CHRISTELIJR-IIISTORISCH BLAD. N°. ISO. Donderdag 21 Juni. I «77. j EIGEN HELP. HET ZUIDEN Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag avond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen. Prijs per drie maanden francof 2, Enkele nommers- 0,07 Uitgever: ALBERT WEDDING, tb iUDDELBURt Prijs der Advertentiën: Per regel 15 ets.; Familie-berichten van 1 6 regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents. Liefdegaven 10 cents per regel. Zij die zich met 1 «Juli a. s. op dit blad abouneeren, ontvaugen van lieden af* GRATIS de nommers, deze maand oog* verschijnende. 7 Mei kwam eene werd meedegedeeld Onder den titel „Mag dat zoo blijvenbe vatte de Nieuwe Bildtsche Courant onlangs een stukje dat, zoo we meenen, ook van onze zijde niet onbesproken mag blijven. Het tijdperk der verkiezingen naderde, toen we dat stukje ont vingen, daarom meenden we het ditmaal (tegen onze gewoonte) eenigen tijd te moeten be waren. In de Standaard van advertentie voor, waarin dat door het bestuur der christelijke school te IJlst, in Friesland, buiten die gemeente, was gecollecteerd f 2080.79. De Nieuwe Bildtsche courant zegt Eeae belangrijke som voorzeker, niet alleen om het cijfer zelf, maar vooral mag zij aanzienlijk heeten met het oog op de gevers, daar deze voor een goed deel tot den kleinen burger en handwerkstand behoo- ren, en in eigen woonplaats eene christelijke school te onderhouden hebben. Daar komt bij, dat deze wijze van collecteeren meer en meer in beoefening wordt gebracht, zoodat het wel eens gebeurt, dat drie, zegge drie cohectauten in ééne week dezelfde woning binnentreden, dezelfde beurs aanspreken. De som van twee duizend gulden is onder die omstandigheid be langrijk, aanzienlijk te noemen. Maar die mooie som wordt niet mooi aanzienlijk gekort. De collectant ontvangt daarvan f 926.55, voor sala ris en reiskosten. Een kleine duizend gulden ver dwijnt-in den zak van den collectant. De helft on- ougeveer van het geld, dat door de gevers vaak met opoffering is uitgespaard en voor de christelijke school wordt gegeven, dient per slot van rekening, om een of ander reiziger met vrouw en kinderen te onder houden. Wisten de gevers dat En zoo niet, mag men dan een zoo aanzienlijk deel der giften, voor de school afgestaan, besteden tot inkasseeren enz. Ad ministratiekosten zullen er altijd zijn. Dat men daarvoor een klein gedeelte besteedt, zal niemand onbillijk viuden, ofschoon het niet te misprijzen zou zijn, dat deze afzonderlijk werden bijeengebracht en niet van de giften afgetrokken, maar de helft, dat is toch wat kras. Het scheelt weinig of het grootste deel is voor den collectant. Zou er dan geen middel te bedenken zijn, dat dit kostbaar collecteeren ver hangt Tot zoover de Nieuwe Bildtsche courant die je aandacht heeft gevestigd op een feit, dat ;emeen bekend, maar weinig besproken is. vreest algemeen dat de goeden het met kaden zullen moeten bekoopen, en de raai worden zal voor hulpbehoevende Let blad verdient o. i. den dank van publiek. De collectereizen zijn, dank zij de bekende goedgeefscbeid van het christelijk publiek, steeds vermeerderd. Maar zijn ze ook noodig Is in de meeste gevallen dat »op den bedel loopen" gewettigd? Mag maar steeds de colleeteerende school groote uitgaven doen, hooge salarissen geven, ruimer huishouden in een woord, dan de scholen, die hun uiterste best doen, om het hoofd boven water te houden, en uit eigen -middelen de uitgaven te dekken Wordt er niet laakbaar gehandeld door, bij behoefte aan ver grooting of oprichting, maar dadelijk eenige advertentiën te plaatsen of een collectant rond te zenden Heeft men eigen krachten beproefd, op eigen hulp gerekend Ziet, deze vragen weuschen wij onze chris telijke schoolbesturen voor te leggen. Onbekend als wij zijn met IJlst en den toestand aldaar, blijft die gemeente buiten rekening. Wij kennen haar niet. Maar in onze omgeving (uit de pro vincie Zeeland, is nimmer ofte nooit zoover we ons herinneren een bezoldigd collec tant uitgegaan voor ééne christelijke school, nooit is om giften geadverteerd) zijn 15 a 1(5 scholen, waaronder enkele zeer behoeftige, die door eigen hulp worden onderhouden, bekend making van de behoefte in den vriendenkring der bestuurders was steeds voldoende. In den regel is eene gemeente hetzij dan Ned. Herv. of Chr. Geref. die de christelijke school in