CHR1STILIJR-HIST0RÏSCH BLAD. o09. Dinsdag 21 October. HET ZUIDEN Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag avond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen Prijs per diiie maanden franco1,50. Enkele nommers- 0,05. Prijs der Adtertenïiën: Per regel 15 ets.Familie-berichten van 1 regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents. Liefdegaven 10 cents per regel. BünraftelijlthcdctT. Onder de verschillende tijdmachten, die hare invloeden krachtig doen gevoelen op het zede lijk en godsdienstig leven der volken, en daar onder ook van ons volk, moeten ook de publieke vermakelijkheden worden gerekend. Hetis daarom van liet grootste gewicht ons van die tijdmacht rekenschap te geven, en ons af te vragen, welke onze roeping daartegenover zijn moet. Aanlei ding tot dit schrijven is hetgeen in de gemeente raadsvergadering van Middelburg, op 14 October, door leden van den raad is gesproken, en door den burgemeester is geantwoord. Wij zullen op die raadsvergadering overmorgen terugkomen. Ook voorheen werden er publieke 'vermake lijkheden gevonden, maar slechts nu en dan en bij feestelijke gelegenheden werden zij gegeven. Daartegen was een ernstig protest. Men achtte ze te wereldseh, en daaraan te groot gevaar verbonden voor het godsdienstig, zedelijk en huiselijk leven des volks. Daartegen werd op allerlei wijze gewaakt en gewaarschuwd. En waarom zoo groote afkeer en zoo ernstig protest tegen al die wereldsche vermakelijkhe den zooals men ze noemde? Daar was bij ons volk te veel godsdienstzin, gesteund door groote huiselijkheid. Men zocht zijn vreugde in huis en huiselijke feesten, en de oud-Hollandsche vader was priester in zijn gezin en bedienaar van het goddelijke Woord in den kring zijner huisgenooten. Op grond dier Schrift maakte men onderscheid tusschen wat rein was en onrein, tusschen het heilige cn onheilige. En al was het de roeping des Christens al ue dagen zijns levens .den Heere te wijden, en werd dit niet minder dringend gepredikt, de Rustdag bovenal werd strengelijk gevierd en van de overige dagen der week on derscheiden. Daar was een gebied, waarop het den Christen geoorloofd was zij u treden te zetten, maar dat scherp werd gescheiden van het gebied der wereld en der wereldsche ver makelijkheden. Of men daarin ook te ver ging wij wil len daarin thans niet treden, veel minder daar over twisten. De vorige tijd was geen volmaakte, al zouden wij hem in vele opzichten terug wenschen. Er was toen tegenspraak tegen de zonde. Godsdienst en huiselijkheid waren ten zegen voor ons volk. Daardoor werd veel kwaads tegengehouden, en het gebruik bevorderd van het Woord dos Hoeren, ais huis- en handbook. E me reeks van deugden was daarvan het gevolg, en Oud-Holland genoot onder dat alles een zegen en welvaart, waarvan nog de gevolgen ons ten goede komen. En hoe is het na? In zoovele opzichten zoo geheel anders. Do stralenkrans der deugden, die het hoofd onzer vaderen sierde, is verbleekt. Allen moeten daarover klagen, ten minste als zij niet willens blind zijn. Hoeveel gebrek aan onderlihge liefde, trouw, ijver, zuinigheid, mild heid, onderdanigheid en initiatief! Het is op bijna elk gebied een tijd van matheid en slapheid, van overprikkeling en ziekelijkheid, van on godsdienstigheid en daarmee gepaard gaande zedeloosheid. Niet dat wij blind willen zijn voor het goede, dat nog in ons land en vooral in onze dorpsgemeenten gevonden wordt. Maar dat is juist daar, waar de godsdienstzin en de huise lijkheid van weleer nog het meeste bewaard bleven. Het minst evenwel, waar de moderne tijdgeest het krachtigst zijn invloed heeft doen geldeu. Daar teert het goede, dat uns als christenvolk van zoovele andere natiën onderscheidde, daar teert de krachtsontwikke ling, die ons boven die natiën stelde, steeds meer in. Wij dalen met de andere volken der oude wereld tot steeds lager peil, terwijl een nieuwe wereld, Gods zegen vragend, verwach tend en ontvangend, immer hooger en hooger stijgt. En wat is van dat alles de oorzaak? Wat verwildert, ontzenuwt, ontzedelijkt ons volk? Daarvan kunnen allerlei oorzaken worden ge noemd, en zeker ook als bijkomstige factoren in rekening gebragt worden. Maar de