BUITENLAND. HANDELSBERICHTEN. Spreken wij dus allereerst tot onze ouders, en moge Let liefelijk, krachtig en natuurlijk „vader" en „moe der spoedig weer het laffe „pa" en „ma" voor goed naar de kinderkamer verbannen Een professor van de Universiteit te Glasgow gaf de volgende statistiek, die aantoont hoe sommi ge Schotsche studenten zich onderhouden. Van de 500 studenten in die Universiteit, zijn er 199 onaf hankelijk in hun middelen maar 391, of twee derden houden hun plaats „door een of andere soort van werk". Van dezen zijn er 240, zoowel gedurende den schooltijd als de vacantie, aan het werk 135 alleen in de vacantie, en 16 andere in den winter. Van de anderen wordt gezegd„Zij zijn werkzaam in elk denkbaar beroep meubelmakers, mijnwerkers, ko pergieters, hoedenmakers, kleederraakers, kruideniers, machinisten, scheepstimmerlieden, lakenwevers, hof meesters op stoombooten een tolgaarder, een fabrie- kant van zakboekjes, een smid zijn er onder." Glad stone zeide, met het oog op deze opgave „Over dit bericht wil ik alleen zeggen, mijn heeren, dat ik er geen ken en er nauwelijks een kan bedenken, dat meer hoopvol is voor de toekomst van uw land." Te Dantzig laat men nog den kerkstoel zien, waar eens Peter de Groote incognito naast den burge meester der stad zittend, de preek heeft aangehoord. Toen de schel van het armenzak je zich deed hooren. taste Peter in den zak en legde een dukaat voor zich. „Wat die vreemdeling geeft, kan ik ook wel geven," denkt de burgemeester en haalt insgelijks een dukaat uit, dien hij voor zich nederlegt. In alle bedaardheid legt Peter een tweede goudstuk bij het eerstede burgemeester doet het ook. Zoo gaat het voort, totdat ieder zes dukaten voor zich heeft liggen. Nu komt het arraenzakje, natuurlijk het eerst bij Zijn Edel Achtbare den burgemeester, die er het geheele stapeltje goud inwerpt. Maar Peter offert een dukaat en steekt de andere bedaard weer op. Voor 1836 hadden de grootste schepen geen grooteren inhoud dan 800 a 900 ton en hoogstens een vermogen van 220 paardenkracht, thans wordt een schip gebouwd voor de Italiaansche marine rau 132000 tonnelast en een vermogen van 18000 paar- delast. Het Pransehe ministerie heeft aan den president het volgende schrijven gericht Mijnheer de President! „Het is een beginsel in ons openbaar recht, dat geen godsdienstige vereeniging, hetzij van mannen of van vrouwen, zich mag vestigen in Frankrijk zonder voorafgaande machtiging. Dat beginsel is onder ande ren geformuleerd in art. 11 van de organieke wet van het Concordaat van 18 Germinal, jaar X: „De aarts bisschoppen en bisschoppen kunnen met machtiging der regeering in hun diocesen kathedraal-kapittels en Seminariën stichten. Alle fmdere geestelijke instellin gen worden afgeschaft." En voorts in art. 4 van het besluit van 3 Messidor, jaar XII„Geen geestelijke vereeniging van mannen of vrouwen zal voorlaan ge vormd kunnen worden onder voorwendsel van gods dienstoefening, tenzij daartoe formeel gemachtigd bij keizerlijk besluit, na inzage der statuten en reglemen ten, volgens welke men plan zou hebben in gezegde vereeniging te leven. Niettegenstaande deze zoo heldere bepalingen hebben een groot aantal geestelijke orden, zoowel van mannen als van vrouwen, zich in Frankrijk gevormd, vooral onder het tweede keizerrijk en na de gebeurtenissen van 1870. Een telling in 1877 wees aan dat vijf honderd niet erkende geestelijke orden bestaan met bijna twee en twintig duizend geestelijken van bei derlei geslacht. Nu eens heeft de openbare macht dezen toestand geduld, dan weer heeft zij getracht hieraan een einde te niaken naar de eischen van het geval, en naar die van de openbare meening. Wie herinnert zich bij ,voorbeeld niet de beroemde interpellatie door den heer Thiers gericht tot het Ministerie-Guizot in 1845 en waarvan het gevolg was, dat de Kamer van afge vaardigden met bijna eenparige stemmen eene motie aannam, waarbij de regeering werd uitgenoodigd, de bestaande wetten toe te passen op de niet erkende geestelijke orden Een dergelijke feit heeft thans plaats gevonden. Ten gevolge van de beraadslaging over de wet