.V 4»74. Bhnsdao; 23 Maai I. Scheiding* in Vrede. 'n 1330. 1 HET ZUIDEN, CÜRISTELIJR-H1ST0U1SCH BLAB. Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vilijdag- vond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen Prijs per drie maanden franco 1,50. Enkele nam men0,05. Uitgever P. G. WIJTMAN, tb MIDDELBURG-, Peijs der Advertentiën: Per regel 15 ets.; Familie-berichten van 16 regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents. Liefdegaven 10 cents per regel. Als zij haren liberalistischen bril niet op heeft kan de Arnhemsche Courant, meer dan eenig ander blad harer party, een goed oog op de zaken hebben. Onder het opschrift: Twee Verjaardagen geeft zij eene beschouwing over Keizer Alexan der's vijf-en-twintigjarige heerschappij en Bel- gië's vijftigjarige onafhankelijkheid. Er zijn uit de vergelijking van die twee ver jaardagen verscheidene lessen te halen, en het geen de Arnhemsche er uithaalt moet, als 't goed begrepen wordt, de liberalen" de hairen te ber ge doen rijzen. Maar er zit ook nog meer leer zaams in, en daar willen wij nu het oog op vestigen. Wij lezen dan Wie had in 1S30, toen de geweldige Czaar Niko- laas Rusland met ijzeren vuist regeerde en zijne heerschappij over geheel Europa gevoelen deed, toen het oproer te Brussel uitbarstte waaruit het belgische rijk verrees, kunnen voorzien of denken, dat, vijftig jaren later, Europa voor Rusland slechts een gevoel van medelijden en voor België een van bewondering koesteren zou? Het groote, logge Rusland met zijne 78 millioen inwoners is een invalide terwijl het kleine, nijvere België met nog geen 6 millioen inwo ners eene eervolle plaats inneemt onder Europa's meest beschaafde en bloeijende Staten, Voor ons landin het bijzonder heeft België's feest viering van zijn vijftigjarig constitutioneel bestaan eene bijzondere beteekenis. Nederland en Belgie hebben in hunne jonge jaren steeds met elkander gekibbeld, gekeven, getwist en gevochten, zoo als dit in een gezin meer gebeurt, waar twee broeders met contrasterende humeuren, en die elkander niet verdragen kuDnen, verplicht zijn dagelijks met elkan der in aanraking te komen en om te gaan. Zij waren als stiefbroeders die niet kunnen nalaten elkander met nijdige oogen aan te zien. Doch thans, nu elk zijn eigen huishouding heeft opgezet eu zijne eigen zaken drijft, nu met de vechtjaren de oorzaken der vechtpartijen verdwenen zijn, is ook de verhouding geheel anders geworden. Wanneer het thans leven'd geslacht door een of ander toeval een hollandsch of belgisch boekje van een vijf en veertig-tal jaren geleden, geschreven in het ongenietbaar proza of in de nog meer ongenietbare zoogenaamde poëzie dier dagen en met leelijke prentjes opgesmukt, iu handen krijgt, is het hem alsof hij eene historie las van de eenige eeuwen geleden voorgevallen vijandelijkheden tusschen twee volksstammen, heel ver van ons ver wijderd. Het groote, logge Rusland, met ijzeren vuist de vrijheidlievende Polen en alle voorstanders van de vrijheid tenonder houdend, herinnert ons in menig opzicht aan het Nederland onder koning Willem I. Het was de vasthoudendheid om niet te zeggen hoofdigheid van dien vorst, die in één band samen wilde honden, wat in Nederland en België niet te vereenigen was, die door het op de been houden van een groot leger op de grenzen, toen de kans op herovering der zuidelijke provinciën al lang verkeken was, onze schatkist in hopeloozen toestand bracht, en den grond legde tot onze ontzettende staatsschuld, die ook in één baud de verschillende Gere formeerde Gemeenten samenknelde, opdat zij zou den vormen de Ned. Herv. Kerk. Het zou heel leerzaam zijn aan de hand der Arnhemsche eene vergelijking te maken tusschen de staande kerk" en de gemeenten, die zich van de kerk van Willem I hebben afgescheidenvan welke laatste kan gezegd worden, wat genoemd blad van de Belgen zegt: »een klein volk, inéén menschenleeftijd gemaakt tot een algemeen ge acht en gezien volk", maar wij bepalen nu liever onze gedachten bij het heden, bij den strijd, die thans gevoerd wordt. Het kerkgenootschap, door onze Christelijk- Gereformeerde broederen veertig jaar geleden verlaten, is niet meer bijeen te houden, noch door op elkander gestapelde reglementen, waartusschen kerkeraden, klassen en provinciale besturen zich niet meer keeren of wenden kunnen 1) zonder zich aan onwettige" handelingen schuldig te maken, noch door toegeven aan de partij, die niets gelooven, niets belijden, niets bepaalds