Strijd vraagt karakter I S1BBEKUNDE Dom, dom, al te dom EEN ROEP TQT BEZINNING Kent gij Zeeland Kentering v Vrijwilligers bij de „Kriegsmarine" Wat is heidensch War,neer houdt het geleuter op? Dubbele geslachtsnamen GRI1PLAND Zoovele malen heeft ons volk naar de wapenen moeten grijpen voor het behoud van zijnvrijheid. Want ook wij, als Germaansch volk, kunnen slechts dan leven en ons ontplooien, wanneer wij de vrijheid bezitten. Want er is voor een volk niets ondragelijker dan het juk der slavernij. Bergt een volk nog een van vaderlandsliefde gloeiende kern in zich, dan zal deze de vrijheids" drang tot een laaiend vuur in dat volk weten op te werken, totdat dit als één man achter zijn Leider bet zwaard zal opnemen en het beste bloed zal laten vloeien voor den strijd om de vrijheid. Karakterlooze „groote ma nana". Deze geest, welke zoo vaardig was' bij cnze voorouders is het geweest, die gemaakt heeft, dat Nederland steeds Nederland is gebleven. Toen had ons volk regeeringen die uitsluitend als opgave kenden de behartiging van de Neder- landsche belangen. Dat was nog in den tijd, dat ons volk nog nationaal zelfrespect kende. Later hebben we de karakterlooze „grcofe mannen" gekregen, die ons zelfrespect vertrap ten door knievallen te maken voor Engeland. Nederland boerde, staatkundig gezien, zoo slecht, dat er vrijwel uitsluitend onkruidplanten op den politieken akker uit den grond op^ kwamen. Politieke zw^ndélaars hebben ons koloniaal bezit verkwanseld. Slechts zij, die volkomen van hun volk zijn vervreemd en geen achting hebben voor heldendom, uit de geschiedenis, leenen zich voor dit vuile spel der karakterloosheid. Want het is uitsluitend een karakterkwestie of men als staatsman het landsbelang voorbij ziet en met de heerschende politieke stroomin gen meegaat, of dat men tot in den dood zich inzet voor het vaderland en alle hoon en ver dachtmaking over zich- laat komen. Hét was toch zoo eenvoudig om in Nederland als staats man populair te zijn. Men behoefde slechts verschijnselen van Enqelsche ziekte te toonen en men kon met deze populariteit als dekking de verraderlijkste- anti-Nederlandsche politiek voeren, Politiek zandmannetje, Wanneer de houding van regeeringen zich reeds kenmerkt door gebrek aan ruggegraat, kan het niet anders, of ook het volk verliest zijn veerkracht en gaat onder in den poel van democratische verwording. En deze geest is bet, die den strijdlust' in een volk uitdooft en het in een sfeer brengt van gezapige burgerlijk heid. Dan wordt zoo'n volk rijp voor het elavenlot en behoeft men slechts met politieke ccvelwerpers ten strijde te trekken om het volk de oogen te doen sluiten voor het geknoei achter de schermen. En van dit wapen had vader Colijn er vele batterijen opgesteld. Hij heeft de rol van het politieke zandmannetje zoo goed gespeeld, dat or.< volk niettegenstaande het jarenlange kanon gebulder op de s'agvelden en het overal aan den dag treden van de democratische voosheid, nog grootendecls slaapt. En naar gelang de sterkte yan de politieke narcose, waaronder ens volk is gebracht, zal het korter of langer duren, eer er in ons geheele ^olk iets van een nationaal ontwaken rae.kbaar wordt. Daarom hebben de parlementaire knoeiers van v jr 1940 zoo'n zware schuld op zich geladen." In een tijd, waarin zich reeds aller wegen de verschijnselen van een continentale bedreiging voordeden, staken de heeren den kop in het zand en leidden ons volk gebiin- doekt naar den afgrond. Daarom is het zoo verklaarbaar, dat ons toch zoo