En het volk vliegt er in! S.K.-mannen SIBBEKUNDE Burgerlijke Stand en Bevolkingsregister Ms er twee raiTen Misdadig is het! Frontzorg N.V.D. Luchtpiraten boven de Schelde O A/S VO//X /5 Voor het afstammingsonderzoek heeft men in feoofdzaak zich te wenden tot den Burgerlijken Stand en het Bevolkingsregister, en toch weten velen, die er mede te maken hebben, niet wat het verschil is tusschen beide en ook niet tot welken persoon zij zich om inlichtingen öf uittreksels moeten wenden. Burgerlijke Stand. Wat is de Burgerlijke Stand? Het naar de beginselen van Napoleon te boek stellen van geboorte, huwelijk en overlijden, met inbegrip van erkenning en echtscheiding, zooals dat vóór de Fran&che revolutie in de kerken geschiedde. De gehele gemeenschap met zijne vele so ciale bemoeiingen heeft er belang bij, dat deze feiten uit 's menschen leven op betrouwbaarder wijze worden vastgesteld dan het vroeger in de kerken geschiedde. De wetgever heeft daartoe de noodige voorschriften vastgesteld, ten einde het bewijs van deze feiten te kunnen leveren. Het bewijs zal ontleend worden aan akten, welke opgemaakt worden in de registers van den Burgerlijken Stand. Deze akten zijn authentiek en hebben als zoo danig, ingevolge ons Burgerlijk Wetboek (artt. 1904 e.v.) bewijskracht. Een authentieke akte is een akte, verleden !n den wettelijken vorm, ten overstaan van een openbaar ambtenaar, die daartoe bevoegd is ter plaatse, alwaar zulks geschiedt. Bewaarder van de registers is in elke ge meente de Ambtenaar van den Burgerlijken Stand, die tegenwoordig benoemd wordt door den Burgemeester (vresger door den Gemeen teraad). Al wordt hij door den Burgemeester benoemd, toch is hij daarom niet ondergeschikt. Hij is meer Ambtenaar van de Wet, heeft als zoodanig een. zelfstandige, onafhankelijke po sitie en onderteekent de akten als Openbaar Ambtenaar. Een bundel der registers van den Burgerlij ken Stand berust bij de Arrondissementsrecht bank, alhoewel die van de invoering van den Burgerlijken Stand tot en met het jaar 1842 van de rechtbank zijn overgebracht naar het rijksarchief in de provincie. De registers zijn openbaar, zoodat een ieder van den inhoud daarvan kennis kan nemen, niet door inzage te vorderen, doch door het opvragen van uittreksels. Bevolkingsregister. Het bevolkingsregister, zijnde de eenvoudige, boekhouding van de werkelijke bevolking der gemeenten, is de hoeksteen der administratie, omdat voor tal van doeleinden daaruit de ge gevens moeten worden geput. Het bevolkingsregister, dat tegenwoordig wordt bijgehouden volgens het persoonskaarten stelsel (vroeger geschiedde het in vaste regis ters of op losse kaarten), geeft niet slechts eene besch, ving van den stand der bevolking, doch ook van hare behuizing. Het bevat voor allen, die zijn ingeschreven, geslachtsnaam met voor namen, het familieverband tot het gezinshoofd, geboorteplaats en geboortedatum, burgerlijken staat, godsdienst, be-oep, adres in de gemeente, datum van inschrijving en afschrijving, en tal van bijzondere feiten, die voor de publieke ad ministratie van belang zijn met de wijzigingen, die daarin plaats hebben. Voor het aanleggen, inrichten en bijhouden der bevolkingsregisters, zijn krachtens de^ wet van 17 April 1887, Stbl. 67, de noodige voor schriften gegeven, waarin door de invoering van het persoonskaaitenstelsel en voor het af geven van de persionsbewijzen groote veran deringen" hebben plaats gehad. Al heeft het bevolkingsregister geen bewijs^ kracht voor onze afstamming, toch kunnen daaraan heel wat gegevens ontleend worden, voornamelijk met het oog op de verhuizing binnen de gemeente of naar andere gemeenten. De bevolkingsregisters berusten onder het gemeentebestuur, i.e. den Burgemeester. Sedert de verordening, van den Rijkscommis saris van ld Juni 1943 is de met de bevolkings