■PPW^WOTÖfc .fMtfoetijken aard, beproefd is, om dezen BRlW benoen,ortwoekerenden volkskanker in zijnen heil- W\ ti ortgang te stuiten, meenen ondergeteekenden, ae neer 1(j van (JC ^oc dusver verkregen ervaring, dat C.delijke middelen alleen, zonder daarmede gepaard Je wettelijke tnsschenkomst, geene aiduende beteu- jng van het steeds dieper in het volksleven door- Ingende kwaad is te verwachten. Met hooge ingenomenheid hebben zij daarom in de •oonrede, waarmede op 15 September li. de vergade- der Volksvertegenwoordiging door Z. M. onzen 1 te !o. ng «eerbiedigden Koning werd geopend, de verblijdende lezegging vernomen, dat de Regeering ernstig voorue- l^ens is, tot regeling van dit bij uitnemendheid gewich- g volksbelang, nog in den loop van dit zittingjaar, mttelijkejmaatregelen voor te seellt-n. In verband met dat bemoedigend koninklijk woord, eenden ondergeteekenden zich tot uwe Vergadering, iet het eerbiedig en dringend verzoek, dat het haar Cchage met de Kegeering mede te werken tot het temen van gepaste wettelijke maatregelen, opdat zoo poe lig mogelijk aan het teugelloos drank-misbruik en len daardoor meer en meer zich uitbreidenden stroom \/an rampspoed over ons dierbaar Vaderland, eenigszins uil en perk worde ges'eld. 't We ik doende enz., j Op dit adres zullen de handteekeningen worden 'evraagd van alle belangstellende meerdeijarige man- i0 n nen en vrouwen. Wij wenschen het van harte ruime 11Q leelneming en een gbeden uitslag, i UU Over ééne zaak verhengen wij ons in deze bewe ging. Het is dat op verscheidene plaatsen, naar 't 'schijnt, mannen van de meest verschillende „richtin gen" (om het modewoord te gebruiken) de handen in aan. elkander slaan op dit gebied. Dat belooft wat goeds schivoor deze zaak en voor andere zaken. Wij stonden in den laatsten tijd tegenover elkander, niet altijd vriendelijk. Wie iu zoogenaamd „liberale" kringen ivel eens verkeert, staat dikwijls verbaasd over de dwaze B-oorstellingen die men daar van ons werk en ons jedoelen heeft. En ook aan onze zijde is wel een en 'nder in onze verhouding tot „liberalen" dat anders :on zijn zonder daarom juist slechter te worden. Samenwerking op een gebied als den strijd tegen Te beien sterken drank kan dus in menig opzicht vrucht- v. VERl>aar zijn. Toch willen wij onze vreeze niet verbergen dat dit jetitionnemenL een eenigszins wonderlijk karakter dra- OP;en zal. Ons kwam reeds ter oore van een enkele ats waarvoor dit adres wordt geijverd, door man- n die in het gebruik van den sterken drank al De JNotar^ grenzen van het animóruik zijn genaderd! AN, geve? wanneer dit adres iets beteekenen zal, dan worde oeke van vooral onderteekend door hen die alle zedelijke opeubaaielen welke in hun vermogen zijn, hebben ann- On T)nnd4 u0& w*Ren aanwenden om aan deze volks- P paal en perk te stellen. Wie wettelijke maatre- tëS" vw?n-elen vraiagt en niet meer wenscht te doen, geeft aan tuis te\ns geen hoogen dunk van zijn ernstig begeerte om "Tl Je toenemende dronkenschap tegen te gaan. ji. JliG Van de regeering hulp gevraagd; goedMaar dok s+-aa2elf krachtig gearbeid, door woord en voorbeeld; dat is nog beter! En als beiden regeering en ingezetenen n0' samenwerken, dan eerst wordt het best. Hoe dat zal kunnen Daarvan geeft ons, wij mee- ïen Ghotenburg een sprekend voorbeeld. In die stad genogen slechts een beperkt aantal kroegen zijn. Telken Floiare worden de vergunningen om jenever te verkoopen 4(? ierpaclifc. Nu deed zich 't geval voor dat eene ver- F Alles eeniging van drankbestrijders telken jare de vergun- ïing pachtte, en door in de hun alsnu toebehoorende 'enning(^ofewen