CHRISTÜLIJR-fllST0RISCH BLAD. V. 467. Uitisdag* lo Juli. - HET ZUIDEN Pkijs der Advertenties: Per regel 15 ets.; Familie-berichten van 1i regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents. Liefdegaven 10 cents per regel. Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag avond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen Prijs per drie maanden francof 1.50 Enkele nommers- 0,05 P. O. Uitgever: W IJ T M A Nj AtlDDETLBTTRt 3-, \'S /O hebben wij iets te zeggen in antwoord op het nummer van 29 Juni, dat ons eerst vrijdag 11. in handen kwam, toen ons blad reeds voor de pers gereed was. Zelandia beroemt er zich op >dat de katho lieken flink de anti-revolutionairen hebben» ter zijde gestaan, niet alleen in Goes, maar 'aeral waar deze laatsten hun zetel behielden of er een wonnen." p Zijn wij den roomschen dank schuldig, dan is het de dank, dien wij onzen buurman schul dig zijn, omdat hij zijn eigen huis niet in brand steekt, en aldus het onze niet in gevaar brengt. Hebben de roomschen al de kamerzetels der anti-revolutionairen, naar hun zeggen, in hunne macht, dan gaat die macht zoover als die van onzen buurman, als hij, door op zijn kelder niet te pompen, tevens maakt dat wij den onzen niet watervrij kunnen houden, tot schade voor onze en zijne provisie. Wij verwachten geen Calvinistische heer schappij, en streven er ook niet naar, maar wij willen zijn als dienstknechten, die hunnen toe- venden Heer wachten, en inmiddels Zijne be velen uitvoeren, totdat Hij komt, en alle knie zich voor Hem buigt. Nog eens, wij antwoorden niet op de hate lijkheid, waarmee Zelandia de orthodoxe prote stanten het lijk van den door Voltaire gedoodden Calvin noemt, alleen nog geschikt om het gat te stoppen in den dijk, waardoor het liberalisme als water binnenstroomt. Zelandia wil die uitdrukking handhaven, ze bewaren zelfs voor eene volgende verkiezing; de roomschen willen dan weder dat lijk (dat ze in hunne macht zeggen te hebben) naar den dijk dragen, en ze willen ons, in districten waar wij dan de beslissing in de hand hebben, de volgende redeneering in den mond leggen: >Dordt heelt Rome zoo klein gemaakt, dat Roomsche onderdrukking een hersenschim is, dus het steunen van den katholieken candi- daat kan geen kwade gevolgen hebben, maar is integendeel aller geloovigen plicht." Ofschoon wij wel weten wat wij zeggen moeten, en weten wat wij doen moeten, als het er op bijv. aankomt te kiezen tusschen een Bult man en een Reekers, zeggen wij nogtans Zelan dia dank voor den ons in den mond gelegden vol zin. Daaruit blijkt dat Zelandia van ons fatsoen lijker uitdrukkingen verwacht dan van zichzelven. Welke opvatting Zelandia van de geschiedenis hebbe, 't is ons tamelijk onverschilligdaar mee is de waarheid niet veranderd, en de roomsche opvattingen staven volkomen Lokmans en onze overtuiging, dat tegen Rome alleen de waarheid iets vermag. Het is en blijft onwaar, al zegt Zelandia het nog zoo stellig, dat anti-revolutionairen en ka tholieken in den strijd tegen de liberalen" verbonden zijn geweest. Een verhond eischt wederzijdsche toetreding, en toegetreden zijn wij niet. Wij gingen tijdelijk samen, zonder eenige verplichting op ons te nemen. 'tls altoos nog de vraag of het in Goes wel ooit weder tot eene herstemming tusschen een »liberaal" en een roomsche komen zal. Moet dat hetgeval wezen, dan zullen we zien wat wij doen zullen. Als de nood aan den man komt, zullen wij aan den dijk te vinden zijn. Den stroom van het liberalisme te keeren, zal daar onze plicht zijn, maar ieder weet wat in protestant seken mond het spreekwoord beteekent: 't is voor den Paus gewerkt. Middelburg, 14 Juli 1879. Het Rotterdamsck Nieuwsblad bevatte zaterdag de mededeeling, dat de ministers gezamentlijk hun ontslag hebben ingediend, omdat de koning niet wil treden in de voorstellen tot herziening der Grondwet, o. a. kiesrecht en defensie. De Nieuwe Rotterdamsche Courant bevatte gisteren het volgende Naar wij vernemen, heeft het Ministerie in een uitgewerkt rapport aan den koning een voorstel ge daan van Grondwetsherziening, wat betreft de hoofd stukken over de Staten-Generaal en de Defensie. Volgens dat voorstel zou de Tweede Kamer moeten bestaan uit 100 leden, de Eerste uit 50 leden. De leden der Eerste Kamer zouden gekozen worden door de Provinciale Staten, maar zonder een census van verkiesbaarheid. De Tweede Kamsr zou worden ge kozen