam regeeren, En 't kroost getrouw hen volgen mag. God wil, dat wij in hen erkennen De Majesteit van Zijn gebod, En 't jong gemoed reeds vroeg gewennen Alzoo te buigen voor zijn God. God wil niet, dat de kind'ren jagen Naar eigen wijsheid of belang Maar 'tjuk der oud'ren willig dragen, Opdat zijn naam alle eer ontvang. God wil, dat we eerst gehoorzaam bukken. Wat de uitkomst dan ook wezen moog Niet vragen, of 'tons zal gelukken, Maar of het goed is in Zijn oog. Want, wie op eigen baat of voordeel Den grondslag van zijn leveu sticht, Dien komt God tegen met zijn oordeel, Vernielt wat hij had opgericht. Bedankt voor liet beroep tot predikant bij de N. II. G. te Serooskerke (Walcheren) door ds. H. J. Wen ink te Dinteloord. ff L a n (11> o ii w. Door de afdeeling Walcheren der Maatschappij tot bevordering van Landbouw en Veeteelt zijn voor de deelnemers aan de tentoonstelling van Paarden, Rund vee, Schapen en Varkens, te houden op 16 September op eene weide aan den Vlissingschen weg, de vol gende prijzen uitgeloofd No. 1. Dekhengsten, geboren voor of in 1873, van inlandsch ras, eerste prijs: f 20; tweede prijs f 10. No. 2. Dekhengsten, geboren voor of in 1878, van gekruist of vreerad ras, eerste prijs f 20; tweede prijs f 10. No. 3. Merriepaaiden, geboren voor of in 1876, eerste prijs: f 20; tweede prijs f 10; uitgeloofd door den heer J. Riemens, Burgemeester der gemeente Serooskerke. No. 4. Merriepaarden, geboren in 1878, eerste prijs f 10; tweede prijs t 5. No. 5. Spannen werkpaarden, behoorlijk getuigd, geboren tusschen 1 Januari 1872 en 1 September 1876, eerste prijs f 20; uiigeloofd door den heer W. H. de Bruijn van Melis- en Mariekerketweede prijs f 10. No. 6. Ruinpaarden, geboren tusschen 1872 en 1876, eerste prijs f 10; tweede prijs f 5. Rundvee. No. 7- Springstieren, van buitenlandsch ras, min stens twee jaren oud f 20; uitgeloofd door den heer A. M. Tak. No. 8. Springstieren, van Hollandsch ras, minstens twee jaren oud f 20; uitgeloofd door de heeren J. Peper, Burgemeester der gemeente Aagtekerke en W. Reijnierse Cz. No. 9. Springstieren, van Zeeuwsch ras, minstens twee jaren oud f 20. NB. Geene stieren worden toegelaten zonder ring in den neus. No. 10. Vier melkkoeien, van één eigenaar, onver schillig van welk ras een gouden medaille, uitgeloofd door den heer C C. W. Vis. No. 11. Melkkoeien, onverschillig van welk ras, met opgave van het getal afgelegde drachten, eerste prijs f 20; tweede prijs f 10, derde prijs f 5; uitge loofd door den heer W. Maas, Penningmeester der Afdeeling Walcheren. No. 12- Tweetands-Vaarzen eu daarboven, onver schillig van welk ras, eerste prijs f 10; uitgeloofd door den heer II. J. E. Gerlach, ie Koudekerketweede prijs f 5. No. 13. Melktands-vaarzen, onverschillig van welk ras, eersie prijs f 10; tweede p.rijs f 5. No. 14. Het. grootst getal rundvee, door éénen eigenaar ingezonden f 10. Schapen. No. 15. Springrammen, onverschillig van welk ras f 5. No. 16. Ooijen, onverschillig van welk ras (minstens 3 stuks) f 3. No. 17. Melkschapen, onverschillig van welk ras f 5, Varkens. No. 18. Beeren, onverschillig van welk ras, eerste prijs: f 5; tweede prijs f 2,50. No. 19. Zeugen, onverschillig van welk ras, eerste prijs f 5, tweede prijs f 2,50. Behalve de prijzen bij het programma uitgeloofd, kunnen nog, na aanbeveling van de Cummissien van beoordeeling, prijzen worden toegekend aan hen, die door het inzenden van niet In het programma opge-- nomen, doch voor den Zeeuwsehen landbouw belang rijke voorwerpen, hunne belangstelling in deze Ten toonstelling aan den dag leggen alsmede aan hen die door uitmuntendheid van hunne inzending zich eenen buitengewonen prijs hebben waardig gemaakt. Door de vereeniging tot ontwikkeling van den landbouw in Holland's Noorderkwariier wordt op het zoogenaamde „Tochthuis" te Berkhout bij Hoorn een belangrijke proef genomen. Men wil weten, wat in verband met de eigenaardigheid van zuivelpro- dusten en grond voor de Noordhollandsche boeren het meest voordeeligst is, of al hun klacht en energie te besteden aan de boterfabricatie, waardoor natuurlijk de Edammer kaasmakerij als zoodanig zou vervallen, en men nog alleen maar magere kaas zou kunnen maken, of de oude bestaande kaasmakerij in eere te houden en zooveel mogelijk ie verbeteren en uit te breiden. De bedoelde proef is nog in volle werking. Zoowel de Delfsche als de Schwarische methode wordt daarbij aangewend, en alles met de meeste zorg behandeld en nagegaan. Biggekcrke, 7 Sept. Heden nacht ontlastte zich boven deze gemeente een hevig onweder. De zware donderslagen deden de bewoners met schrik ontwaken, doch weldra werd de omstellen is nog grooter toen men te midden van den donder, het geroep brand brand vernam. De bliksem was in den timmermanswinkel van P. Geldof ingeslagen en spoedig stond het gebouw in liehte laai. De woning hoewel beschadigd heeft men kunnen behouden de werkplaats is tot den grond afgebrand. Zelandia vertelt het volgende Dezer dagen trad te Vlissingen een Walchersche boer met zijn 6jarig zoontje een koffiehuis binnen en vroeg voor zich en voor zijn kind een borrel. De koffiehuis- houder vroeg of hij niet wijs was, en weigerde het gevraagde te geven. „Schenk er dan voor mij een", zeide de boer dit geschiedde en de nobele vader gaf den jenever aan zijn kind te drinken dit werd nog tweemaal herhaald, in dien tijd rookte de knaap ook drie sigaren. Teen eenige toeschouwers hunne verba zing te kennen gaven zei de boer: „O daar weet de jongen niks van.En dat was waarhet kind ging zoo welvarend heen als had het slechts water gedronkem Naar wij vernemen, staat dit feit niet alleen. Meer gebeurt hei dat de boeren uit Walcheren hunne zeer jeugdige kindere „mee naar stad" nemen en hen dap per doen drinken. Ook is het gebruik in deze streken, dat de kindereu op 5 jarigen leeftijd reeds een sigaren koker gevuld niet met chocolade maar met echte rookbare sigaren op zak hebben. Enfin, da» is zoo heel erg nog niet, gerookt vleesch kan lang duren, maar dat zulke zuigelingen ook de flesch gebruiken, dat is schreeuwend. Jl. Zaterdag namiddag werd te Ter Neuzen in

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1880 | | pagina 2