Cll RIST EL IJ HISTORISCH Dinsdag* 9 October. 1877. ZUIDE Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag- i avond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen. <3. Prijs per drie maanden franco2,i te Enkele nommers- 0,07 1 MIDDELBUR(^ Uitgever W IJ T M A N, Prijs der Advkrtentiën: Per regel 15 ets.; Familie-berichten van 10 regels ƒ1,—Iedere regel meer 15 cents. Liefdegaven 10 cents per regel. Abonnés buiten Middelburg wor den beleefd -verzocht de verschul digde abonnementsgelden over het algeloopen kwartaal voor den loden October a. per postwissel (des ver kiezende na aftrek der onkosten) over te maken aan den heer AL- BERT WEDDING. Middelburg, 8 October 1877. Wekelijkscli overzicht van de christelijke pers. Dr. M. Cohen Stuart is, in het laatste nomraer van de Zaaier, wel de tolk geweest van velen toen hij de inrichting van liooger en middelbaar on derwijs op de volgende wijze besprak Terwijl het Lager onderwijs voorsbands nog oor zaak en aanleiding zal zijn van heel wat verdeeld heid en strijd, wordt inmiddels aan de regeling van het Hooger onder w ij s de laatste hand ge legd. Het is thans op dat gebied een tijd van vrucht baarheid en weelde, gelijk vóór eenige jaren op dat van het Middelbaar onderwijs. Dezelfde niets bere genende overdaad, die daarbij heerschte en nog, heerscht, die Burgerscholen als paleizen verrijzen doet, komt nu de Academiën ten goede.. Gelijk bet toen Leeraren regende, zoo rijzen nu de Hoogleeraren als paddestoelen uit een grond, die op eens met een wonderbaar voortbrengingsvermogen van geleerdheid schijnt bezwangerd. Gelukkig Nederland, eerlang met zijn vier Uuiversifeiten en een plotseling vermeerderd heir Professoren, in sommige faculteiten misschien meer in getal dan de studenten; die hunne lessen zullen genieten Hoe kostbaar die studenten; maar ook boe zullen ze studeeren, en hoe ontzettend ge leerd zal dat jonge Nederland worden Een duister- ling en een bekrompen weetniet, die in zulke dingen nog van kosten durft reppen. In Apeldoorn zag ik dezer dagen, in het geheel nieuwe Oraujepark, een splinternieuwe Burgerschool zóó vorstelijk er uitziende dat. de naam Burgerschool bijna een bespotting schijnt. Het gebouw heeft f 50,000 gekost, 's Jaars zal hel. Rijk f 12000, de Koning f 5,000 bijdragen, de ge meente: wie weet hoe veel? en eerlang zal dat schoolpaleis worden ten dienste gesteld van ne gen knapen, aan wier vorming zich vermoede lijk veel meer dan negen leeraren zullen hebben te wijden. Doch wie mag zulke berekeningen maken.? Zal de geleerdheid van die negen knapen geen onbe taalbare winst voor Nederland zijn Heeft men niet j in de laatste jaren soms, gelijk it> Zeeland nog on- 1 langs, cellulaire gevangenissen gezien, waarbij het. j bewarend en dienstdoend personeel grooter was dan j het getal bewoners, 't welk liet bewaken en verzorgen j moet Studenten en burgerschoolleerlingen behooren I nu voor 't oogenblik, met. de gevangenen, tot de be- I voorrechten, voor wie geen offer te groot kan zijn. Of kazernen op beestenstallen gelijken, wat schaadt het, en of tal van ambtenaren half worden bezoldigd, wie bekommert er zich over, wanneer de gevangenis cellen maar gezond en frisch zijn. en de localen van de Burgerscholen kostbaar en groot inmiddels worden nu Hoogieeraren gestempeld met een overvloed, die denken doet aan 't oogenblik, wan neer de Rijksmunt, bij de invoering van een ander muntstelsel, nieuwe specie in omloop moet brengen of wel aan een of andere vruchtbare bui aan den politieken hemel, wanneer het op eens ridderkruisen regent. De Staat, de Hoofdstad, de Kerk, allen gelijk- 'ïdig beginnen Professoren te slaan. In de Kroniek der SteuBfinncsa voor Waar- d cs» Vre«Bc