CHRISTELIJK HISTORISCH KLAII.
M°. 68.
Dinsdag 3 December.
1876.
HET ZUIDEN,
Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag- Uitgever: 1 Prijs der Adtertentiën:
avond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen. ALBERT WKDDING, Per regel 15 ets.; Familie-berichten van 1—0
Prijs per drie maanden franco2,— 1 te regels ƒ1,—, Iedere regel meer 15 cents.
Enkele nommers- 0,07 j MIDDELBURii. i Liefdegaven 10 cents per regel.
AGENTEN: de heeren P. G. de Vey Mkstdagk te Vlissingen, M. de Jonge Jz. te Goes, J. van der Peul te Neuzen.
Middelburg, 4 December 1876.
Wekelijkscli Overzicht van de
Christelijke Pers.
Onze politieke toestand wordt iii de jongste kroniek
van de Stemmen voor Waarheid en Vrede
aldus geteckend:
Voor onzen geest verrijst in de grauwe lucht het
grijze binnenhof van 't vorstelijk 's Gravenhage, en
we trachten te weten te komen, wat wind en wolken
daar voorspellen. Maar het is al vergeefs. Wel krijgen
wij den indruk, dat de uieuwe minister van koloniën
gedoscht is in een vederentooi van andere kleur, dan
ziju koufervatieve ambtgenooten maar de geachte
Minister van Binnenlandsche Zaken heeft plechtig
verklaard, dat dit een optisch bedrog is. Een enkel
puntje van een vleugel, vau een slagveder moge iets
anders getint zijn de natuur bemint de speling,
de variëteiten. De Heer Mees neemt, zoo luidt het,
terecht een plaats in in een conservatief ministerie.
Maar waarom hebben de H.Ii. Fransen v. d. Putte
en van Houten dan een gansch anderen indruk van
dezen nieuwen bewindsman ontvangen, hem met uit
bundige geestdrift als huunar een begroet? Is hier
een kleurenspel, is hier een dier zonderlinge lichtef-
waar te nemen, waarin de zon een welbehagen
heeft We begrijpen er niets van.
Gelijk men weet heeft zich de minister van Kolo
niën zeer sterk verklaard voor de conversie van 't
communaal in 't individueel grondbezit. De liberalen
zijn hier altijd voor, de konservatieven er altijd tegen
geweest. Het schijnt wel zeker te zijn, dat die con
versie, op den duur, zij het dan ook een zeer langen
duur, moet leiden tot grooter onafhankelijkheid, mis
schien tot geheele losmaking van Indie van 't moeder
land. Voor ons is dit geen schrikbeeld, mits wij ons
eerst van onze moederlijke plichten hebben gekweten.
Wij moeten zorg dragen, dat onze overzeesche doch
ter zich eenmaal zonder leiband kan bewegen, en dat
zij krachtig ontwikkeld, een zuster van ons zij met
een gevoel van k i n d e i 1 ij k e dankbaarheid jegens
ons in het hart. Elke weg, die daartoe leiden kan,
moet den christen eeu aangewezen weg zijn. En het
wil mij voorkomen, dat de leiders der christelijk-his-
torische partij in ons vaderland, het gekibbel tusschen
de radicale en konservatieve partij moeten laten voor
wat het is en op den band tusschen Indie en ons
steeds moeten wijzen als vóór alle dingen een zede
lijken band, die ons dure plichten oplegt. J^weet
niet, waarom men zich met het epithon christelijk
versiert, indien men niet de.;, moed heeft om alles te
wrekeu, wat onheilig, baatzuchtig, egoist moet heeten.
Wij konden in het koloniaal debat een uitnemende
rol, of laat mij liever zeggen een schoone roeping
vervullen. Wij hebben ons ideaalwij belijden Jezus
Christus den grooten Ontfermer wij m o g e n niet
rusten, voordat de beginselen van het Evangelie re-
kgeeringsbeginselen ziju geworden. In liefde voor recht
BLvrijheid raag niemand liet van ons winnen. Waarom
Bj|t de bauier, eens door de Heeren Elout en
^^^Mzoo moedig omhoog geheven, thans, naar
^^^do'or iedereen op het Binnenhof vergeten?