verstandige volk in het wereldgebeuren van heden nog niet mee kan. Het is politiek dermate ondervoed, dat het de krachten mist om dien weg te gaan, welke het voor het behoud van zijn be staan gaan moet. Want men kan toch slechts dan met verbetenheid den strijd opnemen, wan neer men weet, welke gevaren dreigen en het bewustzijn in zich di aagt te strijden voor het vaderland. Maar om dezen Strijd te kunnen voeren, dient men toch eerst een gloeiende liefde in zich te hebben voor dat vaderland en zich deel te weten van een volksgemeen schap. Slechts bij een samengaan van de beste a pen en in geestelijk en materieel Opzicht, biedt een strijd op leven en dood, kans op succes. Karakter. Daarom kon het niet anders, of het strate gisch gebeuren in f940 moest een droevig beeld te zien geven. Aan dezen strijd was geen geestelijke voorbereiding voorafgegaan; Terwijl er alom gesproken werd over geestelijke en moreele herbewapening, gaf de practijk niets anders te zien, dan een reeks verbluffende staaltjes van karakterloosheid, waaraan alle mannelijke flinkheid vreemd was. We behoeven werkelijk niet naar Italië te zien, om verraad en karakterloosheid te vin den. Ons leger was niets anders ,dan één groote lijfwacht der regeering, die tot taak had te vechten tot de verraderspolitiek zich naar Londen had ingescheept. Maar niet slechts de houding ten opzichte van het wereldgebeuren vraagt karakter, doch eveneens die ten opzichte van het eigen volk. Eerst wanneer men, soms na innerlijken stiijd, den weg gevonden heeft, die leidt naar een betere toekomst, begint men in een bewogen tijdsgewricht waarde te krijgen voor de gemeen schap. Dan legt men in den strijd een karak tervastheid aan den dag. waar alle binnen- èn buitenlandscbe propaganda langs loopt als een druppél water langs een geoliéd leer. Dan kent rnen slechts een voorwaarts gaan ei* schrapt het woord capitulatie uit zijn woordenboek. Dan toont men zich revolutionnair. - Maar deze benaming kan niet gegeven worden aan hen, die zoo zwak zijn, dat zij zwart wit noemen. Hoe gemakkelijk en gevaarloos is het, om in een gesprek van meerdere personen „ja" te zeggen, wanneer de meerderheid „ja" zegt. Maar het vraagt karakter, om in zoo'n geval „neen" te zeggen, wanneer het ook inderdaad „neen" zijn moet. Dan breekt de oppositie los en begint de strijd. Dan maakt men zich van kuddedier tot mensch met zelfrespect. Dan voelt men weer de kracht in zich de s|em van eer en geweten te volgen. Zoo onderscheidt men zich van hen, die nu kermen over gebrek aan vrijheid, maar die in wezen de droevigste toonbeelden zijr^ van democratisch slavendom. Waneer men niet de kracht heeft iieb vrij te voelen in eigen volk, hoe zal men dan ooit een vrijheidsstrijd naar buiten met succes kunnen voeren Nationaal zelfrespect. Alles wat internationaal bereikt wil worden, zal toch e^rst nationaal geregeld moeten zijn. Internationale solidariteit van Germaansche volkeren is niet mogelijk, wanneer deze eerst niet sn eigen huis het nationaal zelfrespect hebben aangekweekt. Immers, juist uit het feit, dat men liefde heeft voor eigen volk, vloeit logisch voort, dat men begrip heeft voor dit zelfde streven bij een ander volk. Daarom is elk geklets over „Anschluss" ook zoo krank zinnig. Alleen wereldbeschouwingen als het commu nisme, die een internationaal streven in zich bergen, kennen het opslokken van andere landen. Aan het Nationaal-Socialisme is deze gedachte geheel vreemd, Ja zelfs tegenstrijdig. Willen wij werkelijk als Germaansch volk een