ClRISTELI.JR-ÏIfSTORISGH BLAD.
iV. 596.
Zaterdag 15 Mei.
„Eendrachtelijk bijeen"
Middelburg, 14 Mei 1880.
ItiiSU.
HET ZUIDEN
4
Verschijnt elkea Maandag, Woensdag en Vrijdag
avond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen
Prijs per drie maanden franco f 1,50.
Enkele nomoiers- 0,05.
Uitgever
P. Gr. WIJT MAN,
TE
MIDDELBURG.
Prijs der Advertentiën:
Per regel 15 ets.; Familie-berichten van 16
regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents.
Liefdegaven 10 cents per regel.
geen
Maandag (2de Pinksterdag) zal
nummer van dit blad verschijnen.
waren zij allen, als de dag van het Pinkster
feest vervuld werd.
Wie waren dat? De twaalven alleen?
Wij meenen te mogen denken aan de om
trent honderd en twintig personen (niet mannen)
van vs. 15 van 't vorige hoofstuk, waaronder
dan »de vrouwen, en Maria, de moeder van
Jezus, met zijne broederen."
Wij meenen zelfs te mogen denken aan de
schare van smeer dan vijfhonderd broederen"
van 1 Cor. XV vs. G, waarvan het meerendeel,
als vrome Israëlieten, naar het voorbeeld des
Heilands zal zijn opgegaan tot het feest der
eerstelingen. 1)
Met gemeene toestemming hadden de omtrent
honderd en twintig leden der Jeruzalemsche
gemeente het apostelental met Matthias aange
vuld, en zij scheidden niet van Jeruzalem totdat
de belofte des Vaders zou vervuld zijn aan zonen
en dochters, jongelingen en ouden, dienst
knechten en dienstmaagden.
Eendrachtelijk waren zij bijeen in een der
nevengebouwen van den tempel. Van den tem
pel, waaruit kort geleden de man, die eertijds
blind was, was uitgeworpen. Van den tempel,
van welken zij wisten dat geen steen op den
anderen blijven zou, hoe heerlijk hij ook door
door den zes en veertigjarigen arbeid van Hero
des was vernieuwd. Van den tempel, welks
voorhangsel van boven tot beneden was ge
scheurd.
Hoe saddueeën ook afdeden van, en farizeën
ook toededen tot de wet Gods, hoezeer zij wis
ten dat de ure was gekomen dat noch op den
Gerizim noch op Moria de Vader bij voorkeur
wilde aangebeden zijn, toch bleven zij aanvan
kelijk bij den veroordeelden tempel, omdat zij
eerst moesten getuigen te Jeruzalem.
Eendrachtelijk waren zij bijeen onder zeer
ongunstige omstandigheden.
Pas zes weken geleden, misschien nog later,
durfden zij, om de vreeze der joden, niet anders
binnen Jeruzalem vergaderen dan met gesloten
deuren. Hunne reis naar Galilea, hun stil ver
wachten van d6 belofte des Vaders had in den
laatsten tijd wel de waakzaamheid der geeste
lijk-wereldlijke macht doen verslappen, en onder
de tienduizenden van buiten gekomen feestge-
nooten gevoelden zij zich eenigzins vrijer. Toch
was er reden tot vreeze. Was er tijdens het
vorige feest niet één onder de bevoorrechte
twaalven geweest, die naar de plaats der af
zondering, naar Gethsemane, verradeljjk den
gerechtsdienaars den weg gewezen had
Niet op het feest zouden de overpriesters
Jezus gevangen nemen, en zij doodden Hem
wel op het feest. Zou er nu geen wakend oog
gehouden worden op de verdachten onder de
feestgangers uit Galilea?
Er was meer reden voor den vriendenkring
om zich te ontbinden, ten einde geen achter
docht te wekkenmeer reden voor de broede
ren om persoonlijk met de meeste nauwgezet
heid het feest te vieren naar alle regelen en
gebruiken, dan om samen als discipelen van
Jezus te vergaderen.