kagteleius (zetbazen) van alles wat daar vibruikt vrerd, behalve van den sterken drankhunne in gemelrcenten te geven> maa^ten zij dat 't voordeel des i icasteliins werd om zoo weinig mogelijk van dit vocht te vertappen, waardoor het drankgebruik in die plaats zeer aanmerkelijk is verminderd, jiet zoover komt dat de regeering de wet heeft en om ingediend en de koning bekrachtigd, dan zijn wij zeker weer heel wat verder iu 't jaar '80 dan nu. En dan hopen we, dat daar in vele plaatsen van ons land zulke ernstige drankbestrijders zullen gevonden worden II k0* ais in Ghotenburg. ioden. Nadei Uit bovenstaand schrijven blijkt dat er onder onze oemde vrienden, zoowel als onder de leden en afdeelingen van _*t Nut verschil ran gevoelen bestaat omtrent dit volks petitionnement. Ons staan voor 'toogenblik te weinig gegevens ten oosenc dienste, om in deze zaak eene gegronde meening uit te spreken. Hoofdzaak is en blijft voor ieder Nederlander en illand nog meer voor ieder Christen: deze volksramp met alle rabbei eerlijke middelen te bestrijden. ruining I lake f£appélle, 5 Januari. In Het Zuiden van 1 Ja- I Jezelinge^^. wor(jt jn (|e gemeugde berichten aan de lezers Heer A medegedeeld hoe men soms met oude gebouwen leeft, memuicu Daarin wordt o a. van de kerk van Kapelle gezegd lelburg Pen gedeelte er van dient tot timmermans-werk- Voor de eer van onze gemeente moet ik U «richten dat de berichtgever hiervan niet goéd oogte is, althans zeker een jaar of wat met •kt altijd wat Kapelle betreft te laat Wel werd vroeger het groote, fraaie koor dat door het gedeelte der kerk zeker bedoeld wordt gebruikt tot bergplaats van allerhande dingen die daar zeker niet thuis hooren, en werd het in enkele gevallen ook wel eens verlaagd tot timmermanswerkplaats, maar het kerkbestuur heeft eindelijk terecht begrepen dat het koor eener zoo fraaie kerk niet de plaats is waar men ladders, balken, planken, arresleden, steenkolen, enz, enz. bewaren moet. Sedert 1873 is men al begonnen die ongepaste ver sieringen op te ruimen, en nu in- en uitwendig geheel verfraaid staat het eerbiedwaardig gebouw met zijn hoogen toren de hoogste van Zuid-Bevelaudals een waar sieraad van het dorp. Ook de prachtige arduinsteenen graftombe die zich in het koor bevindt van Philibert van Tuijl van Seroos- kerke, Heer van Kapelle, enz. enz. overleden in 1643, die tijdens de Fransche omwenteling zeer geleden heeft doch nu door de bekwame hand van den heer den Hollander beeldhouwer te Middelburg, op last van een der familieleden van Tuijl van Serooskerke in 1878 geheel is hersteld, maakt het tot een der fraaiste van Zuid-Beveland. Als nu de berichten van de andere kerken ook zoo weinig met de waarheid overeenkomen als die van Kapelle kan ik de lezers gerust aanraden dit bericht te be schouwen alsof het er in 't geheel niet stond, en de berichtgever zulke dingen eerst te onderzoeken voor men ze aan 't publiek meadeelt. In de Nederlandsche Kunstbode komt van de hand van den bekenden oudheidkundige, de heer Victor de Steurs een opstel voor over de openbare en kerke lijke gebouwen van vroeger eeuwen in Zeeland. Het Middelburgsche Stadhuis, een juweel van bouw kunst, wordt daarin besproken, benevens de Raadhui zen van Sluis, van Hulst, Zierikzee, Veere en Brou wershaven. Daarenboven de kerken van Goes, Zierikzee, Veere, Hulst, Brouwershaven en Kapelle. 