CHRISTELIJR-RISTORISGH BLAD. n vaatjes .V. 635). lionderdag- 26 Augustus. ia«i>. - HET ZUIDEN Verschijnteiken Maandag, Woensdag en Vrijdag avond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen Prijs per drib maanden francof 1,50. Enkele hommers- 0,05. P. Uitgever W IJ T M A. IN MIDDELBURG-, Pans der Advertentien: Per regel 15 ets.; Familie-beriehten van 16 regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents. Liefdegaven 10 cents per regel. Middelburg, 25 Augustus 1880. Be 299te jaardag van Z. K. H. Prins Alexander, onzen Kroonprins, wordt heden op officieële wijze her dacht. Op officieële wijze dat wil zeggen, dat bijna niemand onverplicht de vlag uithangt, op den jaardag van onzen toekomstigen Vorst, die meent een groot deel zijns levens in den vreemde te moeten doorbrengen en tot heden toe geen deel neemt aan ons volksleven. Bat spoedig naar het oordeel van den Prins de tijd gekomen moge zijn, door hem in een openbaar schrij ven als de tijd genoemd, waarin liij het voorbeeld van wijlen Prins Hendrik hoopt te volgen, want de liefde kan op den duur niet van eene zijde komen. Vli99ingen, 25 Aug. Bezer dagen kwam hier bin nen het stoomschip Hanovervan New-York. Het ont scheepte daar eenig vee, bestemd voor andere plaatsenden vertrok daarna naar Bremen. Van het bedoelde vee, 64 ossen en 400 varkens, zijn op reis 17 varkens gestorven de ossen werden alle levend overgebracht. Naar we vernemen zijn belanghebbenden over den uitslag dezer zending zeer tevreden. Ondanks het bui tengewoon stormachtige weder is het cijfer der gestor vene of geslachte dieren zeer klein te noemen, en wat niet minder van belang te achten is, de dieren zagen er allen welgedaan uit. Sommige proeven op deze wijze genomen mislukten, het vee kwam spoedig tot het weigeren van voedsel en werd als geraamten ontscheept. Bitmaal was het geheel anders, het ging van den „bak" in den waggon.] Middelburg, 25 Ang. Het bezoek door den ngent der Nederlandsche Zondagschool Vereeniging, den heer G. P. Pruit Jr., aan Middelburg gebracht, heeft ten gevolge gehad de oprichting eener afdeeling van genoemde vereeniging. Eerstdaags zal de nieuwe afdeeling zich een bestuur kiezen. Naar men aan de Middelb. Cour. mededeelt is door eenige ingezetenen der gemeente van Oostburg het plan gevormd, om, indien dit bij anderen instemming vindt, de gewichtige dagen van 22 en 31 October 1830 dit jaar feestelijk te herdenken. Op die dagen toch, is door de samenwerking van eenige weinige militairen, krachtig gesteund door de burgerij, van welke laatste nog eenigen in leven zijn, die er een werkzaam deel aannamen de aan val van een troep Waalsche en Vlaamsche muitelingen afgeslagen, wier doel niets minder scheen te zijn dan Oostburg totaal te verbranden, en de inwoners die hun in handen vielen, om te brengen. Een 50 jarig herdenkingsfeest dezer voor Oostburg in het bijzonder, maar voor het gansche kanton in het algemeen, gewichtige gebeurtenis, heeft, naar men vermeent, alle recht van bestaan. Ware toch het booze opzet der aanvallers gelukt, dan zou daardoor ongetwijfeld een wrok tegen de naburen aan de overzijde der grenzen zijn ontstaan, die een tijdsverloop van 50 jaren niet zou hebben uitgewischt. Thans integendeel, mogen wij ons verheugen in een gemeenschappelijk verkeer, ook op handelsgebied, met onze Belgische naburen, op den meest vriend- schappelyken voet. Be bekende hof-nieawtjes-schrijver, tevens Haagsche correspondent der N. Gr. Cour. weet eenige bijzon derheden uit het leven in het koninklijk paleis op deze wijze te verhalen /,Men zou niet gelooven, hoe weinig omslag het gewichtige feit, met zooveel belangstelling verbeid, tot hiertoe in het paleis heeft gegeven. Tot heden wan delden de koning en de koningin nog geregeld, elk met een zonnescherm in de hand, in den tuin. Tusschen half een en een uur gingen zij in de laatste weken geregeld daarheen en bleven er dan tot ruim twee, soms tot drie uur. Alleen door die voortdurende aan wezigheid in het paleis en door eene kleine vermeer dering van personeel met mejuffrouw Besier aan 't hoofd bemerkt men er, dat men in een buiten gewonen toestand verkeert. Be baker was tot nog toe alleen 's nachts in het paleis, 't is een bekwame vroed vrouw, mej. Schmidt, die dicht in de nabijheid van het paleis wonende, zich ook bij dag gereed moet houden om elk oogenblik op haar postte kunnen zijn. /Chirurgijn Hoek bezoekt H. M. dagelijks twee malen, 's morgens en 's avonds laat. Be min is nog niet in 't paleiszij zal, zoodra er ernstig reden is om spoedig de bevalling te verwachten, uit haar woonplaats, Voorburg, worden gehaald. Baartoe staat 's nachts een tweespan gereed, evenals het rijtuig voor den accoucheur en een voor den minister van justitie die onmiddelijk na de geboorte van het