behoorlijk aandeel In den vrijheidsstrijd tegen ons eerst los moeten maken van de binnen- landsche slavernij. Want het is_ werkelijk droevig te zien, hoe zwaar de knoet der reactie op de hoofden van onze volksgenooteil neer komt. De heeren achter de schrijfbureaux en de geestelijkheid hebben ons volk dermate aan banderi gelegd en oefenen een zoodanige pressie uit, dat het groote moeite kost, er onder uit te komen. De terreur treft in afzijn hardheid hem, die den moed' heeft tegen de emigranten- kliek in Loöden, verraders, en tegen Anton Mussert, Leider te zeggen. Maar toch ^komt de tijd, dat deze reactie gebroken zal worden. Want nooit zal in dezen oorlog de leugen zegevieren, maar altijd de waarheid. Dan zullen alle knellende banden van ons volk afvallen en zal het zich her vinden in eigen kracht. En nu kan deze tijd pog zoo ver weg lijken, dit wil niet zeggen dat ze er daarom niet komt I En wanneer er dan. volksgenooten zeggen, zoover komt het hier nooit, dan geven zij hiermede alleen te kennen, geen geloof te hebben in de toekomst en te twijfelen aan de eeuwige wetten van het bloed. Wij willen geen hulpvolk zijn. Want het kan soms lijken, alsof ons voHf hopeloos ver is afgedwaald van den weg zijner geschiedenis. Maar toch zal het eenmaal, dank zij zijn groote mate van. bloedzuiverheid, zijn historische taak weer opnemen op die plaats, waar verworden regeerders, deze hebben doen afbreken. En deze taak zal het strijdende hebben te volbrengen. Want de weg naar het licht voert door een diep en donker dal. Zoolang het vonden en hoe hij de Nederlandsche arbeiders heeft aangetroffen. Nadat hij melding heeft gemaakt van de houding van een bepaald soort publiek, dat zich minachtend uitlaat over volks genooten, die wegens htm doortastend optreden tijdens bombardementen zijn onderschelden, schrijft Banleider van der Hout„Hoe ge maakt en onnatuurlijk deze houding van een deel van ons volk ten opzichte van de Natio- naal-Socialisten is, konden wij 's avonds in Siegen ondervinden, waar door de W.A. een avond was georganiseerd voor de Nederland sche arbeiders, cue daar in de buurt werken. Niet alleen, dat de zaal tot barstens toe was gevuld en- dat de weermannen in uniform overal tusschen de andere arbeidskameraden zaten, maar een korte toespraak ontlokte aan dit gehoor, dat voor minstens 80% bestond uit arbeiders, die onvrijwillig warén gekomen, een luid applaus. En wat nog belangrijker is ieder sprak hier met zijn buurman niet als met een vijand of een verdachtemaar als met een volkomen normaal mensch met een eigen overtuiging." Na vervolgens melding te hebben gemaakt van dé belevenissen van een met verlof zijnden arbeider, die er zijn verwondering over had uitgesprokendat in het vijfde oorlogsjaar alles in Duitschland nog zoo goed liep, besluit Ban leider van der Hout„Houding moeten wij als Nederiandsch Volk ons weer verwerven. Dat is en blijft de eerste taak vopr ons, Nederland sche Nationaal-Socialisten. Dat het leven ons daarbij helpt en ondanks ja\\é baatzaalera een eigen, natuurlijken gang gaat, mogen deze paar ontmoetingen- nog eens ten overvloede be wijzen*" Een Zuid-Bevelandsche boerendochter, die in een groot bedrijf te Amsterdam tijdelijk werkzaam is, schreef ons dezer dagen-, een brief. Over haar omgeving en de kletskoek die daar verkocht wordt schrijft zij hét volgende „Moeder schreef mij, dat de bootjes bij Zie- rikzee en "elders en ook de treinen beschoten waren. Ze zeggen hlerf dat daarin dan wel oorlogsgoed zal zijn verborgen I Nou dat zal wel. Zeker ook in de baggermachine, die ze hebben stukgeschoten of de tonnenlegger Een tijdwoord van Ds. E. Schouten, emeritus predikant der Geref. Kerk van Amersfoort. Dit boekje moet U gelezefl hebben. De prijs bedraagt ƒ0,90 Verkrijgbaar in de winkels van Nat-Socialistische Boekhandel „De BJ^TWOfit" Lange Kerkstraat No. 40, Goes. Korte Delft No. 25, Middelburg. 