L van Justitie wensclien we geluk met
vereenigingen. Al de
V «Meelde vertoogen, waartoe zij in
^^^hebben wij niet kunnen
theologisch dispuut
fi-iV ■fej^^en juridisch.
de bitse
het fortiter in re kan vereenigen met het s u-
aviter in m o d o. In zijn gedrongen volzinnen
geen zweem van bitterheid Bij de behandeling van
deze wet kwam mij gedurig de rede voor den geest,
door Dr. Kuyper gehouden over een wetboek voor
den arbeid. Zou de geachte minister van Justitie nóg
op denzelfden toon antwoorden als hij toen deed
Ik meen het te moeten betwijfelen. Wij spraken in
geruimen tijd niet over het dusgenaamde sociale
vraagstuk. Toch ontging het onzer aandacht niet.
Het rumoer in Amsterdam, was geen verschijnsel des
tijds maar het groote werklieden-congres te Parijs,
de werkzaamheid der sociaal-democraten in Duitsch-
land, en de manifesten van het Nederlandscfi Werk
liedenverbond zijn zeer ernstige teekenen aan den
hemel. Niet genoeg kunnen wij de lezing aenbevelen
van den uitmuntend geredigeerden W erkmans-
vriend, die zijn lezers trouw op de hoogte houdt
van de uitingen der sociale pers, en de belangen van
den werkman met warmte verdedigt, met kennis van
zaken bespreekt. Vau de wet op liet lager onderwijs,
welke //ons weldra bereiken zal," kunnen we met
zekerheid nog niets naders zeggen. In gespannen ver
wachting wachten wij het phenomeen af.
Eerst een betere kieswet, dan de schoolwet zoo is
het verlangen v van liet Merkelijk Weekblad.
Zonder eéne ware volksvertegenwoordiging geen be
handeling van divj waarachtig volksbelang. Wij heb
ben, zegt het Wes^'lad, al vijf en twintig jaren ge-
tobt, we kunnen %3t nog wel vijf en twintig doen.
Veel beter dit, dan eene nieuwe wet van deze donke
re kamer. Er is niet eene partij die een eminent
hoofd in de kamer heeft; er is geen enkele partij te
onderkennen aan een eigen programma; er is geen
enkele partij in de kamer, bij machte een beginsel
zuiver te doen triumfeeren. Indien deze regeering
eene nieuwe wet indient, dan zal ze even beginselloos
zijn ais de wet op het Hooger Onderwijs, en zij die
zich in alle bochten kunnen wringrn, hetgeen de
Roomschen het best verstaan, zullen er het grootste
profijt van trekken. Een nieuwe Kieswet volgens
Hares systeem liefst volgens het beginsel der stau-
denvertegenwoordiging. Maar in allen gevalle, eerst
een Kieswet, waarvan men zeggen mag zij is recht
vaardig voor alle partijen.
Hetzelfde blad deelt een staaltje mede van de over
dreven humaniteit onzer dagen. Te Buenos-Ayres
is eene gevaugenis geopend. De voorstanders van de
afschaffing der doodstraf hadden een plaats gevraagd,
waar men gevaarlijke burgers kon opsluiten. Zij zeg
gen, dat men geen recht heeft een medemensch ter
doodeu met behulp van ijzer, lood of koord, doch
dat het beter is hem langzaam te doen sterven in
een cel, zij wilden een klooster, waar hij afgeslo
ten van de wereld zijne zonden overdenken kon. Om
monnik te worden, begint men dus met zijn vriend,
zijn buurman, het komt er niet op aan wie, neder te
schieten. Het nieuwe klooster is echter beter dau
het voormalige. De monnik der oudheid ging bloots
voets, hij was smerig, mager, afschuwelijk. De mon
nik der nieuwe tijden (gevangene) wordt goed gevoed,
heeft een badkamer, is goed gekleed, heeft gas in
zijn cel en als hij lezen wil eene bibliotheek tot zijne
brsehikking. De gevangenis heeft gekost 50 millioen
piasters (1 piaster 9 ets.) en is gebouwd voor 250
bewoners, zoodat elke monnik 20.000 piasters 's jaars
kost. Rekent nu voor bediening, voeding enz. 10.000
p. dm kost elke gevangens 30,000 p. 's jaars of het
dubbele van het salaris van een gepensioneerd hoofd
officier. Het bestuur zorgt dus. goed voor de ver-
j^M^^^tan^^Dder^luiaard, dje^ zijn evenmenscheu
De ophelderingen door de ministers van koloniën
en binnenlandsche zaken in de eerste kamer gegeven,
geven de conservatieve bladen aanleiding zegt het
Wageningsch Weekblad om te bewijzen dat
de verhouding tusschen het conservatief ministerie
en de conservatieve partij niets te wensehen overlaat.