haar midden niet krachtig steunt. we bedoelen meest zedelijken, maar ook finantieëlen steun, haar ook eenvoudig niet waard. Onze ervaring heeft geleerd dat bijna over al waar de zaak flink aangevat werd, de cïir. school door Eigen hulp bestaan kan. Hiermee is nu echter niet gezegd dat alle gaven voor de christelijke school, buiten eigen omgeving, dan maar moeten ophouden. Het is algemeen hekend dat er enkele scholen zijn die als 't ware het zendingsstation in een groo- ten omtrek zijn, en die voortdurend steun be hoeven vele scholen zijn er die een eersten stoot behoeven zij hebben behoefte om de eerste moeilijke jaren door te komen. Wie zou het wraken dat voor zoodanige stich tingen eene gave gevraagd werd. Maar de vorm waarin die gave gevraagd wordt is niet altijd de waardigste. De tegenwoordige wijze van doen opent den weg voor velerlei mis bruiken. Ons oordeel zou zijn (wij geven het voor beter) een schoolbestuur dat finantieële hulp behoeft ga tot het bestuur der Yereeniging van Chr. Nat. Onderwijs of tot dat voor Geref. Schoolonderwijs, en indien die vereenigingen niet bij machte zijn te helpen, en toch over tuigd van den nood der bedoelde school, dan richte een der besturen een verzoek tot de verschillende agenten om in hunne omgeving eene gave voor de noodlijdende school te vra gen. Op die wijze bereikt men tweeërlei doel. 1. Men is overtuigd dat het Hoofdbestuurder vereeniging zeker is dat het geld aan werkelijk behoeftige scholen ten goede komt. Vrij zeker zal het bestuur door velerlei connectien zich van den plaatselijken toestand kunnen vergewissen. 2. Men ontgaat het dure reizen, en het geld, dat gegeven wordt zal meer beantwoorden aan bet doel waarvoor het gegeven werd. Op dezelfde praktische wijze wordt door den Staat gehandeld. Is er eene gemeente die door de onderwijskosten meent te zwaar ge drukt te zijn, dan wordt het advies van de pro vinciale Staten gevraagd, die te oordeelen heb ben óf en tot welk bedrag de gemeente ainspraak op tegemoetkoming maken mag. Middelburg, den 20 Juni 1877. Maandag namiddag heeft Z. NI. dc Eionlng de commissie uit dc tweede kamer, belast met de aan bieding van een adres van rouwbeklag, ontvangen. Behalve de reeds genoemde vorsten en gezanten te 's Hage aangekomen om de begrafenis van II. M. de Koningin heden bij te wonen moeten we ook nog vermelden dat Z. K. H. prins Albert van Pruisen te Voorburg, op het buitenverblijf van Hd. moeder H. K. H. prinses Marianne is aangekomen. Voor de hoven van Portugal en Italië zijn mede gezanten aangekomen. De markies de la Riva-Aguero kwam voor den prins van Manaco, en ook Z. K. H. Prins Herman van Saxen-Weimar-Eisenach, schoon broeder van wijlen H. M. kwam, ter vervulling vau den laatsten plicht, over. Z. D. II. de Hertog van Teek, vertegenwoordigende het Engelsche hof, kwam gisteren morgen te Vlissin- gen aan en zette met den trein van 7.25 de reis naar de residentie voort. Heden zijn allerwege in onze stad vlaggen met rouwfloers bekleed uitgehangen. Sommige winkels zijn gesloten, andere hebben eene sierlijke rouw-decoratie tentoongesteld. Een feit dat voor weinige wegen in onze omgeving plaats had, nl. de gevangeneming van een der grootste industrieëlen van Middelburg, heeft plotseling alle r aandacht gevestigd op het stelsel van prcvemlievc (voorloopige) gevangenschap. Een feit te Yerseke voorgevallen is het beste be wijs dat het noodig is dat de justitie die groote macht heeft niet lichtvaardig te werk ga. Dc Goesche Courant zegt dat geheel Yerseke den 15 Januari in rep en roer was, want een der ingezetenen werd in verhoor genomen, omdat hij in verdenking stond var. een misdrijf, dat geen zijner medeburgers kende, maar waarvoor elk eene gissiug opperde. De man was be schuldigd van valscheid in geschrift, door onder eene schuldbekentenis ten zijne behoeve de naamteekening te plaatsen van A. M. V. O. te Colijnsplaat, en werd geboeid en in 't openbaar van zijne woning naar het huis van arrest te Goes getransporteerd. Vijf maanden daarna, 15 Juni sprak het gerechtshof te 's Hage dien man vrij. Vijf maanden lang was de beschuldigde van zijne vrijheid beroofd geweest, vijf maanden lang had hij onder de beschuldiging verkeerd van wie weet welk misdrijf, door dezen of genen voor hem uitgedacht, vijf maanden lang

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1877 | | pagina 1