1 ^Vlisslaigen, 5 Januari. De vaart op de Zeeuwsche stroomen is hervat. Het ijs is verdwenen. De sehepen in onze havens liggende haastten zich op het laatst der vorige week om weg te komen. Van Donderdag tot Zaterdag vertrokken niet minder dan veertig schepen. De heer mr. C. J. Pické nam Zaterdag voor 't eerst in eene buitengewone zitting van den Middelburgschen gemeenteraad het woord, om te verzekeren dat de begeer lijke betrekking van burgemeester niet door hem begeerp was. Alleen de aandrang van zoovelen uit de burgerij had hem ten slotte, doen toegéven. De voorzitter verklaarde van meening te zijn, dat'de burgemeester eener aan zienlijke gemeente geen lid van den raad moet zijn, en beloofde de belangen Van Middelburg als de zijne te zullen behartigen. Zijn voornaamste werkkring zal dus de vergadering van burg. en weth. zijn. Van den steun der wethouders verklaarde de voorzitter zich zeker te zijn, zoowel als van dien van den secretaris, die steeds in stilte gewerkt heeft tot heil van stad en land. De heer Pické eindigde zijne rede met eene reeds elders door hem uitgesproken leuze, ook thans in zijne betrekking tot Middelburg te herhalen, ni. deze „er is geen schande in gelegen een schoon, een edel doel niet bereikt te hebben, maar wel om daar naar niet te hebben gestreefd." De Middelburgscke courant deelt de cijfers mede van de passagiers in 1879 met de stoombooten der maatschappij Zeeland van Vlissingen vertrokken of daar aangekomen. Aangekomen zijn 24,305 en vertrokken 27,175 I [J JJLVi waarna ieder kind zich, door het lot, eenige v rücnt van den kerstboom zag geplukt, gevolgd door de prijsuitdeeling, bestaande in boekwerken, waaronder de „Bijbelsche Geschiedenissen" naar het Duitsch[van F. L. Zahn, eene eerste plaats innam. Nadat ieder kind alzoo een feestgeschenk uitgereikt was, sprak ZWelEerw. de leerlingen zoowel als de feestvierenden nog een kort woord toe, en eindigde dit samenzijn met dankzegging, gevolgd door het zingen van Psalm 72 11. Den daaropvolgenden dag rereenigden zich de leer lingen opnieuwbij welke gelegenheid zij ruimschoots werden onthaald op broodjes en chocolade. Moge de Heere bij voortduring zijn' onmisbaren zegen op deez' arbeid schenken, tot heil der gemeente, wie het gegeven worde, nog lang haren leeraar, in wien zij zulk een krachtigen steun voor het zondag school-werk ter dier plaats heeft te bezitten. De candidaat der antirevolutionairen in het district Leidende heer J. H. Donner, zal naar de Tijd meldt, ook door de Roomsch-katholieke kiezers worden ge steund. Oostbrorg, 5 Januari. Een ware feestavond was, die van Zondag 28 December jl. voor de leer lingen der zondagschool „Eben-Haëzer" te Oost burg, waar zij zich in het gebouw der Christelijke bewaarschool ecu Kerstboom zagen geplant. Ten half 5 ure daartoe met eene schare belangstel lenden, te groot om het gebouw te kunnen bevatten, vereenigd, werd deze feestviering, onder leiding van den WelEerw. Heer K. W. Hulstijn, te Oostburg, met gebed en psalmgezang geopend. Na den aanwezigen een hartelijk welkom te hebben toegeroepen, besprak ZWelEerw. allereerst met de kleinen, het geschied-verhaal der geboorte, vragender wijs wees hen op de beteekenis van ware .kerstfeest viering en kerstboom, wekte den aanwezigen, naar aanleiding van 's Heeren woord „Laat de kinderkens tot mij komen" op. de kleinen reeds vroeg tot Hem j te leiden, en de middelen daartoe aangewend, bij i voortduring door hun gebed en gaven te steunen, den Zondagschool-onderwijzer des Heeren zegen in eu bij zijn arbeid toewenschende. Afgewisseld door het zingen van kerstzangen, werd achtereenvolgens nog het woord gevoerd door de HH. H. J. de Blauwe, den onderwijzer, en J. J. de Die, Omtrent den waterstand in onze rivieren schrijft men aan het Handelsblad Bepaalde voorspellingen te doen, zou geen enkel deskundige wagen, en hij