En toch, zij waren allen eendrachtelijk bijeen.
Een gemeenschappelijk geloof in den ver
heerlijkten Meester, eene gemeenschappelijke
hoop op de vervulling Zijner belofte van een
Trooster, eene gemeenschappelijke liefde tot
hunnen Heer en God, eene gemeenschappelijke
liefde tot elkander, dat alles drong hen tot
eendrachtelijk samenzijn.
En toen zij allen eendrachtelijk bijeen waren
daalde de Heilige Geest op hen neder.
1) Wij hebben ons niet te storen aan de gewoonte,
in zwang gebracht door de middeneeuwsche roomsche
schilderkunst, volgens welke nog op bijbelsche schil
derijen en platen enkel de twaalven bij het pinkster-
wonder staan afgebeeld. Hand. II vs. 14 behoeft niets
anders te beteekenen dan een vooraan staan van Petrus
met de elven, welke, als toekomstige predikers, met
meerdere geestesgaven kunnen zijn toegerust dan de
andere broederen en zusters. In een der nevengebouwen
des tempels kunnen met mannen even goed vrouwen
zijn vergaderd geweest, als wij Weten dat drie en der
tig jaar vroeger Simeon en Anna beide in den tempel
waren. Van de laatste weten wij (Luk. II vs. 37) dat
zij niet week uit den tempel, zelfs daar ter plaatse den
Heerc beleed en van Hem sprak.
Ecd stokje gevonden.
De Middelburgsche Courant deelt aan hare lezers
mede hetgeen voorkomt in het door ons opgenomen
verslag van de jongste samenkomst van het Zeeuwsch-
Jongelings- Verbondomtrent het gemeenschappelijk maal
in het kerkgebouw der Chr. Geref. Gemeente te Vlis-
singen.
Daarbij teekent zij het volgende aan
Wij denken er niet aan om hier aanmerking op
te maken. De zaak gaat ons ook niets aan, want,
zooals in 't verslag reeds bij voorbaat opgemerkt
wordt, de Chr. Gereformeerden zijn „baas in hun
eigen huis." Bovendien is in ons oog ieder lokaal
op zich zelf even geschikt om er te bidden, te zin
gen en te preken, als om er te eten.
Wanneer wij ons echter herinneren welk een ge
schreeuw over onthei!ging* en „ontwijding1* er
van rechtzinnige zijde aangeheven wordt op het
denkbeeld alleen van een oratorium, een requiem
of andere ernstige muziek-uitvoeringen te geven in
eeue kerk, of om muziek te maken bui ten eéne
kerk, maar op een tijd dat er hier of daar kerk
gehouden wordt, dan lijkt ons deze herschepping
var. een bij uitstek rechtzinnig „bedehuis1* in een
„eethuis' alles behalve consequent.
Wij herinneren ons nog levendig hoe in der tijd aan
Ds. Nonhebei het gebruik van een kerkgebouw der
Ned. Herv. Gemeente te Middelburg door „liberale"
kerkvoogden tot het houden van zendingsbidstonden
is geweigerd, terwijl diezelfde heeren de Koorkerk
afstonden voor een muziekfeest Dit tot toelichting
van de uitdrukking: de Cbr. Gereformeerden zijn
baas in hun eigen huis, wat de Ned. Hervormden,
te Middelburg althans, niet zijn. Overigens zijn wij er
van overtuigd dat nergens de Chr. Gereformeerden ooit
een hunner gebouwen zullen afstaan tot een gebruik,
dat in geenerlei verband staat met de uitbreiding van
het Godsrijk. Wij schrikken volstrekt niet van het
denkbeeld der uitvoering van een oratorium in een
kerkgebouw, maar wel huiveren wij bij de gedachte
aan de uitvoering, in of buiten eene kerk, van een
heerlijk dicht- en toonstuk, een der verhevenste ge
deelten der Heilige Schrift ten onderwerp hebbende,
door een wonderlijk samenraapsel van allerlei zangers
en muziekanten, wier hart verre is van het heilige
onderwerp, en die het alleen boven voortbrengselen
der verbeelding van tooneeldichters stellen, omdat bloot
menschelijk vernuft de Schrift niet evenaren kan. Er
zijn oratoriën welke wij gaarne hooren zouden, als wij
wisten dat het hart der zangers zoo goed bij de zaak
was als bij de muziek, en de uitvoering tot eere Gods
en niet tot vergodiDg van een eersten zanger, van eene
gevierde zangeres of tot louter zingenot der hoorders
strekte.