Maar helaas, en passant komen de conservatieve
volksvertegenwoordigers met schennende hand die
illusie vernietingen. Wie de zitting der tweede ka
mer van jl. Dinsdag bijwoonde zou nauwelijks zijn
oogen of ooren durven vertrouwen. Terwijl de anti
revolutionaire leden slechts de vinger ietwat dreigend
tegen het ministerie ophieven, om het te waarschu
wen toch vooral geen liberale onderwijswet in te
dienen, waren de conservatieven buiten zich zelf van
woede. De heeren de Casembroot, Wintgens, Haff-
mans, Heijdenrijk, Insinger en Eabius bestookten de
regeering op eene wijze zooals men dat van geslagen
vijanden nauwelijks verwachten zou. Het ministerie
komt daardoor in eene hachelijke positie. Tot vóór
het optreden van den nieuwen minister van koloniën
stond althans eene groote minderheid het ter zijde,
die door afwijkende stemmen meerderheid worden
kon, maar thans is het kabinet overgegeven aan de
goed- of kwaadwilligheid van conservatieven en li
beralen beide. En dat met een nieuwe school- en
kieswei in het vooruitzicht, die aan politieke harts
tochten vrij spel geven
Het tweede ministerie Heemskerk slaapt dus niet
op rozen. We bewonderen de kalmte, de gematigheid
en gevatheid, waarmede het eminente hoofd de bru
tale aanvallers beantwoordde we mogen verwachten
dat de begrootingen met groote meerderheid zullen
aangenomen worden, maar dat is slechts uitstel van
executie. Voor het winter-reces zal de onderwijswet
worden ingediend. En dan komen de poppen aan
't dansen. Waarlijk óf de ministerieele zetels moeten
veel aantrekkelijks hebben, óf het landsbelang moet
de ministers zwaar op het hart wegen anders is het
onbegrijpelijk hoe zulke mannen de pijnbank niet
reeds voorlang zijn ontvlucht.
Hoe het ook zij wij citeeren den anti-revo
lutionaire kamerleden is het aan te raden zich buiten
dat geharrewar te houden en voor het wegstervend
conservatisme geen partij te trekken. Als de vervul
ling onzer wensehen ook maar voor een klein deel
afhankelijk is van deze kleine en innerlijk verdeelde
fractie, die zich met den weidschen naam van de
conservatieve partij tooit, dan rest er voor ons niet
de minste hoop meer.
De Wei'kuiaiisvricucl heeft enkele artikelen
gewijd aan Godsdienst en sociaal-democratie. Uit de
taal die door radicale bladen gevoerd wordt geeft
het blad het volgende godslasterlijk citaat, opgenomen
iu de Volksstaat„Met veel moeite en na veel strijd
begint de wereld eenigermate van de 1800 jarige
krankheid des Christendoms te genezen.
En daar komen nu bladen, die de arbeiders het oude
uitgezweten gif weder onder een nieuwen naam zoe
ken in 't hoofd te brengen. Jezus van Nazareth in
dien hij werkelijk bestaan heeft, wat nog te betwijfe
len valt was evenmin socialist als Lasalle christen
was, „Tot zoover het citaat." En hierop volgen deze
ware woorden van het blad zelve. Het is thans
9maak geworden, om de meest kettersche begrippen
op 't gebied van staat en kerk te dekken met de vlag
van 't christendom of van de Hervorming en met de
autoriteit van groote mannen. Dat brengt het belang
mee. Zoo ontkerstend is de maatschappij nog niet,
dat raeeningen gesteund door het gezag van Jezu^^^^^
van Luther en anderen, meer