ZUIDEN,
JHISMISMI BLAD.
Donderdag ld Januari.
M* 345.
lööt;
Verschijnt eiken Maamdag, Woevsdag en
Vrljdag-
Uitgever:
Prijs der Advertentiën:
avond ten 8 ure, behalve op Christelijke f
eestdagen
P. O. WIJTMAN,
Per regel 15 ets.; Familie-berichten van 16
Prijs per drie maanden franco
f 1,50.
tb
regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cr its.
- 0,05.
MIDDELBURG.
Liefdegaven 10 cents per regel.
Middelburg, 14 Januari 1880.
Tot lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
s heden in het kiesdistrict Leiden gekozen de heer
J. D. Donncr, candidaat der anti-revolutionairen
met. 1021 stemmen.
Op den heer Rooseboom, candidaat der liberalen
waren 465 stemmen uitgebracht, en op Jhr. mr. van
den Berch van Heemstede 142 stemmen.
Te Amsterdam is gekozen de oud-minister van Wa
terstaat mr. J. P. R. Tak van Poortvliet,
candidaat* der liberalen, met 952 stemmen.
Op den candidaat der Roomscli-Katholieken, den heer
•Hendrichs waren 420 stemmen uitgebracht, op dien
der antirevolutionairen, den heer van Marle, 125 stem
men. Het verdient ten slotte bijzondere vermelding
dat op den candidaat van Algemeen Stemrecht, den oud
predikant Domela Nieuwenhuis 5 stemmen waren
uitgebracht. 5 stemmen en dat in Amsterdam voor
dat beginsel
De uitslag der verkiezing voor een lid der Pro
vinciale Staten in het kiesdistrict Middelburg; is ge
weest als volgt
Uitgebracht 529 stemmen, waaronder 7 van on
waarde. Hiervan verkregen de heeren mr. G. N. Lam-
brechtsen van Ritthem 258, J. H. Snijders 214, en
•T. C. Lantsheer 111 stemmen, zoodat herstemming
moet plaats hebben tusschen de twee eerstgenoemde!»
Moet een tot burgemeester benoemd lid der Eerste
Kamer zich al of niet aan een nieuwe verkiezing
onderwerpen
Die vraag is door den heer Pické voor zijn per
soon aan het oordeel der Kamer onderworpen. In
hare Maandagavond gehouden zitting de werkzaam
heden hervattende, heeft zij de vraag in voorloopige
overweging genomen. De heer de Yos van Steen wijk,
de voorzitter, herinnerde, dat in de zitting 185556,
24 jaren geleden, de vraag te zijnen aanzien ontken-
ne' i was beantwoord. Later, bij herbenoeming van
burgemeesters, was de Kamer aan die beslissing ge
trouw gebleven.
De heer Cremers meende echter, dat de anteceden
ten bij herbenoemingen hier niet mochten gelden en
dat, wat de beslissing van 185556 betrof, de sedert
zeer veranderde samenstelling der Kamer het onzeker
maakte, of deze het toen uitgesproken gevoelen nog
is toegedaan. Hij achtte het daarom noodig een
nieuw besluit uit te lokken.
De Kamer heeft zich met dat gevoelen vereenigd,
ook op advies van den heer van Voorthuysen, en de
zaak in handen gesteld van eene commissie, bestaande
uit de heeren v. Eijsinga, Cremers en v. Akerlaken.
De Kamer heeft de verschillende begrootingswetten
en andere door de Tweede Kamer laatstelijk aange
nomen wetsontwerpen in ontvangst genomen en be
sloten met het sectie-onderzoek aan te vangen.
Bij Koninklijk besluit van 11 dezer, is, met tijde
lijke uitbreiding der formatie van het leger in Neder-
landsch-Indië met één luitenant-generaal, tot dien
rang bevorderd de generaal-majoor van dat leger
K. van der Heijdenadjudant des Konings in buiten
gewonen dienst, gouverneur van Aijeh en onderhoo-
righeden, tevens militair bevelhebber aldaar, en zulks
als een buitengewone belooning voor de uitstekende
diensten, door hem in die betrekking bewezen bij en
met opzicht tot de krijgsverrichtingen tegen de XXII
en XXVI Moekim van 23 Juli 1878 tot Sept. 1879.
Naast den heer Emile Roberti is ook candidaat
gesteld voor de Tweede Kamer in het district Maas
tricht mr. M. V. Nijstlid der Provinciale Staten en
oud-raadsheer in het Provinciaal Gerechtshof in
Limburg.
Het volgende nemen wij letterlijk uit het Wage-
ningsck Weekblad over, omdat er niets van af kan, er
ook niets aan behoeft toegevoegd te worden.
GELD, GELD, GELD!