leest men p staatkundig gebied begint ten onzent beweging te komen. Zal beweging hier eensluidend met ver plaatsing zijn Zal de liberale partij het wagen de teugels van 't bewind te grijpen Zal de heer Kap- peyne werkelijk den moed hebben, om op te treden als hoofd van een ministerie, en zal in deze Kamer een meerderheid te vinden zijn, welke hem steunt Indien op deze vragen bevestigend kan worden ge antwoord, dau moeten wij ons aangaande de groote zaak van 't lager onderwijs nog niet al Ie ongerust maken. Een nieuw ministerie vindt altijd zoo veel loopende zaken af te doen, en heeft eerst zoo veel tijd noodig, 0111 zich op de hoogte van zijn taak te brengen, dat, al kwamen de begrootingen niet aan de orde, toch nog weken zouden verioopen, eer men van een pas opgetreden Kabinet een ontwerp van wet op het lager onderwijs zou mogen verwachten. Misschien leefde een ministerie Kappeyne niet een maal zoo lang. Het is mijn vaste overtuiging, dat de meerderheid van 't volk in dezen haarlemschen afgevaardigde niet het noodige vertrouwen stelt. Iets anders is het eeu bekwaam advocaat, een handig debater, een groot geleerde iets anders een man te zijn, op wien heel een volk steunt, en iekenen durft. Eu zulk een man is de Heer Kappeyne niet. Evenmin zijn het clie leden der Kamer, die bet meest met hem schijnen te sympathiseeren. Wij zullen, ook al nemen zij de ministeriëele zetels in, toch het gevoel hebbpn, alsof wij niet. worden geregeerd. Bijna iedereen zal lust gevoelen, en zich uiet ontzien om met, die stuur- liên in den stuurstoel te redekavelen over weer en wind met hen zich volkomen gelijk te stellen, en niet al te zeer zich te bekommeren over hun uitspraken. Hoe belust onze radikale mannen er ook op zijn. ora de minderheden met felheid te bejegenen hoe hard zij misschien 't ons doen gevoelen zullen, dat zij de meer derheid (van stemmen hebben, nooit worden zij een regeering in den eminenten zin van 't woord nooit hebben zij, wat voor een regeering onmisbaar is ze delijk gezag. En dreven zij een wet door op ons la ger onderwijs, die in onbarmhartigheid jegens de vrije school overtrof, wat Lodewijk XIV bestond tegen de Hugenoten wij zouden nog niet vreezen, maar daarin het begin zien van het einde, dat God maken ging aan eeu onrecht, dat ten hemel schreit. Ons begin sel brengt mee, dat wij nooit tot de partij der wan hoop behooren. Dit alles neemt evenwel niet weg, dat wij met groote zorg denken aan de toekomst van ons vader land. Onze schatkist raakt, ledig. In geheel Europa heerscht eeu spanning, die de noodlottigste gebeurte nissen mogelijk, men zou haast zeggen noodzakelijk maakt. Er is alom beroering en vrees. Zal te mid den van die hooggaande golven ons sclieepken van staat ongedeerd door kunnen zeilen Is de toestand der wereld werkelijk zoo kritiek, dat wij naar den raad van een vaderlandsch dagblad moeten luisteren, en op de aanstaande wereldtentoonstelling van Parijs maar niet veel uit Indië moeten exposeeren, ten einde niet di' begeerlijkheid der groote mogendheden op te wekken Ik heb dit. met schaamte eu smart gelezen. Indien wij in stilte moeten tot ons nemen, wat Indie ons oplevert; op wie gelijken wij dan Ik wil op die vraag niet antwoorden. Een politiek, die ons gebiedt weg te schuilen, vind ik erger dan deernis waardig. Maar het valt. niet te loochenen, dat de toestand voor de zwakken, in allerlei kringen, hoe langs hoe meer hachelijk wordt. Op wien valt te rekenen In zulke omstandigheden zou men een bewind verlangen, dat onzen koning diende met den besten raad, en door zijn beleid ons volk gerust stelde. Helaas, indien men tegen landgenooten durft zeggen t als gij, min derheid, al te lastig wordt, drukken