CIR1STILUMIST011SCI BLAB. iW 322. Donderdag 20 IVovember. HMT zvmEN, Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag avond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen Prijs per drie maanden francof 1,50. Enkele nonnners- 0,05. Uitgever P. Gr. WIJTMAN, te MIX DDELBURQ. Prijs der Advertentiën: Per regel 15 ets.; Familie-berichten van 1- regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents. Liefdegaven 10 cents per regel. Middelburg. 19 November 1879. Aan onderstaanden brief geven wij gaarne de plaats, gewoonlijk door ons hoofdartikel ingenomen. Amice. Het is U bekend welke omstandigheden mij ver hinderden U tot dusver te antwoorden op CJw schrijven van 1 September. Maar uitstel is geen afstel, en wat in 't vat ligt verzuurt niet. Ik zou haast geboren dat de door U geopperde bezwaren niet uit Uw hart opgekomen, veeleer geloof ik dat zij daarin zijn ge zaaid door de Middelburgsche Courant, welke Gij mij destijds hebt toegezonden. Uwe vraaghebben wij, heeft onze partij het niet misbewegen wij ons in de goede richtingis langs den weg van onderwerping toch niet het doel te be reiken? deze vragen bewijzen dat Gij Uzelven goed rekenschap wilt geven van Uwe, van onze houding in den strijd. Maar ook bewijzen Uwe vragen, dat de gemoedelijke toon eens dweepers allicht vat heeft op hoorder en lezer. De Middelburgsche dweept nu een maal met centralisatie, met eenvormigheid (die de vloek des modernen levens is, zei Kuijper), zij staat nu eenmaal op de rails der liberale partij; zij rede neert op 't stuk van onderwijs met eene zichzelfgelijk- blijvendheid, die van schromelijke eenzijdigheid het gevolg is. Nu ja, zij leest de Standaard (dat doet o. a. Uilenspiegel ook) maar nooit heb ik er van gehoord dat één blad der liberalen Lohman's Vrije School heeft gelezen, nog minder besproken. Zooveel onze vrienden van de geschriften der tegen partij lezen, zoo weinig leest zij van de onze. Da's makkelijk genoeg, zegt men bij ons. Van onze zijde zijn tot oplossing der bezwaren aller lei voorstellen gedaan restitutiestelsel, subsidiestelsel, splitsing naar wenseh der ouders, subvenliestelsel, enz. alles zonder krenking der rechten van liberale ouders, maar al te vergeefs. De liberale partij eischt volkomene onderwerping. Op school belooft zij eer biediging der gevoelens van andersdenkenden, maar zoodra Gij maar naar hare scholen toegaat, moogt Gij reeds niet anders denken dan zij. Zij streeft niet naar oplossing, niet naar verzoening, zij heeft onze ver schillende aanbiedingen, om tot een vergelijk te komen, hooghartig bespot en afgewezeD, en nu zij ziet dat onze kracht daardoor niet is gebroken, nu gaat zij, zooals bij monde van dr. Middelb. Cour. van 28 Aug. met schijnbaar gemoedelijke woordjes tornen aan de overtuiging van gemoedelijke menschen als Gij. Laat ons eens samen lezen: Volkomen onverklaarbaar is het ons echter, dat de Standaard door de herhaaldelijk opgedane er varing 1) niet tot eene gevolgtrekking geleid wordt die toch voor de hand schijnt te liggen. Hoe, zouden wij onze tegenpaitij willen vragen, tot tweemaal toe ziet ge u nu bedrogen door uwe „broeders." Is dan nog nooit de gedachte bij u opgekomen of niet misschien uw eigen voorstelling van den strijd, dien gij voert, aan onjuistheid en onzuiverheid mank gaat Is het voor u aannemelijk dat mannen cis Van der Brugghen, als Van Lijnden, als Six, wij noemen hem er nu