CHRISTILIJl-IISTORISCIl I!LID. Gelijkheid voer de iet. 23. Dinsdag' 22 Augustus. 1876. BINNENLAND. HET ZUIDEN, Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag avond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen. Prijs per drie maanden franco2, Enkele nommers- 0,07 Uitgever: ALBERT WEDDING, te MIDDELBURG. Prijs der Advertentiën Per regel 15 ets.; Familie-berichten van 16 regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents. Liefdegaven 10 cents per regel. Het Bijzonder Onderwijs, dat door de wei recht van bestaan toegekend wordt, wordt door de wetsuitvoering feitelijk gedooddit zagen wij in vorige artikelen. Toch verzekerden de libe ralen ons herhaaldelijk: dat is ons doel niet. Als wij groote sommen op de begrooting schrij ven, ten behoeve van onderwijs, dan geldt het zuiver het belang van ons volk in den ruimsten zin van het woord en als de zorgvuldige moe der straks aan het deelen gaat, krijgen alle kinderen een rechtmatig deel, onverschillig of het kinderen uit liet eigen huwelijk, dan wel uit een vorig geldt. Daarom heet onze stief moeder zich ook liberaal (mild, onbekrompen, vrij zinnig.) We hebben het lang geloofd en om den kuiselijken vrede te bewaren, zelfs gezwegen, waar onze stiefmoeder een weinig ongelijk ver deelde, onze belangen dikwijls opofferde aan die van baar eigen kinderen, meer dan met haar eeretitel, liberaalovereenkwam. Wij meenden, het zou eene vergissing zijn en die kan de beste stiefmoeder overkomen. Wij kunnen dat thans niet meer. De oogen zijn ons openge gaan. Onze stiefmoeder heeft zich verklaard. Zij heeft gezegd, dat zij ons zou laten verhon geren, om haar eigen kinderen uit vaders schat ten te voeden en uithet erfdeel van onze eigeneeerste moeder. Dat gaat niet aan. o Vader Staat, waart ge maar nimmer hertrouwd Wie zou deze klacht in ons wraken? Intusschen teekenen wij protest aan tegen de handelingen dezer vrouw. Immers zij, die haars mans kin deren stelselmatig van gebrek doet omkomen, kan vaders echtgenoote zijn noch heeten. Wij kunnen haar niet moeder noemen, die haar roe ping tegenover ons zóó miskent. Laat feiten spreken 'tWas in de zitting van 14 December 1875. De debatten over het budget van Binnenland- sche Zaken stonden gesloten te worden. Vooraf echter nog eene belangrijke en zaakrijke be spreking over het onderwijs. De heer Van JNaamen stelt voor de subsidie, die het Rijk aan de gemeenten uitkeert, om ze te steunen in de bekostiging van het Openbaar Onderwijs met f 20,000 te verhoogen. Men had er veel gen. De een noemde het amendement niet gde, nutteloos, eene verergering van den toestand, tusschen openbaar en bij een dus onraadzaam. Een an- ^beperkte toepassing der „strijdig met de het zou vallenMisgerekend, met 87 tegen 35 stemmen werd het aangenomen want het gold immershet Openbaar Onderwijs Een tweede amendement! Van den lieerMoens, inspecteur van het Lager Onderwijs in Utrecht, een man, volgens de wet verplicht de verbete ring en den bloei ook van het bijzonder onder wijs te bevorderen! Hij vraagde slechts f 102,000 tot op- en inrichting van drie kweekscholen ter opleiding van (openbare) onderwijzers. De één zeide: het voorstel kwam te vroeg, men had de vruchten van die kostbare kweekscho len nog niet kunnen beoordeelen, men liep de regeering vooruit, die eene wet had toegezegd, men begunstigde onrechtmatig het Openb. Onder wijs. De ander vond beter de normaallessen uit te breiden. De Minister vond het overdreven gevaarlijk en noodeloos. De heer Moens betuigde, dat hij met deze drielater komen wilde tot3X7=21 kweekscholen, dus, eng berekend 3X f 100,000= 3 ton gouds En wat meent ge? Het amendement werd aangenomen met 42 tegen 33 stemmen immers het gold het Openbaar Onderwijs.Toch was de heer Moens nog niet tevreden. Weder stelde hij voor de uitgaven voor speciale inrichtingen van