fiRRISHLIJHISTORISIM BLAD. Donderdag 11 Maart. - ooa HET ZUIDEN, Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag avond ten 8 are, behalve op Christelijke feestdagen Prijs per drie maanden francof 1.50. Eakele uomiaers- 0 05. P. Gr. Uitgever: WIJTMAN, MIDDELBUBO. Prijs der Advertentiën: Per regel 15 ets.; Familie-beriehten van 1 regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents. Liefdegaven 10 cents per regel. Middelburg, 10 Maart 1880. Na de Belgische Kamer heeft ook de Senaat, de onzen lezers bekende overeenkomst met Nederland, het kanaal Ter Neuzen—Gent betreffende, aangenomen. In ons land ontwikkelt zich tegen deze overeenkomst heel wat oppositie. Ziehier om welke redenen. In 1874 werd een overeenkomst gesloten lus- schen de betrokken landen tot verbetering van het kanaal van Neuzen naar Gent, opdat groote schepen, zonder te lossen, door zouden kunnen varen naar Gent. Daar de verbetering van het kanaal in het belang van Gent was, zou België de kosten betalen. Tusschen Nederland en België is den 9 November 1867 een tractaat gesloten, betreffende de tarieven der spoorwegen van Neuzen naar Gent en Mechelen. België had allerlei bezwaren gemaakt om de goederen en reizigers van en voor Ter Neuzen over de Belgische Staatsspoorwegen te vervoeren volgens zulke goedkcope tarieven, als dat tractaat voorschreef, omdat Antwerpen een concurrent in Ter Neuzen zag.Bij art. 11 der overeenkomst van 1874 verbond België zich, die voordeeliger tarieven toe te staan. Uithoofde van den grooten tegenstand in België tegen art. 11 werd in een latere overeenkomst in 1876 bepaald, dat art. 11 voor slechts 15 jaar zou ingevoerd worden, j Als vergoeding voor deze concessie der Nederlandsche regeering nam België op zich, om van de Maatschappij j. tot exploitatie te Utrecht over te nemen de exploitatie van verschillende spoorwegen, in Belgie gelegpn en toebehoorende aan de Luik-Limburgsche spoorweg maatschappij de exploitatie dezer lijnen gaf jaarlijks ongeveer vier ton verlies. In 1876 was het clericale ministerie Malou aan het roerde afgevaardigden van Antwerpen waren clericaalvan de zijde der oppositie werd een groote beweging tegen de overeenkomst gevoerd. Toen deze den 20 Mei 1876 in de Belgische Kamer van Afgevaardigden behandeld werd, bestreed het hoofd der oppositie, de heer Frère Orban, heftig de over eenkomst, die ook verworpen werd. En nu in de nieuwe Conventie, den 31sten October 1879 gesloten, is geen enkele bepaling omtrent de spoor weg-tarieven voor TerNeuzen. Omdat in 1876 de be paling van het toenmalige art. 11 tot 15 jaar beperkt werd, ontving Nederland door de exploitatie der Luik- Limburgsche spoorwegeu indirect een voordeel van 4 ton 's jaars. Na de afstemming van de overeenkomst was Nederland verplicht, om aan de Maatsehappij tot exploitatie een nieuw contract te geven, waardoor de schatkist vijf ton 's jaars minder ontvangt van de op brengst der Staatsspoorwegen. Thans is het geheele art. 11 weggelaten en krijgt Nederland niets. De eenige gunstige bepaling is, dat Belgie tegen hoogstens zes millioen het Nederlandsch gedeelte zal leveren van den spoorweg van Antwerpen naar Moerdijk en Breda. De Belgische Minister heeft evenwel dezer dagen in de Kamer verklaard, dat de aankoopsom onder de 6 millioen zal blijven. De exploi tatie van de aangekochte spoorwegen za1 aan de Maatschappij tot exploitatie worden gegeven en daar door aan de schatkist slechts een ton 's jaars opbrengen. En nu komt bij art. 11 nog art. 12 waardoor Nederland niet vrij is om voor Ter Neuzen de haven en kanaalgelden te wijzigen, maar in dit opzicht ge- geel afhangt