GEMENGDE BERICHTEN.
BUITENLAND.
predikant te Delft. De zending in het Oosten. J. van
't Lindenhout, van Neerbosch. Het Weeshuis te
Neerbosch. H. Malcomesius, predikant te Maas
sluis. Het Christus-ideaal en de zending. Th. H.
Nahuijs, predikant te Zeist. De zending in Polynes:'e.
B. J. Svvaan. predikant te Gouda. De zondags
viering Dr. C. H. van Bhijn, predikant te Gouda,
Het socialisme en de Kerk. L. J. van Bhijn,
emeritus predikant van Wassenaar. Ons volksgezang.
Dr. J- Biemens, predikant te Driebergen. „Hebt
goeden moed." W. Woelders, zendeling op Nienw-
Guinea. Een afscheidsgroet. Dr. Ph. J. Hoedemiker,
predikant te Amsterdam. Eerste afscheidsrede. Br.
G. J. van der Flier, predikant te 's tl age. slotrede.
De Protestantse he Noordbrabanter schrijft
We hadden heden het genoegen het Jongelings-
feest te Nederhemert bij te wonen. Hoewel het
weder in den vroegen morgen niet gunstig scheen
klaarde de lucht spoedig op en boven verwach
ting mochten we ons verheugen in liefelijk zomers
weder. Het getal feestgangers was vrij aanzienlijk. Het
terrein was uitnemend geschikt. Liep men door de
kronkelende paden onder de lommerrijke boomen, dan
kon men zich verbeelden in een flink bosch te zijn.
Op andere plaatsen had men weer een vrij gericht over
schoone weilanden en velden De stedeling vergat
zijn zorgen en haalde vrij adem te midden dezer
lachende natuur Maar behalve dat we ons konden
verlustigen fn Gods schepping, hoorden we menig
stichtelijk woord van hen, die daar als sprekers op
traden. We zullen niet trachten het gesprokene weer
te geven. De sprekers hadden hunne toespraken hoofd
zakelijk over het jongelingsleven. De Heer Schlitt, be
handelde echter de zending onder Israël, terwijl Ds.
Oorthuis meer sprak over den sterken drank, als den
grootsten vijand van den mensch.
Ds. Bulens hield eene korte maar krachtige slot
rede. Deze spreker wees op een zekere oppervlakkig
heid in onzen tijd. Het „O Godwees mij zondaar
genadig" zei hij wordt zoo weinig gehoordOp
persoonlijke bekeering en algeheele overgave aan
Jezus drong hij ernstig aan.
Wij zijn dankbaar zooveel goede woorden te hebben
mogen hooren, toch komt het ons voor, dat sommige
sprekers wel wat te lang spraken en daardoor de
aandacht wegnamen. Bij zulke gelegenheden vooral
ook dunkt ons, moet het //kort. maar krachtig" in
toepassing worden gebracht.
De meeste feestgangers vertrokken per stoomboot en
zeker zal menigen Psalm dien avond boven het kalme
water zijn aangeheven. Toen de ,/Maastroom" afvoer
klonk het ten minste reeds aanstonds. Hoe zalig is
het volk, enz.
L a ii (i b o h vr.
Vrijdag werd ten huize van den heer C. J. M.
Jongkindt Coninck, directeur der rijks landbouwschool
te Wageniugen, eene vergadering gehouden van het
voorloopig comit^ter bevordering van de Nederlandsche
inzending op de internationale tentoonstelling van vee
en zuivelte Londen te houden.
De bijdragen voor gemeld doel waren thans ge
klommen tot ongeveer f 8000.
In gemelde bijeenkomst is goedgevonden, allen, die
door bijdragen van hunne sympathie deden blijken,
uit te noodigen tot eene vergadering, welke op Maan
dag 28 Juni e. k. zal gehouden worden in een der
daartoe welwillend aangeboden lokalen van Artis te
Ams'erdam. Alsdan zal besproken worden, welke maat
regelen moeten genomen worden om het welslagan
dezer nationale zaak te bevorderen. Aan den minister
zal verzocht worden, nu het gebleken is dat de direct
belanghebbenden een krachtig en eenparig bewijs van
belangstelling hebben gegeven, eene bijdrage van
f 5000 te verleenen.
