CII It IS T E L IJ K-IIIS T KIS CII BUD. A". 21. Donderdag* 17 Augustus. 1876. El WETSARTIKEL 1 ZIJNE TOEPASSING. HET ZUIDE Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag avond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen. Prijs per drie maanden franco2, Enkele nommers- 0,07 Uitgever: ALBERT WEDDING, te MIDDELBURG. Prijs der Advertentiën Per regel 15 ets.; Familie-berichten van 1—6 regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents. Liefdegaven 10 cents per regel. n. Hij, die nu juist niet met schatten bedeeld is, moet dikwijls op het ééne uitzuinigen, wat hij aan het andere ten beste geeft. Wat men betalen moet aan belasting en hoofdelijken om slag, dat kan men zijnen kinderen niet geven. Wilden dus de tegenstanders der neutrale school" eene school voor hunne kinderen op richten, dan stuitten zij reeds op twee bezwaren a. hunne scholen moesten wedijveren met de neutrale scholen", die uit de onuitputtelijke staatskas putten en b: zij moesten zelve die staatskas ten bate hunner tegenpartij vullen. Desniettemin heette het, ook in de wet: »het bijzonder onderwijs is vrij!" Vrij als de boe ren uit de middeleeuwen, die nadat zij den ganschen dag het land van hun heer bebouwd hadden, des avonds aan het hunne denken mochten. Waarlijk, geen wonder, zoo de arme boerenfamilie gebrek leed Vrij als de bedelaar, om even hard te loopen als de millionair in zijn zesspan naast hem rijden kan Waarlijk, het zou niet vreemd zijn, zoo gij den man uitge put aan den weg zaagt liggen. Doch waartoe meer? Schrikte deze vrijheid den tegenstanders der neutrale school" af? Neen, al was hunne vrijheid wreeder dan gevangenschap, zij gebruik ten ze, vertrouwende op Hem, wiens het goud en het zilver is." En in datzelfde jaar, waar in de straks genoemde sommen door Rijk y gemeente gevorderd werden voor de neutrale school," bij al hare inwoners, en dus ook bij ben, brachten zij nog ongeveer twee millioen ten of fer aan de opvoeding hunner [kinderen naar hunne meening en in hunnen geest. Tël de christelijke scholen in het land, tel de sommen tot haren opbouw en hare instandhouding ver- eischt, en zeg ons, of een offer ons te zwaar was, om onze kinderen te behouden voor hun God. hun land, hun kerk en hun huisgezin. Tel daarna de scholenwelke onze liberale tegen standers uit hunne eigene beurzen stichten en staande houden. Ziet, als ge dan de trotsche paleizen aanschouwt, die de voorstanders der neutrale schoolhier en ginds inrichten, com fortabel inrichten, weelderig inrichten, om de hope der toekomst daarin te verzamelen en ze veroveren voor hunne beginselen, dan leest ^httisscbien, neen, niet met verachting, maar ^^uoed en bitterheid op den gevel: van goed riemen snijden! Met ■|^at de staat voldoend - -BBfcMNüfcaMÉen. dat zijner burgerlijke verplichtingen. Wij weten, dat volgens de wet bedeelden en on vermogen den" niet aan schoolgeldheffing onderworpen zijn, dat het gemeentebestuur zooveel mogelijk het schoolgaan dezer klasse bevorderen moet," maar wat wij, ja, wel weten, doch niet begrij pen, is, dat de minder gegoede voor den rijken buurman schoolgeld betalen moet. Wilt ge het bewijs. Onze Hoogere Burgerscholen worden in den regel door de kinderen der gegoeden uit den lande bezocht. Het onderwijs aan die scholen kost per leerling f'350. Hoeveel betalen nu de belanghebbende ouders? f200 a f300 ongeveer? Ge vergist u, slechts f75. En de overige f275 wordt door de andere rijke of arme huisvaders, met twee of zes kinderen, met of zonder werk, met veel of weinig ver dienste, in den kas van den ontvanger gestort, ten voordeele van die arme liberalen. Wij 7 ten, dat de heffing van schoolgeld niet ver plichtend is voor de gemeente-besturen, maar wij wisten niet, dat wij belastingschuldigen vour /elk KtiiO. onenbare. school rmnnrlo f 12.50 zouden moeten betalen,tegen f 2.50, die de belanghebbende betaalt. De afstand schijnt ons wat al te groot, om die alleen op de rekening der bedeelden en onvermogenden" te stellen. Wij willen niet in