CHRISTELIJR-HISTORISCH BLAD. De Transvaal. .V. 332. ff Zaterdag 31 Januari. I«i8> HET ZUIDEN Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag avond ten s ure, behalve op Christelijke feestdagen Prijs per drib maanden francof 1,50. Enkele nommers- 0,05. Uitgever: P. Gr. WIJTMAN, ■te MIDDELBURG. Prijs der Advertentiën: Per regel 15 ets.; Familie-berichten van 1- regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents. Liefdegaven 10 cents per regel. De Transvaal, letterlijk: overzijde der Vaal, is eene der Zuid-Afrikaansche republieken grooter dan Nederland en België samen, en door afstammelingen van Nederlanders bewoond. Eertijds was, zooals men weet, het Kaapland, de Zuidelijke punt van Afrika, eene Neder- landsche bezitting, welke met volle recht den naam van koloniedat is voWplanting, dragen mocht. Daar ging men uit Nederland niet heen om er spoedig rijk te worden, een winstgevend ambt te bekleeden, en dan >gèborgen" weder te keeren. Men trok er heen om er zich te vestigen. Voor wien het moederland geen mid del van bestaan aanbood, geen ruimte om den grond te bebouwen voornamelijk, voor dien was aan de Kaap plaats in overvloed, en het gematigd klimaat maakte het den werkzamen Nederlandschen landbouwer mogelijk er in ge- I zondheid een hoogen ouderdom te bereiken, en zijnen kinderen een flink bestaan na te laten. Zulk een vruchtbaar voor Europeanen be woonbaar land, gelegen aan den grooten weg naar Iudië, was eene zeer begeerlijke bezitting. Toen dan de Eögelschen, tijdens wij onder de Fransche overheersching ons volksbéstaail verloren hadden, zoolang op onze buitenland- sche bezittingen pasten, leerden zij ten volle de waarde van de Kaap kennen, en bij de teruggave van het door hen bewaarde, hielden zij voor hunne moeite het Kaapland voor zich. Naar mate daar alles langzamerhand ver- engelscht werd, behalve de namen van vele plaatsen, die nog zuiver hollandsch zijn, trok ken de Boeren zoo noemt men over 't alge meen de Kapenaars van Nederlandsche af komst, de Engelschen zeggen Boers" steeds verder landwaarts in, en stichtten daar de republieken Natal, Oranje Vrijstaat en nog verder de Trans vaal, nadat zij" de Vaalrivier, die in de Oranjerivier valt, waren overgetrokken. Toen het hollandsch hart daar vrij kon kloppen, en de huishouding daar op zijn oud-hollandsch kon worden inge richt,' zijn er nog herhaaldelijk landverhuizers uit Nederland het getal hunner stam- en geloofs- genooten gaan vermeerderen. Die Boeren zijn nog een orthodox volk, een voudig van leefwijze, en gehecht aan de leer hunner vaderen. Zij hebben het echter nooit gemakkelijk gehad, hunne kleine steden, of liever dorpen, hunne landhoeven liggen alle ver van elkander, en zij wonen te midden van Hottentotten, Kaffers, Beetsjoeanen en andere wilden, die, gedeeltelijk verdrongen, er maar half vrede mede hebben, dat de grondslagen eener beschaafde maatschappij in de Afrikaansche wildernis ge leed worden. Vooral met de verschillende Kaf fer-stammen, al strijdbaar volk, hebben de volk planters het dikwijls te kwaad gehad, maar in den laatsten tijd werden die lastige buren meer en meer toegankelijk voor de zending, en dus ook voor de beschaving. Ware het gelukt door de Transvaal, en een gedeelte Kafferlaud tot aan de zee^ den spoorweg te leggen, waarvoor wij de stapels hout en ijzer zoolang aan de havens te Vlissingen zagen lig gen, er zou weder eene belangrijke schrede voorwaarts zijn gedaan op den goeden weg, en de volstrekt niet domme Kaffers zouden al spoe dig hebben begrepen, dat het beter is de Boe ren na te volgen dan te bestrijden. Maar Engelands begeerig oog volgde de 11 ol- landsche baanbrekers, en de eerste minister Benjamin d' Israëli, thans den titel voerende van Lord Beaconsfield, wilde vooral zich eene roemrijke nagedachtenis verzekeren. Hij is het die aan koningin Victoria den titel van Kei- zeria van Indië bezorgde, en die in alle oorden der wereld landen als parelen aau de nieuwe keizerlijke kroon wil hechten, 't Is of hij aan alle Engelsehe landvoogden in verre streken den last heeft gegeven, om te zien of er soms