CHRISTËLIJK-HISTORISCH BLO. i V. 483. Donderdag 21 Augustus. HET ZUIDEN Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag avond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen Prijs per drie maanden francof 1,50 Enkele no miners- 0,05 Uitgever P. Gr. W IJ T M a N, TE MIDDELBURG. Prijs der Advertentiën: Per regel 15 ets.; Familie-berichten van 1(i regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents. Liefdegaven 10 cents per regel. Middelburg, 20 Augustus 1879. De Staatscouratit van heden bevat de mededeeling, dat het nieuwe ministerie aldus is samengesteld baron C. Th. van Lijnden ran Sandenburg, buiten- landscbe zaken professor A. E. J. Modderman, (Leiden) justitie jhr. mr. W. Six, commissaris des konings in Zee land, binnenlandsche zaken W. E. van Erp Taalman Kip, marine professor S. Vissering, financiën A. E. Reuther, kolonel der artillerie, oorlog W. baron van' Goltstein, koloniën Jhr. Klerck, waterstaat. Morgen zal de overdracht' der portefeuilles plaats hebben. Een zucht van verligting is zeker aan menige borst ontsnapt op het vernemen der tijding van het nieuwe minislerie. Er is nu een pinde aan de onzekerheid Al is baron va^ Lijnden van Sandenburg de premier, de eerste minister, toch kunnen wij zijn ministerie niet anders noemen dan gematigd liberaal. Het was ons eene groote verrassing, dat onze com missaris des konings mede deel uitmaakt Van bet nieuwe achttal, maar nu de voorraad bekende en erkende staatslieden uitgeput blijkt te zijn, moest van zelf meer dan één nieuw man worden geworven. Toch verbaast het ons wel wat, dat Jhr. Mr. W. Six zijn schouder wil zetten onder het zwaarste eind der vracht. Met eenige sympathetische angstvalligheid vragen wij ons afis hij voor dien last, is die last voor hem geschikt? Wij zagen hem een hoogen stap doen op de lad der der politiek, toen hij van Haagsch gemeente secretaris tot Zeeuwsch „gouverneur» opklom, en ons oordeel daarnaar afmetend volgen wij met eenigzins vertrouwenden blik den ons in menig opzicht dier baar geworden commissaris, naar het hooge standpunt, waarop zoo weinigen het houden kunnen. Wij weten dat wij voor de zaak, die ons het naast aan 't harte ligt, van hem geene gunsten te verwacht ten hebben. Op de grootste welwillendheid, binnen de grenzen der wet, meenen wij bij hem te mogen reke nen, en nooit zal zijn naam genoemd worden met den afkeer, voor ons aan dien van Kappeyne onaf scheidelijk verbonden. Nooit zal hij erg tegenvallen, omdat hij een man zonder pretentie is, en afgezien van alle partijbelang mag het land hem dankbaar zijn dat hij -den boedel' van Kappeyne aanvaardt, naar wij hopen onder 't voorrecht van boedelbeschrijving. Tijdens zijn driejarig bestuur in Zeeland heeft bij zich doen kennen als een man van groote admini stratieve bekwaamheden, als een man van ernst en werkzaamheid, die op het torentje en in het binnen hof meer harten zal winnen dan zijn voorganger. De portefeuille van fmantiën vol rekeningen en be grootingen alsmede de schraal voorziene schatkist zijn toevertrouwd aan professor Vissering van Leiden, een man, wiens politieke overtuiging wij niet nauwkeurig kennen, maar die als staathuishoudkundige een wel verdienden en gevestigden naam heeft iu ons vader land. Daar om de ministers van binnenlandsche zaken en finantiën al de groote hangende vraagstukken draaien, vermelden wij ditmaal nog niets van de an dere uit vorige ministeriën bekende mannen. Wie kolonel Reuther is weten wij nog minder, dan wat professor Modderman voor ons strafwetboek belooft. In elk geval verwachten wij niet dat dit ministerie voor ons de gonden eeuw zal doen aanbreken. Wij kunnen er ons over verheugen, dat ernstige mannen optreden, om de zaken in gang te houdeD, zonder dat zij dat meenen te moeten doen door onzen tegenstand te breken. De antl-revolntioiiairc partij in haar tesenwoordigeu toestand. Overwinning op overwinning werd in Juni en na Juni door de anti-revolutionaire partij aan de stem bus behaald. Lohman en van der Hoop, Elout en Keuchenius, van Dedem en du Tour zagen we met glans gekozen; de Jonge en van Wassenaer, Schim- melpenninck en van Asch van Wijck herkozen. Reden tot vreugde was er dus alleszins, maar niet minder tot zelfonderzoek. Daartoe spoorde De Standaarden een paar artikelen aan, en hij deed daarmee een goed werk. Niet door lofliederen maar door critiek van vriend en vijand moeten we vooruitgaan. Nauwkeurig opmaken van de rekening zal ons leeren dat menig cijfer onder toe vallige winst behoort gerangschikt te worden, en dat we deze toevallige baten behooren af te trekken, of minstens per memorie uit te trekken, zal ieder goed rekenmeester die de zaken met kalmte en nuchterheid beziet, dadelijk toestemmen. Duidelijk brengt ons hoofdorgaan de soliede en in- soliede posten, die we na Juni 1879 te boeken heb ben, aan 't licht. Beginnen we in navolging van hem, met, de soliede posten. Over 't geheele land genomen bleek een langzame gestadige aanwas van anti-revolutionaire kiezers. Er zit groei in onze partij. Langzaam maar zeker (niet als