IR1S Jf E L IJ I-IIIS T HIS R BLAD.
1
Dinsdag y Januari.
,:k-//
•'■'J
%-
m.
"°r/
V
IET ZUIDEN,
''r,qo 'Jaandag, Woensdag en Vrijdag-
ihalve op Christelijke feestdagen.
'ftj^'OflAANDEN franco2,
V; - 0,07
Uitgever:
ALBERT WEDDING,
te
MIDDBLBUBii.
Prijs der Advértentiën:
Per regel 15 ets.; Familie-berichten van
regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents.
Liefdegaven 10 cents per regel.
1—1
l"'/e '4,
f'Jp, 'óaENTÉN: de heeren P. G. de Vey Mestdagh te Vlissingen, Mde Jonge Jz. te Goes, J. van der Pkijl te Neuzen.
■jj. t>u.iten Middelburg wor-
r^3fcl verzocht de verschnl-
)tDonnements-g,eldeii over het
jpen kwartaal voor den 15dcn
ari a. per postwissel (desver-
ude na aftrek clex" onkosten)
ondergeteekende over te
De Uitgever,
ALBERT WEDDING.
Middelburg, 8 Januari 1877.
Cekelijksch overzicht van de
christelijke pers.
goed woord, der overdenking en behartiging
bevat de christelijke pers bij den aanvang
,rs. Wij ontleenen daaraan het volgende
Bazu&aa zegt, welk een voorrecht dat de toe
voor ons verborgen is. Hoe verlegen zouden
als 't anders ware. Thessalonika kan ons
vail leeren. Men meende daar, dat de dag
iristus aanstaande was, en dat men nu in plaats
?"*werken, wat de Heere had te doen gegeven,
ar wachten moest. Vele vragen rijzen oolf we-
voor ons op, dat ze ons ook nu maar nadruk-
toeroepen om „willig in 't gebed en blind in
al datgene te doen waartoe ons de
roept. Ieder op zijn post, want verre en nabij
le tijden gewichtig. Gaat eens naHooger,
lbaar en Lager onderwijs, kieswet en census,
in Atjeh en het beheer onzer koloniën, in
nabijheid; verder af, het Oosten. Volgens het
sch woord zal Jeruzalem weder op den voor
treden. Het zal bij de verwikkelingen daar in
losten, nu misschien gaan als in de dagen van
Augustus; die, al wist hij daarvan ook niets,
hand des Heeren dienen moest, om Maria naar
te brengen. Denken wij daarbij aan de
igen van het socialisme, aan de gevolgen der
:ing van ongeloof en revolutie, dan is er reden
om bij de vraag van den profeet, wat de
ons brengen zal, met nadruk te antwoorden
irgenstond is gekomen, maar het is nog nacht,
nacht, dien we ons niet te donker kunnen
Neen, niet te donker aan 's menschen zijde,
aan de andereVoor hen, die een vast ver-
tebben gemaakt met den Heer der Heeren is
evaar. Alleen, men zij wakend en biddend, de
opgeschort en de kaarsen brandende,
fkerkelijk Weekblad zegtEr ging geen
geslacht in tot den arbeid van het geslacht,
irdwijnt. Het vorige heeft de hitte des daags
koude des nachts verduurd, het tegenwoordige
de vruchten van. Maar het vergete dan ook
Jat eene zware taak op zijne schouderen rust.
eslacht dat verdwijnt, muntte uit door besclia-
hstelijken adel, geleerdheid, nauwgezetheid eu
St geslacht dat optrad en optreedt heeft de
om de voorgangers na te volgen, en al zij
"S andere wijze, hunnen arbeid voort te zet-
rgt AiVa wij eei ontbreekt ons. Geloofden
Daar leest jes Heereu, om door ons
'ik jk is wjj Z0Uclen zeggen Laat ons
ichoui zwak ls jdet helder. De nieuwe
wensch j aail ioven en bieden, geven en
jhoolwet is eene verzoeking voor
;inselen. Elke partij vindt er
is elk wat wils. De
zich bij nederleggen,
zijn aangenomen.