Het aanvankelijk plan zal nu waarschijnlijk wel
kunnen worden uitgebreid, althans het comité ver
trouwt, dat de regeering niet achterwege zal blijven
om een bewijs van belangstelliug te geven in het wel
slagen der onderneming.
Bij de algemeeue bijeenkomst zal zoo mogelijk wor
den overgegaan tot het benoemen van leden voor het
definitief comité en van keuringscommissien en de
uitgebreidheid der inzending, enz. worden besproken,
ook wat betreft de prijzen, de kosten van transport,
verzorging enz.
Door het voorloopig comité zijn reeds onderhande
lingen aangeknoopt met de- betrokken autoriteiten tot
het uit den weg ruimen van hindernissen bij den in
voer in Engeland, het verkrijgen eéner goede plaats
enz. Even als in Denemarken is geschied, zal de hulp
der regeering worden ingeroepen bij het transport van
vee en producten, terwijl het comité, gesteund dooi
de zoo noodige deelneming van de Nederlandsche
landbouwers en veehouders gelegenheid heeft, den
bezoekers op eene goedkoope en aangename reisge
legenheid opmerkzaam te maken.
De verbouw van tarwe en rogge richt zich ge
heel naar den bodem van het gewestnergens aan
zienlijker tarwe-teelt dan in de kleipolders van Zee
land en de Zuid Hollandsche eilanden het minst in
Drente en Overijsel, alwaar de volksklasse dan ook
bijna- geen tarwebrood verbruikt.
Den aauzienelijksten roggeoogst vindt men in Noord
Brabant, vervolgens in Gelderland, Limburg en Over
ijsel in eerstgenoemde provincie bedraagt een ge
middelde oogst ruim 1 millioen hectoliter, daarentegen
is de productie in Z. en N. Holland zeer gering, in
Zeeland, Utrecht en Friesland ook niet van groot belang.
Iu het jaar 1872, een middelmatig, dus niet ongun
stig jaar, becijferde men de opbrengst van den oogst in
het geheele rijk, wat de tarwe betrefr, op ruim 34
millioen, en wat de rogge aangaat op ruim 53 mil
lioen gulden.
Dezer dagen heeft men te Zuid-Beierland
gedurende elf achtereenvolgende uren, het ver
schijnsel waargenomen, dat onophoudelijk eene
onnoemelijke menigte zoogenaamde korenbouten
(een viervleugeüg insect, ter lengte van ca. ba
decimeter met eei e vlucht van 8 centimeter)
van het Westen naar het Oosten voorbijvlogen. Som
tijds was de menigte zoo verbazend talrijk, dat hel
was alsof groote sneeuwvlokken door de lucht waaiden.
Men vermoedt dat deze insecten van het strand dei-
zee komen, evenals het haft of oeveraas, dat men
omstreeks dezen tijd ook aan de oevers van sommige
rivieren in ons land aantreft. Hoe ver deze milliarden
van insecten, welke altijd met eene groote snelheid
oostwaarts vlogen, de reis voortgezet hebben, zal men
misschien uit andere plaatsen wel vernemen. Tien jaren
geleden heeft zich een dergelijk verschijnsel voorgedaan,
doch toen in geringer omvang.
Tengevolge eener nieuwe instructie moet het
werfdepot te Harderwijk voortaan 200 kolonialen sterk
blijven, terwijl eerst daarna van het aantal daarboven
geregeld 50 man naar Indië vervoerd worde.).
Dat zal de voor eenige jaren zoo druk besproken
Indische brigade moeten voorstellen.
Morgen zal door de Leidsche studenten een
optocht worden gehouden, voorstellende de intocht van
Philips den Schoone binnen Amsterdam op 27 Juni 1497.
De Utrechtsche gemeenteraad heeft besloten voort
aan geen stadsgebouwen te verhuren tot houden van
tapperijen, slijterijen, bier- of koffiehuizen. Een paar
der voorgestelde verhurings-voordrachten moesten met
het oog op dat besluit worden teruggenomen.