boekhouding belaste ambtenaar, of de ambte naar» die met de dagelijksche leiding is belast, - rechtstreeks verantwoording schuldig aan het hoofd der Rijksinspectie voor de bevolkings registers. De registers zijn openbaar, doordat een ieder zich met voorafgaande machtiging van het heofd der Rijksinspectie, toegang tot de regis ters kan verschaffen en onder bepaalde voor waarden uittreksels kan verkrijgen. Afschriften en UifL ksels. Uit de registers van den Burgerlijken S.and kunnen door particulieren uittreksels worden aangevraagd. Men spreekt van pakelijke uit treksels, wanneer ze een korte vermeld'ng van de feiten geven en van woordelijke uittreksels of afschriften, wanneer ze woordelijk al es be vatten, wat in de akte vermeld is. Voor sommige gevallen kan het noodig zijn, dat van de bij een geboorteakte voorkomende kantmeldingen (bijv. de erkenning van een buiten-echtelijk kind, naamsverandering) ken nis wordt genomen. Daarom kan op uitdrukkelijk verzoek een uittreksel uit een akte verlangd worden, waar aan de eventueele kantmeldingen zijn toege voegd, een z.g. uitvoerig of gewoon uittreksel. De afschriften en uittreksel moeten aange vraagd worden aan den Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente, waarin de geboorte, het huwelijk of het overlijden plaats vond. Ze worden door den betrokken Ambte naar onderteekend. De ambtenaar is tot afgifte verplicht, omdat een ieder ingevolge art. 24 van het Burgerlijk Wetboek, bevoegd is zich door de bewaarders der registers uittreksels uit de registers te doen afgeven. Ook aan de Rijksarchieven kan men afschrif ten en uittreksels vragen, en dat niet alleen uit de registers van den Burgerlijken Stand tot 1842, doch eveneens uit de aldaar berustende kerkelijke registers. Deze stukken worden aan gevraagd bij den beheerder van het rijksarchief in de hoofdplaats der provincie. De Rijksarchieven zijn openbaar en een ieder is, behoudens beperkingen, bevoegd de stukken kosteloos ter plaatse te raadplegen. Uit de bevolkingsregisters kunnen over het algemeen alleen inlichtingen verkregen worden over een vroeger of tegenwoordig adres, over den geslachtsnaam en de voornamen. In bij zondere gevallen kunnen bovendien inlichtin gen worden gegeven over dag, maand en jaar van geboorte, geboorte-gemeente, beroep, na tionaliteit en burgerlijken staat, indien men kan aantoonen, bij het verstrekken van deze ge gevens een gerechtvaardigd belang te hebben. Bij het sibbekundig onderzoek kunnen hier uit moeilijkheden rijzen in hoeverre men „ge rechtvaardigd" belang heeft. Daartoe kan mep een machtiging vragen aan de Hoofdinspectie ten einde aangewezen te worden als erkend onderzoeker, hetzij als genealoog, die de on derzoekingen doet uit beroep, hetzij als sibbe- kundige, die het doet als liefhebber. De meeste onderzoekers zullen derhalve een machtiging als sibbekundige hebben aan te vragen, willen zij er zeker van zijn, dat zij de benoodigde gegevens verkrijgen. De inlichtingen uit de bevolkingsregisters worden aangevraagd aan den met de bevol kingsboekhouding belasten ambtenaar in' de be trokken gemeente. Formulieren tot het doen van aanvragen om inlichtingen uit het bevolkingsregister of uit treksels uit de registers van den Burgerlijken Stand, kan men verkrijgen bij de uitgeverij' „Liebaert", Stadhouderskade 40, Amsterdam. De kostcru De machtiging als sibbekundige kost één gulden. Van deze machtiging kan een afschrift verkregen worden, eveneens tegen betaling van een gulden. Afschriften en uittreksels uit de registers van den Burgerlijken Stand worden voor afstam mingsonderzoek zegelvrij verstrekt, tegen be taling van 40 cent voor elk stuk. Voor elke inlichting uit het bevolkingsre gister, zonder abonnement aan particulieren verstrekt, is een recht verschuldigd van 50 ct. Bovengenoemde kosten