CIIHlST1LIJÜ-K18T0KISGII BLAD. 106 Dinsdag- 6 Maart ET ZUIDE Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag- vond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen. Prijs per drie maanden franco2, Enkele nommers- 0,07 Uitgever: ALBERT WEDDING, te MIDDELBURli. Prijs der Advertentiën: Per regel 15 ets.; Familie-berichten van 16 regels 1,Iedere regel meer 15 cents. Liefdegaven 10 cents per regel. Middelburg, 5 Maart 1877. Wekelijksch overzicht van de christelijke pers. Uit den rijken voorraad die ons omringt kan de ditmaal niet moeilijk zijn. In de vorige week in de Standaard een drietal artikelen de welbekende letter K (Dr. Kuyper). En om len schrijver, èn om het dadelijk belang van de be- chouwing achtten wij onverwijlde kennismaking onze dicht. Vele en indrukwekkend waren de gebeurtenissen vaardoor de anti-revolutionaire partij in een gewij- positie is gekomen, en ze zullen niet nalaten bij de stembus, en in de toekomst invloed lit te oefenen. De politieke kwestie wordt opnieuw tan de orde gesteld, in naam en naar den eisch fles mogen we daarvan niet aflaten. Een dat zich schroomvallig van het staats- errein terugtrekt, verminkt en kortwiekt zich door hand. Dit terugtrekken is wantrouwen in eigen >eginsel, wordt belijdenis van geloofszwakheid en laardoor zonde. Zonde, want het is een niet-belijden den Christus op een terrein, waar de belijdenis zijn naam de grootste kracht eischt, maar ook meest met smaad bejegend wordt. Zoo ergens lan zijn op politiek terrein de strikken der verleiding foor den Evangeliebelijder gespanneneerbejag en lorst naar macht maken, zoo de Christus hem niet zijn val gewis. Het geloof, liet persoonlijk het geloof alléén moet de kracht des Chris- zijn. Op politiek terreiu is men of een ge- van Christus, of erger dan Nikoderaus; getui- ;e voor de waarheid van het christendom of de na- jootsing van een wereldsch diplomaat. Er is eene (vrees voor politiek) maar er is ook ware en valsche politiek. Het belijden des Almachtigen komt niet alleen aan personen, maar aan ons volk als natie fce. Er is een waarheid en een recht Gods, dat niet lepaald mag blijven bij den strijd eener enkele ziel, in den kring der vromen, maar dat voor geheel volk in de staatkundige wereld moet beleden niet door het noemen van Christus naam een maal iu 's lands raadzaal, maar door bij elk rraagstuk dat aan de orde komt hoog in ons vaan- lel dien eisch der gerechtigheid te schrijven, dien de als Koning van het Godsrijk aan dat vraag stuk, voor dat volk, op dat tijdstip stelt, doordrongen ran de gerechtigheid des Heeren en den nationalen oestand. Belijdenis do~r 't woord en de pers is niet loor ons gezocht, maar gevonden belijdenis ook nu loor het vormen eener partij, die geen regeeringskas- eel maar deu volksgeest voor Koning Jezus wenscht e veroveren. Eene partij, waarvan verre blijven wien iet om ambt of eerepost, ordelint of eerekruis, macht ff invloed, rust of schatten te doen is, maar die be- taat uit eenvoudigen. Eene partij,, die van menschen- ;unst en persoonlijk talent onafhankelijk, onuitroei- >aar blijft voor alle verbonden machten, want ze is ge- uit een eeuwig beginsel, haar uitgangspunt in eene hoogere orde van zaken, die buiten het reik ligt van hen, die het toelegden op haar val. .Onder die indrukwekkende gebeurtenissen, die voorde [komst dezer partij belangrijk kunnen zijn behoort wel de eerste plaats het oproepen van haar hoofd naar be- vadcrland. mr. Groen, was de geestelijke vader onzer uit zijn gedachtenwereld leefde ons denken, fid de termen, waarin wij ons uitdrukken zouden, ^p deed ons zeker gaan op den weg. Hem ver donder veldheer, voor het eerst, staan we l^bijzijnde toekomst zal voor het oogen- ^lissend zijn. Niet alsof met Groens hopeloos stond 