In bijna alle steden heeft men gasleidingen in ver
scheidene groote steden waterleidingen in meer dan
eene begint men gehoorleidingen, telephonen, aan te
leggen in een paar is concessie aangevraagd voor
het leggen van verwarmingsleidingen; nu in Ame
rika bestaan die reeds. Thans bericht men uit dat
werelddeel aan de ZutfenseliQ courant dat er concessie
is aangevraagd voor bierleidingen, waardoor de bewo-
mers steeds versch bier in hunne binnenkamer kunnen
drinken.
Nog slechts de tabaksrookleiding ontbreekt, waar
door ieder uit het centraal-dépot zijn havana of zijn
pijp tabak kan rook en.
Nog maar weinige jaren geleden was de Schelpvis-
scherij op Texel voor velen een middel van bestaan.
Honderden mannen en knapen verdienden hun brood
er mee. Door het verloopen van eenige banken, werd
deze tak van nijverheid allengs minder, zoodat de
vloot, eens meer dan vijftig schuitjes sterk, tot ruim
twintig werd teruggebracht. Voor een paar jaren werd
door eene firma te Makkumeene stoom-baggermachine
in werking gebracht, waarmee met succes schelpen
werden opgebaggerd. Deze machine werkt thans op de
Eierlandsche schelpenbanken en brengt in één dag
meer schelpen boven water dan de geheele vloot in
eene week. De weinige schelpenvisschers, die thans
nog werkzaam waren, zien zich door deze machine
bijna geheel van hun middel van bestaan verstoken.
Voor de Hollandsche IJzeren Spoorwegmaat
schappij zijn eenige Amerikaansche waggons in de maak,
bij welke gelegenheid bestaat gedurende de reis eenige
beweging te nemen.
Bij de aangifte ten bureele van den burgerlijken
staud te Amsterdam deed zich verleden week het
bedroevend geval voor, dat een kind, buiten huwelijk
geboren, de moeder nog slechts den ouderdom van
veertien jaren bereikt had.
Naar Berlijn richten zich aller oogen. In de Duitsche
hoofdstad is de conferentie vergaderd die aan de ge
schillen tusschen Turkije en Griekenland een einde
moet maken. Met blijde verrassing wordt per telegraaf
aan alle beschaafde d. w. z. couranten-lezende volken
bekend gemaakt, dat, hoe groot ook ten alle tijde de
overeenstemming der Mogendheden in de Oostersche
kwestie ook moge geweest zijn, nu die eenstemmig
heid toch nog grooter is dan ooit. In tien dagen hoopt
men de zaak in orde te brengen.
(Hoe kunnen de meuschen het af, en dat met zoo'n
warmte.)
De besluiten der conferentie, zoowel als de verga
deringen blijven geheim. Het „wacht op onze daden"
is dus plicht, en heeft te minder bezwaar omdat een
zaak die druk besproken wordt, en waartoe tal van
commissiën, conferentiën enz. bijeen komen nog niet
altijd de beste Waarborg van slagen biedt.
Er is in datzelfde Berlijn nog een voor de geschie
denis uiizer dagen belangrijk feit voorgekomen. De
Pruisische Landdag heeft de belangrijkste artikelen der
door Bismarck voorgestelde wet tol verzoening met de
Kerk, of indien men wil, tot verzachting der Meiweiten
verworpen. Verworpen ook met medewerking van
het Boomsche centrum dat zich dus niet heeft gestoord
aan Bismarck's bedreiging, die zeide dit aannemen of
watergers zal uw overkomen. Wat zal de Bijkskanselier
doen
Het Fransche ministerie Freycenet heeft op aanspo
ring van den toekomstigen president der Bepubliek,
Gambetta, een belangrijk besluit genomen. Zij heeft bij
de Kamer een wetsontwerp ingediend, inhoudende het
voorstel dat aan alle politieke misdadigers van 1870 en
'71 vrijheid wordt verleend om ongestraft in hun vader
land terug te keeren. Het ministerie schijnt hiertoe
niet alleen door eigen overtuiging gedrongen te zijn,
maar ook voor een goed deel daartoe verplicht om
aan de eisehen der radicale partij te voldoen.
Het is waarlijk een moeilijke taak die de Fransche
regeering op den schouder nam, want naar alle men-
schelijke ber,kening zal in de Kamer met glans voor
dit ontwerp em meerderheid te vinden zijn, maar de
Senaat zal, in zijn t'genwoordigen staat, dit ontwerp
verwerpen.