Niet alleen dat wij tegen den geest, die het open
baar lager onderwijs bezielt, in verzet komeu, maar
ook tegen den kostbaren voet, waarop alles wat met
de school in betrekking staat, wordt ingericht. Er
worden paleizen gebouwd, 't eene al trotscher en
weelderiger dan 't andere, 't Is alsof er aan 't geld
geen opkomen is. Geen wonder. De ontvanger van
belastingen of Rijks schatkist is er goed voor. En
zoo in eenige gemeenteraad sommige leden mochten
meenen, dat het heel wat minder kon, dan worden
ze gewezen op provinciale en Rijks-subsidien, die
men niet kan krijgen, als de te bouwen schoei niet
de goedkeuring der schoolautoriteiten wegdraagt. Deze
regeeren immers de wereld En wordt de wet van
17 Augustus '78 uitgevoerd, dan zal hun macht schier
onbeperkt zijn.
Toch zijn we met onze nu reeds enorme uitgaven
voor de staatsschool nog op verre na niet waar we
komen zullen. Art. 4 der nieuwe wet zegt: „Bij al-
gemeenen maatregel van inwendig bestuur worden door
Ons, zoowel in 't belang der gezondheid, als van het
onderwijs, algemeene regelen vastgesteld omtrent den
bouw en de inrichting der lokalen, waarin openbaar
leger schoolonderwijs gegeven wordt, als mede om
trent het aantal kinderen, dat daarin mag worden
toegelaten, met bepaling, in hoever deze regelen ver
bindend zijn voor de lokalen, waarin bijzonder lager
schoolonderwijs gegeven wordt."
Met het oog vooral op dit artikel heeft de gewezen
minister Kappeyne een commissie in 't leven geroepen
om hem van advies te dienen bij het opmaken van
het desbetretfend Koninkl. Besluit.
Uit het door die Commissie ingediend lijvig Rap
port stippen we ten aanzien van de inrichting der
schoollokalen het volgende aan
Het schoolgebouw mag alleen vertrekken bevatten,
die voor net onderwijs noodig zijn; het moet in allen
deele stevig en eenvoudig zijn en in elk opzicht aan
de eiscken van den goeden smaak voldoen. Het terrein
moet, zoowel uit een paedagogisch als uit een hygiënisch
oogpunt, geschikt bevonden zijn en, zoo mogelijk, aan
alle kanten open liggen. Overmatige beschaduwing,
vooral door boomeu, mag niet worden toegelaten.
Bij elke school moet een ruime en doelmatig inge
richte speelplaats zijn, waarvan de giootte wordt be
paald naar gelang van het aantal kinderen, dat de
school bezoekt, en waarvan een deel, bij voorkeur
tegen het noorden, voorzien wordt van de nov. iige
beschutting tegen weer en wind, om ook bij minder
gunstig weder te kunnen dienen.
Het terrein, waarop het schoolgebouw zal worden
gesticht, wordt ten minste 0.5 M. boven den hoogsten
waterstand der omgeving gebracht. Üe dikte-afmeting
der muren wordt bepaald opéén steendikte aan den
buitenkant en ongeveer een halven steen dikte spauw-
ruirate en een halven steen dikte aan den binnenkant.
De buitenkant der muren wordt zooveel mogelijk in
voegwerk opgeleverd; de binnenzijde wordt beraapt
en glad overgepleisterd, vervolgens mat geverfd. In de
verf mogen geene voor de gezondheid schadelijke be-
standdeelen gemengd zijn.
Buitendeuren geven allen toegang tot portalen en
gangen; zij worden niet tegen het noorden of het
noordwesten geplaatst. In den vloer der portalen
worden ijzeren roosters gelegd. Gangen in hei school-
febouw hebben een breedte van niet minder dan
.3 M.zij zijn overal voldoende verlicht en worden
tot het bergen van de overkleeren enz. der leerlingen
ingericht. Het bergen van kleedingstukken in de leer-
vertrekken zelve is verboden.
Heeft een school meer dan één verdieping, dan
worden de lokalen van den beganen grond voor de
jongere leerlingen bestemd. De trappen zijn geen
andere dan rechte steektrappen, vervaardigd uit bak
steen en natuurlijken steende treden worden met
eikenhouten dektreden gedekt. De verlichting moet
ten allen tijde volkomen voldoende zijn. De lengte
i der treden mag niet minder zijn dan 1.2 Al., de
I optrede van elke trede niet minder dan 0.14 en niet
hooger dan 0.17 M., de aantrede niet lager dan 0.30 AI.
en niet hooger dan 0.36 II. zijn. Elke trap heeft min
stens één bordes. De leuningen worden zoodanig
ingericht, dat de leerlingen ze gemakkelijk kunnen
vasthouden, maar zich niet daarlangs kunnen laten
afglijden Bij de plaatsing der trappen ten opzichte
van deuren, portalen en gangen moet tegen tocht ge
waakt en aan ae eischen der kieschheid voldaan worden.
