tabel en een ontwerp houdende nadere bepalingen
omtrent de verjaring in strafzaken gedurende den
loop dier beraadslagingen de nieuw gekozen leden,
de heerën Sickesz: en De Roo van Alderwereldt, nadat
hunne geloofsbrieven in orde warenbevonden, hunne
intrede,
De eerste spreker was de heer des Amorie van der
Hoeven. Hij weuschc van ganscher harte dat het der
regeeriug welga. Zij „bekeere zich en leve." De
regeering heeft recht op een welwillende odtvangst
in de kamer. Bijna door alle partijen werd de af
treding van het vorig kabinet onvermijdelijk geacht,
en zoolang de daden der regeering geen oppositie
wettigen, zal spreker zijn stem aan de ontwerpen der
regeering niet weigeren. De heer van der Hoeven
verklaarde voor zich alléén, en dus niet uit naam
van het Centram te spreken. „Indien gij dit was
sprekers laatste woord en tevens de slotsom van zijn
betoog indien gij de welwillendheid, die gij ver
langt, aaa ons betoont, zal de onze u niet ontbreken.
De beer Teditig van Berkhout herinnert er aan
dat de regeering niet veel blijk van constitutioneele
gezindheid heeft gegeven hfj de instelling van het
achtste departement. De Raad van State had moe
ten gehoord zijn.
De afgevaardigde van Middelburg jhr. J. L. de
Jonge, besprak het drankmisbruik als de kanker die
aan onze volkswelvaart knaagt. Plaatsgebrek is oor
zaak dat we heden een zeer verkort verslag van die
rede zoude moeten opnemen, liever geven we daarom
in ons volgend noramer een meer uitvoerig overzicht.
De heer de Casembroot acht dac samenwerking met
dit Bewind in 's lands belang dringeud wordt gevor
derd, de heer Corver Hooft besprak de financieële
toestand, vooral in betrekktng tot Indië. Volgens
den spreker moeten de zaken zoo geregeld worden
dat wij steeds op bijdragen uit Indië knnnen rekenen,
tot gedeeltelijke bestrijding onzer nitgaven. En zoo
vraagt spreker zo* het voor nationaal onvermogen
moeten doorgaan, indien wij met de omstandigheden
te rade gingen en de openbare werken eenigen tijd
uitstelden
De heer Fransen van de Putte schetste daarna in
een uitvoerig betoog de houdiug der oppositie in
zake den Atchin-oorlog, en wijst daarop als waar
schuwend voorbeeld. Men weet niet wat er gebeu
ren kan.
De heer Heijden rijk verklaart niets te zeggen te
hebben dan dit eene ik wensch in onze constitutie
geen centralisatie, geen scheiding van Kerk en Staat.
Voorts brengt spreker hulde aau de regeering voor
de aanvaarding van het bewind en voor de cor-
daatheid waarmee zij optreedt. De regeering heeft
niet geschroomd nieuwe lasten en leeningen aan de
natie voor te stellen, ook de Minister van Oorlog
heeft z. i. reeds bewijzen van cordaatheid gegeven.
De heer A. Mackay wil voldoen aan den wensch
der regeering en van zijn zijde de regeering met
welwillendheid ontvaugen. Spreker vraagt ook van
de regeering welwillendheid voor de minderheid.
De heeren Wiutgens en Insinger beantwoorden
de rede van den heer Fransen van de Putte eu
constateeren dat de minister van de Putte de nood
zakelijkheid en onvermijdelijkheid van deu Atchin-
oorlog nog nooit heeft aangetoond.
De heer Haffmans heet onder het gelach der
Kamer het ministerie hartelijk welkom.
De heer Kappeyne, dankt voor de vele betuigingen
van welwillendheid die de regeeriug van alle zijden
heeft gehoord.
Door vele sprekers is herinnerd aan hetgeen door
den Minister op 24 Nov. 1874 als Kamerlid is ge
zegd. De minister erkent de onderscheiding door
veltn gemaakt het is niet meer de afgevaardigde
van Haarlem, het is de minister die spreekt.
Maar ofschoon de minister groole belangen te be
hartigen heeft, ofschoon hij in de keuze van woorden
voorzichtiger moet zijn, de gedachte van den minister
kan niet anders zijn dan die van den afgevaardigde
van Haarlem.
