MENGELWERK. HANDELSBERICHT!-N. is nu met s^vcitu pogiug gewaagd om den generaal zelf te dooden. Een man te paard loste op den generaal een pistoolschot zonder hem ecliter te kunnen treilen. Treurig is die toestand, want een land dat zoolang in spanning was, aan bevolking behoefie heeft en desniettemin zoovele krachtige mannen in een z waren en langdurigen oor.og verloor, en, wat vooral in aanmerking komt, veel schuld en weinig geld heeft, zulk een land heeft meer dun een ander de zegeningen ces vredes noodig. Ook uit een handelsoogpunt. Kooren toch was het belang-«jk- ste artikel van uitvoer. Zonder Russisch kooren kon Europa niet blijven bestaan. Maar zie, daar komen nu de Noord-Amerikanen met hun vlugge schepen in het tekort voorzien, drukken de markt en benadeelen allermeest do- Russen. Dat wordt vour dezen een donker vooruitzicht, waarmee ook in de politieK dient gerekend te worden, wijl geld do zenuw van den oor log is. Soldaten zonder roebels voeren niets uit en smelten als sneeuw voor de zon. Maar erger dan dit .dies is bet zedebederf vooral van de hoogere standen en het ambtenaars-personeel. Want het nihilisme is niet dood en zelfs niet bedwon gen. Het werkt in 't duister en weet z'ch zuo goed te verschuilen, dat de krachtigste en slim.de politie met de handen iu 't haar zit. Zelfs tusschen den Czaar en zijn oudsten zoon en optolger moet hetgeen vredezijn. De zoon ziet het anders in dan de vader en wil daarom ook een anderen weg inslaan. Wat er van dit alles worden moet, kan niemand zeggen. I)it is zeker, dat, is men weleeus bevreesd geweest voor de overmacht van den noordscheu kolos, die vrees provisioneel achterwege kan blijven. Eèn geluk echter valt Rusland ten deel: de pest is zoo goed als gewe ken. De middelen tot haar bedwang zijn door God gezegend. Een verademing tevens voor Europa eu heel de wereld. Engeland's koningin vertrok ov.-r Cherbourg naar Italië, en Eugelauds staatslieden hebben voortdurend talrijke vragen in het Lagerhuis te beantwoorden, over de oorlogen in Afghanistan, en Zoeloeland en over den toekomstigen oorlog met Birmah. Meestal bekende zaken wordeu hierbij verhandeld. Slechts moeien we mededeeleu dat aan Birmah geen ultimatum is ge zonden, en dat Engeland op Birmah's daden wachteu zal'. Frankrijk gaat met zijn ouderwijs den anti-chris- telijken weg op. Hoe jammer, dat met liet christelijk onderwijs op zoo onverantwoordelijke wijze is omge sprongen. De geestelijkheid beeft het zich ten deele te wijten dat over hare onderwijzers en hare scholen zoo onbarmhartig de staf wordt gebroken- Maar ook in Frankrijk evenals in zeker ander land is het voor 't oogenblik niet de vraag: onderwijs in kerkdijken, of in wereldschen geest, maar vrijheid van onderwijs. Wat geeft den Frauscheu Staat, het recht zich te bemoeien, met de wijze waarop het onderwijs wordt gegeven, hetzij dan goed of slecht, indien d^ onderwijzers aan de eischen voldoen en de soholeu bruikbaar zijn. Dat is de zaak der ouders. Waarom moeten alle Room- sche en Protestantsche geestelijken uit dc besturen der scholen worden geweerd? Waarom worden lieden, die men jaren lang duldde, nu op eens, als onbruikbaar, aan den dijk gezet? Waarom? Omdat de liberale republiek thans heerscht. en zich, bewust vau haar macht, de groote kracht die voor de toekomst in het onderwijs schuilt, wenscht ten nutte te maken. Zij denkt aan het: Geef mij de jeugd en ik zal meester yan de toekomst zijn. Ecu