van het bon plaisir van Belgie. Geen wonder dat de Fereeniging tot bevordering der belangen van Zeeuwsch-Vlaanderen te Ter Neuzen zich tot de leden van de Eerste en Tweede Kamer ge wend heeft met het verzoek de overeenkomst betreffende het kanaal Ter NeuzenGent, zooals die door de Belgi sche regeering is aangenomen, niet goed te keuren, dan na daarin opgenomen te hebben een artikel, dat Ter Neuzen dezelfde spoorwegtarieven verleent als aan de meest bevoorrechte Belgische havens geshonken is. Ook door het gemeentebestuur .van Ter Neuzen is in gelijken geest gerequesteerd. Domburg;, 9 Maart. Ruim 14 dagen geleden kwam hier aandrijven het wrak van een groot vaar tuig, dat in December voor Westkappelle strandde. Het bleef vastzitten op een der paalhoofden. Wijl men echter verzuimde de noodige maatregelen te nemen om het vast te leggen, raakte het met hoog tij en door den s'orm van den 2n Maart vlot, en dreef voort tot nabij het badpaviljoen. Nu werd geen moeite ontzien, om het verder in zijn vernielende vaart te stuiten en legde men het logge gevaarte voor 2 ankers, daartoe uit Vlissingen naar hier getrans porteerd, vast. Een tiental paalhoofden hadden het echter zwaar te verduren. Over eene lengte van pl. m. 50 meters werdén palen als halmen wegge maaid, wat een aardig gezicht opleverde. Oud en jong trotseerden den hevigen wind om de vernieling te aanschouwen. Geen ebbe ging nu voorbij, dat niet een groep belangstellenden of nieuwsgierigen op of bij het wrak wai\n te vinden, en prettig was het soms de op- en aanmerkingen te hooren over het een en ander, waarbij men onwillekeurig dacht aan 't spreekwoord j „de beste stuurlui staan aan wal." Heden middag werd het schip den meestbiedende verkocht en werd j de heer van Rooijen uit Westkappelle eigenaar, tegen den hoogen prijs van f 1305. Algemeen is men van oordeel, dat de visschers van Arnemuiden echter met den grootsten buit zijn gaan strijken,, wijl deze het nog voor Westkappelle de koperen huid hebben gelicht. Limburg Stirum, aftredend commissaris des konings in Gelderland. Een onzer oudste letterkundigen en dichters, die in spijt van zijn hooge jaren nog altijd onvermoeid werkzaam was, dr. J. J. F. Wap, is Zondag ochtend op vier-en-zeventigjarigen leeftijd overleden. Aan den Nieuwe-Neuzenpolder heeft weder eene oeverafsehuiving plaats gehad, alsnu aan den Brakman, ter lengte van ongeveer 120 en breedte van 20 meter, voorloopig echter zonder gevaar voor den dijk. (il/~. C.) Jhr. W. A. Roëll, vroeger le luit. bij het re- gement grenadiers en jagers, doch onlangs ter zake zijner in Atjeh bekomen wonden op pensioen gesteld, is benoemd tot rentmeester van het Kroondomeinte Tholen, voor de vacature ontstaan door het overlijden van jhr. de Casembroot. Bij^koninklijk besluit hebben de pantalons en laarzen van de adjudanten des Konings eene verandering on dergaan. Daar dit eene zaak is, welke die heeren met hun kleermaker moeten vinden, zullen wij ons Yan de be schrijving onthouden, overtuigd,'dat geen Nederlandsch burger, die de eer heeft met een adjudant des Konings in aanraking te komen, er op letten zal of het met zijn pantalon en zijn laarzen wel in den haak is. {A. C Tegen vrijdag en volgende dagen zijn bij de Tweede Kamer verschillende wetsontwerpen aan de orde gesteld, waaronder dat 'betreffende de gemeentelijke indeeling der Wester-Schelde, de overeenkomst aangaande het Slaak, de intrekking van het decreet op het bouwen langs of on dijken, en eindelijk het voorstel Van Kerkwijk over de' benoeming van burgemeesters enz. De heer van Kerkwijk waagde een poging om zijn ontwerp maar niet bij verrassing