bij, niettegenstaande het beter ware te wachten op zijn. daden, dan over hem te oordeelen op grond van anonyme voorspellingen, 1) De teleurstelling in 1856 en 1878. Wij drukken hetgeen de Middelb. Ct. schreef stuks gewijs af. Red. dat zulke mannen, aan wier oprechtheid en zui verheid van godsdienstig geloof gij niet twijfelen moogt, zouden medewerken tot wat gij „de ontker stening van onze volksopvoeding" noemt? Is, on danks den hartstocht en de bezieling, waarvan ie der woord getuigt dat {fij schrijft, nog nooit de vraag bij u gerezen „Zou deze „ontkerstening on zer volksopvoeding* wellicht slechts een hersenschim kunnen zijn, uit geheel andere dan zuiver godsdien stige bedoelingen geboren, nu mannen, die haar als een even groote ramp zouden beschouwen als wij- zelven, zich ertoe leenen om haar over ons te brengen?" Six kan er buiten blijven, die is nooit zoover met ons meegegaan als v. d. Brugghen vóór 1856, als van Lijnden in de laatste jaren op een na. Wij zagen hem, om zoo te zeggen, nu en dan Ier kerk komen, met ons ging hij nooit en nergens. Er is gelukkig liefde genoeg in ons hart, om ons niet te doen twijfelen aan de oprechtheid en zuiver heid van het godsdienstig geloof dier mannen, maar 't is de vraag of dat geloof heel hun hart doortrekt. Hebt Gij Lobstein's Ontleedkunde van 't menschelijk Hart wel eens gelezen In dat heerlijk boekje staat duidelijk hoeveel andere dingen er kampen om eene plaats in ons hart. Nu geloof ik dat er al heel veel dingen zijn, die zich dringen in het hart van een politicus, van een staatsman, en daar soms aan het 'zuivere geloof maar een heel klein plaatsje overlaten. Zooals bij gewone menschen huis en koopmanschap én akker niet zelden eene groote plaats in 't harte innemen, zoo denk ik mij bij een staatsman „de staatskunst en haar listen." Ik geloof zoo, dat groote geleerde heeren, knappe advocaten, aan schiften en ziften gewoon, meenen hun godsdienstig geloof naast andere dingen gemakkelijk rein te kunnen bewaren dat zij, zichzelven sterk gevoelende, allerlei stelsels, ook de gevaarlijkste, onderzoeken en doordenken, menigmaal zonder nadeelig gevolg. De lezing van een neutraal boek (over onderwijs en opvoeding zijn er geen) zal een minister niet schaden, een zedeloos boek wellicht ook niet, en zoo denkt hij waarschijnlijk in zijne afgetrokkenheid dat hetgeen op hem geen vat heeft, ook de kinderen niet zal schadeD, als zij er altemet meê in aanraking komen. Bedenk, heel veel kinderen ontvangen nagenoeg geen onderwijs, vele zelfs geen opvoeding buiten de school. Een apotheker, zeker van zijne zaak, zal ge rust een flescbje vergif naast een drankje zetten, maar dat doet hij nooit in zijne huiskamer, waar zijne kin deren zijn. Eec minister mag denken: 't zal met de ontkerstening der volksopvoeding wel losloopen, een burgerman denkt dat niet, en de ministers zijn er om de burgerlui, de burgerlui niet om de ministers. Op deze redeueering rust mijne voorstelling van den strijd Gaat die nu aan onzuiverheid mank Maar lezen wij verder Eene andere vraag aan de Standaard,Binnen 25 jaren gebeurt het nu voor de tweede maal dat eene geweldige beweging, onder eene raeerendeels onkun dige volksmenigte opgewekt, verijdeld wordt door mannen van uw eigen godsdienstige overtuiging, op het oogenblik dat het in hunne macht 1) gegeven wordt het doel dier volksbeweging op het terrein der practische staatkunde te verwezenlijken. Ligt ook