Men verwachte van deze regeeriug niet anders dan
welwillendheid en rechtvaardigheid, docu men ver
wachte van haar de toepassing van de grondwet,
zoor.ls wij die steeds gewoon waren op te vatten.
Niets anders dan de ernstige wil om rechtvaardig te zijn
bestaat bij de regeering geen raiddel van toejuiching
zal voor haar een reden zijn om af te wijken van de
liberale richting.
De bespreking van de instelling van het achtste depar
tement zal morgen, Donderdag aan de orde zijn. Het
antwoord door den minister aan den heer de Jonge
gegeven vermelden wij mede in ons volgend nomraer.
üc heer Gleichman trad in enkele financieële be
schouwingen, die van zelve later en meer uitvoerig
aan de orde komen.
Te Utrecht heeft zich dezer dagen, onder voorrzitter-
schap van Z. K. H. prins Hendrik der Nederlanden,
eene commissie gevormd voor de plecht'ge viering van
het 3de eeuwfeest der Uule van Utrecht.
De commissie weuscht zioh tot alle Nederlanders
t« wenden, ten einde hen uit te noodigea door stoffe
lijke middelen met haarmede te werken tot stichting
van een gedenkteekeu, en tot feestelijke herdenking
der Unie in de maand Jaunari 1879 te Uirecht.
Dat een notaris zich nooit eens in zijn zaken
vergist zoo schrijft een Haagsch correspondent der
Arnh. Ct. kan men redelijkerwijze niet vorderen,
dwalen is menschelijk, en zal dat eeuwig blijven. Ik
deel dan ook volstrekt niet in de algemeene veront
waardiging over een vergissing, dezer dagen dooreen
Haagsch notaris begaan. Een hooggeplaatst persoon,
moet ge weten, had aan een Maatschappij, die het
stoffelijk welzijn harer leden beoogt, f 100000 ten
geschenke gegeven. De notaris, wien men het
opmaking van de acte van schenking opdroeg, had
gezegd dat hij alles zeer goedkoop zou weten te be
zorgen, zoodat de geheele zaak der Maatschappij niet
meer kosten zou dan f 100. Het Bestuur wreef zich
de handenmaar eenige maanden nadat de acte was
gepasseerd, ontving het vau den ambtenaar van de
registratie de kennisgeving, dat het recht (en boete
f 28000 bedroeg. Groote verontwaardiging bij de
belanghebbenden tegen dea notaris; en toch waren
alleen zij de schuldigen. Zij hadden dezen ambtsbe
dienaar voor onfeilbaar gehouden.
De waterweg: van Rotterdam naar zee boe
zemt in de laatste dagen weder meer zorg in. Er is
nu een staatscommissie benoemd om te onderzoeken
of het noodig is de grondtrekken van het eerst voor
gestelde plan le wijzigen.
Nog in een ander opzicht dan om zijn woelig
staatkundig leven trekt Fraukrijk ons aan Een
klein deel van de bevolking van dat land is door
banden des geloofs aan ons verbonden. Wij kennen
ze, die geschiedenissen der Hugenoten en Camisards;
wij hebben menigmaal met aandoening gehoord van
zoovele getuigen van het Protestantisme als daar in
twee eeuwen geleefd hebben, in het land dat Calvijn
tot geboorteplaats eu een de Coliguy tot woonplaats
had in het land dat Rabaut zich ten arbeidsveld
had gekozen en Jean Galas, (e.n vele duizenden met
hem) den lijdensbeker op de hand stelde.
Vreemd ia het dus wel niet als we met belangstel
ling kennis nemen van den toestand der Protestant-
sche kerk in dat land. Onder de 40 millioen inwo
ners van Frankrijk zijn ruim 3 millioen Protestanten
verspreid, en voor die kleine gemeente is de strijd
hoewel nu niet meet vervolgd dikwijls moei
lijk. Het verslag van de te Parijs gevestigde centrale
Protestantsehe vereen iging van Evangelisatie, die zich
ten doel stelt het geloofsleven in de protestantsehe
góuïociit'rti -in Frankrijk \o bcvordürcu cu die ge
meenten zei ven uit te breiden, heeft ook van voor
spoed te gewagen.