af te doen. La mort sans phraseschijnt daaromtrent besloten. Hij ver-, klaarde indien' het werkelijk Vrijdag in behande ling komt, althans tot Maandag uitstel te zullen voorstellen. Het zal den Zierikzeesehen afgevaardigde wel niet helpen. Door de staten van Gelderland is tot lid der Eerste Kamer verkozen, in plaats van wijlen mr. C. H. ba ron van Rhemen van Rhemenshuizen, L. G. A. graaf van Thans zijn alle onderhandelingen over de verhoo ging van den Noorder-Lekdijk tusschen de Provinciale Besturen afgebroken en alle hoop is vervlogen om door regeling van den Provincialen Wetgever de veiligheid der bedreigde provinciën verzekerd te zien. De ophooging, die nu aan het college van den Lekdijk Bovendams is opgelegd, wordt door alle des kundigen en betrokken belanghebbenden als ten eenen- raale onvoldoende geacht en toch legt men daarbij zich neder dan is voor jaren de kans op voldoende bevestiging vervlogen en blijft bij eiken winter de mogelijkheid van een verschrikkelijke ramp dreigen. Een gerucht wil thans dat in deze hachelijke omstandigheden het hoogheemraadschap Rijn land nogmaals het initiatief zal nemen om, met samenwerking van de voornaamste belanghebbenden en voor groote geldelijke offers zijnerzijds, tot een afdoende beslissing te geraken. Hartelijk hopen wij, dat dit gerucht waarheid moge bevatten en dat het zal blijken, dat de energie der waterschappen datgene tot stand zal kunnen brengen, waartoe de provinciale wetgever bleek onmachtig te zijn. Aan het Hand-elsblad is het volgende ontleend Naar wij vernemen, zal H. M. de Koningin di_ jaar Z. M. den Koning niet vergezellen bij zijn ver j blijf te Amsterdam. De reden, die van deze teleur stelling voor onze stadgenooten wordt opgegeven, is voor het overige wel geschikt om met vreugde door het Nederlandsche volk te worden vernomen. Z. M. de Koning heeft een brief van dank betuiging gericht aan de Commissie, die heiast is ge weest met de taak, om het huldeblijk van het leger aan Hli. MM. den Koning en de Koningin bij ge legenheid van hun huwelijk aan te biëden. Bij gerucht wordt gemeld dat Z. K. H. de prins van Oranje die in de laatste drie maanden zijn paleis niet verlaten heeft zich metterwoon te Delft zou vestigen, de stad die „de assche der Oranjes bewaart." De roem van andere natiën werd verworven door hun strijd tegen vijanden huiten hunne grenzen, Ne derland heeft ook een groot deel zijner vermaardheid verworven door zijn strijd met den rusteloozen vijand binnen zijne grenzen, het water. Onze waterkeeringen zijn even beroemd- als het water machtig is en zelfs de mét-deskundige heeft eerbied voor de ontzaggelijke en vernuftige inrichtingen, om ons tegen zijne aanval len te beschermen. Maar die roem gaat gepaard met groote opofferin gen, dat leeren ons de laatste maanden opnieuw. Omtrent de werken tot dichting van de doorbraak van den Maasdijk onder Oijen vernamè n we weder hei volgendeDe onmiddellijk na de aanbesteding vai het werk ingevallen hevige vorst, die tot ongeveer 11; Februari den grond bevroren, hield, heeft de werk zaamheden zoodanig vertraagd, dat niettegenstaand het gebruik van een spoorlijn van p. m. 2000 M lengte met locomotief en 18 wagens, ja zelfs va dynamiet tot loswerking der grondspecie, het te voo zien was dat ten tweedenmale de provincie Noor 1 Brabant zou worden overstroomd. Bij het vernem I van den eerst langzamen en daarna grooten was de rivier de Maas, heeft de commissie tot uitvoer/j der dichtiugswerken van de doorbraak de werkzar heden zooveel doenlijk bespoedigd en op Zaterdag

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1880 | | pagina 1