wij u dood wat zal men zeggen tot een buitenlandsche mogend heid, die zuiver darvviniaansch in de leer, als de heer Kappeyne, ons land een doode vlieg gaat achten, schadelijk voor zijn zalve Doch, der Herr sitzet im Regiment, zeggen onze oostelijke naburen; en dat is een groote troost. De gemeenteraad van Middelburg heeft 0. a. besloten tot behoud en reorganisatie van het gymnasium aldaar, mits door de regeering een sub - sidie van f 11,000 's jaars worde gegeven. Dat in banden der financieële commissie zal gesteld worden een verzoek van jonkheer A. W. Teding van Berkhout, te Utrecht, tot het aan- leggen van een straat op hel. terrein van het voormalig gasthuis in den Langendelftdoor B. en W. was voorgesteld, om wegens het bezwarende voor de ge- meentefinanciën afwijzend op dit verzoek te beschikken. Tot het verleenen van machtiging aan de Cora- mercie-compagnie om het gedeelte scheepstimmerwerf, vroeger afgestaan aan de firma van Zeylen en Decker, nu over te dragen op den heer J. F. van Leeuwen. Pot het afstaan in huur van een terrein op het Seisbolwerk, tot berging van hout aan den heer G. Alberts Lz. Omtrent hei verkoopen van perceelen groud aan den Koudekerkschen weg waren twee voorstellen aanhangig. Door burgemeester en wethouders was voor gesteld, aan adressanten te kennen te geven dat de gemeente bereid is, onder intrekking van het erf- pachtsrecht, tt verkoopen den grond in gebruik bij C. Polderman aan dezen voor f 334 (118 M* ad f 1 en 108 Ms ad f2); den grond in gebruik bij J. Poppe Kz. aan dezen voor f 148 (74 M2 ad f 2), en den grond in gebruik bij L. Verhage aan dezen voor f 23,50 (10.70 Ms ad f 1 en 6.40 M- ad f 2). De heer van der Harst stelde als amendement voor, om don grond af te staan ais volgt aan Pol derman 108 M2 ad f 1.50 f 162 en 118 M2 ad 30 cent f 35.40, samen f 197,40 aan Poppe 74 Mo ad f 1.50 f 111 aan Verhage 640 M3 ad f 1.50 f 960 en 1770 M2 ad 30 cent f 321, samen f 1281.40. Het totaalcijfer bedraagt alzoo f 1589.40. Daar de stemmen over dit araendement staakten, is -de beslissing tot de volgende vergadering aan gehouden. Met zekerheid kunnen wij thans mededeelen, dat Maandagavond den 22 Oct. a. te Middelburg eene zang uitvoering zal plaats hebben van de «Hubilee-Z;»si- gcs*s, eeu uit eenige dames en heeren bestaand ge zelschap vrijgelatenen, vroeger negerslaven, doch d:e in 1864, tegelijk met den welbekenden /Uncle Tom", bij regeeringsbesluit van Abraham Lincoln aan hun ellendigen toestand werden ontrukt. Zij doorreizen nu Europa, om op hun zangtocht gelden te verza melen tot het oprichten van „Livingstone Hall", eene stichting ter opleiding van vrijgelatenen tot leeraars, onderwijzers, geneeshceren en ora, even als de groote zendeling Livingstone in Afrika te werken onder het ontzettend groot getal slaven, dat in-dit werelddeel nog wordt gevonden. Hun arbeidsveld is dus niet alleen Amerika, waar in eigen omgeving nog zooveel ellende wordt aangetroffen, maar ook in het in vele opzichten nog zoo ongelukkige Afrika, waar millioenen in den zelfden toestand verkeeren als eertijds de Jubilee-Zangers en limine volksgenooten. Om dat groo'.e doel der Jubilee-Zangers, welke den I9en dezer uit ULoasdcaa herwaarts komen, te helpen steunen er. tegelijk aan Zeelands hoofdstad het genot van eene zanguitvoering te verschalfcn, die in En geland en Nederland reeds zooveel bijval heeft, ge vonden en door Iv.nr grooten eenvoud en onover- trolfen welluidendheid, ieders bewondering heeft ver worven, vormde zich hier ter stede een comité, dat de kinderlijk tiaïve en soms wat vreemde wijze van uitdrukking in die regerzahgen daarlatende, om het

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1877 | | pagina 1