enkele buitengewone en tegelijk buitensporige gevallen treden, waar men zooals te Warffum voor 7 vaste leerlingen 9 leeraren bezoldigdewij vragen alleen, waarom voor de scholen van uitgebreid lager onderwijs, waar de belanghebbende ouders in den regel zeer goed het onderricht betalen kunnen, dat zij voor hunne kinderen noodig keuren, waarom voor zulke kinderen nog duizenden uit de kas der overheid moeten gegeven worden? Wij wisten, dat het bijzonder onderwijs, bij de wet »vrij" geheeten, reeds geboeid ligt door de machteloosheid zijner voorstanders om uit par- tikuliere krachten evenveel tot stand te brengen als zijne tegenstanders: wij wisten, dat het bij zonder onderwijs reeds geboeid ligt, omdat zijne voorstanders eerst voor anderen zorgen moeten en dan aan zichzelven mogen denken, maar wij wisten niet dat men de willekeurige schoolgeldheffing ook gebruiken mocht, om de vrije school" dood te drukken, onmogelijk te maken. Wij begrepen niet, dat, indien de wet ons onderwijs »vrij" noemt, de wetsuitvoerders daarvoor lezen mochten: vogelvrij." En dan vinden onze tegenstanders het nog zóó beris pelijk, dat wij vragen om geld, natuurlijk bij onze vrienden, terwijl wij nog niet meer deden dan zij, indien wij in naam van den staat het van onze vijanden ook eischten. En dan spreekt hij dezen zich even weelderig en gemakkelijk in te richten als hijzeive. Wij noemen dat bit teren spot, die tot bitterheid prikkelt. En dan roept men ons toe, dat we onverdraagzaam zijn Voorwaar er is groot onderscheid tusschen verdraagzaamheid en het zich laten ont vreemden van goed recht, het zich laten vertrappen door hendie gelijke rechten met ons bezitten. Zulk eene verdraagzaamheid zou een Filips II en soortgelijken ten goede gekomen zijn, doch een Hollander begreep het van ouds gansch anders. »Hoe zoudt gij het dan willen?" vraagt men ons reeds eenigen tijd en van onze zijde is daarop het antwoord reeds gegeven. Ver schillende wijzen van handelen zijn aangegeven en genoegzaam bekend. Er is gesproken van gezindheidsscholen, restitutie der aan den staat bespaarde gelden, enz. Wij laten deze ver schillende beschouwingen voor het oogenblik rusten en vragen voorloopig: Is het onze te genstanders gemeend met die vraag? Heeft m n >i r\r»a wövlroli'ilr rrüf.nmi rl Lavofal bqh niTZ» grieven te willen? Toont men het ons nu. Is de wil aanwezig, dan zal het aan middelen niet ontbreken, maar zoolang de wil ontbreekt, heeft het toetsen der middelen geene haast. Wij den ken aan het amendement Kuyper, het voorstel Moens en het adres van den heer Pierson te 's Hertogeubosch en besluiten: Neen! Uit vrees, dat de oude grieven vergeten, de oude wonden geheeld zouden worden, voegt men nieuwen tot hun getal, men meet met twee maten, men tast zelfs het recht van bestaan der vrije school" aan. Dit bewaren we echter voor een volgend artikel. De Redacteur van de rubriek voor Geref. School onderwijs in de Biizuiii vraagt: waarom sprtekt h e t Zuiden zich niet uit aangaande het subsidie vraag stuk? Wij antwoorden: de behandeling van dit vraag stuk ligt vooralsnog niet op onzen weg, blijkens ons programma voeren wij strijd voor het geloof, tegen het ongeloof; wij wenschen te vereenigen die met ons op het fondament van Openbaring en Geschiedenis staan; niet als theologen of staatslieden, maar als Evangeliebelijders zijn wij opgetreden. Als zoodanig hebben wij een open oog voor alles wat, van welke zijde ook voorgesteld, eenigermate aan onzen druk kan tegemoetkomen; wij zijn geroepen melding te maken van iedere gezaghebbende stem ten onzen gunste, van iedere neiging om ons goed recht te erkennen, zelfs al achten wij de poging zelve daartoe wat averechts, al behouden wij onze persoonlijke wenschen en over tuigingen doch wetende dat het niet onze taak is wetten te maken, houden wij onze roeping in het oog, welke is getuigenis te geven, niet van hetgeen waarin ,rri#>:iflpn vpr<5f»liillf»n. maar van hetereen we in-"

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1876 | | pagina 1