vorstelijk kind een acte moet opmaken en wien het prinsje of prinsesje onmiddelijk wordt vertoond." „Onze kroonprins is op weg naar Zwitserland, ten einde zijn verjaardag, den 25sten dezer, in hooger sferen, nl. op den 8650 meter hoogen Bigi door te brengen. Uit het feit, dat de prins zijn jaardag op den hoogen berg wil gaan doorbrengen, schijnt te mogen worden opgemaakt, dat de prins zijne somber heid nog niet heeft verloren, ook al blijkt uit den aankoop van een der schoonste aqarellen op onze ten toonstelling der Hollandsche teekenmaatschappij, dat de prins toch ook nog voor andere dingen oog heeft. Be tijding dat de heer Pruijs van der Hoeven zich zelf in Atjeh overbodig acht, wordt gelogenstraft door de tijding, dat hij en generaal van der Heijden naar Batavia zijn vertrokken om den gouverneur-generaal voorstellen te doen tot regeling van Atjehsche aan gelegenheden. Onder de weinig opgemerkte berichten der laatste dagen komen ook deze voor Andermaal is verleden Zaterdag een soldaat van het 4e regiment infanterie, te Haarlem in garnizoen, wegens voortdurend wangedrag met een briefje van ontslag uit den dienst verwijderd en buiten de gemeente ge bracht. Te Grave is een tamboer wegens wangedrag voor het front der troepen uit de gelederen verwijderd. Bij het herhaaldelijk vernemen van deze feiten in den laatsten tijd iedere week vraagt men zich af of de moraliteit dan bij ons leger zoo diep gezon ken is, dat zoovelen zelfs voor soldaat niet meer deugen. Laat ons echter billijk oordeel en, In vredestijd hebben de militairen weinig te doenzij vervelen zich en de verveling is des duivels oorkussen. Een jong man, die als het er op aankomt een dapper en flink soldaat zou wezen, weet in de jaren dat nietf van hem gevorderd wordt dan de eentoonige, werk tuigelijke garnizoensdienst, met zijn tijd geen raad. Uit baloorigheid begaat hij soms allerlei overtredingen tegen de krijgstuchtde eene heeft de andere ten gevolge en eindelijk wordt hij uit de gelederen verwijderd. Misschien komt er nog wel een andere beweeg grond bij. Het zou althans de vraag kunnen zijn of de weggejaagden het er niet op toegelegd hebben om langs dezen gemakkelijken en helaas blijkbaar meer en meer gebruikelijken weg, van den dienst, die hun tegenstaat, ontslagen te worden Er zijn vele voorbeelden, dat behoeftigen, om een underkomen en voedsel te vinden, een diefstal begaan, en niet zelden leest men van kolonisten dat zij brand-» brieven schrijven, alleen met het doel om naar een tuchthuis te worden gezonden, waar zij het meer naar hun zin liebhen dan in de strafkolonie. Een dergelijk motief ligt mogelijk ten grond aan de wandaden, die door de meesten van die vele weggejaagden bedreven zijn. Toen het eenmaal gebleken was dat men langs dien weg den dienst kon verlaten, zij het dan ook op alles behalve eervolle wijze, hebben anderen het voorbeeld gevolgd. Naarmate het getal weggejaagden grooter wordt, verdwijnt het karakter van schande. Als reeds vier, vijf, zes anderen wegge-» jaagd zijn, laat men zich ook wegjagen, want die schande raakt vergeten, en zal door de betrekkingen en bekenden van den ontslagene zoo erg niet worden geteld, nu hij toch ook maar deed wat anderen even eens deden. Bovendien zullen zij de reden in aan merking nemen, die hem tot zijne daden leidde weerzin in den dienst. Ook in Buitschland bestaat bij velen die weerzin, maar daar heeft hij een ander gevolg. In de duitschc bladen heeft men in den laatsten tijd meermalen het bericht gelezen van zelfmoord door weerzin in derf* dienst ontstaan, tot dat uiterste radicale middel neemt de Hollander zijn toevlucht niet en sommigen, zooals uit het bericht schijnt te blijken, grijpen een ander middel aan, waarbij zij echter iets verliezen wat een goed sol daat hooger dan zijn leven stellen moetde eer. Het kan wezen dat de redenen nog minder mooi zijn, nl. dat werkelijk de weggejaagden niet zoozeer uit afkeer van den militairen stand dan wel uit wezen lijke verdorvenheid zich de schande van het wegjagen berokkenen. Maar dan ontstaat de vraag of het niet een gevaar is voor de maatschappij, zulke p^-N i eenvoudig weg te zenden P Zij die onder krijgstucht niet willen deugen, zullen nu.*««iMA brave, werkzame burgers der maat? is het dan wel voldoende dat men STMEEL enz., een „rood paspoort" te geven en doe prijzen. buiten de grenzen van de gemeent waar zij, van nu af, ongestoord bot kunnen vieren Ook dan, wanneer de eerste 011 Eerste en weerzin in den dienst tot het wangec dat gevaar voor de maatschappij niet t L £i 1> 1 Wie weken en maanden zich schnld i». MAAS, allerlei wandaden, wordt niet plotselrte Ncordstmat. deugdzaam man. Ook slecht gedrag w en met gewoonten breekt men zoo spoed

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1880 | | pagina 1