Zomlag iu <lcn vreemde. Uit een Reisverhaal. Hij, die met een gezond lichaam en een opgeruira- den geest, met een blauwen, door de zon verlichten hemel boven zich en naast ee« getrouwen vriend Saksisch Zwitserland doorkruist heeft, zal zonder mijne verzekering wel willen geloovendat men iu dit ge deelte van Duiischland heerlijke dagen kan doorbren gen. Ook wij, mijn reisgenoot R. en ik, hadden daar op onze reis bij iedere schrede mogen ervaren, dat de Heer goed is; want alles vereenigde zich om ons Zijne macht en wijsheid in de werken zijner handen te doen opmerken. 't Schijnt echter weldat de mensch aan natuur schoon alleen niet genoeg heeft. Te midden van de wonderen der schepping ontstaat niet zelden een zekere honger naar godsdienstig voedsel voor deu geest, 't Ging ons althans zoo, toen wij ruim eene week ons iu de aanschouwing van de statige Elbe, van woeste rotsachtige dalenruischende wouden en huppelende bergstroompjes verlustigd hadden. In weerwil daarvan, of liever juist daardoor, ver langden wij naar den Zondag, waarop wij te Dresden, de fraaie residentie van Saksen, rijkelijk voedsel voor deu geest hoopten te viuden. Immers, als men in de men des Zjndags behoefte aan een opwekkend woord, dat ons van de séjiooi.e werken Gods op aarde opleidt tot de onzicnibare heilgoederen des hemels. Onze hoop zou ook vervuid worden, ofschoon, iu weerwil van de vele voortreffelijke predikers van Dresden, niet op de wijze, waarop wij het verwacht hadden. Toen een kei lieer vau hei logement oi s des zondags morgens ht onto ijl bracht, vroegen wij, wie de be- roemdste predikant, te Dresden was. De man zette een gezicht, alsof wij item over de Ghineesche spraakkunst ondervraagd hadden eu stotterde: „Predikant? De beroemdste predikant? Ach, mijn lieve heeren, hoe zou ik dal weteu?" „Nu, bij wien gaan de tneiischen dan het meest ter ketk „Weet ik o ,k niet, meneeren doe laat begint dan de voornaamste godsdienst oefening „Ach lieve heeren, ik ben r<eds twee zomers in dit hotel, maar dat heeft mij nog nooit iemand ge vraagd. Maar ik zal u den uLtrkellner zenden." Deze kwaui in de volle bewustheid vau het gewicht van zijn ambt, eu met een gezicht, alsof hij zeggen wilde ik weet. alles! „Wat is er van uw believen?" vroeg hij. „überkelluerwij wilden wel naar de kerk, kunt gij 0D3 ook zeggen, wanneer dc dien t begint?" Hij zag ons met een bijna niedelijJeiiden blik aan. Wij waren blijkbaar in zijne achting gedaald. Maar, wij logeerden toch op eeue deftige kamer, wij zouden aan het diner deelnemen en dan het drinkgeld! Hij bedacht zich een oogenblik en antwoordde zeer beleefd: „Wel ja, zeker, natuurlijk, ik zal u terstond bescheid brengen." Na een kwartier kwam hij terug, maar zijne inlichtingen waren zoo onduidelijk, dat wij besloten óns zelve:, te helpen. Of wij er niet aan dachten de courant te raadplegen, dau wel of de redactie vau het nieuwsblad liet beneden zich achtte er ee« kerkbriefje in op te nemen herinner ik mij niet meer. Kortom, wij stapten op. Eerst kwamen wij aan de deur vau een Gerelormeerde kerk, die reeds gesloten was. Maar wij werden hier zeer aangenaam door een maatregel der polieie verrast. De uaasie om trek van deze eu van alle kerken was gedurende de g idMieustoefeuing geüeel afgezet, zoodai de gemeente niet door het geraas van rijtuigen kon gestoord wor den, g lijk dikwijls elders geschiedt, 't Ware te wen- sehen dn zulk eeu maatregel algemeen kon