9 met kalm ge loofsvertrouwen profeteeren we van eene verder afgele gene toekomst, waarin de levensgedachten, door hem zoo diep en onverpoosd in 't hart zijner volgelingen gestrooid, ontkiemen zullenwaarin eerst Groen be zeten zal worden, want zijne gedachten zullen zich nooit weer van dc nationale levensbeweging onzes volks losmaken. Maar thans, op dit oogenblik gaat ge voor het eerst in het vuur zonder veldheer, mis schien om geheel een raenschenleeftijd zonder leader den strijd voort te zetten. Groens positie is door geen ander in te nemen. De vergelijking tusschen voorganger en opvolger zou te veel afvallen. Was hij niet de vertrouweling onzer Oranjevorsten, de ge- schiedvorscher en historiekenner, de geleerde, een schitterenden kring om zich vereenigende, die om zijne gunst dong, de man wiens kinderloos leven en vor stelijk verinogen geheel der publieke zaak gewijd was, den staatsman, die het zeldzaam geluk ontmoette een Thorbecke tot tegenstander te hebben Was zijn stijl en taal niet ongeëvenaard, zijn karakter boven lof verheven Dwong zijn wilskracht geen eerbied af? Lag vaak teederder gemoedsleven met onverbiddelijke gestrengheid in één menschenziel vereenigd De schaduw van den heengegane zou den komende drukken. Matig uwe eischen, ouderscheidt den leader van den stichter, den tolk van deu geestelijken vader, vergelijk slechts uwen leader met dien van andere staatspartijen, en dan zal het Argus-oog van'den te genstander uwe inschikkelijkheid te niet doen; dan komt ook nu de vraag, waar vindt ge een man die door vriend en vijand als leader wordt erkend, een man met wien men zijns ondanks rekent? Bovendien hartzeer is aan Groen door zijn geestverwanten be rokkend, en dat maakt dat het opnemen van zijn profetenmantel van niemand te vergen is. Waar men Groen bejegende met het bitterste der verdrietelijk heden, wat meent ge zal dan wel het lot zijn van zijn opvolger, indien er iemand was, die, deze les verge tende, als leider der broederen zich dorst aanbieden? Geen menschelijk hart zou tegen het hartzeer, dat zulk een wachtte bestemd zijn. Ook de plicht, al gaat ze bij den Christen boven lust, heeft grenzen, een grens die, waar men Groen niet spaarde, voor elk an der onoverschrijdbaar is. Nog in het laatste noramer der Ncd. Ged. werd, gelijk in 1872, dr. Kuyper als voorloopig leader aan gewezen, maar een opvolger te benoemen, is een recht, dat zelfs aan Groen moet ontzegd worden, wijl hij wel kiezen, maar niet over den persoon beschikken kan. Zelfstandigheid van beschikking heeft steeds in het persoonlijk leven ook tegenover hem gegolden, en de schrijver dezer artikelen wijst al is ons Christenvolk te dienen zijn lust zeer beslist deze hem aangeboden eere, of het hem opgelegde kruis af. Nadat in de Kroniek van het Maart-nommcr der stemmen tooi* Waarheid era vrede de be kende nota der anti-revolutionairen in de Tweede Kamer is medegedeeld zegt dr. Bronsveld daarvan het volgende De Heer Jhr. de Jonge heeft dit stuk niet kunnen onderteekenen, daar hij door ziekte verhinderd was te 's Hage te zijn. De Heer Bichon heeft in een afzon derlijke nota zijn gevoelen omtrent dc wet ontwikkeld. Niemand zal kunnen ontkennen, dat de nota op waar- digen toon is gesteld, en dat de vraag om recht hier op voortreffelijke wijze is ingekleed. Het zou mij verwonderen, indien deze toon geen weerklank vond bij meer dan één liberaal. Het valt toch niet tegen te spreken, dat ons grootelijks onrecht wordt aangedaan en te eischen, dat men dit erkennen zal, en ernstig zoeken naar een middel van herstel, is toch waarlijk niet te veel gevraagd. Gesteld, dat de partij, die genaamd wordt, „de clericale" de macht in handen kreeg, en onderwijs in haar geest gegeven, verklaarde te zijn voor allen voldoende, en 