7 er, te helpen voorzien, bovendien en ziedaar ^jts dat alles afdoet zou er meer „vreeze Gods" vorden bespeurd want is het waar ter eener zijde, dat het misbruik van Sterken Drank het bewijs is, van een van God afkeerig hartter andere zijde ook, dat toeneming van dat misbruik het hart hoe langer hoe afkeeriger van God maakt en het hoofd op hol brengt, in één woordhuis en maatschappij; een doodende giftadder is. Uit de akte van beschuldiging tegen Pincoffs en Kerdijk, verdienen vooral twee zaken de aandacht. Vooreerst, dat in het jaar 1870 Kerdijk uit de kas der Afrikaansche Handelsvereeniging eene som van f 100,000 heeft genomen voor zijn bijzonder gebruik, met medeweten van Pincoffs, en dat, om dezen diefstal te bedekken, in de boeken eene voorgpwende schuld ten laste van den heer Enthoven is gebracht. Ten tweede dat Pincoffs, buiten weten van Kerdijk, en zelfs tot zijn nadeel, enorme sommen uit de kas heeft genomen om in fondsen te speculeeren en ook om die sommen te dekken verdichte posten in de boe ken heeft laten schrijven. De valscliheden zijn dus niet enkel gepleegd om verliezen, in de handelsondernemingen der vereeniging geleden, te bemantelen, maar wel degelijk ook om zichzelf te verrijken en om eigen dobbelzuclit bot te vieren. En tevens blijkt nu^ dat Pincoffs ook zelfs zijn zwager, compagnon en medeplichtige, bedroog en bestal Kerdijk kan wegens den diefstal van de f 100,000, die hij ten eigen bate heeft gebruikt, niet vervolgd worden. Dit beletten de voorwaarden, door de Belgi sche regeering voor zijne uitlevering gesteld. Maar ten minste zal nu niet langer onder het publiek de meening stand houden, dat Kerdijk door Pincoffs mee gesleept en eigenlijk meer te beklagen dan te veroor- deelen zou zijn. Die diefstal van honderdduizend gul den is zelfs een zeer ordinaire diefstal en plaatst Kerdijk met den meest alledaagschen gauwdief op ééne lijn. Ook nog op een andere wijze hebben de beide brave mannen zichzelven weten te verrijken. Uit het onderzoek der boeken is namelijk gebleken, dat zij jaarlijks groote sommen hebben genoten als aandeel in de winsten, die zij verzonnen hadden. De 9ommen bedroegen bijna elk jaar boven de honderd duizend gulden (het minste bedrag was 827s duizend, het hoogste circa 143,000 gulden.) De totaal-indruk, door de lezing der akte van be schuldiging teweeg gebracht, is voor de beide beschul digden hoogst ongunstig. Eerst nu blijkt recht duide lijk, met welke schavuiten men te doen heeft gehad. De Arnhemsche Courant spreekt op de volgende geestige wijze over allerzotste mededeelingen door een Amerikaansch blad over onzen waterstaat gedaan, en door de groote bladen in ons land verbreid Het Nederlandsche volk onderscheidt zich niet door bijzondere voortvarendheid in het uitvoeren van ontworpen plannen. Verne heeft dit eenmaal in zijn „Dokter Ox" geestig geparodieerd, toen hij gewag maakte van de beraadslagingen over de bepaling van een dag, waarop de vraag zou worden overwogen of er een dag zou worden vastgesteld, waarop het voor stel in behandeling zou worden genomen of tot een besluit zou worden overgegaan. Zoo dit misschien wat overdreven is, beslissingenlaten zich bij ons toch lang wachten en wij knnnen ons zeer goed voorstellen dat een Amerikaansch blad, waarvan zich de redacteur herinnert in zijne jeugd de plannen voor de droog making van de Zuiderzee gelezen te hebben,-' die onderneming als bijna volbracht beschouwt. Ilij doet ons zelfs de concessie haar nog niet als geheel en al geëindigd voor te stellen, en verhaalt dat de afsluit dijk reeds gereed en de uitpomping in vollen gang isnog maar een paar jaren en die waterplas, waarop Zoovele schepen zijn vergaan, zal in een vallei van onvergelijkelijke vruchtbaarheid zijn herschapen Hetzelfde blad, dat dén zeer eigenaardigen titel draagt van The practical Americanblijkt, naar het geen het Hbl. er verder aan ontleent, over het .al gemeen een grootsch denkbeeld van onzen waterstaat .koesteren. Het schrijft toch: „Er zijn drie rijks- kolen in Nederland, de Militaire Academie, de ne-Academie en de Academie van ingenieurs van aterstaat. Yoor de laatste wordt evenveel, zoo r, .uitgegeven dan voor