voor den tijd van vijf jaar, in onveranderlijke districten, en volgens een kiesrecht, dat niet meer alleen den census, maar ook capaciteit tot grondslag zou hebben. Een en ander bij organieke wet te regelen. Z. M. heett het voorstel van de hand gewezen. Het Utrechtsch Dagblad bevestigt mede dit bericht. Verrassend mag- deze tijding genoemd worden. Het ministerie had volgens verklaring van hef. hoofd van het kabinet ontslag gevraagd, tengevolge van het verwerpen van art. 1 der kanalenwet. Z. M. had het ontslag niet aangenomen, en weinige weken daarna komt het bericht dat Z. M. door het ministerie voor gestelde, ingrijpende veranderingen in ons staatsbe stuur heeft van de hand gewezen, en dat dit de reden is van het heengaan der ministers! Had het ministerie behoefte zijne houding nader te verdedigen? Eene correspondentie in de Amsterdamsche courant maakt melding van het verblijf van jhr. de Koek aan het Loo en meent dat deze voormalige directeur van het kabinet des Konings door Z. M. geraadpleegd wordt omtrent de ministeriëele crisis. Het volgende overzicht van de opbrengst der Rijksmid delen (hoofdsom en opcenten) over de maand Juni 1879, in vergelijking gebracht met de opbrengst over hetzelfde tijdvak van 1878, is door het departement van financiën openbaar gemaakt 1879. 1878. Directe belastingen f 1,133,724,72* f 1,072,062,80 In- en uitg. recht. - 295,042,22 - 282,111,62 Accijnsen - 3,098,7. 3,555 - 3,370,964,05 Waarb. en bel. D. g. en z. w. - 28,709,28s 34,466,75 - 1,797,4S1,263 - 1,545;636,50 - 120,596,845 - 118,521,S8j a «5 v 0 - 293,427,21' - 285,903,72 Rijkstelegraaf 70.961,68 - 73,077,23 Staatsloterij Acten v. jacht, en visscherij 21,350,50 - 18,760.00' Loodsgelden - 84,410,815 - 84,282.93 Totaal f 6,947,041,305 f 6,534.986 51 Het bericht, in de vorige week door enkele bladei vermeld, als zou de Tweede Kamer eerlang wordei' opgeroepen tot behandeling van het wetsontwerp re-1 gelende de financieele verhouding tussehen Nederland en N.-Indië, is van allen grond ontbloot. f i( Een bij het departement ran koloniën ontvang?, telegram van den gouverneur-generaal van Nede11 Indië bevat de volgende mededeelingen omtrent *8 krijgsverrichtingen in AtjeJiie Den lsten Juli zijn de operatiëa tege" gelfij Moekim van vier verschillende kanten. 95 pet. 65fc< macht van 'meer dan 8000 man aangt-, het doel om de voorname sterkten, namelijk^üe Mbil sigits Malajoe en Boëng in het zuidelijk en Lambag/8,'' en Toengkoep in het noordelijk gedeelte, te tl} lll meesteren. Dien dag werd de Missigit Malajoe, den 2den Juli werden Boëug en Lambaroe en den Sden werd Toeng koep genomen. De vereenigde kolonnes zonden den 4den en 5dea Juli in verschillende richtingen afdeelingen uit, om de niet onderworpen kampongs te tuchtigen. De tegenstand was de eerste dagen hevig en het terrein zeer moeilijk. Later werd weinig van den vij and gezien. Imam Longbattah (die gewond was) vluchtte met een deel der bevolking en hoofden. Tevens werden groote massa's vivres en amunitie en drie wapeusmederijen vernield. Het totale verlies aan onze zijde beliep 17 gesneu velde en 66 gewonde mindere militairen en 4 gewonde officieren. In een particulieren brief schetst een officier den toe stand in Atjeh als volgt ,,'t Is hier in de IV en VI Moekims vrij rustig f de posten zijn sterk, maar desniettemin is de alge- meene toestand verre van bevredigend. Er loope geruchten, dat de regeering drie bataljons van bier heeft gevraagd, omdat de omstandigheden op Java vermeerdering van troepen vorderen, en dat zijnerzijds de generaal van der Heijden duizend man versche troepen heeft verzocht tot voortzetting zijner operatiën, Onze verliezen in den laatsten tijd bij Oleh Karang 0. a. hadden wij p. m. 160 man dooden en gekwets ten zijn dan ook nog al aanzienlijk. Intusschen; de grootste vijand hier is hei klimaat. De hospitaler zijn overvol, en elk stoom- en ziekenschip vervoer honderden naar Padang en Batavia. In de XXV^ Moedims is de tegenstand vrij groot, en waar ziet mei het einde? Wij zijn nog slechts op zulk een kleil gedeelte meester, eu dat meesterschap moet met krach van wapens gehandhaafd wordentelkens hoort men dat patroeljes en enkele personen overvallen worden Sedert eenigen tijd moet iedere patroelje uit vijf ge wapenden bestaan en is alle gemeenschap buiten d patroeljes ons verboden.

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1879 | | pagina 1