9 Een zeer vaak optredend verschijnsel is, dat wij Nederlanders, soms meer kennis heb ben van de schoonheden van steden en streken in het buitenland, dan van ons eigen land. Dit is eigenlijk een tegenstrijdigheid te noe men, daar juist ons eigen land in zeer sterke mate kan bogen op bij uitstek schoone streken, oude stadjes en dorpen. Zoodra wij buiten onze woonplaats komen, gaan we torens beklimmen, musea bezoeken, informeeren wij naar oude gebouwen en wat dies meer zij. Reeds&eerder plaatsten wij iri vorige num mers van dit blad beschrijvingen over land streken en dorpen in onze provincie Zeeland. Dat velen onzer lezers dit hebben gewaardeerd, bleek uit de brieven, die door hen werden gezonden. Zeer aardige opmerkingen, anec dotes en gegevens wérden somwijlen verstrekt. Gaarne houden wij ons aanbevolen voor verdere medewerking op dit gebied. Wij, Zeeuwen, houden van onze provincie, vooral ook, omdat wij ons verbonden voelen aan haar bodem. In een reeks artikelen hopen wij in de vol gende nummers van ons blad nog enkele in teressante beschrijvingen te .geven. &CHTE &OIT FAA/AT/EK ACHTER W'/ft AA/V. - - TOT H'J MET HEM M/ EEM POEL fK'AN VEKVCOGEA/ /LLUS/ESBL'JET STE/TE/V. bolsjewisme niet is neergeslagen, is geen cul tuurgoed veilig. Voordat de boer in vrede zijn ploeg door den akker kan voeren, zal gestreden moeten worden met het zwaard. Want waar ter wereld twee wereldbeschou wingen tegen elkaar opbotsen, kan slechts het geweld een beslissing brengen. Nu kan men wél een houding aannemen alsof deze oorlóg ons niet aangaat. De Anglo-Amerikaansche oorlogvoering zal ons een ander begrip bijbren gen. In zulk een tijd van de hardste beproe vingen kan er een noodgemeenschap geboren worden. Deze zal slechts, bestaan, zoolang een gemeenschappelijk gevaar ons benauwd. Maar hierfcovenuit bestaat de waarachtige gemeen schap ^jfan de bloedverbonden soort. Deze te beschermen en in stand te houden, is onze. historische opgave. Hiervoor vZijn wij op de aarde geplaatst en zullen onder gaan. wanneer Wij haar niet volbrengen. Want de generaties van thans hebben het in hun hand, te bepalen of er later een Nederland zal zijn. Opdat dit het geval zal zijn, gaan talloozen van ons volk vrijwillig in den dood. Zij brengen dit offer omdat zij alles willen geven voor Nederland, want wij zijn vergankelijk, maar Nederland moet leven Het kan zoo menigen volksgenoot moeilijk vallen, zijn egoïstisch standpunt los te laten. Hij toch /is niets anders dan het product van zijn opvoeding. Maar om der wille van ons voortbestaan, zal ons volk moeten Ieeren zich voor Neder land in te zetten. Jarenlang heeft het de rol gespeeld van hulpvolk van Engeland. Jaren lang heeft Engeland geparasiteerd op onze volkskracht. Hoog tijd wordt het, dat ons Volk weer karakter gaat toonen, welke het zoo noodig heeft in den strijd om het voortbestaan van ons vaderland. H. J. B. Nederland is opgenomen in de totale oorlog voering. Nederlandsche arbeiders staan, hetzij vrijwillig, hetzij gedwongen, in de Duitsche fabrieken om mede te helpen het Europeesche continent it verdedigen. Het behoeft geen betoog, dat deze arbeiders niet met geestdrift