leger en vloot te zamen, terwijl het korps ingenieurs van den waterstaat is ingericht op militairen voet. De leden dragen uni form, hebben raug in het leger, worden naar ver dienste bevorderd, en trekken zeer hooge bezoldigin gen, daar hun diensten beschouwd worden als in vredestijd veel gewichtiger te zijn dan die der mili tairen. Wij zijn het volkomen met de Amerikaansche redacie eens, maar zien daarin nog geen reden om onze ingenieurs als militairen te beschouwen. De loting voor de nationale militie in Zeeland zal dit jaar plaats hebben op de volgende plaatsen en dagen Middelburg 7 Eebrte 9 uren vooi Arnemuiden en St. Joosland. en te 10 uren voor Middelburg Vlissingen 9 Febr., te 10 uren voor Ylissingen, te 117s uur voor Westkapelle, Zoutelande en Biggekerke en te 2 uren voor Koudekerke, Oost- en West-Sou burg en RittliemVeere 10 Febr., te 10 uren voor Serooskerke, Grijpskerke, St. Lam ens, Meliskérke, Aagtekerke en Oostkapelle. te 11 uren voor Domburg, Vrouwepolder en Veere; Tholen 12 Febr., te 9'A uur voor Tholen, Oud Vosmeer, St. Philipsland, Stavensse, St. Annaland, St. Maartensdijk, Scherpenisse en Poort vliet; Goes 14 Febr., te 97a uur voor Goes, te 11 uur voor Borssele, Ellewoutsdijk, 's Heerenhoek, Hein- kenszand, 's Heer Arendskerke, Wolfaartsdïjk, 16 Febr., te 97- uur voor Kloetinge, 's Gravenpolder, 's Heer Abtskerke, Kaftendijke, Ovezande en Nisse, te 11 uren voor Oudelande, Driewegen, Baarland en HoedekenskerkeKappelle 17 Febr., te 9 uren voor Kapelle, Wemeldinge, Yerseke en Kruiningen, te 107s uur voor Krabbendijke, Schore, Waarde en Rilland-Bath Axel 19 Febr., te 9 uren veor Axel, Zaamslag en Koewacht, te 11 uren voor Ter Neuzen, Hoek, Sas van Gent, Overslag, Zuiddorpe, Philippine en Westdorpe Hulst 20 Febr., te 9 uren voor Hulst, Ossenisse, Hengstdijk, Hontenisse, Boschkapeile, Stop peldijk, Graauw, Cling en St. JansteenIJzendijke 23 Febr., te 9 uren voor Nieuw vliet, Groede, Breskens, Schoondijke, Hoofdplaat, Biervliet, Waterlandkerkje en en IJzendijke; Sluis 25 Febr., te 9 uren voor Sluis, Heille, St Anna ter Muiden, Aardenburg, Eede en St. Kruis, te 11 uren voor Oostburg, Cadzand, Zuid- zande en RetranchementZierikzee 27 Febr., te 9 uren voor Zierikzee, te 11 uren voor Bruinisse, Oosterland, Dreischor, Nieuwerkerk en Ouwerkerk brouwershaven 28 Febr., te 9 uren voor Brouwers haven', Burgh, Haamstede, Ellemeet, Eikerzee, Noord- welle, Serooskerke, Renisse, Kerkwerve, Zonnemaire, Noordgouwe en DuivendijkeCortgene 1 Maart, te 97a uur voor Cortgene, Cats en Colijnsplaat en tc 107a uur voor Wissékerke. Middelburg, 23 Januari. De Chr. Jongetings- Vereeniging Spr. 23 23a alhier, herdacht gisteren op feestelijke wijze haar 13-jarig bestaan. Des avonds ten 6 ure vergaderde zij met hare leden en begun stigers, afgevaardigden van verschillende Jongelings- Vereenigingen en verdere belangstellenden in het kerkgebouw der Chr. Ger. Gemeente (Laugendelft) waar door den WelEerw. Heer K. B. van Diemen van Zierikzee, de feestrede werd uitgesproken. Naar aanleiding van Josafat's verbintenis met Achab wees spreker op eene ongeoorloofde vereeniging waarop Gods ongenoegen rustte, en stelde die als een waar schuwend voorbeeld der Christelijke Jongelings- Yereeniging voor. Jammer maar, dat voor eene rede, zoo boeiend, en tevens zoo vol vuur uitgesproken zoo weinig hoorders waren opgekomen, (Hebben misschien vroegere teleur stellingen velen teruggehouden Ten half 9 vergaderden de leden, begunstigers en afgevaardigden, te samen 120 in getal, andermaal, in het Notarishuis, welks ruime zaal, die eenvoudig doch netjes versierd was, door den heer L. C. Plon- dius geheel kosteloos was afgestaan en voor dat doel in orde gebracht. Nadat door de aanwezigen het „Wat zal ik, met Gods gunsten overlaan, Dien trouwen Heer voor zijn gend vergelden was aangeheven, werd door den Eerevoorzitter deze samenkomst met gebed geopend, en vervolgens gelezen 1 Timotheus 6, waarna door hem een hartelijk welkom toegeroepen werd. Hierna werd door den Secretaris een flink en dege lijk verslag geleverd van den toestand der Veieeniging waaruit bleek, dat die over 't algemeeu bevredigend mag genoemd worden. Ook door