CIIRIST1LIJI HISTÖRISflH BLAD. M°. 39. Donderdag- 28 September. 1876. HET ZUIDEN, Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag avond ten 8 are, behalve op Christelijke feestdagen. Prijs per drie maanden franco2, Enkele noinmers- 0,07 Uitgever: ALBERT WEDDING, te MIÜDELBITIU}. Prijs der Advertentiën Per regel 15 ets.; Familie-berichten van 16 regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents. Liefdegaven 10 cents per regel. AGENTENde heeren P. G. de Vey Mestdagh te Vlissingen, M. de Jonge Jz. te Goes, J. van der Peiji. te Neuzen. Dat betreurenswaardige kermistumult heeft reeds Europeesche vermaardheid verkregen. Buitenlandsche dagbladen hebben er over geschreven en geschreeuwd en op onware of overdrevene wijze voorgesteld, wat in Hollands hoofdstad zou zijn geschied. Gelukkig is het zóó erg niet geweest, als de Eaam het reeds heeft vergroot maar toch erg genoeg. Het is eene gebeurtenis, die wij diep betreuren. Men heeft orde en wet gebraveerd en met woest geweld willen ver krijgen, wat door den gemeenteraad aan het volk was ontnomen. Politiedienaren en militairen hebben de orde moeten herstellen, hetgeen niet zonder het vloeien van bloed heelt kunnen geschieden. En nu F Beoordeelingen en aanmerkingen van alle zijden! De regeering was te zacht zegt de een en ha l spoediger en met meer ferraiteit het opstandje in de geboorte moeten smoren. De regeering was te streng, zegt de ander, en had het recht niet zijne burgers door soldaten te laten neersabelen. Ik gevoel mij niet geroepen en gerechtigd om die vragen te beslissen. Bij al die oordeelvellingen, die worden uitgesproken, staan de beste stuurlui aan wal. Het is daarna vrij wat gemakkelijker te zeggenzoo of zoo zou ik hebben gehandeld, dan op het oogen- blik zelf te weten wat men doen moet. En al dat aanmerkingen maken op hetgeen door de regeering te Amsterdam is gedaan, al die rekesten, die aan den Koning worden opgezonden en waarbij eigenlijk op roermakers in bescherming genomen worden, maken op mij een zeer treurigen indruk. Moet de regeering van haar laatste maGht en prestige tegenover het volk worden beroofd Het maakt op mij denzelfden indruk, als wanneer ouders hun kind, dat door den meester op school werd gestraft, tegenover dezen in bescherming nemen en beklagen en uit zekere teergevoeligheid voor dat kind den meester hard vallen. Onverstandiger en ver- keerder kan men niet handelen. De roeping der ouders is zich aan de zijde des meesters te scharen, ook al had hij anders kunnen handelen, zelfs al heeft hij een enkelen keer zich vergist. Straffen ouders nooit ten onrechte of op verkeerde wijze hunne kinderen, en zou den zij dan wenschen, dat vreemden op grond daar van bij hunne kinderen hun ouderlijk gezag gingen ondermijnen? Toch is er bij al het bedroevende, dat te Amster dam is geschied, veel dat mij heeft verblijd. Er is uitgekomen hoeveel goeds er nog ligt op den bodem van ons volk. Ons volk is anti-revolutionair, zooals Itecht door een liberaal blad werd opgemerkt. Ik van die verklaring en verblijd mij tevens j^tenis. Ja, het is waar, men heeft dat ^vreemden van zijn Bijbel en als deze treu- tot ootmoedige dankzegging, als de vereeniging tot Heil des Volks, met haar tal van zondagscholen en andere christelijke werkzaamheden, anders bespot en uitgefloten, nu moet worden te hulp geroepen om het oproer te helpen fnuiken? En dan de Kattenburgers, de Oostenburgers en de Wittenburgers Eere aan de talrijke werklieden, die deze eilanden, of beter, gedeelten van Arasterdam bewonen! Wij drukken die trouwe Nederlanders de hand. Dat is het Volk, dat weleer zijn Geuzen ons gaf, van gansch ander allooi, dan die nieuwbakken in België, die zich sieren met den naam van een geslacht, waarmee ze niets anders gemeen hebben, dan dat ze strijden. Eilanders! gij zijt bekend om uwe Oranje- lievendheid en orthodoxie. Ja, gij zijt berucht als een volk, waaronder menige „hardestaak" wordt gevon den menige onhandelbare stijfkop en dweeper. Ik ga aan uw zijde staan, mijne vrienden, niet om uwe verkeerdheden in bescherming te nemenneen, die hoop ik te helpen bestrijden; maar om te betuigen dat volk is het volk mijner diepste sympathie. Met dat volk kan ik leven, kan ikr lijden, kan ik strijden, omdat het op onzen ouden Bijbel steunt en staat. Gods Woord is daar het huisboek, de wegwijzer, het wetboek. Dat Woord zegt: //Vreest