in- gevo<rd worden. Wij wandelden verder en kwamen aan een bedehuis waar wij vele meuscheu zagen binnengaan. Nog klon ken gezang en orgelspel, maar toen wij binnentraden, bestefg de predikant reeds den predikstoel. Hij begon te spreken: o wee! alwe-r een luim van het noodlot! Wij verstonden zeer weinig van de woorden des leven- digeu manswant hij sprak de taal onzer broeders vau den linkeroever van den Rijn, en wel zoo schie lijk eu met zulk een eigenaardigen tongval, dat het Frausch hetwelk wij op de school geleerd hadden ons de dienst weigerde. Ontevreden op ons zeiven slopeu wij, terwijl een meisje, dat in onmacht ge vallen was, uit de kerk gedragen werd, mede naar buiten en zetteden onzen tocht voort. Eindelijk kwamen wij aan een Luihersche kerk. Door een zijdeur be reikten wij eene galerijwaar eeu allerbeleedst heer ons met veel strijkauijes, in een bijna vorstelijk, met kussens eu gordijnen voorzien gestoelte bracht, In deze kerk zouden wij gevonden h°bben wat wij zochten (wij merkten dit aan het weinige dat wij nog hoorden), maar wij waren te laat gekomen. De predikant was reeds aan 't slot zijner rede. Hij hield zijne intrêepreek en vermaande tot getrouw kerk bezoek, hetgeen trouwens wel noodig was, want men zag dat er velen niet waren en daardoor helaas! niet hoorden, wat voor hen bestemd was. Eenigszius ontstemd over al onze teleurstellingen, verlieten wij ook deze kerk. Buiten scheen de zon vroolijk en warm, en toen wij op het Bruhlsche Terras gekomen waren, zagen wij een bonte menigte dooreen golven. De Elbe was met stoombooten^ schepen en kleinere vaartuigen als be zaaid. Aan den oever wandelden rijk gekleede men- schen heen en weer. De goede inwoners van Dresden pronkten met hun zondagsch gewaad, want men be- hoefde niet voor regen te vreezen. Overal zag men eeu opgeruimd en vroolijk volkje. Overal was het groeten en buigen, zien en zich laten zien, benijden en nijd verwekken. De eeu schepte vermaak in den ander, maar het meest in zich zeiven. Onder het ruischen van heerlij e muziek keken wij ons reisboek van Baedeker in eu ontdekten, dat pre cies om één uur in dc (Katholieke) hofkerk klassieke kerkmuziek gemaakt werd. Om dien dag alle gezindten rechtte laten weervaren,'togen wijnaarde hofkerk. Maar welk een ander tooneel dan in de kerk, die wij hel laatst verlieten, vertoonde zich hier aan ons oog! Ofschoon nog wel een half uur voor den aanvang vaa het concert, was de kerk reeds stampvol inen- 8chenvooral van den deftigen siand. bat de meeste aanwezigen Protestanten warenzagen wijtoen de De preek was nog niet geëindigd^SB wiens gezicht eveu suikerzoet en oabeteekeir^H? als zijne woorden, sprak met een buigzame luidende stem over Jezus intocht in Jeruzalem e'in| daaruit hei niet ongewone thema: de macht der trane gekozen. Een predikant in een stadje in Tbiiringe dien ik op eene reis als student over de ópwèkkii van de dochter van Jaïrus hoorde prediken, behai delde juist hetzelfde onderwerp. Zijne rationalistisc denkwijze kwam sterk uit in zijue bewering, dat i tranen der buisgeuooten van Jaïrus den Heer tot hu bewogen hadden en verder hield hij eene aandoe lijke toespraak over deu dood van eene jonge docht in deu bloei des levens. Uitgenomen, wij studei ten, weende de geheele io de kerk vergader menigte heete tranen. De pater in de hofke bracht het „in de betooning. des gecstes eu der krrjh niet zoover; want ieder wachtte slechts op zïjh am en de muziek