hoofd oorzaken zijn zekerlijk de toenemende ongods dienstigheid en onhuiselijkheid. Die oude, trouwe Bijbel, waaruit door zoovelen levenskracht en levenslicht en levenstroost is geput, is steeds minder heb huis- en handboek van ons volk geworden. Daar is zooveel over dien Bijbel gesproken en tegen dien Bijbel ge zegd, eerst door liberale, toen door moderne predi kers, dat die Bijbel zijn gezag en zegen voor velen heeft verloren. Deze predikers hebben den weg voor de tegenwoordige toestanden gebaand, en het Troyaansche paard binnengehaald, waaruit achtereenvolgens twijfel, ongeloof, stofvergoding en het meteen nieuw gewaad gesierde oude heiden dom zijn gekropen. Zij hebben de grens tusschen liet heilige en onheilige opgehev en en uitgewischt. Zij hebben neergehaald en gelijkgemaakt, maar den aard van het modernisme. Zij hebben alle gezag ondergraven, te beginnen met het hoogste: het gezag van Gods Woord. Met dit gezag moest al het andere vallen, dat alleen daarin zijn grond en steun kon vinden. Eu waar de voorgangers nog hier en daar wat spaarden, werkten hunne beginselen toch door bij hunne volgelingen. En op het gebied van het huiselijk leven? Ook allerlei in de plaatsstelling. Voor het familieleven het publieke leven. Voor huise lijkheidonhuiselijkheid. Allerlei gelegenheden voor uitspanning en vermaak zijn geopend, waar voor God en Zijnen dienst geen plnat^ gevonden wordt. Men heeft het volk g' zijn genot te zoeken, waar het alleen zijn o gang vinden kan. Het getal herbergen is veelvoudigd, en bij de gelegenheden zij genegenbeden aangewakkerd om de far| banden te verbreken. Volks-concerten m, behoeften aan ontspanning en genot, en ook aan uitspatting en zinnelijkheid wall waar men tot nog toe zijn lust vond in ijvt en trouwe plichtsbetrachting in den ^°ngen r] gezegenden kring van het huiselijk lf neelvoorstellingen, met hare dubbelzinnige ine? en haar valsch ideaal van het leven, d< wenschen geboren worden en brachten neigin tot rijpheid, die tot hiertoe ten onder gehou' werden door de tucht van Gods Woord eenmaal geprikkelde lust naar genot en zin, lijkheid voerde al verder en verder. De toont) voorstellingen, de muziek-nitvoeringen moest op Zondag worden gegeven. Ook deze moest als aller een worden. Geen ej en geen eerbied meer voor het heilige. Gl waardeering meer van de prediking des Woorc! van den zegen der stille huiselijkheid En op dien weg voeren ous Vrienden d Volks"! Op dien weg driugen ons leden v.-j een gemeenteraad steeds verder vooruit. Wat zulk later reglementen en wets-verorderingen bats tegen den losgelaten geest van steeds woeste wordende zinnelijkheid? Wij zullen tegen dat alles blijven getuigej WTij zalle 11 op dat alles blijven wijzen. Allei eerst, omdat het strijdt met onze heiligste ovei tuiging, maar ook omdat het volk langs dez wegen naar een afgrond gevoerd wordt. Gol geve dat er de oogen voor mogen openga^ eer het te laat is Middelburg, 20 October 1879. In den loop der zitting van de Ticeede Kam jongstleden Vrijdag heeft de heer Elout va Soeterwoude lot de regeering de vraag gericht of 2 het geheim wil opheffen, waaronder de stukken ov< de jongste ministeriëele crisis zijn overgelegd. Hij acht dat onvermijdelijk, om twee hoofdpunten tot klaai heid te brengende verhouding van de Kroon t< de vroegere regeering in de kwestie der grondwet herziening en het juiste oordeel over de handelwij: der overige bij de crisis betrokken personen. Daar! komt, dat een aanzienlijk deel der Kamer reed9 op c hoogte is gesteld zonder verplichting tot geheimhen ding, zoodat het eene deel over de zaak ten volle kunnen spreken, terwijl anderen zullen moeten zwijge Dit is evenmin in 't belang der zaak als in 't beid der betrokken personen, wier handelingen thans a scheeve of onji^ste beoordeeling bloot staan. De minister van Lijnden verklaarde echter, in h verzoek niet te kunnen treilen. Reeds had hij fc ernstig bezwaar, verbonden aan de mededeeling vertrouwelijke raadpleging tusschen den Konin zijne raadslieden, ter zijde gesteld, doch verder de Re.eering niet gaan, dan de Kamer in dr genheid stellen zich van de juistheid barer

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1879 | | pagina 1