God, eert den Koning//alle ziele zij de machten, over haar ge steld, onderworpen, want, er is geen macht dan van God, en de machten, die er zijn, die zijn van God verordend. Alzoo dat die zich tegen de macht stelt, de verordening van God wederstaat; en die ze we- derstaan, zullen over zich zeiven een oordeel halen." Zoo lezen zij in hun Bijbel, zoo leeren de ouders hunne kinderen, zoo hebben eens de gereformeerde vaderen geloofd en beleden. Ziet hier zijn de Eilan ders, in meer dan één opzicht kinderen dier vaderen. Een bende oproermakers wil ook trachten onder hen recruten te werven. Lieflijk klinkt hun lied. Het is een verleidelijke sirenen-zang. Een Oranje-lied wordt aangeheven. Men wil hen alzoo lokken, trekken, over rompelen. Doch neen, het zal niet gelukken. Geen enkele hunner laat zich meeslepen. Niet een hunner verlaat zijn eiland, om deel te nemen aan de woe lingen Zulk een kracht is het Christendom. Niet de na maak daarvan. Niet het humanisme onzer dagen, dat humaan is tegenover gelijkgezinden. Stel nu tegenover dat volk, dat in de leering en vermaning der vaderen is opgevoed, dat zich leiden laat door het woord en den wil des Heeren en daarom trouwe onderdanen, ijverige en geschikte werklieden, nederige en stille dienstbaren zijn, stel nu tegenover dat volk het volk, dat opgevoed wordt met zang en spelen, dat gebracht wordt in comedies en danshuizen, dat gelokt en gehouden wordt door allerlei genot, buiten de vaderlijke woning. Het huiselijk leven, die zegen voor een volk, wordt verwoest. Men wil ontwikkelen en beschaven door gen, zijn rustdagen, zijn eenigen troost in leven en sterven. Men vormt een communisme, dat zonder God leeft en droomt van gelijkheid, vrijheid en hroe- derschap. Wat heeft die oude Bijbel toch misdaan, die zoo veel vrede en zegen verspreid heeft? Wat die Chris tus, wiens kruis alleen der arme wereld verlossing kan schenken? Geen genezing van maatschappelijke wonden, geen overwinning van maatschappelijke zon den dan door dat Kruis alleen. Hoog boven alle wijsheid en wetenschap dezer eeuw zie ik dat kruis aan den Hemel schitteren met dat aloude randschrift: in hoe signo viuces! in dit teeken zult gij over winnen J. P. NONHEBEL. Middelburg, 27 September 1876. Blijkens een gisteren bij de regeering ontvangen telegram betreffende de krijgsverrichtingen te Alchin, gedagteekend 17 dezer, zijn de versterkingen van Tonga en Lamnjong voltooid. Bij de verkenning van terrein is de luitenant de Neve. gesneuveld en zijn acht minderen gewond. De vijand werd uit de versterking Koerong Tjoet verdreven. Gevoelige verliezen werden geleden; 13 stukken geschut werden genomen, waaronder een van 30 pond. Twee stukken van 12 pond werden vernageld.Twee minderen zijn gesneuveld en 17 gewond. De gezondheidstoestand was goed, de geest der troepen uitmuntend en de weersgesteldheid zeer regenachtig. De Staats-courant van gisteren bevat het konink lijk besluit van den 15den dezer, waarbij wordt be paald dat ic postzegels van l'/s cent niet her drukt worden en na het verbruik van den bestaan- den voorraad op de postkantoren niet meer ver krijgbaar zijn; alsmede dat een nieuw model van postzegels wordt ingevoerd van Vs, 1, 2, en 2V2 cent, hoofdzakelijk strekkende ter frankeering van dagbla den, gedrukte stukken en de monsters of stalen van koopwaren, en zulks ter vervanging van de bij kon. besluiten van 3 December 1868 en 11 November 1870 ingevoerde zegels van dezelfde waarde. Men verwacht in den loop van deze week de be noeming van generaal majoor Beijjcn tot minister van oorlog, terwijl tevens verzekerd wordt, dat in de daardoor openvallende betrekking van direkteur voor het materieel der artillerie spoedig zal worden voorzien. Uit Velzen meldt men aan de Haarl. Ct.Het schip met de mal, dat "Vrijdag jl. hier passeerde, heeft Zaterdag zijn proeftocht tot buiten de sluizen voort gezet. Ofschoon daar in de laatste dagen veel is gewerkt om de geul op de vereischte diepte te krijgen, heeft de mal c"r nog vastgezeten; zoodat de kans voor het torenschip om te vertrekken, ook met het oog op het ingevallen ongestadige weder, vooreerst weder verkeken is. De werkzaamheden aan de groote «poorweg- 3>fi*isg bij JXSJiEiegen worden thans met den meesten spoed voortgezet. Met 1 Movember zaL grootste spanning over de beid

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1876 | | pagina 1