liIIIIISTLI.IK HIST01!iSI,j] BLAD.
V. 487.
Zaterdag* 30 Augustus.
HET ZUIDEN
Versehijut eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag
avond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen
Prijs per drie maanden franco1»50
Enkele nomuiers- 0,05
Uitgever:
F». G. W IJ T M A N,
te
MIDDELBURG.
Prijs der Advertentiën:
Per regel 15 ets.; Familie-berichten van 1—6
regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents.
Liefdegaven 10 cents per regel.
De „zwakke zijde" der anti-
re vol ntionaire richting.
i.
De Arnhemsche Courant heeft de zwakke
zijde'"' der anti-revolutionaire richting nog zelden
zóó goed blootgelegd gezien, als in het artikel,
waarin de Standaard het nieuwe ministerie heeft
ter sprake gebracht. Ons hoofdorgaan had ge
sproken van een levenspsalm, die karakter
boven talent, het geloof boven het weten, het
hart boven het hoofd in zedelijke waardeering
verhief
»Daar zegt ge nu eens recht duidelijk, wat
gij eigenlijk verlangt!" zoo ongeveer roept de
Arnhemsche nu uit, en zij vindt dat de Standaard
nog nooit zoo goed heeft getoond, wat toch
eigenlijk zijn zwakke zijde is. Zy schrijft
onder meer
„Zelden heelt de Standaard zoo juist uitgedrukt
wat hij verlangt: „geloof boven weten, het hart
boven het hoofdmaar tevens heeft hij daarmede
duidelijk de zwakke zijde van zijne richting bloot
gelegd.
Wie regeeren wilde niet naar hetgeen te weten
is, maar naar hetgeen hij gelooft, niet naar hetgeen
zijn verstand hem zegt, maar naar de aandoeningen
van het hart hem ingegeven, die zal de eene dwaling
na de andere begaan, en velerlei willekeur plegen.*
Wij danken de Arnhemsche Courant voor dit
woord. Bovenal danken wij haar daarvoor dat
zij, afgescheiden van de personen der thans op
getreden ministers, met objectiviteit en op hu-
manen toon het beginsel ter sprake brengt,
waarin zij de zwakheid der anti-revolutionaire
richting heeft meenen te ontdekken. Wij wen-
schen haar op dezen weg te volgen. Wij denken
thans ook niet aan personen, maar alleen aan
het beginsel waarvan de personen de dragers
zijn, en wel in dit geval aan het beginsel: »het
hart boven bet hoofd."
En dan, ja dan komt het ons voor dat de
Arnhemsche hier inderdaad de zwakke zijde der
anti-revolutionaire richting ziet blootgelegd. Wij
willen dit vrijmoedig en met blijdschap erken
nen. Met blijdschap. Want wanneer het ons
nu zal mogen gelukken aan te toonen dat deze
zwakke zijde" toch inderdaad zoo zwak nog
niet is, wat zal dan de Arnhemsche wel niet
van onze sterke zijde denken?
Ja het is wel de zwakke zijde der anti
revolutionaire richting, dat zij het »hart stelt
boven het hoofd!" Hoe menigeen heeft haar
deswege in gedachten en woorden reeds aan
gevallen hoe menigeen heeft "naar daarom reeds
openlijk of in stilte veroordeeld! Het schijnt
dan toch ook wel de dwaasheid zelve om het
hart (de aandoeningen van het hart zegt de
Arnhemsche Courant) te stellen boven het hoofd
het geloof" waarvan toch immers niemand
iets met zekerheid weet" boven het wetendat
toch paal boven water staat, en immers door
een ieder moet worden toegegeven. Ja, 't wordt
wat fraais, wanneer gij eens uw hart wil laten
medespreken, bijv. over het graven van een
kanaal, of het aanleggen van een nieuwen
spoorweg!" Zoo spreekt men. En naar het
schijnt niet zonder grond. »Gij moet maar eens
met al deze bespiegelingen in de praciijk komen,
zoo zegt men uop de studeerkamer mag dat
alles nu heel goed klinken, aardig gedacht
schijnen en juist gezegd. Maar kom daarmede
nu eens in het dagelijksch leven? Eilieve, laten
wij ons maar eens houden aan een duidelijk
voorbeeld. Daar moet nu een kanaal worden
gegraven. Een liberaal" ingenieur, een man
met een flink hoofddat hij flink gebruikt en
boven zijn hart stelt" levert een plan. Dat
plan zal nu, wanneer aan de eischen van het
verstand goed is beantwoord een zeer uitne
mend kanaal geven. Het zal met de minste
kosten het voordeeligst gelegen en best ge
graven kanaal zijn. Welnu, welk plan zal uw
anti-revolutionaire ingenieur, die het hart stelt
boven het hoofd en het geloof boven het weten",
nu daartegenover leveren?