moeten bij vooruit- •betaling worden voldaan. M. A. A.. Bij een winkelier in galanterieën ia een- Zeeuwsch dorp kwam, volgens het Dagbl. v. Noord-Brab., de vrouw van den dominee om een theepot te koopen, doch kreeg te hooren, dat hij dergelijke nuttige voorwerpen niet meer in voorraad had. De klant had geen ander antwoord verwacht, maar deinsde niet af. Wel sprak zij het tooverwoord„ik heb iets te ruilen". De koele uitdrukking op des winke liers gelaat werd milder en terstond daarna herinnerde de man zich, dat hij nog een ver ouderd model in het magazijntje had. Met de antikiteit van het artikel liep het nogal los en de koop kwam onmiddellijk klaar. Al inpakkende vroeg de ruilhandelaar nieuws gierig, wat de dame aan te bieden had. Ver trouwelijk fluisterde zij hem in het oor: „Van avond zal ik het door het meisje even laten aanreiken". De domineesche hield woord. Nauwelijks was de schemer gevallen, of het winkelbelletje ging bescheiden over en de dienstmaagd over handigde iets „onder couvert". De winkelier scheurde met driftig gevinger de enveloppe open en vond tofr zijn stomme verbazingt oude preek van den do minee. Of hij h met 'veel vrucht zal lezen, betwijfelen wij. Uit: Term Crt. 27-8-'43. De Anglo-Amerikanen schijnen te gaan in zien, dat zij van oorlogvoeren geen kaas hebben gegeten. Daar is dan ook meer voor noodig, dan kennis van schoonheidskoningingen, revue stars, hot-jazz> humbug, enz. enz. Hun gebrek aan capaciteiten willen zij dans altijd wreken op de burgerbevolking. Dit is thans reeds herhaaldelijk gebleken bij de terreuraanvallen op Duitsche, Nederland- sche en Fransche steden. Deze gruwel-moordenaars gooien met fos- phor, ontplofbaar kinderspeelgoed, vergiftigde voorwerpen en wat dies meer zij. In onze provincie hebben de vervoermidde len voor het burgerverkeer te lijden van hun vernielzucht. Dergelijke objecten zijn immers voor hen gemakkelijke doelen. De misdadigers ontzien zich zelfs niet, om burgers die vluchten uit een door deze onder wereld individuen beschoten object, met hun mitrailleurvuur te achtervolgen. Dat is méér dan misdadig 1 Dat is duivelsch 1 Wat echter ook misdadig en absoluut on begrijpelijk is, is dat volksggnooten, die er bij een dergelijke aanval goed vanaf komen, of iets dergelijks, nog nimmer hebben meegemaakt, altijd nog trachten de gangster-streken van de Anglo-Amerikanen te verzachten. Dat is ook misdadig en getuigt van een ver schrikkelijke karakterloosheid. W.A. Frontzorg-actie 1943-1944 Op 23 October a.s. optreden van het gezel schap Carter in de Schouwburg „Schuttershof" te Goes. Aanvang der voorstelling 19.15 uur. Waffen-SS, Legioen en N.S.K.K., wat zijn het bekende klanken geworden In ons Vader land. Jong en oud weet van den heldenmoed, door mannen uit deze formaties aan alle fron ten betoond. Ook buiten de grenzen van Ne derland hebben onze vrijwilligers reeds naam gemaakt. De naam van Mooyman, als eerste Germaansche vrijwilliger, aan wien het Ridder kruis werd uitgereikt, heeft door alle Euro- peesche landen geklonken. Ons volk kan en zal éénmaal trotsch zijn op deze mannen, welke de grondslag leggen voor onze toekomst en niet alleen voor ónze toekomst, maar samen met de Duitsche legers voor de toekomst van geheel Europa. Het is echter niet mijn bedoeling, om de aandacht te vestigen op bovengenoemde for maties tientallen schrijvers hebben zulks reeds vóór mij gedaan. Het ligt echter wèl in mijn bedoeling, om de aandacht te vestigen op de duizenden eenvoudige mannen, welke ook hun, plicht doen en met het geweer aan den voet de wacht houden aan Europa's westkust. Zij staan gereed om samen met hun Duitsche kameraden eiken aanval op ons continent met alle kracht te weren. s Ik bedoel hier de mannen van het Schutz- korps der Org. Todt, in het kort genaamd S. K.