De omvang van den arbeid der Vereeniging laat
Zich eeuigszins afmeten naar hare ontvangsten en
uitgaven, welke voor hèt afgeloopen boekjaar in het
geheel bedrageu hebben 214,440 en 186,595 fr. Vele
bijzonderheden omtrent, de vorderingen van het Pro
testantisme in Frankrijk worden in het verslag mede
gedeeld. Zoo is den .löden Juli te Chateauroux eene
kerk ingewijd, waartoe ook uit Nederland rnenigcr
bijdrage gezonden wes, maar tot welker oprichting
voornamelijk een legaat van een roomsch officier aan
leiding had gegeven. Deze, Clérant genaamd, was
gednreude zijne militaire loopbaan ook door reizen
in het buitenland met het Protestantisme nader bekend
geworden en had het grootste deel van zijn klein
vermogen voor de oprichting van eene protestantsehe
kerk in zijne geboorteplaats vermaakt. De roomsche
geestelijkheid, die op de nalatenschap gevlast had,
bezorgde den overledene eene plechtige uitvaart en was
bij de opening van het testament niet weinig teleur
gesteld. Teu slotte werden de begrafeniskosten door
het Consistorie van Bourges, waartoe Chateauroux be
hoort, betaald. Een Nederlandsch Commissaris des
Konings had eene som gezonden voor een stoel, bij
de inwijding bestemd voor den prefect der Indre.
Deze was echter afwezig en had zijn secretaris-generaal
gezoDdeu. Het gemeentebestuur eu ook de katholieke
bevolking heeft zich dra protestanten vriendelijkgezind
betoond en de hooge Regeering had op gunstig ad
vies van den departementalen Raad 8000 fr. bij het
legaat van den heer Clérant gevoegd.
Een ander merkwaardig voorbeeld van herlevend
Protestantisme levert Montmorin (Pay-de-Dome.) Reeds
vóór twee jaren hadden eenige Raadsleden dier plaats
zich tot den predikant Bleyraie te Clermont-Ferrand
gewend om eene gemeente te stichten Na een
half jaar aanhoudens en nadat het verzoek door een
adres met 400 handteekeningen ondersteund was, gaf
genoemde predikant toe en de gemeente schijnt thans
voor goed gevestigd te zijn. Grond voor het bouwen
eener kerk is reeds aangekocht. De toegetredenen
hebben 1000 fr. 's jaars toegezegd voor een school.
Secretarissen van de vaste commissie der Vereeni
ging te Parijs zijn de predikanten Ver nes en Frossard.
Te Montauban, de oude zetel van het Protestan
tisme in Frankrijk, hield voor een paar weken de zui
delijke afdeeling der „Nationale Evangelische Confe
rentie "van predikanten een vergadering, waarin m
48 tegen 22 stemmen (twaalf leden onthielden zi
van stemming) eene motie is aangenomen, strekkend
om den Miuister van Eeredienst uit te noodigen, een
nieuwe Synode bijeen te roepen, of wel de wenscheij
der vorige Synode uit te voeren, een en ande
met het oog op het overbrengen der gemengde prote:
tantsche theologische faculteit van Straatsburg naai
Parijs, welke, door de wijze, waarop zij geschied wc
noch aan de bedoelingen van de Synode der hervori
de, noch aan die vau de Synode der luthersche Ke
naar het oordeel der vergadering, geacht kon wore,
voldaan le hebben.
Hoeveel aantrekkelijker is niet de figuur van eei
Stanley dan die van een Burgers.