waagt het te minder, naar mate hij beter op de hoogte is. In ons land is men altijd van de meest onvoorziene omstandigheden afhan kelijk. Wij zijn altijd afhankelijk van de elementen. Een hevige storm, een klein onopgemerkt gebrek hier of daar in eene waterkeering, kunnen plotseling ons zeer treurige verassingen bezorgen. Maar afgescheiden van zulke onvoorziene gevaren, is de toestand tot dusverre niet onbevredigend en de reden ligt voor de hand. Het grootste gevaar voor doorbraken komt door ijsverstoppingen. Wanneer bij hoog water strenge vorst komt en dus de rivieren over eene breede oppervlakte bevriezen, dan zal bij plotseling invallenden dooi het ijs niet gemakkelijk kunnen worden afgevoerd. En die afvoer wordt nog moeielijker, wanneer de waterstand dan tevens daalt en dus de bedding der rivier smaller wordt. Dan dus is er grooie kans voor ijsverstopping, van daar uit. voortvloeiende ontzettend snelle was op een puntten slotte van doorbraak. Bevriezen echter, gelijk nu heeft plaats gehad, de rivieren hij betrekkelijk lagen waterstand, dan is de was een voordeel. Don tocli wordt de bedding breeder en de ijsvloer ruimt gemakkelijk op, zonder groot gevaar voor verstopping. Tot dusver derhalve is er, behalve de bovenbedoelde voortdurend mogelijke ge varen, nog geen bepaalde reden tot ongerustheid. De groote bladen bevatten tal van berichten betref fende den toestand der verschillende rivieren. Met angst en zorg zag men op vele plaatsen het losgaan van het ijs en dientengevolge het werken der rivieren tegemoet. Met blijdschap kunnen we melden dat behalve eenige onder water gezette landerijen en een nader te noemen dijkbreuk in Noord-Brabant, alles zeer gunstig is afgeloopen. Als een enkel staaltje van den angst der bewoners in onze riviersteden, nemen we het ver haal van zoodanigen ijsgang te Nijmegen, als aan ons Zeeuwen onbekend uit het Nieuws van den Dag oyer Nauwelijks waren een tweetal uren van den nieuwen jaarkring voorbijgegaan, of de ingezetenen van Nijmegen werden door noodschoten uit hun slaap gewekt. De Waal die kruudt, der uut! der uutzooals de oude Nijmegenaars zeggen, was .helaas dezen nacht de reden van de algemeene opschudding. Een ieder die de schoten gehoord had, spoedde zich naar de Waalkade, en kon er bij maanlicht getuige van zijn hoe statig de oude Waalstroom, met zijn koude vracht, waarover men eenige uren geleden nog met het meeste gemak naar Lent wandelde, zich in beweging zette. De stroo ming duurde den ganschen nacht voort, totdat ten S ure in den morgen zich de kolossale ijsschollen weer aan elkander sloten. De Waal zat dus weder. Inmid dels was het water hevig gewassen, ja ten tien ure bedroeg de was 2.9 M. Van de vele schepen, die zich niet tijdig genoeg hadden kunnen bergen on nu boven aan de stad met een tiental bij elkander lagen, waren er twee die zware schade bekwamen en grootendeels zonken. Naar wij vernemen zijn beide niet geassureerd. Voorde bewoners van de benedenstad was het vooral een onverwachte schrik. Geen hunner die er op ge rekend had, dat zoo spoedig de rivier zou los gaan. Hun eerste werk was dan ook met vereende krachten alles af te dammen, en zooveel mogelijk hunne goe deren te bergen. Men zag zoowel aan de Waalkade als op de Lagemarkt en de Oude Haven geheele fa milies bezig hunne meubels enz. naar boven te dragen; kleeden werden opgenomen, voor de ramen en deuren werden planken en dammen gezet, kortom, al het mogelijke werd aangewend, om bij de komst van de vreeselijke vijanden water en ijs, in staat van beleg.

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1880 | | pagina 2