-mannen. Deze formatie heeft in ons land, zelfs in de Beweging, nog zeer weinig bekend heid verworven, wat in hoofdzaak wel te wijten zal zijn aan het feit, dat er in het Westen tot heden nog geen belangrijke gevechtshande lingen hebben plaats gevonden. Daarmede is echter niet gezegd, dat het offer, hetwelk deze mannen brengen, van geringere beteekenis is dan het offer der andere front kameraden het aantal gesneuvelden is hier van wel een doorslaggevend bewijs. Zooals ook bij andere -Vrijwilligersformaties, zijn de meeste S.K.-mannen uit de W.A. voort gekomen, met dit verschil, dat bij het S.K. overwegend gehuwde mannen hebben dienst- genomen, terwijl bijvoorbeeld bij de Waf£en-SS meest de ongehuwde weermannen staan. De dienst van den S.K.-man, die meestal zeer zwaar is, bestaat hoofdzakelijk uit wacht dienst 18 uren dienst per dag is niets bij zonders. Daarbij hebben zij een groote verantwoor ding groote werkobjecten zijn aan hun zorgen toevertrouwd. Aan de bouw van den Atlantic- wal hebben zij een groot aandeel gehad. Evenals de andere vrijwilligers, zijn ook deze S.K.-mannen beëedigd op dén Führer, en wan neer de vijanden- van Europa het zouden wagen om ons Continent in het Westen aan te vallen, zullen zij niet alleen den kop te pletter loopen op den Duitschen afweer, maar zullen ook zonen van ons volk met de wapens in de hand daar de overwinning helpen bevechten. Waar nu déze S.K.-mannen zijn ingezet 1 We kunnen hen vinden vanaf het hooge Noorden van Noorwegen tot in het Zuiden van Frankrijk. Overal, tot in de kleinste plaat sen staan de S.K.-mannen op hun post, vaak maanden lang van huis, en wat voor ons be schamend is, vaak geheel en al vergeten door de Beweging. Bij mijn bezoek aan deze mannen jjn België en Frankrijk hebben vele kameraden hierover (en niet ten onrechte) geklaagd. Deze toestand moet veranderen. Naast S.S., Legioen en N.S.K.K. hebben ook de S.K.-mannen recht op erkenning en waardeering van ons volk en zeker van de Beweging, want zij zijn het toch, die ypor ons vechten en den grondslag leggen voor^de vrijheid van Europa en van ons eigen mooie land. Ongetwijfeld ligt hier ook een taak voor „Frontzorg". Hou-Zee De wnd. Heerbancommandant, Opperhopman J. C. DEKKER. Kinderuitzending van den Nederlandschen Volksdienst Ook gedurende de wintermaanden bestaat er gelegenheid om kinderen uit onze provincie naar Nederlandsche tehuizen uit te zenden. Op het programma van dezen winter komen de tehuizen „Hellendoorn" van 12 November tot 17 December 1943 en „Soesterberg" van 22 November tot 18 December voor. Het schoolverzuim kan voor de kinderen geen beletsel zijn, daar de kinderen juist door de periode, welke zij in de kindertehuizen door brengen, uitgerust weer op school verschijnen, en zoo dus gemakkelijk den achterstand in kunnen halen. Ouders, die hun kinderen uitgezonden willen hebben, kunnen zich melden bij hun blok-, wijk- of buurtschapshoofd en op de bijkanto ren te Goes, Ter neuzen en Zierikzee. Hoe vaak heeft ons volk, dat ziende blind is, gedurende dezen oorlog zwart wit genoemd. Hoe inconsequent is haar houding steeds ge weest. Wanneer het om Duitsche handelingen gaat, welke noodzakelijk zijn voor de verde diging van Europa, worden deze dadelijk in een valsch daglicht gesteld en volkomen on logisch beoordeeld. Dan draait de xoddelma- chine op volle toeren. Zoodra er Engelsche wandaden aan het, licht komen, worden er slechts weinig afkeurende woorden gesproken. Engeland, en niet Duitschland is begonnen met het terroriseer en van de burgerbevolking! En of nu de prachtigste bouwwerken in Italië of Duitschland in puin worden gelegd, het maakt ons volk slechts in geringe mate ver ontwaardigd. Op een Vrijdagmorgen vaart vreedzaam de „Prins Hendrik" op de Schelde. De machines zingen hun lied. De golven spelen hun spel. Het burgerleven gaat zijn