De koene, onversaagde reiziger in het geheirazinni
hart vau AfWka, de man die aan tallooze gevarci-
het hoofd biedend een nieuw spoor voor Christendo1"
en beschaving teekent, en aan de bevolking der ou
wereld nieuwe bronnen van welvaart biedt, en
tegenover de predikant-staatsman die aan Zuid-Af
een model van moderne regeeringskunst wil oplegt
maar de onafhankelijkheid en vrijheid tan zijn 1
jammerlijk verspeelt. u
Het is te begrijpen dat Stanley den len Nove„ 2,S
te Stellenbosch in de Transvaal met gejuich en
vreugde werd ingehaald. Het strekt der Christ g'(
Jongeling9 vereeniging daar ter plaatse tot eer dl'
zy den kloeken Amerikaan de deuren van haar nieu^
gebouw opende. Als
eindelooze vlakten
eens de spoorwegen Afrik
U,1
woestijnen doorsnijden, j
breede stroomen voor den handel zullen zijn ger
dan zal de naam van Stanley, die het spo'
Livingstone is gevolgd, nog steeds dankbaar
erkend. De feesten, te Stellenbosch en in de F q °P
hem bereid, waren wel vradiend. Op zijn laaL^, e^Q<
van de Luabala-rivier tot aan de Congo was hij ^,1
plicht 31 malen tegen wilde stammen te veehten,Mal;
toch kon hij verklaren nooit een schot dan te zijnèa
verdediging te hebben gedaan. ,S
Zijne positie aan het hoofd van eene ArabiscV
macht was niet gemakkelijk. Hij had zijnen manschi di
pen bevolen van de inboorlingen nooit iets te nemd
zonder er voor te betalen maar het was niet gemr2
kelijk zijne volgelingen te dwingen in dit opzicht hjjgi
plicht te blijven betrachten, en menigmaal moe9t a
inlanders, die billijke reden tot klagen hadden, 3ch}e<
devergoeding worden gegeven. Ten slotte evenw^-
zag men dat deze gedragslijn niet altijd kon word^ei
gevolgd, en dat het volstrekt noodig was een eif
te maken aan de kwade practijken der Heden,
de doodstraf werden zij bedreigd die weigerden^\
eigendom der inlander? te eerbiedigen, en die
werd werkelijk op eenigen der overtreders
Stanley zag dan ook zijn gedrag met een gewen;
ten uitslag bekroond. Hij werd onder de inlan'.v 7
stammen meer populair dan eenig blank man. 7!|
Moge deze tocht dójr Afrika, bet mishan g
werelddeel, ten rijken zegen worden. Naar Af" g:
wendt zich de blik der beschaafde wereld, en vo
zeker het veld daar te bearbeiden is in velerlei 7
zieht onafzienbaar.
De slavernij is afgeschaft, ja, maar Livinj.
toegepri^j
8,c
9,
8,;
9,g'
8g*
9,
dus na de afschaffing der slavernij, dat door Arabist
en Portugeesche slavenhandelaren jaarlijks ét
millioen menschen uit de binnenland!#
vau Afrika worden ontvoerd, terwijl op elk tiental t
de bestemming bereikt er honderd omkomen bij c
aanval op de dorpen en op den weg naar de kust.
Duitsche reiziger dr. Scbweinfurth zag voor ko'V'1
tijd een troep Arabische slavenjagers een ne^)r-
hun transport, die uitgeput en ziek in een huv
lag, naar buiten sleuren en onder het geschr
„Is hij nog niet dood, de hond? „geeselen er
selen, tot het slachtoffer zich niet meer bevoog
Indien men zulke tooneelen nu nog in Afrika#"
schouwen kan, nu het gten ontoegankelijke woei.
meer is, gelijk men vroeger waande, maar een bevolk'
laud, dat in alle richtingen doorkruist wordt, w^r3
beulenwerk mag er dan wel gepleegd zijn tof ^ljl
landontdekkers zich nog niet veel verder dan d_ r~.1j
konden wagen, op straf van anders te verdwijn 1
Zulke donkere kleuren heeft geen romans
op zijn palet, dat hij dit nachtstuk naar h
zon kunnen malen. Maar onze dagen geven
uitzicht op de vervulling van de woorden.)
Evangel ischen Profeet des Onden Yerbon|
dien dage zal de Heer een altaar hebben in
den van Egyptelaud, en een opgericht t<
hare landpale. Israël zal de derde wez 1
Egyptenaren en de Assyriërs, een zegen in, o.201 q!
den van het land." 10,3$ i
Te RoO
Herk, School oit 'd; die
Ber tot pred. bij de N. H. G. te ^,e|
Giesen Nieuwkerk F. J. Weslrik C.u ..-7
Willige Langerak J. S. Stekhoven C1!lie"
Oudega H. A. Leemans fPa 1
t-, u r a hoofd en
Dussen H. van Oric.^
10,00
10.55
11.10
12.
12.25
3.05
1.55 i
2 *4