den Penningmeester werd aan zijne taak voldaan met de meeste nauwkeu righeid en voorzeker hebben de sommen die als uitgaven voor school en zending genoemd werden veler aandacht getrokken. Voor het onderwijs van 4 kinderen op de Christelijke school werd f 34,50, voor Gereformeerd. Schoolonderwijs f 2,31 voor de zending onder dé heidenen f 10,05 uitgegeven, terwijl eene gift van f 5,door de Vereeniging werd geschonken voor eene Christelijke school te Batavia. Eindelijk trad de President der feestvierende Ver eeniging op en wees met een enkel woord op de noodzakelijkheid van een christelijken wandel voor de leden van de Christelijke Jongelings-Vereenigingen, en terwijl hij Ps. 99 2 en 8 liet zingen, werd gecol lecteerd voor de watersnoodlijdenden welke collecte f 7.027i opbracht. Hierna trad Ds. Littooij op, en wees deJongeliugs Vereeniging, die zoo even op Josafat als een waar schuwend voorbeeld was gewezen, op den profeet Micha als een navolgenswaardig voorbeeld. Verder traden de afgevaardigden op der Jongelings Vereenigingen „Rom. I 16a te dezer stede, van „Eben-Haezer" en „Gelijk aan het mostaardzaad" te Vlissingen, van Zierikzee, Colijnsplaat en We.oeldinge die allen, meer of minder van huone Vereeniging meedeelden en hunne wenschen voor de feestvierende Vereeniging ten beste gaven. Bovendien werd me nig vers gereciteerd, dat met de meeste aandacht werd aangehoord; het „Nimmer scheiden" van S. H. Serné, den ontslapen vriend der Christelijke-Jongelings Vereenigingen aangeheven, en eindelijk door den President der feestvierende Vereeniging ook deze samenkomst met dankzegging gesloten. Zij of worde deze feesture voor velen eene onverge telijke ure, en drage ze ook bij tot de komst of uit breiding van Gods Koninkrijk in veler harten, opdat de Naam des Heeren ook door jongelingen worde groot gemaakt. De Standaard van heden bevat onder den titel: Is Judas Iscarioth de leste lurger? een naaldscherp arti keltje, als antwoord op het geschreeuw der liberale pers tegen de antirevolutionairen gij zijt tot de revolutie overgeloopen, omdat gij durft dreigen een gebod door uwe Overheid gegeven niet op te volgen. Men roept het Evangelie te hulp, welnu ziehier een verhaal uit het Evangelie Volgens het bericht in het Evangelie van Joannes (XI 57) hadden in het jaar 33 (29) van onze jaar telling de wettige overheden van Jeruzalem een be vel uitgevaardigddat, zoo iemand wist waar Jezus was, hij het aan de overheid zou aanbrengen, opdat deze Hem in arrest kon laten nemen. Er staat toch letterlijk „De overpriesters en de Farizeën hadden een gebod gegevendat, zoo iemand wist waar hij was, het zou te kennen geven, opdat zij hem mochten vangen." Feitelijk en naar de letter heeft Judas Iscarioth dus niets gedaan, dan wat hem door zijn wettige overheid gelast, bevolen en geboden was. Er was niet een premie uitgeloofd, maar een bevel gegeven, en aan dat bevel heeft Judas zich stip tel ij k gehouden. De overige discipelen waren revolutionair; die toch deden niet wat hun overheid hun gelasttemaar Judas wel; gemoedsbezwaren telde die nauwgezette burger niet. Wijken voor meerder was zijn leus! Een ander zou licht gedacht hebben eer ik die wet gehoorzaam, dient toch vooral onderzocht, of mijn consciënte het mij niet verbiedt. Maar hij niet. Judas was boven dat kleingeestige verheven, en, zijn tijd vooruit, wist hij reeds voor achttien eeuwen het ideaal te verwerkelijken van een loyaal burger in den modernen rechtsstaat. Tot die grove consequentie komt men echter over 't al gemeen niet, het zedelijk bewustzijn gaat voort van Judas te gruwen, voor hem vlecht men den eerekrans der bur gerdeugd niet. Men erkent dat er een gebod is, maar ook door een gebod des Overheid mogen we ons niet laten bewegen om te doen wat slecht is. Zoo redeneert men, en erkent daarmede dan ook dat men soms een Landswet niet -mag gehoorzamen. Wat blijft er dan ten slotte over van al die rede neeringen Dit, dat het verschil tusschen onze aan klagers en ons zich oplost in de vraag moet de vriend schap der menscken hooger staan in onze schatting dan de gehoorzaamheid Gods

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1880 | | pagina 2