op het hooger onderwijs en van de verklaringen, waartoe het Kabinet voor den Senaat gebracht, is heeft de Kamer op 15 Maart jl. met overgroote meer derheid de volgende motie aangenomen. „De Kamer, vertrouwen stellende in de regeering en rekenende op de vastberadenheid, waarmede zij de wetten betreffende de niet-erkende geestelijke orden zal toepassen, gaat over tot de orde van den dag." De plicht van het uitvoerend gezag is dus, om de .verschillende geestelijke orden, die niet erkend zijn en die over het grondgebied der Republiek zijn ver spreid, uit te noodigen zich te schikken naar de verstandige bepalingen, die de wetgeving heeft vast gesteld, en de formaliteiten in acht -te nemen, zonder welke zij niet langer geduld kunnen worden. Evenwel is er onder de niet erkende geestelijke orden eene, die verreweg de belangrijkste is en wier bijzondere toestand onmogelijk geloochend kan worden. Wij willen spreken van de orde der jezuieten, die op verschillende tijdstippen is verboden en tegen welke het nationale gevoel zich steeds verklaard heeft. Er bestaat geen regeering, die haar erkenning aan de Kamers zou durven voorstellen. Thans aan die vereeniging voor te stellen om de voorloopige formaliteiten te vervullen, wanneer men vooraf weet, dat de aanvraag om erkenning zal ge weigerd worden, schijnt noch gepast, noch waardig. Het is zeker veel beter, haar van stonden aan een redelijken termijn te geven, waarna zij moet ophouden als vereeniging te bestaan. Er is geen sprake van afzonderlijke vervolging harer leden of van eene in breuk op de individueele rechten, zooals men te ver geefs tracht te doen gelooven 't is hier alleen te doen om een niet erkende vereeniging te beletten daden te verrichten, die met de wet in strijd zijn. Wij zijn er dus toe gebracht, Mijnheer de President u twee besluiten voor te stellen, ten einde de mis bruiken, door het votum der Kamer aangewezen, te keer te gaan. Een eerste besluit, dat den termijn voorstelt, na verloop waarvan de inrichtingen van de orde der jezuïten in Frankrijk moeten gesloten wor den, en een tweede besluit-, dat de formaliteiten regelt, waarvan de andere niet erkende geestelijke orden moeten voldoen. Wij verzoeken u deze besluiten met uwe handteekening te willen voorzien." Onder bovenstaand rapport maakt het Journal Ojficiel de beide besluiten der regeering bekend. Aan de sociëteit van Jezus wordt een termijn gesteld van drie maanden om hare ontbinding uit te spreken en de inrichtingen te ontruimen, die zij op Franschen bodem heeft. De andere niet erkende geestelijke orden moeten binnen drie maanden hare statuten en regle menten kenbaar maken, indien zij machtiging willen bekomen om te bestaan. Ziedaar dus het besluit tot verdrijvingder Jezuiten- orde uit Frankrijk, zoolang met nieuwsgierigheid ta gemoet gezien. Voorwaar, het is niet |de eerste maal dat hunne verdrijving wordt gelast. Met de geschie denis in de hand mag men echter veilig gelooven, dat de Fransche regeering hier de hand in een wespennest steekt. In Engeland zijn de verkiezingen begonnen, nog eenige dagen van spanniug en redevoeringen, en het zal blijken of het kabinet Beaconsfield versterkt of verzwakt uit den strijd zal wederkeeren. Koningin Victoria en Eugénie Bonaparte staken vrijdag beiden in zee, tot het ondernemen van eene in zekeren zin gelijksoortige bedevaart. De eerste ging naar Darmstadt, om het graf te bezoeken van hare dochter Alicede andere ging naar Zoeloeland, om de plek te zien waar haar zoon Louis het leven liet. De Bonapartes hebben altoos veel opgehad met voor teekenen, met de wichelarij van datums ei namen. Is het dan geen opmerkelijke speling, dat het stoom schip, waarmede de weduwe van Napoleon III den tocht naar Zuid-Afrika aanvaardde, den naam draagt van German? Welk een verschil overigens (de Daily News wijat er op) tusschen die eene bedevaart en die andere! Victoria's dochter stierf bij het kalm volbrengen van hare roeping als moeder en gade een toonbeeld van huislijke plichtsbetrachting, Eugenie's zoon werd het slachtoffer van het militaire avonturierschap, dat zijn geslacht deed rijzen en deed