Het schoolgebouw moet van een met hout beschoten
kap voorzien worden.
Bij de bepaling der afmetingen van de schoollokalen
wordt voor eiken leerling, die er in geplaatst wordt
gerekend op minstens I Al- oppervlakte en 4.5 AP.,
inhoud. Omtrent de plaatsing der schoolbanken en
hun onderlingen alstand worden voorts nauwkeurige
voorsehrilten gegeven. De atscheiding tusschen de lo
calen moet geschieden door middel van een spouw
muur uit twee halve-steens mu en met een spouw
ruimte van ongeveer een halven steen, De lichtramen
worden slechts aan een zijde der localen aangebracht
hun glas-oppervlakte bedraagt bij normale ligging van
het gebouw, x/6 der grondvlakte van het vertrek;
zij blijven minstens 1,3 meter boven den vloer. Van
gegoten ijzeren ramen mag men zich niet bedienen.
In 't belang der luchtverversching moeten de ramen
gemakkelijk beweegbaar en goed sluitend zijnook
belmoren zij van doelmatige inrichtingen tot tempering
van het invallende licht voorzien te zijn, die geschikt
moeten zijn, om ook bij openstaande ramen gebruikt
te worden
De vloer der schoollocalen op den beganen grond
wordt vervaardigd uit met messing en groef voor
ziene, droge en dicht gedrev n delen, i ustende op
liggers welke, behalve door de muren, door de noodi-
ge gemetselde steunsels worden gedragen. De onder
kant der deelen wordt geteerd, de bovenvlakte min
stens eenmaal 'sjaars met kokende lijnolie gedrenkt.
Elk schoollokaal behoort van zoodanige inrichting
tot luchtverversching te worden voorzien, dat het vo
lumen lucht, dat volgens art lü der algemeene regelen
per leerling aanwezig moet zijn, minstens tweemaal in
het uur worde|heruieuwd.Ook omtrent privaten, urinoirs
en drinkwater wordeu llinke eischen gesteld. De school
banken moeten volgens het rapport van eene lende-
leuning zijn voorzien en geen andere mogen gebruikt
wordeu, dan van hoogstens 2 zitplaatsen. Deze en der
gelijke bepalingen met het oog op de gezondheid der
leerlingen maken het vervolg van het vermelde rap
port uit
En nu, wat dunkt u, lezer, van zoo'n Rapport?
Wij hebben van verbazing de handen in elkander ge
slagen, en onwillekeurig kwam de vraag in ons op
maar hoe hebben 't dan de kinderen onzer vaderen
gemaakt Zulke localen als de Commissie wil, waren
hun onbekend. En dat ze niettemin aan geen pyg-
meën-geslacht (een soort van Klein-Duimpje) hun
erf hebben achtergelaten, daarvan kunnen o. m. Rem-
brand's stukken getuigen, o Neen, wij zijn niet zoo
dwaas om te beweerenwaarmee men het in vroeger
eeuwen deed, kunnen wij het ook wel doen. Maar er
is in alles een maat. We stikken, zei onlangs de
Tijd en wij zeggen 't haar na, we stikken tegenwoor
dig in de wetenschap, 't Wordt hoe langer hoe dol
ler. Volgt de minister Six dit Rapport, en er zoo
heel >eel van afwijken zal hij niet dan zal het
aantal schoollocabn, dat gebouwd of vergroot en ver
hoogd moet worden, legio zijn. Het eene is veel te
klein het tweede te laag het derde verrijst niet hoog
genoeg uit den grond, is niet altijd watervrijhet
vierde ligt te veel tusschen andere huizen in en mist
de noodige gangen en speelplaats, of deze is niet van
de noodige beschutting tegen het noorden voorzien
het vijfde heeft zijn deuren tegen het noorden of
noordwesten en niet tegen de andere windstreken
het zesde heeft geen met hout beschoten kaphet
zevende geen vloer, „vervaardigd uit het messing en
groef voorziene, droge en dicht gedreven deelen, rus
tende op liggers welke behalve door de muren, door
de noodige gemetselde steunstels worden gedragen";
het achtsteMaar laat ons niet voortgaan. Da*"'
ieder gemeenteraadslid met dit deel van hot Rap*
in de hand zijn gemeenteschool maar eens opn -T
om in weinige oogenblikken tot de overtuigd .*ung
komen, dat zijn school, die hij waande nog v
beste uit den omtrek te zijn, totaal onbruikba,7v
zijr