't daarom liet betalen uit de algemeene kas, terwijl zij den liberalen toeriep „o Gij rustverstoorder de wet noemt ons onderwijs voldoende voor allen. Zijt g ij van een ander gevoelen, het onderwijs is vrijopent zelf een school naar uw hart." Wat zou men hooren Allerlei redenen tegen die onverdraagzame kerk. Doch hoe noemt gij den Staat, die nu juist zoo han delt, als wij daar een oogenblik ons voorstelden, dat de kerkelijke meerderheid zou kunnen handelen Mogen eerlijke menschen wel ooit met twee maten meten Ik dank onzen vertegenwoordigers iu de Kamer voor hun cri de consciense, en hoop, dat Gods zegen er op rusten zal. Of zij wol deden met aan te kondigen, dat zij zich, bij teleurstelling in hun verwachting, van deelneming aan de verdere beraadslaging over de voordracht ont houden zullen, meen ik te moeten betwijfelen. Koes tert men dit voornemen, dan had men het openbaar moeten maken metterdaad. Meent men dat zich terugtrekken plicht is, als de hoofdzaak is verlo ren, dan moet men daarmee niet dreigen. Een demon stratie mag zelf den schijn niet hebben van ostentatie. Ik zou willen vragen, of inen hier zich moet houden aan het t „alles of niets". Nemen wij voor een oogen blik aan, dat het met deze wets voordracht komt tot een openbare discussie in de Kamer, en dat de recht matige eisch van onze vertegenwoordigers wordt afge wezen, dun zouden zij toch nog menig betrekkelijk groot kwaad waarmee dit ontwerp dreigt, kunnen helpen afwenden, en daaraan beter doen, naar het mij wil voorkomen, dan door zich terug te trekken en het aan te zien dat wij in nog slechter conditie worden gebracht dan waarin we reeds verkeeren. Ai weder aanmerkingen Helaas, ja, maar stem toe, dat ze niet de hoofdzaken raken. „Toegegeven, doch waarom ze niet eerder meegedeeld?" Eilieve, aan wie? Onze vertegenwoor digers hebben dit eigenaardige, dat zij zich volstrekt niet trachten te verstaan met de organen van hun partij. Voor zoover ik weet, is niet één redacteur van een anti-revoiutionair blad, als zoodanig, gekend in den gewichtigen stap door onze kamerleden geno men. Toevallig vernamen deze redacteurs, dat. zulk een gewichtig document was opgesteld en ingediend. Het spreekt van zelf, dat een volksvertegenwoordiger geen raandat inpératif van de pers aanne men mag, maar zonder dc hulp vrn de „koningin der aarde" vermag hij ook niet veel, en zou daarom een weinig meer openhartigheid, een bewijs, dat men op samenwerking prijs stelt, overtollig en onverstan dig zijn geweest? De heer Groen begreep de betee- kenis van de pers beter. Ik voorzie nu, dat het toe nemend aantal christelijk-historische bladen ons volk bearbeiden en voorlichten zal met volkomen looche ning van do mannen, die onze vertegenwoordigers heeten, doch zich van hun tolken bij het volk hoe langer hoe meer isoleeren. 't Zou mij ten hoogste verwonderen indien de Juni maand niet alreeds dc teekenen van de door ons bedoelde verwijdering min of meer duidelijk te zien gaf. Laat mij hieraan toe voegen, dat ik nooit in een dag- of weekblad schrijf, zonder het geschrevene te onderteekenen. Tot de mannen der „pers", aan wie ik hier dacht, rekeu ik dus mij-zelf niet, en geen gekrenkte ijdelheid deed mij spreken. Jl. Zaterdag trad de heer Voi'stcromn vaai OajjeaD opnieuw op tot het houden eener lamflbonw- vooi'dracSit. Op verzoek van het bestuur der af- deeliug Walcheren herinnerde spreker aan het gevaar lijke van vreemdelingen in de stallen toe te laten, nu op vele plaatsen de veepest woedt. De voordracht was ditmaal gewijd aan het kweeken van hout en vruchtboomen. Wil men boomen plan ten dan onderzoeke men eerst den grond. In Wal cheren plante men boomen die in Walcheren ge-

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1877 | | pagina 1