onderwijs met f50,000 te verhoogen, en met 50 tegen 20 stemmen werd ook dit amen dement aangenomen, o, Moederlieve moeder hoe teeder zorgdet gij voor uwe eigene kinderen! En hoe gelukkig slaagdet gij! ƒ172,000 op één dag uit Vaders kas en de onze! Doch nu zijn wij aan de beurtWat mogen wij op zulk een heerlijken dag van uwe liefde niet hopen De heer Kuyper (God schenke hem ons spoe dig weder, met vernieuwde gezondheid, met den ouden moed en de oude kracht in den ouden strijd!) stelde voor aan de onderwijzers, die van overheidswege niet voor de opleidiug van onderwijzers bezoldigd werden, voor kwee- kelingen door hen tot hulponderwijzer gevormd, eene toelage van f30,000 te verzekeren. Dit amendement werd gesteund door de anti-revo lutionaire kamerleden. In de kamer waren de stemmen verdeeld; de een was er tegen, omdat daardoor de controle van den staat over de opleiding zou ontdoken worden; omdat het uitzicht op de premie (zegge op f 150) eene kunstmatige aankweeking van onderwijzers zou ten gevolge hebben, omdat de grieven tegen de examen-commissiën zouden toenemen, en noemde het amendement gevaarlijk voor den onderwijzersstand, nadeelig voor de leerlingen, verderfelijk voor het onderwijs. Het was de heer Moens, die zóó sprak Een ander keur de het af, om de gevolgen en meende, dat de voor alles, wat de liberalen in zake onderwijs voorsteldenHij stemde tegen dit, omdat het hier monopolie van de antirevolutionairen gold Ronduit gezegd, hij vertrouwde de lui van liet restitutie-stelsel nietHet was logica van den heer Storm van 's Gravensande en het werd de logica van onze liberalenDe Minister was er tegen, maar moest bekennen, dat het op de Wet steunde; enz. enz. Allen zagen, dat de kinderen uit het eerste huwelijk nu ook eens een kruimpke wilden hebben van den rijk voorzienen disch huns Vaders Dat was bru taal, onbeschaamd, voorbeeldeloos vermetel! 30,000 voor bijzondere onderwijzers! Handels blad, Standaard, Dagblad en Tijd waren het eens dat men toch wel deze kleine tegemoetkoming aan het Bijzonder Onderwijs schenken mocht. En tochen tochmet 43 tegen 32 stemmen viel Kuypers amendement en daar mede de blinddoek voor onze oogen weg. We kenden onze stiefmoeder! Zij gunde ons geen 30,000 uit Vaders kas, ook al nam ze twee ton gouds uit die kas en uit de onze voor hare eigene kinderen! Waarlijk, dat was al te stiefmoederlijk, al te illiebraal! Nu wisten we het onderscheid tusschen gelijkheid voor de wet en gelijkheid in de uitvoering der wet, tusschen een inspecteur en iemand, wien het bevolen is van Staatswege, zóó te zorgen voor openbaar en bijzonder onderwijs, dat beiden bloeien zou den. De heer Moens had het ons uitgelegd en toch, alsof wij het nog niet genoeg hadden begrepen, volgde weldrahet voorstel Moens, Ge lukkig wisten wij nu bij tijds waarvoor, neen,voor wie we belasting betaalden. Wij wisten, dat twee ton gouds voor de monopolie der liberalen te weinig, maar 30,000 voor de monopolie der anti-revo lutionairen te veel, veel te veel, een ongehoorde gruwel zou zijn! o die logica! »Het Bijzonder onderwijs is vrij!" roept de wet. Vrij, om van honger om te komen!" roepen de libe rale wetgeleerden, »of te bedelen langs den weg" totdat ook ditverboden wordt, natuurlijk in naam der staatspolitie maar op den wensch van Z- M. den koning wordt a. Woensdag van liet Loo in de residentie teruggewaclit. De miliciens der lichting van 1873 behoo- rendc tot liet regiment grenadiers en jagers die den 18den Juli 11. daarbij in activiteit zijn opgetreden zullen Maandag a. weder met onbepaald verlof huis waarts vertrekken, zullende de miliciens der lichting van 1874, tot dat korps behoorende, den 23sten de zer daarbij in activiteit optreden en den 26sten Sen- tember a. weder in het, o-enot, van mih

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1876 | | pagina 1