^;er geaaan Wegens vaff het lager onderwijs^ jn art> vermeld, .oveel betreft rekeninge- op dat tijdstip nog Vastgesteld, geschiedt 7 zodanige opgaaf telken» "xinen veertien dagen na d'<* vaststelling, r Zij wordt voor de eer^g ^aaj ingezonden over het jaar 1880. Onder het gecollecteerde, bij de Unie-collecte te Bot terdam bevond zich eene gift van f 5000, met be stemming voor de nieuwe Christelijke school aan de Kievietsstraat aldaar. Te Ooestermoer is f 2225,85 gecollecteerd, als eer ste steen voor eene op te richten //School met den Bijbel." In de Staats-courant is de eerste opgave der tien jarige volkstelling opgenomen. Ditmaal van de provincie Drente. De liberale houding van den minister van binnen- landsche zaken in zake de Unie-collecte verdient waar deering en dank. Toen te Dokkum het gemeentebestuur vergunning tot het houden der collecte weigerde, gaf de minister onmiddellijk een tegenovergesteld bevel. Te Oldemarkt had men, daar geen vergunning gevraagd was, de bus in beslag genomen, de minister zond echter per tele graaf aan den burgemeester bevel, de bus terug te geven en de collecte te laten doorgaan. In de volgende maand wordt vanwege de Italiaan- sche regeering te Milaan een internationale bijeenkomst gehouden van rechtsgeleerden om te beraadslagen over de grondslagen van het faillietenrecht. Ook de Neder- landsche regeering is aangezocht een vertegenwoordiger te zenden De minister van binnenlandsehe zaken heeft die taak opgedragen aan den hoogleeraar Asser, die echter aan de uitnoediging niet zal kunnen voldoen, omdat ongeveer tegelijkertijd het bekende Institut de droit international vergadert, ditmaal in Engeland, te Manchester. Het is ons niet bekend of onze Regeering reeds een andere vertegenwoordiger heeft uitgenoodigd. Als den oorsprong van het getal 101, dat voor de schoten is bepaald bij de geboorte van een vorst, wordt medegedeeld, dat dit getal dagteekent van den intocht van keizer Maximiliaan te Augsburg, ongeveer 3 eeuwen geleden. Er zouden 100 schoten worden ge lost, maar daar men bij het tellen in de war was ge raakt en onzeker was of men er maai* niet slechts 99 had gelost, liet men er nog een volgen. Dit 101ste bleek later een abuis, maar werd regel. Is een zelfde oorsprong ook aan de 51 schoten bij de geboorte eener prinses te geveu en aan de 21 die bij anderee gelegenheden als saluut worden gelost. Dit is niet waarschijnlijk. Veeleer zou men kunnen aannemen dat dit 101ste schot, evenals het 51ste en 21ste, geen historischen oorsprong heeft, maar gevolg is van de maatschappelijke gewoonte om bij groote hoeveelheden nog wat toe te geven hier mischien wel tot aanvulling van een eveutueel te kort aan kruid, voor de honderd eerste schoten gebezigd. Een andere opvatting is. dat het laatste schot de punt is achter de voorgeschrevene saluutschoten. Ter leeniging van den nood door den grooten brand in de Valther- en Weerdingerveoen ontstaan, is bij de hoofd-commissie ingekomen nagenoeg f 10,000. Over de daaraan te geven bestemming is het volgende be sluit genomen voor den herbouw van huizen f 1727,50 voor den brand vernietigd inzaai-zaad 1 1036,20, voor meubelen en kleederen f 3480.29, voor diverse onder steuning f 1500, terwijl de overblijvende som van on geveer f 2300 bestemd zullen worden tergemoetkoming voor de kleine verveners. De gemeente Odoorn is een der uitge9trekste van Ne derland, zij telde in den aanvang dezer eeuw slechts één dorp, Odoo n, en 2 gehuchten, Exloo en Valte. Sedert de exploitatie der tot haar gebied behoorende venen heeft zich langs de kanalen een talrijke nieuwe be volking gevestigd. In de laatste 70 jaren is het cijfer der inwoners bijna vertienvoudigd (in 1881 nog slechts 62S, thans nagenoeg 6000). Bezat, de gemeente tevoren slechts een drietal scho len (of schooltjes), thans zal het gemeentebestuur overgaan tot de uitbesteding der negende, dat is dus de zesde school die, in een tijdverloop van betrekke lijk weinig jaren, in de Cdoornsche venen verrijzen zal. Deze 9de sehool, ingericht voor 120 leerlingen, zal, met annexe onderwijzerswoning, gesticht worden aan den 2den Exloërmond, De aanbesteding zal plaats hebben 1 September e. k. De kosten worden gedragen Voor Va door de gemeente, voor 3/< door rijk en pro vincie. te verkondigen op zuiver bijbelschen of schriftuurlijken grond, en daardoor de algemeene Christelijke kerk uit te breiden. Sluis, 21 Augustus 1880. Heden werd alhier de gewone tweemaandelijksche vergadering gehouden der afdeeling „Zeeland" van de Vereeniging van