die dan volgen zou en waarom ml eigenlijk gekomen was. Eindelijk kwam het vurig v! langde slot. De vergadering werd eerst nog een weln met wijwater besprengd, 't geen mijnen slreng-cah nistïschcn raedgezel eenig gewetensbezwaar veroorzaak maar mij bij de heerschende hitte een welkome ve frisscking was. Nu kwam de muziek, en welke muzie! Ja, dat was inderdaad heerlijk! Vooral het „Ave, A deum corpus etc.", dat mij heden ten dage nog 't harte klinkt, schokte mij van 't hoofd tot de voete Ik gevoelde dat ik door deze loueD naar het kru op Golgotha eu van het kruis opwaarts tot den vo van den troon Gods gevoerd werd. Zelfs mijn ande zoo anti-katholieke reisgenoot gaf mij bij het uitgas te kennen, dat hij in deze Roorasche kerk, in weel wil van het wijwater, inderdaad gesticht was. Wij waren dan met den uitslag van onzen zwei tocht loch nog tamelijk tevreden, en toen wij na d maaltijd een prachtige wandeling in de omstreken v Dresden gedaan en daarbij oud en nieuw gewisse hadden, kwamen wij 's avonds met een gevoel vi voldaanheid iu 't hotel terug, omdat wij een aaug namen, hoewel toch ook wonderlijken Zondag-dstT gebracht hadden. B u r »- c 1 ij k e n s t a ii <1. $2i<ldclburg. (Van 1621 Maart). Ondertrouw R. van der Klip jm. 24 j. met. C. R. Bos. jd. 25 Bevallen M. A. Ludwich, geb. Pols, z. M. Schouten, geb. Kostense, d. J. Grootjan», geb. Watti d. A. L. Soetans. geb. Braat, d. L. Bossckaart, ge Booue, d. z._ (tweel.) W* A. Klinge, g' b. Bosdij z. M. C. Lambert, geb. de Oude, z. VY. C. van d Waijen Pieterszeu, geb. Vergouwe, d. (leven!.) Overleden: J. M. van Velthovcn, z. 2'/sj. Ill Vt meulen, z. 6 j. G. C. Broeke, man van A. VY. Sn 33 j. P. Koeleman, vrouw van S. Vinke, 28 j. T. Seeoolt, vrouw van J. A. Emoud, 47 j. J. A. V< maat, mrn van S. de Keijzer, 40 j. A. A. Varel, m; van P. Hekelbeeke, 76 j. T. de Rijke, wed. van Gerritsen, 85 j M. J. Bordeau, wed. van M< 72 j, M. A. Breewegen, wed. van A. Komraers, 1 j, M. R. J. Haga, d. 3 ra. M. C. van Teijlingen, 8 j. en 11 m. Ylissiiigeti. (Van 1522 Maart 1879.) G huwd: L. J. Janssen, jm, 28 j. met A, P. Rond jd. 24 j. Bevallen G. J. Ballieul, geb. Ureel, z. C. Dii gemause, geb. Vogel, d. A. C. Scheurleer, geb. v Aken, d. L. Stroo, geb. de Rijcke, d. E. van Oil fen, geb. van Bochove, z. S. de Rijke. geb. Simonse, J. Stroo, geb. Kegge, z. J. M. Kleineeder, geb. Swart, z. (levenl.) E. Ilarink, geb. Valk, z. Overleden B. J. Streefkerk, jd. 46 j. S. Waujc d, 2 w. A. E. van den Bosch, d. 4. j. M. P. B jd. 54 j. A. Wouters, jd. 64 j. C. Jacobse, d. 6 J. Ie Feber, z. 13 w. Goes (Van 1522 Maart 1879.) Gehuwd de Dreu, jm. 23 j. met L. Korstanje, jd. 24 j. Kwaak, wedr. van P. Douw, 65 j. met B. Baijen jd. 58 j. Bevallen J. B. Fouw, geb. den Boer, d. P. Ye meule geb. Strijd, d. J. J. Schrijver, geb. Peeters, Overleden: P. Schipper, d. 1 ra. M. P. Reijen d. 1 ra. P. van de Pas, man van M. S. Schellaa 81 j. J van der Mark, man van G. de Koning, j. G. Geene z. 2 m. (nmaiiuiarkteii enz Rotterdam, 24 Maar?. TARWE, De toevoer van land sche Witte was minder groot dan de vorige wei doch wederom 10 a 20 cent lager door trngen koopli VloamSche, Zeeuwsche, Flakkeeselie en Uverraaast de beste f9,a f9,60 dito mindere f7,50 a f8,70 ROGGE, lnlandsche wederom flauw en mindi soorten 10 cent lager. Vlaamsche en Zeeuwsche f 6 f 6,70 Overmaasclie en mindere soorten f 5,50 a f 6

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1879 | | pagina 3