niet voor u, als voor ons, de gevolgtrekking voor de hand, dat het wellicht die beweging aan geschiktheid om practisch uitvoerbaar te zijn kan haperen Had v. d. Brugghen in 1856 en '57, heeft^ Lijnden thans die macht? Kijk, amice, daar gaa^ voorstelling mank, die de Middelb. Courant den strijd maakt. Al werd Kuijper, al werd^v nin Lohman morgen aan den dag minister, zou dan die macht hebben De macht om in zijn ge< een voorstel te doen, ja. De macht om het minis schap te weigeren, ja. De macht om af te treden, Maar niet de macht om met eene Tweede Kamer zij in v. d. Brugghen's tijd was, zoo als zij na het doel onzer volksbeweging te verwezenlijken. I het doei van prins Willem I verwezenlijkt was, war Maurits en Frederik Hendrik ook al dood. Midd in den Franschen tijd kon geen een Nederlander doel verwezenlijken. Was daarom de bevrijding 1 Nederland niet practisch uitvoerbaar? 't Is i dat Groen zich heeft tem ^gehouden. Teru ogetrokk zegt de Middelburgsche, maar dat woord deugt n NeeD, dat onder der liberalen heerschappij aan iema der onzen zoodanige macht zou gegeven zijn, bewering is bittere spot. Uwe macht, zoo gaat de Middelb. Cour. voc Uwe macht over de menigte is*'zoo groot; j duizenden predikstoelen klinkt aa/a|'udend. en nö weersproken, met gewijd en prii;V'ijk ge: AtiVilndJ L'. ei»-i I A f r\ - A V -T 3SR 1) Wij onderstrepen. Red. onkundigen en niet tot de-ui'- het woord uwer predikers en volksmenners. Welke hatelijke uitdrukkingen Laat de Midd bnrgsche dezen volzin adresseeren aan enkele pasto in België, niet aan onze orthodoxe predikanten. L zij er overigens dankbaar voor zijn dat de leeraa die prediken vreest Godeert den honingzulk ee macht op het volk uitoefenen, dat er op en ronc die predikstoelen voor vorst en volk gebeden tvó Ware dat niet het geval, werd daar niet. geleerd, de overheid het zwaard draagt, dan ...ij Van waar komt het dat niemand uwer geloofsv wanten bij machte is geweest om iets uit te richt wanneer hij uit den kring der declamatie en alleenspraak, uit de werkplaatsen, waar de driji ren gesmeed worden om op de kiezers of/ op volk achter de kiezers te werken, geroepen w aan de schrijftafel van den minister, waar am naren hun bevelen komen vragen, en waar de dediging der daden van den bewindsman voor volksvertegenwoordiging moet voorbereid worda Zijn er eens of tweemaal van onze geloofsverw ten geroepen uit den kring der immer teleurgesteh en op den mond geslagenen naar de werkplaats, w de boeien voor het vrije christelijk leven gesni worden, is het wonder dat zij weldra zoo zwart den als de smeden, die daar aan 't hamereu z Wat op onze predikstoelen wordt gezegd, mag ov gehoord worden, 't wordt niet weersproken, maar minder door liberalen weerlegd. De liberalen, di nog van den predikstoel zouden kunnen tegensta klimmen at, en zoeken een plaatsje in de groote sm/sd om meê te helpen aan 't klinken Van de boelen. Wie kwam er aan minister v. Lijnden bevélen gen na de voorafgaande contra-order van de mini Vissering en Modderman Wie der tegenwoordige machthebbers zal ooit den dat onze uitnemendste verweerschriften en y stellen op eens ministers schrijftafel komen Indien Groen zich steeds teruggetrokken, Vei Bruggen zich „vergist4 heeft, Van Lijnden of Si het punt stnat u te „verraden", zou het we] kunnen zijn dewijl de gezichtskring dezer staatsli

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1879 | | pagina 1