Christe lijke onderwijzers. Slechts één b'd was afwezig. De vergadering werd bovendien bezocht door de predikanten Knottenbelt en Pohlman van Sluis en Groede. Eerstgenoemde had bereidvaardig de pastorie tot vergaderplaats aangeboden. Een levendige discussie werd gevoerd naar aanlei ding van punt 1 der agenda Wat is het meest wenschelijke voor de aanstelling van hoofdonderwijzers Benoemen met of zonder sol licitatie, inleider de heer Brouwer van Domburg. De heer Hondius van Middelburg leverde eene be schouwing over de revolutie in Engeland in 1658, die eveneens tot eene belangrijke gedachtenwisseling aanleidieg gaf In de pauze werd eene wandeling door Sluis gemaakt en een bezoek gebracht aan dc Christelijke school. Bij de hervatting der werkzaamheden kwam in de eerste plaats de keuze van een president aan de orde, daar deze betrekking door het vertrek van den heer Kloppers was opengevallen. Benoemd werd de heer P. Voerman te Sluis en in diens plaats tot secretaris den heer Chr. Hondius te Middelbnrg. Een viertal onderwijzers, die onze laatste vergadering hadden bijgewoond, traden thans tot de vereeniging toe, terwijl de heer Augustijn als zoodanig had bedankt door vertrek na elders. Het paedagogiseh onderwerp „Straffen en Beloonen" werd thans behandeld door den heer P. Voerman. Menige les kon ook uit dit gehoorde worden getrokken. Het gevorderde uur drong tot scheiden, waaraan haast slechts noode kon gevolg worden gegeven. De opge wekte broederlijke geest had ons het samenzijn aan genaam gemaakt. Als vergaderplaats voor de volgende maal werd Domburg aangewezen. Jhrh, School ut gtiuling Met het einde dezer maand zullen in den ring Veere der Ned. Ilerv. Kerk van de 8 gemeenten 5 vacant zijn als Domburg, Grijpskerke, Gapinge, Se- rooskerke en Vrouwepolder. In de classis Middelburg, waartoe ook Veere behoort, zijn dan van de 30 pre- dikanlsplaatscn 13 ledig. De predikantennood laat zich in sommige streken scherp gevoelen. HaudcEiiigeii <lcr Synode. De Kerkelijke courant geeft een uitvoerig verslag van de handelingen der Synode De Synode heeft hare laatstgehouden zittingen bijna geheel aan de belijdenis-kwestie, hoofdzakelijk vervat in de voorgestelde wijzigingen van art. 38 reglement op het godsdienstonderwijs, gewijd. Het rapport harer commissie ter hand nemende, ontmoette zij al aanstonds meer dan éen voorstel door onderscheidene harer leden ingediend. Een luidde aldus dat in art. 38 al. 5 van genoemd reglement achter bet woord „wanneer" worde gelezen*. „Zij verklaren als leden der Ned. herv. kerk te willen medewerken tot haren bloei met opvolging van hare verordeningen om in art. 39 alleen te behouden de woorden „de bevestiging van lidmaten heeft plaats in eene daarvoor bestemde godsdienstoefening", eD in art. 22 van het Reglement voor de kerkeraden achter het woord „Avondmaal" te voegen„de bevestiging van lid maten." Door een lid der vergadering was als amendement voorgesteld om in art. 38 het woord„verklaren" nog op te nemen deze woorden „de beginselen van Jezus met woord en daad te willen beleven en als leden" enz. Velen zagen hierin een geschikte weg om te komen aan het einde der moeielijkheden die ter zake van art. 38 zijn gerezen. Zij achtten, vooral met het' oog op 't amendement, de daarbij gevorderde verklaring van ernstige en veelomvattende beteekenis, en daarom voldoende. Het overlaten der bevestigiug aan de pre dikanten, die overeenkomstig de behoeften der ge meenten hebben te handelen, is in overeenstemming met hetgeen voor hen lange jaren in de Hervormde Kerk in zwang was. toen daaromtrent niets was be paald. Daarentegen achten vele andere leden de vragen zooals zij thans in art. 39 zijn geformuleerd, ruim genoeg. Zij voorzagen van de aanneming van het voorstel, het ontbranden van een nieuw twistvuur in de Kerk. Hoewel dan ook eene meerderheid zich voor het araendement verklaarde, werd het aldus geamen deerde voorstel zelf met meerderheid van eene stem De Staats-Courant bevat de statuten der vereeniging Christelijk Evangelische Gemeente, te Wemeldinge, welke vereeniging zich ten doel stelt het Evangelie verworpen. Daaraan was voorafgegaan de behandeling van een voorstel van nog wijder strekking, en vau dezelfde zijde afkomstig. Het was aldus geformuleerd "Art. *T al. 1 van het algemeen "regréihtim, ïthuut. - als volgt De Nederl. herv. kerk is eene afdeeling van de algemeene christelijke kerk gevestigd in het koninkrijk der Nederlanden, gebouwd op den grondslag van het protestantisme, en wier leden, door hunne toetreding