Is de vraag niet verpletterend? niet bijna
zóó verpletterend als die andere: waarin zich
toch het naaien en breien op eene christelijke
naai- en breischool" onderscheidt van het ge
wone naaien en breien?
Het zou ons niet verwonderenwanneer
menigeen, na zulk een voorbeeld, toestemde
dat het toch niet aangaat in alle zaken het
hart boven het hoofd te stellenen dat de ge
moedelijke anti-revolutionair" die het na dit
alles toch wilde volhouden, groot gevaar liep
straks door een uitbundig gelach te worden
begroet. Doch dit neemt nu nog niet weg dat
wij ons door dit voorbeeld nog niet gewonnen
geven of verslagen achten. Integendeel. Wan
neer dit nu waarlijk de zwakste zijde der anti
revolutionaire richting is, dan mogen wij er nog
al gerust op zijn. Want wij hebben toch ook
wat wij antwoorden kunnen.
Al dadelijk stellen wij op den voorgrond dat
er zaken zijn, die buiten het hart omgaan, en
waarbij dus geen sprake kan zijn van een verge
lijking tusschen hoofd en hart. Wanneer de Arn
hemsche zegt, dat iemand die minister wordt,
daarvoor de bekwaamheid dient te bezitten, dan
zegt zij iets, dat zelfs ons duidelijk is. Zoo zal
het eveneens door een ieder worden toegegeven,
dat het om de stelling van Pytagoras te be-
grijpen, of in te zien dat eene rechte lijn naar
ééne zijde slechts in ééne richting kan verlengd
worden, niet noodig is een hart, laat staan een
edel hart te hebben. Daarvoor is alleen een zekere
mate van verstand noodig. Deze bevattelijke
waarheden behoeven slechts te worden vastge
houden. Wie dus 'in dergelijke dingen »het
hart boven het hoofd in zedelijke waardeering"
wenschte te verheffen, zou toonen in de kwestie
niet te huis te zijn; en zulk een was op dit
punt eenvoudig een weinig dom, verre, verre
verwijderd van het x>denkend deel der natie!"
Ziet nu de Arnhemsche Courant de anti-revolu
tionaire richting waarlijk voor zoo onnoozel aan,
dat zij zoo iets doms zou beweren? Wij ge-
looven het niet. Evenmin als wi^v&njiaar
durven veronderstellen dat zij met opzet dornlM
dingen zegt, evenmin zal zij het van ons doeW
Wij vergelijken hoofd en hart alleen dan, wan-'
neer beiden recht van spreken hebben. En dan,
ja dan stellen wij de eischen van het hart bo
ven die van het hoofd.
Ook is dit wellicht een wezenlijk punt van
verschil tusschen de liberalen" en ons, dat wij
het recht van het hart om mede te spreken,
toelaten op veel uitgebreider gebied rd^in
hemsche Courant en hare geestverwanten,
verbergen wij niet, maar wij verklaren het uit
ons verschillend standpunt, een verschil, dat wij
voorshands alleen kunnen aanduiden, misschien
later ook rechtvaardigen.
Om ons nu eens te houden aan het voorbeeld
van dat te graven kanaal. Zeker, daar moet aan
de eischen van het verstand beantwoord zijn.
Maar, is uitsluitend op de eischen van dat ver
stand gelet, dan is daarmede nóg niet gezegd
dat het kanaal waarlijk goed zal zijn. Dan kan
het goed zijn, maar 't kan ook nog slecht zijn.
Immers het is zeer goed mogelijk dat del zeer
verstandige" ingenieur die het plan ontwerpt,
uitsluitend of voornamelijk heeft gelet op 'de
belangen van de stad zijner inwoning. Dat he^
kanaal zeer zeker op de minst kostbare wijze
tot stand zou komen, en voor eene bepaalde
stad zeer groote voordeelen opleveren zott.
Maar met eene kleine verandering in het
plan te brengen kunnen nog eenige andere
steden ook de voordeelen van dat kanaal
genietenen, dewijl nu de inwoners dier steden
evenzoo goed een aandeel dragen in de lasten,
als de inwoners der stad waar onze ingenieur
metterwoon gevestigd is, zoo zegt nu deze
man sdie het hart stelt boven het hoofd";
»hoor eens hier, dat zou toch niet billijk zijn,
dat wij deze kleine kosten zouden sparen, waar
door de iuwoners dier steden zoozeer zouder
worden gebaat. Mijn verstand zegt mij dat hei
eerste plan goed is, goed, vooral voor mijnt
eigene belangen. Maar om zóó uitsluitend mijr
belang te bevorderen, daartegen protesteert myx
hart".
En de anti-revolutionaire ingenieur zou