:n die „godsdienst
op school" willen, en die meenen dat de school op
perbest is, als „de geestelijke" in het lokaal ver
schijnt, om te catechiseerenen als er schoolgeld ge
heven wordt; en als de orthodoxe meester er ortho
dox spreken mag; en als men geen ledigslaande
Staatsschool behoeft te onderhouden. Hoe dit laatste
op zich zelf zéér belangrijke artikel, te rijmen is met
de Grondwet, begrijpen wij volstrekt niet; evenmin
hoe ras op eens het recht der gezindheden, in de
Schoolwet verschijnt. Wij vreezen dan ook, dat er
dit een en ander uit gelicht zal worden, en dat wij
ons met een aalmoes, niet gevraagd maar toegesme
ten, zullen moeten tevreden stellen.
Zal dit jaar een jaar van vreugde zijn? Of zal
de dreigende oorlog uitbarsten Zal Ismaël nog
langer spotten met den Zoon der belofte? Zal de
zoon der dienstbare uitgeworpen worden uit de tente
der vrije? Zal het Christelijk Nederland bang blij
ven voor de macht van het Mohammedanisme in
Indië? Zal het Christelijk Engeland den valschen
profeet blijven steunen De wapenstilstand is wel ver
lengd, maar het zwaard nog niet weer opgehangen. De
telegraaf bracht ons in de laatste dagen geene tijdin
gen uit Konstantinopel, schoon er gewichtige dingen
besproken werden, schijnt, alsof de Sultan Europa
wilde bewaren voor valsche telegrammen. Wij hebben
alle hoop op vrede nog niet laten varen, doch „wij
zijn van gistereu en weten niets."
„Waar gaan wij heen?" De toekomst van Eu
ropa, in 't algemeen, van ons volk in 't bijzonder,
moet ons ter harte gaan. Bovenal echter onze per
soonlijke 't Is goedheid van God, dat wij het uur
van onzen dood, en de mate van het lijden, dat ons
w«cht, of de sterkte van den strijd, waarin, wij ge
wikkeld kunnen worden, niet weten. Maar dir. weten wij
tocb zeker, wij moeten rekenschap geven. Levenstijd,
levenskracht, levensroeping hoe zullen wij daar
omtrent handelen Zullen wij ons nauwer verbinden
aan God? Zullen wij opwassen in geloof en liefde
en lioop? Zullen wij beter onderzoeken, getrouwer
dienen, ijveriger arbeiden Zullen wij als onze laat
ste ure gekomen is, ingaan in het huis des Vaders,
en eeuwig met Hem zijn, die ons kocht met Zijn
bloed, en die ons immers dierbaarder is dan het
licht
Het Wsigeaiing^ch Wcckto!;ul zegt Het jaar
1876 was voor ons land en volk in menig opzicht een rijk
gezegend jaar. We zullen de zegeninge^iet opsommen,
ze liggen ieder nog versch in 't geheugen. Och, dat
wij daarin de hand onzes Gods mochten opmerken en
er Hem voor verheerlijken. En nu, 1876 is daar.
Wat zal het ons brengen? Wie die 't ons zegt? We
leven in een bij uitstek drukkenden dampkring. In
dien de storm, die op den eersten dag des jaars
woedde en hier en daar nog al schade aan bracht,
een voorteeken is van hetgeen ons wacht, dan dienen
we een God voor ons hart te hebben om niet
te bezwijken. Stormvlagen bedreigen ons van
alle kanten. In Nederland bereiden zich dit jaar de
partijdriften om haar hoogtijd te vieren. Dat er maar
een enkele vonk nooclig is om haar op te wekken,
hebben de begrootings-discussiën weder getoond. Wat
zal 't worden als het groote buskruitvat in de Ka
mers wordt geopend en de inhoud onderzocht. Reeds
geeft de pers daarvan een voorproef. Blijkbaar is dit,
het bijzonder onderwijs moet gedood worden, de natie
gemoderniseerd, gematerialiseerd. Donkere toekomst
voorwaar! Bij de nieuwe onderwijswet komt tot over
maat van ellende de noodwendige herziening dei-
kiesdistricten. Minstens drie nieuwe leden moeten in
de tweede kamer zitting nemen. Daardoor dienen
de tegenwoordige kiesdistricten gesplitst of gewijzigd
te worden. Hoe zal dit geschieden? Door wel over
legde bijeenvoeging of scheiding van verschillende
gemeenten kan men een district van politieke kleui-
doen veranderen, aan liberalen, conservatieven of an-i
tirevolutionairen een overwicht geven. En onverschill
lig of de heer Heemskerk eene geheel nieuwe kieswet'
indient of ook slechts het noodzakelijkste daarin voor-I
stelt te veranderen, men zal hem hard vallen, vauf
partijdigheid beschuldigen; en hij zou honderdmaal
knapper moeten zijn dan hij is, om ook deze kwestii
tot een goed of kwaad einde te brengen.