zich verbinden, om de bedoelingen van Jezus zoowei in zich en elkander, als in het menschdom in het algemeen, naar vermogen te verwezenlijken. In verband hiermede worde in art. 11 van het algemeen reglement, in plaats van „handhaving harer leer", gelezen „handhaving harer beginselen overeen komstig art. 1 alg. regl. Hoezeer er in dat voorstel was, wat de sympathieën van velen wegdroeg, zoo wogen de daartegen gerezen bedenkingen te zwaar. Men oordeelde, dat de omschrijving aldus van de Nederl. herv. kerk gegeven veel te onbepaald is. Bovendien moest, naar de meening van velen, eene algeheele reorganisatie der kerk van de aanneming van dit voorstel het gevolg zijn, en achtte men daar voor den toestand waarin de kerk thans verkeert, allerminst geschikt. Het voorstel omtrent art. 1 werd dan ook afgewezen, waarna de wijziging van art. 11 van zelf verviel. Niet gunstiger was de beslissing over een derde voorstel, van eene andere zijde gedaan. Het strekte om de Synode te doen besluiten dat art. 38 van het reglement op het Godsdienstonderwijs worde hersteld in zijn vroegeren vorm, en luidde als voor 15 Jan uari 1879. De thans bestaande bezwaren zouden bij de aanne ming van dit voorstel slechts verplaatst, maar niet weggenomen worden, volgens 't gevoelen der groote meerderheid die ook dit voorstel afwees. Deze beslissingen werden genomen overeenkomstig de adviezen der Commissie ad hoe. Asnu werden aan de orde gesteld de aan de kerk reeds bekende voorstellen der laatstgehoudende Synode, met name de door haar voorloopig aangenomen wijzi gingen v:n al. 3 en 5 van meergenoemd art. 38 regl. godsdienstonderwijs De adviseerende commissie had de synode aangera den om die voorstellen niet aan te nemen, maar in al. 3 na de woorden„een of meer ouderlingen", aldus te lezen„Wanneer de ouderlingen bezwaar maken of verhinderd zijn, den predikant bij de aanneming ter zijde te staan, is de kerkeraad bevoegd op voordracht van den predikant, één of meer oud ouderlingen daartoe af te vaardigen", en de vijfde alinea aldus te doen luiden „Wordt de uitslag van het onderzoek door de daartoe aange wezen personen veldqende bevonden, dan heeft de aanneming plaats." Deze voorstellen der Commissie vonden even warme voorstanders als bestrijders. Werd van de eene zijde gewezen op den bedaren den invloed dien zij in den feilen partijstrijd dezer dagen konden oefenen, en op het herstel van orde en rust dat men daarvan kan verwachten, het ontbrak ook niet aan hen die het ongeraden achtten om in die onzekere verwachting een bepaling te maken, volgens welke het al of niet aan nemen van lidmaten geheel aan de toegevendheid en welwillendheid der ouderlingen zou wordeu overgelaten Ook voorzag men dat er ouderlingen zouden zijn, die weigeren zouden aan oud-ouderlingen eeue taak over te dragen, die zij, gelijk zij te kennen geven, om des gewetens wil, zeiven niet op zich mogen nemen. Meer dan één voorstel werd gedaan om te beproe- veu aan al deze bezwaren te gemoet te komen. Een daarvan, de formuleering van een reeds in den aan vang der beraadslaging geuit denkbeeld, om n. 1. de regeling van de aanneming van lidmaten aan de ker keraden over te laten, in verband met de reeds aanvan kelijk verkregen zelfstandigheid der gemeenten en met het oog vooral ook op het aanhangig voorstel tot ker spelvorming, maakt thans nog een onderwerp van ernstige besprekiug uit. Aanvankelijk strekt het een voudig om de geheele vijfde alinea van art. 38 te doen vervallen, en om als laatste alinea van art. 38 gods dienstonderwijs te lezen „In gemeenten, waar kerspelvorming is aangenomen wordt de nadere regeling van de aanneming en be vestiging der nieuwe leden geheel overgelateu aan de kerkeraden, wanneer er geene afdoende bezwaren be staan tegen het zedelijk gedrag, de kennis en de belijdenis der aannemelingen, en deze bereid zijn te verklaren, dat zij als leden der Ned. Herv. kerk met inachtneming van hare reglement en wenschen mede te werken tot haren bloei." Dit voorstel heeft ten doel, om dc meest volledige vrijheid ook aan confessioneele en orthodoxe kerkeraden te verzekeren, met uitzondering alleen van de vrijheid om het bestaan en de ontwikkeling van andere rich tingen dan de hunne onmogelijk te maken. De hoogleeraar Gooszen heeft medegedeeld, dat hij na de behandeling vau het ontwerp kerspelvorming zal terugkomen op de door hem voorgestelde wijziging van art. 38, die door de meerderheid der leden van de Synode verworpen werd.

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1880 | | pagina 2