vallen, en dat de vloek is geweest van Frankrijk en van Europa. Juist een jaar geleden dacht zijne moeder hem zijn vaders troon te zien herwinnen door een stouten staatsgreep, die ondernomen zou worden zoodra hij onder de Britsche vlag wat persoonlijken roem zou behaald hebben. Het is op goed gezag verzekerd, dat indien Louis Napoleon goed en wel uit Zoeloeland ware teruggekeerd, hij een inval in Frankrijk zou heb ben beproefd, zooals zijn vader te Straatsburg en te Boulogne. In stede daarvan sneefde hij onder de handen van wilden, in een uithoek van de wereld even goed een offer van de verdorven traditiën van zijn huis, als de arme-"uschen die op den beruchten 2den December werden neergeschoten in de straten van Parijs. In Afghanistan zijn de vijandelijkheden opnieuw begonnen. Tusschen Kabul en Gaddamak hebben de Afghaansche troepen het door de Engelschen bezette fort Batti aangevallen. De aanval werd afgeslagen met verlies van 18 dooden en 109 gekwetsten zoo lui den althans de eerste berichten. Een later telegram betwijfelt de nederlaag van Mohammed Jan en groote zorg verwekt de tijding, dat een opstand wordt voor bereid langs de verbindingslinie van Roberts' hoofd kwartier en de grenzen. Rotterdam, 30 Maart. Op de veemarkt waren gistereu aangevoerd: - paard, 1091 runderen, 114 vette- en graskalveren, 126 nuchtere kalveren, 23 schapen of lammeren, 230 varkens, lüU biggen, 3 bokken of gelten. De prijzen van het vee besteed ter markt van heden waren als volgt: Runderen le kwal. 92 c., 2e kwal. 76 c., 3de kwal. 56 c., kalveren 1ste kwal. 120 ct, 2de kwal. 100 ctschapen 90 ct. alles per kilo De handel in het magere vee was iets vlugger. I'rijzen van Effecten. Amsterdam, 30 Maart 1880. Nr-derl. Oertific. Werkelijke schuld. 2,/j pet. 655/8 dito dito dito 3 7872 dito dito dito 4 y 1027» Loten stad Amsterdam 3 10S3/4 dito dito Rotterdam 3 1033/4 R island Obligatiën 179S/1815 5 9574 Certilic. Inscr. 5e serie 1854 5 97 Dito dito 6e serie. 1855 5 Obligatiën dito 1000 1864. 5 92V8 dito L. 100 18725 85 dito L. 100 18735 dito 1877 dito5 90V2 dito leening 1867—69 5 745/s Loten 1S645 141 Loten 1S665 14074 Aand. Spoorw. Gr. Maat3ch. 5 1323/4 Oblig. dito5 r Aand. Kiew-Best5 dito dito Jelez Orel 5 u Oblig. spoorweg Poti-Tiflis. 4 8574 dito dtto Jelez-Griasi. 5 847a dito dito Charkow Azow .5 dito Bultische spoorweg3 513/4 Polen. Aand. Warschau-Bromberg 4 517s Weenen. dito dito 5 u 777a Oosteni. Oblig.metal.in zilv Jan./Juli 5 615/s dito dito Febr./Aug. 5 6074 dito dito April/Oct. 5 611/4 dito in papier Mei/Nov. 5 607s Italië. Oblig. Z. Ital. spoorweg B 493/8 Spanje. Obligatiën Buitenl 1 1615/ig dito Binnenlandsche 1 H 155/s Portugal. Obligatiën3 r 52 Turkije. Inschrijving Alg. schuld 1865 5 9S/16 Obligatiën 1869 6 8l/s Egypte. dito 1876 6 h 5674 dito 1876 5 4merik. Obl. Vereenigde Staten 1871 5 101 dito dito dito 1876. 472 10674 Brazilië Oblig. 1865 5 947 a dito 1875 5 Prijzen van coupons. Amsterdam 30 Maart. Metall f 21,127s; dito zilver f 21,127o; Div. Eng. per 8 f11,7772; Eng. Portugal per 8 t5_ Spaansche piasters 1 Amerikaanschc dollars in goud f 2.457a. Amsterdam, 29 Maart. Metall. 1 21,10 dito zilver f 21,10 Div. Eng. per 8 f 11,777s; Eng. Russen per 8 f 12,0272; Eng. Portugal per 8 f Frans f 47,45 Belg. f 47,45Pruis t 58,60 Hamb. Russen f 1,20; Rus sen °in Z. R. f 1,24; Poolsche per fl. Poolsche Der Z. R. f Spaansche piasters 47,45 Spaansche Binnenlandsche f 2,30; Amerikaansche dollars f2,457,; papier f 2.457a. a nv KllTKNTIlGISr. Voorspoedig bevallen van eene Dochter, C. W. Reesse, geliefde Eelitgenoote van S. L. VAN STEIN CALLENFELS, Predikant. St. Laurens, bp Middelburg, 29 Maart 1S80. De Heer en Mevrouw RUTGERSGuije, be tuigen bunnen hartelijken dank voor de vele be wijzen van belangstelling, bij de geboorte van hun Zoon ontvangen. Amsterdam27 Maart 1880. Voor de vele bewijzen van deelneming onder vonden bij het overlijden van mijne onvergete lijke Eelitgenoote, betuig ik, ook namens mijne kinderen en behuwdkinderen, mijnen hartelijken dank. 30 Maart 1880. P. BREEL.

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1880 | | pagina 3