van huis gegaan zijn om buiten de grenzen te werken, doch het is een bekend verschijnsel van den Nederlander in het algemeen, dat hij zich snel in elke situatie kan inleven en er van maakt, wat er van te maken valt. Banleider J. J. van der Hout beschrijft in „De Zwarte Soldaat" van 30 September in een artikel „Een paar dagen op reis", wat hij tijdens zijn reis naar Duitschland heeft onder Verder is Hitier toch wel dood hoor, want in de laatste rede was Het zijn eigen stem niet. En dat Mussolini bevrijd is, dat is tè mooi, die heeft nooit gevangen gezeten In Napels hebben de Duitschers een massa vrouwen en kinderen vermoord I Toe maar. De Duitschers gaan ér aan, want ze hebben geen materiaal meer. Maarik geloof al die dingen niet, en dat vinden ze hier heel erg. Je bent zooveel te christelijker, naarmate je meer leugens gelooft. Zé zullen anders nog eens raar kijken, die onnoozele meiden hier en die akelige kantoorjongetjes, die nu al voor de kou met handschoenen (gehamsterde) loopen. Ze moesten maar eens naar het front in Rus land gaan en het was voor de dominees ook wel eens goed, als ze eens een kijkje namen in de kerken in Rusland, dat prachtige land." Tot zoover de brief. Wij zijn het met die laatste opmerkingen hart/berend eens. Wie weet, gebeurt dat nog wel eens. Enfin, maar laten tufteren De Dienst „Frontzorg" in Zeeland verzoekt opgave van de namen, voornamen, geboorte data .en huisadressen der vrijwilligers-in dienst van de „Kriegsmarine". Den vrijwilligers en hun familieléden of kennissen wordt verzocht hieraan ten spoedig ste te voldoen. Tevens wordt verzocht, deïdfde gegevens te verstrekken van vrijwilligers die dienst doen bij Waffen SS, Division „Nederland", S.K., N.S.K.K., Germaanschen Landdienst, enz. Opgave te richten aan Diensthuis N.S.B., Koningstraat No. 4, Goes. Heidensch is niet, "wat men daaronder ver staat. Het is beter in een eigen geweven ruw kleed te loopen, dan in een soutane, waarin de pistool vëtborgen zit. Het is beter en wel- gevalligerin Gods oogen bijlen uit steen te slaan en bosschen tot vrtichtbare lanaen te herscheppen, dan als catechisant zijn bijltje te scherpen om den Kaïns-daad te plegen Het is beter om op den jachthoorn te blazen, dan bet vuur van de haat op te doen laaien onder eigen stamgenooten. Het is eigenlijk beter om te knielen voor het hemelvuur, dan voor den afgodstempel van het geld.. Het is beter om geen texten te kennen, dan om die te verloochenen, het bolsjewisme kunnen leveren, dan zullen wij Thans met speciale opdrachten in Londen Litwinof doet zijn werk goed in Genève, hij zetelt op den voorzitterszetel en komt daar op voor"de heilige rechten in de zoete hoop, dat hij Europa in een nieuwen oorlog kan storten. Mussert in zijn Landdagrede op 12 October 1935. Onder dit opschrift geeft het strijdblad van den Nationalen Jeugdstorm „De Stormvlag" van 24 September de meening van den Jeugd storm weerinzake de maatregelen, die door enkele burgemeesters de laatste maanden zijn getroffen tot bescherming van de jeugd. Al een paar jaar wordt er gepraat en ge zwetst over het feit, dat het met de opgroei ende jeugd tegenwoordig zoo beroerd gaat. Maar met dit gepraat is niets bereikt. Jaren lang hebben opvoeders van allen rang en stand, ambtenaren en eerbiedwaardige mevrou wen met ontzetting gewezen op de dalende lijn, die de moraal van de jeugd te zien geeft. Dit verschijnsel dateert reeds van kort na den eersten wereldoorlog. „Het heele systeem was rot", zoo schrijft de Jeugdstorm. Het geheele maatschappelijke