En dan in Juni nog de verkiezingen! Verkiezin;
in zulk een dampkring De natie is verdeelder dai
ooit, zelfs de bekwaamste kiezers weten vrienden
vijanden niet van elkander te onderscheiden. Er
verdeeldheid onder de liberalen, onder de conserv;
tieven, ouder de antirevolutionairen, verdeeldheid o:
der de roomsehen zelfs. Nog nooit hebben we ondi
zulke omstandigheden verkiezing gehad. Terwijl
aan alle kanten gezegend worden en millioenen Ij
millioenen in onze schatkist vloeien, verbijten en vi
eten wij elkander. Als we het oog op dit alles
zooveel meer richten, moeten we uitroepen: het
nachtAch, dat het einde van '77 ietwat heldert
ware dan het begin God alleen is machtig om
te redden van de ellende, die ons dreigt.
Wenden we onze blikken naar over de grenzt
dan vinden we ook daar brandstof te over om
rustig jaar te wachten. In het kleine Deuemarl
zal de Koning en zijn ministerie weldra voor
oppositie moeten buigen. In het innerlijk verdeeld
Belgie zoeken de ultramontanen hun dorada te stich
ten. In Erankrijk doen de republikeinen water in hun
wijn, om in 1880 hun zin door te drijven. Spanje is
armer in geld en eerlijkheid, dan aan protestantenhaat.
In Duitschland wordt de kamp met de ultramoD-
tanen nog altijd gestreden, maar ook dat is rijker aan
'militairen roem, dan aan geld. Italië moet alle
krachten inspannen om orde en regelmaat te brengen
in het door de pauselijkeu gedemoraliseerde land,
Oostenrijk zoekt eenheid zonder die ooit te vinden.
Aller oogen zijn bij den aanvang van 't jaar naar
het Oosten gericht. Wat. zal 't eiude van de confe
rentie zijn, zal Turkije toegeven en Rusland zijn
zwaard in de schede steken Helaas, ook daar, in
het oosten is het nacht. Hoeveel bloed en tranen zal
daar nog moeten vloeien!
En nu spraken we nog niet. van onzen strijd in
Atjeh, van ons gedecimeerd indisch leger, niet bij
machte om, indien het fanatistisch mohamedanisme
zijn slag begeert te slran die af te weren. En even
min van wat in andere oorden der wereld broeit eu
dreigt, ook in 't onrustig Noord- en Zuid-Auierika.
Waarheen we cok de oogen wenden, overal twist,
tweedracht en alle andere werken des boozen. En
toch moet de aarde eenmaal vol worden van de ken
nis des Heeren. Zeker, Zijne beloften falen niet. Hij
schept uit verwarring orde. 't Is wel nacht, maar
toch is de morgenstond gekomen. De Engelen hebben
in Efratas velden Gods welbehagen in menschen be
zongen. En de eeuwen die sedert zijn voorbij gesneld,
hebben die profetie niet te schande gemaakt. Ten'
slotte verblijft de overwinning aan Hem, aan wie]
alle macht is gegeven in hemel en op aarde.
Er is in de laatste maand des jaars 1876 heel wat
gesproken op het Binnenhof zegt de kroniek van
<üe sttCEiiMieiB vooa- waan»Bie2d esa vB'ctHe.
Elke partij had bij de diskussie over de Begrooting
zich voorgenomeu, kalm te zijn. De konservatieve
partij bedwong zich echter niet, of nauwlijks. Er i'
zelfs een dag geweest, waarop haar stem beefde vae
toorn, en zij zich tegen 't ministerie woorden ontva"
len liet, zoo als ze zelden tegen een ministerie
sproken zijn. Opmerkelijk was ie wijze, waaro
Heer van der Hoeven voor de llegeering in de
sprong. Links en rechts deelde hij zijn terechtw
gen uit, en wel het, minst spaarde hij daarbij zijt;
ijdelheid niet gatischèlijk ontblooteii „vriend"
eii