Er is een groot onderscheid tusschen uitvoeringen
van ernstige muziek, en ernstige uitvoeringen van
gewijde muziek.
Had de Middelb. Courant in plaats van het latijn-
sche requiem het hollandsche zielmis geschreven, dan
had zij meteen duidelijk gemaakt, dat zoo iets, al is
de muziek er van nog zoo schoon, in een protestantscb
bedehuis niet te pas komt.
Op alle manier is het kerkgebouw te Vlissingen
niet ontwijd, en ook op een donderdag de Rustdag
niet. Verder is door het eten binnen eene besloten
plaats geen andersdenkende geërgerd, zooals door
muziek, of gedruisch makenden arbeid, of rumoer aan
aan den openbaren weg maar al te vaak de stadge-
nooten der Middelburgsche Courant, die anders denken
dan zij, geërgerd worden.
Eer zij nog eens over dergelijke dingen schrijft, mag
de Middelb. Courant zich nog wel eens de negerzan
gers, hunne beteekenisvolle liederen, hun ongeëvenaarden
zang en het doel van hun optreden herinneren. Noch
orthodoxe Ned. Hervormden, noch Chr. Gereformeer
den hebben zich te Middelburg aan hun zingen in
de kerk geërgerd. Maar te Goes is het gebeurd dat
de Chr. Gereformeerden voor deze zangers hun „bij
uitstek rechtzinnig bedehuis" openstelden, hen alle
mogelijke voorkomendheid bewezen, en dat „lib er ale I
heeren hen beleedigden.
Die een hond wil slaan kan licht een stok vinden,
zegt het spreekwoord, maar 't is der moeite niet waard
een stokje op te rapen, dat veel te kort is.
BetrefFende de uitslag der verkiezingen voor leden
der Provinciale Staten in onze provincie bleef ons
nog het volgende te melden over:
TBiolen. Uitgebrachte stemmen 329, blanco 2. Ge
kozen de aftredende leden J. Sipkes met 254 en D,
Bolier van Scherpenisse met 205 stemmen. Uitgebracht
waren 132 stemmen op den heer van Stapele.
Zicrikzee. Uitgebrachte geldige stemmen 450,
Gekozen de aftredende leden mr. J. Moolenburgh met
441 i C, van der Vliet Dzn. met 429, B. G. van der
Have met 410 stemmen. Voor de vaeature Con moet
herstemming plaats hebpen tusschen de heeren mr. C,
J. Fokker die 200 en J. M. de Glopper, burgemees
ter van Ellemeet, die 115 stemmen bekwam.
Hulst. Uitgebrachte stemmen 578, van onwaarde
9, volstrekte meerderheid 285, Gekozen de aftredende
leden mr. J. G.van Deinse met 454, L. J. M. van
Waesberghe .Tansseus met 417, J. Stevens mei. 545,1
II. J. M. Onghena met 338 stemmen. Uitgebracht
werden op de heeren: Jhr. mr. L. Schorer 187,
A. van Boven 144, mr. J. P. Dronkers (die verzorf
had niet 'in aanmerking te komen) 110 stemmen.-7
Voorts wenschen we nog de aandacht onzer );P'
te vestigen op de geringe opkomst ditmaal, :yjt
district Middelburg
l'is#