leven was fout. De jonge mensch rebelleert bij elk ondervonden onrechtdaarom werden wij allen „beroeps-rebellen". Maar niet dit vraagstuk van de verdorven jeugd, wat men met kletsen en zwetsen trachtte op te lossen, was de kern van de zaak.. Rond het vraagstuk vam-de „rotte volwassenen" draait alles. De schrijver haalt dan enkele bewijzen aan, die aantoonen, dat het gezegde „zoo de ouden zongen, piepen de jongen" nog steeds van kracht is. Het „goede voorbeeld" der ouderen is de oorzaak van de houding der jeugd. Mede op aandringen van den Jeugdstorm, reeds vorig jaar, is een „regeling tot bescher ming der jeugd" afgekondigd, die- door de bur gemeesters naar behoeven in hun gemeente kon worden ingevoerd. Dit gebeurde nergens „Een burgemeester met verantwoordelijkheids gevoel voert de jeugdbeschermingsmaatregelen onverkort door in zijn gemeente", eischt het blad dan, uit' naam van het Volk van morgen. Zij, die thans/ Gods water oyer Gods akker laten" loopen, om morgen, wanneer de zaak geheel te pletter ligt, de schuld te geven aan de nieuwe orde, i.e. den Jeugdstorm, rekenen buiten den waar^ 1 In een vorig artikel over familienamen zagea we, dat velen een dubbelen geslachtsnaam hebben. Niet alleen vinden wij dit bij hen, die hun naam ontleenen aan het leengoed of het erfgoed of bij den adel, die rechtens een ditbbtlen naam voeren, maar ook bij hen, die met toestemming een anderen naam bij h m eigen naam hebben. Behalve de~e geoorloofde dubbele n; n komen er ten onrechte gevoerde voor, omdat velen het voeren daarvan „deftig" vonden of den naam 'aannamen uit utiliteits- of piëteits- overwegingen. Sedert 1811 is het niet meer geoorloofd den geslachtsnaam op eigen gezag 'te wijzigen, en toch is dit, ondanks het verbod, aan eenige familiën gelukt, zonder toestemming een dub belen naam te kweeken, waaraan de ambtenaren van denburgerlijken stand, bewust of onbe wust medewerking hebben verleend. Deze dubbele namen zijn op onwettige wijze tot stand gekomen. Doordat in 1935 art. 18 van het Burgerlijk Wetboek in dien zin werd gewijzigd, dat de ambtenaar van den burgerlijken stand voortaan in derakten steeds den geslachtsnaam zal- ver melden vóór de voornamen en een komma zal plaatsen tusschen geslachtsnaam en voornamen, is het niet zoo eenvoudig meer, zich zonder toestemming van een dubbelen naam te ver zekeren In gemeenten, waar de ambtenaar van den burgerlijken stand de geheele bevolking met naam en toenaam kent en waar hij, tevens be- volkingsambt^naar zijnde, het bevolkingsregis ter te zijner beschikking heeft, zal de ambtenaar zich over den geslachtsnaam kunnen overtui gen en zal het dus niet zoo gemakkelijk uitvoer baar zijn, bij de geboorte van een kind, een dubbelen naam té geven. In gemeenten, waar zulks wel uitvoerbaar was, gaf de vader als aangever der geboorte zonder blikken of blozen den dubbelen naam op, die overeenkomstig zijne verklaring werd ingeschreven. Zoo kreeg de jonggeborene met al zijne nakomelingen te goeder trouw den nieuwen dubbelen voornaam. Een andere manier, waarop op onwettige wijze een dubbele geslachtsnaam werd ver kregen, bestond hierin, dat men den geslachts naam der moeder gaf als laatste voornaam, In dit geval vervulde de ambtenaar van den - "Burgerlijken stand een passieve rol. Op deze wijze zijn namen ontstaan alsLuteyn Mazure, De Bruyne Brevet, Gillissen Verschage, enz. Deze manier van verandering van een enkel- voudigen naam in j*°*\ d»iBv»éJéu werd bet meest gevolgd. De ambtenaar \-un den Durgerlijken stand, die