een wonderboom in é'n nacht groot) wint ze. Duidelijker dan ooit trad hare getalsterkte, ook be noorden den Moerdijk aan 't licht, en zij is daar ge bleken in getalsterkte de Roomsche te overtreffen. De leiding van deze zich steeds uitbreidende kiezers- groep is door het vaststellen van een program, dat in woorden bracl.t wat er in onze kringen als beginsel beleden wordt, en verder door de eenheid der pers en het optreden van een centraal comité op hechter grondslagen gevestigd. Daarbij komt dat over den te volgen weg, na de verkregen uitkomst, niet meer be hoeft gekibbeld te worden. Als soliede posten kannen we dus een toenemend aantal kiezers, vastheid van gang en eenheid van leiding noemen. Het succes heeft een betooverende kracht. Men roept thans de anti-revolutionaire partij gaat met reu zenschreden vooruit. En waarom Omdat er een vijf tal nieuw-gekozen leden zijn binnen gegaan. Maar indien bij de liberalistéh grootere opgewekt heid en daardoor trouwere opkomst ware geweest, dan immers zouden onze candidaten niet gekozen zijn, en men zou even krachtig of nog krachtiger over onzen achteruitgang dan nu over onzen vooruitgang roepen. Niet de gekozene leden, maar het aantal kiezers mag voor hem die goed rekent, maatstaf van beoordeeling zijn. Het aantal kiezers dat zich aan onze zijde schaart is vooruitgaande, maar bedaard, matig. Niet al wat anti-revolutionair heet is anti-revolutionair. Naar lijden en gelegenheden zwenkt een deel der kiezers steeds rechts of links, en die tijden en gelegenheden waren ditmaal ons bijzonder gunstig, en ongunsti; voor onze wederpartijders. Als Storm van 's Grave sande en Begrara eens voor Steenwijk en Gorkum ware blijven zitteu, en de liberalen in Middelburg en Utrecl gelukkiger waren geslaagd in het vinden van candidate - als de kanalenwet eens aangenomen ware, en he ministerie niet ten aftocht gereed had gestaan al Pincoffs en de Rotterdarasche kliek eens niet ware gevallen, en wij niet den steun van het Volkspetitioc nement hadden gehad, zou dan onze triomf wel eve schiiterend zijn geweest? Deze tijden en gelegenheden, zoo gunstig voor oe als ongunstig voor onze tegenpartij, vormen gee wezenlijk deel van onze kracht, maar kunnen in 188! zoozeer veranderd zijn dat die toevallige baten oe niet ten goede komen, en misschien zal-Uan zonde dat we iets wezenlijks verloren, in het oog"V»f publiek toch weer merkbaar verlies zijn. I Een deel van hen die nu met ons gingen moet zelj weldra afvallen. Het kleine groepje conservatieyen i Middelburg, Leiden en Steenwijk b. v. dat nu nog m< ons stemde, zal zich van ons verwijderen. Reeds bij d laatste verkiezing steunde het Haagsche Dagblad de libt ralistische candidaat Patijn tegenover Lohman, en b; de volgende verkiezing zal de steun der conservatie ven mannen als Van Naameu, Godefroy, Roëll, Lep ting en Van Eek ten deel vallen. Ook op den sfeu der Roomschen valt weinig te rekenen. Zoodra Ron maar even kans ziet u den voet te lichten,- laat 2 het niet. En daarin heeft ze gelijk. Wij - het met haar niet beter maken, En eindelijk, ditmaal werkten de christelijk Gere formeerden nog met ijver en vuur mede tot het ver kiezen der antirevolutionaire candidaten. Er ware stemmen die in dit algemeen accoord niet mêezonger maar vrij algemeen stonden ze bij den strijd vooraa in 't gelid. Zal dit zoo blijven? Zal men van Chris telijk-Gereformeerde zijde niet wenschen dat het algi meen Christelijke wat spoediger voor een meer spri kende en historische type plaats make Zou des wensch niet een tijdlang scheiding kunnen veroo: zaken Ziedaar de rekeniüg opgemaakt, en uit d rekening blijkt dat, al zijn we ook aan den winnei den kant, de winste ditmaal behaald, toch geen maai staf van wezenlijken vooruitgang kan zijn. Indien we ir-^de dagen van succes vrij blijven va hoovaardij, dan zullen we ook indien een nieuv storm het hoofd opsteekt, vrij blijven van moede loosheid. VïissïaigCDB, 19 Augustus 1879. De collecte vd< scholen met den bijbel, die alhier op heden door ec lOtal vrienden tusschen 2 en 8 uur is gehoude! alleen bij erkende voorstandere dier scholen, hee voorloopig opgebracht de som van f 185,11s daar© boven zijn nog vele giften toegezegd. In aanmerking nemende, dat vele gegoeden e de stad waren, anderen door werkzaamheden niet huisf en in het algemeen lettende op het drukkent der tijden, mag dezen uitslag boven verwachtii geslaagd genoemd worden, en hebben de petitionarisst de daad gevoegd bij het woord. De collecte voor de scholen met den Bijbel het in Den Haag opgebracht de som van ruim f 260 Te Delft bracht de collecte een som van f 455 o Te Utrecht bijna f 1600. Een bij het Departement van koloniën ontvangt telegram van den Gouverneur-Generaal van Nedt landsch Indie, dd. 18 dezer, bevat de navolgen tijdingen uit Atjeh „Den léden dezer is eene colonne uit Iudraprot over Gliëng naar Selimoen gemarcheerd. Zij we alleen uit het gebergte door de bende van Tongk di Tirou (de leider der aanvallen op onzen post

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1879 | | pagina 1