als kenmerk voor het lidmaatschap handhaven wil, of het zou dat niets moeten zijn. Nu snakken velen er naar dat de tijd van kib belen, kijven, twisten en vechten voorbij ga, dat elke der strijdende partijen hare eigen huishou- opzette en hare eigen zaken drijven. Laat ons nu eens bij Middelburgsche toestan den en feiten blijven. Het aangenomen voorstel „dat de kerkeraad besluite de aanneming van lid maten door Ds. Koch en Zijnen en de daarop ge volgde bevestiging te houden voor onwettig, en alzoo aan die geformeerde lidmaten niet toe te kennen de rechten, bedoelt in art. 41 van het oud, of art. 42 van het nieuw Reglement op het Godsdienstonderwijs, en hen ook niet in te schrijven in de lidmaatboeken der Ned. Herv. Gemeente te Middelburg" dit voorstel bedoelt geen hatelijkheid tegen de in demoilerneleeronderwezen jongelieden.Het bedoelt eenvoudig dat de kerkeraad de scheiding zal erken nen, die in de gemeente reeds bestaatzooals blijkt uit het kerkbezoek, het avondmaalhouden, het ten doop brengen en ter catechisatie gaan bij de ver schillende predikanten. Het daaropvolgende voorstel door Ds. Non hebei ingediend wij laten het hier nog eens afdrukken- „De ondergeteekende stelt voor eene kerkeraads- commissie te benoemen, aan welke wordt opgedragen om, het recht der belijdenis onaangeroerd latende, voorstellen te doen tot het in het leven roepen een er 1) Het blijkt toch, zooals het VVag. Weekblad uit voerig aantoont, dat èn de Dordtsclie kerkeraad, èn het klassikaal bestuur van Dordt, èn liet provinciaal kerk bestuur van Zuid-Holland, èn Ie Synodale commissie zich allen aan de reglementen bezondigd hebben. regeling, waarbij de verhoudingtusschen den ker keraad en moderne predikanten voorloopig zoo wordt geregeld, dat eenerzijds niemand gedwogen wordt tegen de uil spraak van zijn geweten te handelen,' anderzijds aan de moderne richting de mogelijkheid wordt geboden, om zich in eigen kring te constitueeren." is ook geen bewijs van zwakheid, van lust tot schipperen, zooals sommigen denken. Het is een voorstel tot onderhandeling over scheiding, zoover aanvankelijk mogelijk is. Verkeerd is dan ook de opvatting dat de twee tegenstemmers depredikan- ten Zijnen en Koch zouden geweest zijn; laatstge noemde is zelfs als lid der commissie gekozen. Er is tegen gestemd door Ds. Abresch, die van de zijde des kerkeraads geen poging wenscht aan gewend te zien tot losraaking van kerkelijke ban- den, en door den ouderling Dronkers, die liever wil afwachten wat de Synode in April a. s. zal voorstellen. De Synode zal ter hand nemen een plan tot kerspelvorming. Een kerspel is oorspronkelijk eene kleine dorps gemeente, of een deel eener stadsgemeente onder herderlijke zorg van één predikant. Met vrijwillige kerspelvorming echter bedoelt Ds, Vos (wij beloofden iets omtrent zijn oud en aanbe- velingswaardig plan te zeggen) juist niet een ver- deeleu der gemeenten in evenveel deelen als er pre dikanten zijn, zoodat iedere wijk om zoo te zeggen haar eigen dotniné zou hebben. Hij wil dat de ge meenten zich zullen plitsen naar de geestesrichting van de tegenwoordige lidmaten, in een orthodox kerspel met zooveel, in een modern kerspel met zooveel predikanten, en, zoo men wil, ook in ker spelen voor uiterste of tusschenliggende richtin gen. Elk kerspel kan zijn eigen lidmatenboek, zijn eigen kerkeraad, enz. enz. hebben, zich vrij als een kerkje in 't klein of in 't groot inrichten, al naar de gelegenheid toelaat. De kerkgebouwen, kunnen worden gedeeld, of bij afwisseling op be paalde uren worden gebruikt. Op dorpen, waar een orthodox predikant is, kannen de modernen zich aansluiten hij de naaste gemeente, die een modern leeraar bezit, en eischen dat die moderne nu en dan bij hen kome predi ken, en in het omgekeerde geval behoort er dan ook zoo voorzien te worden in de behoefte van orthodoxen in gemeenten, waar de predikant of de meerderheid modern is. Gebruik van kerkgebouwen, het aantal kerke- raadsleden, dat alles wordt geregeld naar gelang van het aantal personen, die zich hetzij bij de eene, hetzij bij de andere of eene andere richting, bij het eene ot andere kerspel aansluiten. Vooral behoort te worden opgemerkt dat de orthodoxe meerderheid de modernen niet zoo slecht wenscht te behandelen, als de liberalen" in den landedatdeanti-revolntionairenenroomschep/ doen in zake het onderwijs. ,.*41 Zij wil bijvoorbeeld tot de Middelburgs I a J k

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1880 | | pagina 1