zijne medewerking verleende om den ge slachtsnaam der moeder als voornaam 3q de akte op te nemen, werkte daardoor mede aan het veranderen van een geslachtsnaam, hetgeen hem, volgens art. 1 der wet van het jaar XI, verboden is. Een derde manier, waardoor dubbele u-. voorkomen, ontstond door tusschen de voor namen en den geslachtsnaam den toenaam te voegen, bijv. Jan Slotemaker Jansen, ofschoon aan geen enkele wettelijke bepaling het recht kan ontleend worden om in een a1rfe een toe naam te voegen. .Nauw verband met dubbele geslachtsnamen houdt de bijvoeging aan den geslachtsnaam van genaamd, ook genaamd, zich noemende, enz., alsVersluys gen. Anselmus, Verstraete gen. Utenvalck, Houtshoorn dit Vlaminck, Georges dit Marëchal,' enz. Ook deze bijvoegingen zijn in strijd met de wettelijke voorschriften Zij, die op bovengenoemde manieren in den loop van den tijd zich van een dubbelen naam hebben kunnen verzekeren, hebben daarvoor geen kosten betaald, terwijl anderen, die den wettigen weg volgen tot naamsverandering, zich daarvoor een niet onbelangrijk bedrag moeten getroosten. Anderen zullen zich niet van een tweeden naam kunnen voorzien, hoe gaarne zij dat ook zouden willen, omdat le. de ambtenaar van den burgerlijken stand zijn medewerking niet verleend en 2e. omdat zij onvermogend zijn om de kosten te betalen. Het is ook niel juist, dat men iemand he' recht laat een dubbelen naam te voeren, welke door wetsovertreding is verkregen. Niet pr makkelijk is het, dat onjuiste te constateerer want de vraag is wanneer de dubbele naa... onrechtmatig is verkregen. Over het algemeen kan gezegd worden, dat de in 1810 gevoerde geslachtsnaam, behoudens de op wettige wijze verkregen verandering, de juiste is. Het is dus noodig om terug te gaan tot de geboorte akte, waarin de onrechtmatige naam voorkomt, omdat de naam van den vader-aangever de geslachtsnaam is van zijne kinderen en zijne nakomelingen. Dit zou heel eenvoudig zijn, wanneer allen in dezelfde gemeente zijn gebo ren, doch komen andere geboorte-gemeenten in aanmerking, dan zal het bevo!kïnqsrea*ster daartoe den weg wijzen. In dit verband 'is van belang, het rech. in art. 40 van het besluit bevolkingsboekhouding toegekend aan den Minister van Binnenl. Zaken (thans Secretaris-Generaal) om op grond van overgelegdé bescheiden te bepalen, welke gegevens op de persoonskaart worden vermeld, waardoor daarop de oorspronkelijke geslachtsnaam kan vermeld worden in afwijking der geboorteakte. Voórzoover ons bekend, is nog nimme een straf uitgesproken tegen iemand, die zich ten onrechte een dubbelen geslachtsnaam voor zijne nakomelingen verzekerde; de rechte jke macht heeft ook niet altijd den vader-aangever eener geboorte in het gelijk gesteld, wannéér de ambtenaar van den burgerlijken 'Tand weigerde een geslachtsnaam als voornaam aan te nemen. M. A. f door René de Clerqu Grijpland, nijpland, Engeland, steek schoon Vlaanderen niet in brand. Blijf van onz' steden, blijf van onz' dorpen» waar gij den haat en den honger za&U Lhat Uw bommen ^ónuitgeworpen wijf gij niet zien, dat Londen laait"1 Loert gij op haat, loert gij op buit -v Vecht uw vechtlust elders uit 1 Grijpland, nijpland, Engeland, maak geen klauw van een menschenhandL Laat uw roem- en uw roofzucht varen; denk om den Ier, denk om den Boer. Scheld niet uw buren tot barbaren ,- houdt niet de waarheid voor een sk>er, tot een anders leed doe niet zoo breed, eng, eng Engeland!

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche Stroom | 1943 | | pagina 2