iets in te palmen is, middelerwijl zorgde hij er zelf voor dat Cyprus^ in Engelsehe handen kwam. ^u "was er ter kwader ure een moderne do- rainé naar de Transvaal gegaan, de bekende heer Burgers. Nooit hebben moderne dominés iets anders gedaan dan den boel bederven, adres aan de moderne dominés in het school toezicht, in de Tweede Kamer, en niet het minst in de Synode hunner kerk. Wat anderen in langen tijd met veel moeite uit den grond hebben opgehaald, zullen zij nu eens vlug en vaardig afwerkenDe kerk, door anderen gegrond, zullen zij tot vooruitgang en bloei brengen I Zoo zou ook Burgers, veel gau wer dan de langzame maar zekere Boeren, de Transvaal op eeue nooit gekende, slechts in de verte gehoopte hoogte van ontwikkeling brengen. Hij zou dit en dat, en nog meer. En zoo wist hij met veel praten zich op te werken :ot de waar digheid van president der Transvaalsche republiek. Zoo reisde hij dan overal heen om handels betrekkingen aan te knoopen, den gewenschten spoorweg in het aanzijn te roepen, en tevens van zijne geestverwanten naar zijn nieuw va derland te lokken. Zijn bluf over de rijke hulpbronnen van den Transvaalschen bodem heeft zeker aan Engelands begeerigheid den laatsten stoot gegeven. Door den aan te leggen spoorweg zouden de Afrikaansche goudvelden, buitenom Engelscli gebied, met de zee in ver binding worden gebracht, en daarom was het maar in eens zaak alles tegelijk in te pakken heel de Transvaal en het stuk Kafferlaud, dat de Transvaal van de zee scheidt. Door Sir Bartle Frère, gouverneur van 't Kaap land, werd de listige gezant Theophilus She stone op Burgers afgezonden, en 't gevolg w dat de groote voorvechter voor ontwikkelii en vooruitgang eindigde met zijn land aan Engelschen te verraden en te verkoopen. I op de Kaffers, den stam der Zoeloes, werd et Engelsch leger afgezonden. Nu is de- Transvaal geannexeerd, Zoeloelai met de wapens veroverd, en ten slotte ook nt een andere stam der Kaffers, meer in het bi nenland, door een moorddadlgen oorlog ond Engelands gebied gebracht. Waarom stonden de Boeren de Kaffers ni bij Zoo vraagt men. Waren die Zoeloes een beschaafd volk g weest, vatbaar voor het sluiten van eene ove eenkomst, wie weet wat dan gebeurd wai maar op hen konden de Boeren niet rekene en daarom hielden zij zich in den laatstt oorlog onzijdig, ertrouwende dat uit Engelai eene gunstige beschikking zou komen op In verzoek, om de annexatie ongedaan te mak welk verzoek zij 't best meenden te steunt door zich in dien oorlog niet te mengen. Die oorlog is beëindigd door Sir Garn Wolseley, dezelfde die den gelijktijdig met onzt Atjeh-oorlog begonnen krijg aan de Goudku zoo gelukkig voerde. Eenmaal klaar met Zoeloes, is hij nu de Boeren de wet gaan sti len, en dat op een zeer brutale manier. Onze Boeren wij gevoelen ons in g en vrijheidszin geheel één met hen doei wat in hun vermogen is, om zonder teg Engelands overmacht de wapens -op te vatte zich tegen die overmacht te verzetten. Hi hoofdman, Paul Kruger, die reeds vroeger Engeland de zaak van zijn vaderland ging b pleiten, is te voorzichtig om op dit oogenbl de krachten zijns volk3 te verspillen. De tege standers van minister Beaconsfield, aan wie heerschappij weldra een einde schijnt te zuil komen, laten zich gunstig uit over vrijlatL van de Transvaal. Overal gaan stemmen tegen de ongeoorloofde daad, waardoor een vi beschaafd en christelijk volk in eens van zij zelfstandigheid is beroofd, en 't kan zijn d weldra de dreigende houding van de. bewon< van Natal en den Oranje-Vrij staat de Trai valers zal te hulp komen in een verzet; c aan vele geboren Engelschen, zoo aan de Ka als in 't moederland, eerbied afdwingt. Het pleit zeer voor de Engelsehe liberal i dat zij een misstap hunner regeering w; herstellen, dat zij een afkeer hebben van consfiel<Ts inslokkende staatkundedie rekent met recht en billijkheid. Het pleit ook zeer voor de ons stamve I Boeren, dat zij, verraden en verkoch^eiino. overmachtigen vijand, die hunne zij^ steeds uit de nieuw ingerichte b lQ .en

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1880 | | pagina 1