Opnieuw geschil alzoo, gelijk bij art. 7 der onder
wijswet tusschen de twee regeeringslichamen.
Frankrijk zou ook geen Frankrijk zijn, als het niet
eens een ernstig geschil opwierp, waarover men naar
hartelust politiseeren kan.
1{ O E lv V a\KO\I) IGI (i
Het Genadeverbond en de Kerk, een beetje vericeer
tegenover I)s. KleinendorsCs „andere zienswijze"
dooi A. Littooij, predikant te Middelburg?
Ons blad is de plaats niet om dogmatische of theologische
kwesties te bespreken, veel minder nog om daarin een
oordeel te vellen. Bij het ter sprake brengen van boven
genoemd geschrift stellen wij ons geen partij, maar
wij willen er op wijzen. De zaak.is te belangrijk en
het schrijven van Ds. Littooij ïe lezenswaard, dan dat
wij er van kunnen zwijgen.
Tegenover het beweren van Ds. Littooij dat wij aan
het avondmaal noodigen en het avondmaal bedienen
moeten op grond van het waarneembare, op grond van
belijdenis en leven en dat wij, als wij op het gebied
des innerlijken levens overstappen, als wij aan het avond
maal noodigen en het avondmaal bedienen willen op
innerlijke gronden, verder gaan dan wij kunnen en
mogen, dat wij ons dan, bewust of onbewust, vergrijpen
aan de rechten Gods en ons dan plaatsen op het stand-
puut van God dat het ten avondmaal gaan voor
een iegelijk niet gecensureerd lidmaat der gereformeerde
Kerk, buiten wettig censuur, plicht is daartegen
over vooral zijn een tweetal iu het krijt getreden. Van
den eersten, den heer de Kamzegt Ds. Littooij
dat diens geschrift, dat veel van een foutief opstel
heeft, der wederlegging niet waard is. Een enkel staaltje
wordt ons daarvan te proeven gegeven, dat waarlijk
niet naar meer smaakt. Wij moeten met den schrijver
zeggen dat met iemand, die aldus het hart en de be
doeling van een ander durft beoordeelen, daarbij eigen
gevoelens boven Gods woord plaatst en dan nog, den
kelijk in vergissing of uit onkunde, stellingen verkon
digt, die erger dan Boomsch ziju. niet is te redeneren.
Zulke mannen moesten niet schrijven en dit aan
anderen overlaten.
Een andere tegenstander is Ds. Kleinendorst. Ook
op diens onbevangen oordeel en het juist aanhalen van
stukken uit de vroegere brochuren van Ds. Littooij,
heeft deze laatste nog al een en ander af te dingen.
Doch dit is niet voor ons het meest belangrijke van
zijn geschrift, ofschoon ook daaruit weer is te leeren
hoe moeielijk wij tegenover een tegenstander onpar
tijdig kunnen zijn en ons op diens standpunt kunnen
verplaatsen. Uit de tegenspraak van Ds. K. neemt Ds.
L. aanleiding om zijn gevoelen nog eens duchtig uit
een te zetten en aan te toonen hoe het niet alleen op
de H. Schrift is gegrond, maar ook hoe hij daarin
de voetstappen volgt van Calvijjn, Brakel, llcl-
leubrock en andere mannen, wier namen met eere
genoemd worden in de gereformeerde Kerk.
Nog eens, wij stellen ons in deze kwpstie geen partij.De
aard van dit blad verbiedt ons dit. Toch wijzen wij
de lezers er van op deze belangrijke brochure, die der
moeite waardig is om te worden gelezen en overdacht.
En, al is men het er niet mede eens, of wel, kan men
zich niet op eenmaal gevangen geven, het zal in elk
geval den ernstige onderzoeker licht doen opgaan over
veel, dat hem tot hiertoe duister was en waaromtrent
zijne begrippen min of meer verward waren. Wij dan
ken den heer Littooij voor zijne belangrijke studie en
eindigen onze aankondiging ook met de bede, dat de
Heere haar kroue met Zijne hooge goedkeuring. N»