gewonen gang. Terwijl aan de fronten de gelegenheid be- Het vliegt er altijd weer in! Wanneer er iets van Engelsche zijde ge schiedt, dat terecht algemeen afgrijzen veroor zaakt, is, een zeker duister stelletje lieden direct klaar om het te vergoeilijken en om te liegen. Als er een veerbootje getroffen wordt, wordt door deze lieden uitgebazuind, dat er juist eenige Duitsche booten langs voeren, of dat er veel Duitschers aan boord waren. Als er geen landing geschiedt op voorgeschreven data, dan hebben deze slimmerikken wel een soort redeii» om te beweren, dat het ditmaal niet kon „om dringende noodzakelijkheden". Het kan zoo krom niet zijn, of. zij weten er wel een punt aan te draaien. En het volk vliegt er in. Het is thans reeds zoover, dat velen, einde loos bedrogen door deze leugenaars, reeds be weren „ach 1 je moet niet alles gelooven, want ze liegen zooveel". „Ze". Wie zijn die „ze" Dat zijn de menschep die van 10 dooden er 1000 maken, die zw^rt wit zien en die, betaald door Londen of Moskou, hier alleen maar trachten wanorde in de publieke opinie te weeg te brengen en ijdele hoop te verwekken. De Sint Bernhards honden. Zoo hebben deze frazeurs onlangs het ver haal in omloop gebracht, dat de ex-prins Bernhard in Calefornië een schip met zwijnen had gekocht. Dit lag klaar voor de reis naar Holland 1 In Spanje zou hij dan nog een schip met sinaasappelen koopen voor de schoolfeestjes, en bij landing zou dit aan de bevolking worden uitgedeeld. Ach, hoe lief, hoe romantisch. Dat doet denken aan een goede Sint uit Spanje. Nu is het de heilige Sint-Bernhard. Maar dat op het schip, dat deze zou charte ren om Holland te verlekkeren, zwijnen zouden meevaren, dat is wel zeker. Dan liggen er snelbootjes in Engeland met kaneel nootmuskaat, jongenspakjes, ondergoe deren, Havana sigaren, oude klare, fietsbanden (met rijwielplaatjes), olienootjes en heerlijke achterhammetjes, enfin, om van te weenen, zoo zalig. En het volk vliegt er in Hoop doet leven. Hoe zou het er uit zien bij landing. Ja, hoe zou het er hier in Zeeland wel uit zien, als wezenlijk door deze engelen met olie nootjes geland werd Wij kunnen dat een beetje nagaan aan Si cilië. Eenige zware kruisers liggen ergens ver onze eilanden tweemaal vier en twintig uur te be schieten. Het ganschc land wordt omgeploegd, uit zee en uit de lucht, tot het één puinhoop is. Natuurlijk wordt bij eventueele landing terug geschoten, en indien het zou gelukken diep in staat zich met Duitschland te meten, verkiezen de Engelsche en Canadeesche lafaards een ge- vaarlooze onderneming boven den strijd. Weerloos ging een schip tén onder. De golven sloten zich. Het leven gaat verder. Maar iederen keer als de thans varende oot de plaats passeert waar vreedzame burgers een graf in de golven vonden, zullen de gedachten van de bemanning en de passagiers uitg :an naar hen, die tijdens de vervulling van hun plicht ten offer zijn gevallen aan een schande» lijken terreurdaad, bedreven door Engeland. Het getuigt niet van karakter, wanneer men voor dit moorddadig optreden verzach :nde omstandigheden tracht te vinden." Maar de tijd zal komen, dat men waardeering zal krijgen voor de beschermende hand, ons door de Duit sche Weermacht geboden. Als later de stormen van den oorlog zullen zijn weggetrokken, het Hed van. den arbeid weerklinkt en onze vissehers de Schelde weer vrij zullen kunnen bevaren, dan zullen zij zich dezen dag in hun gedachten terugroepen, en met ontzetting vaststellen, dat het bloed van Zeeuwen in de Schelde heeft gevloeid tenge volge van een schanddaad, bedreven voor hen, die peilloos diep leed brachten onder ons volk, maar vluchtten voor- het Duitsche zwaard het land te dringen, betrommelt de Duitsche artillerie het land nogmaals grondig. Wat blijft er dan over van onze steden, dorpen, landen, vee en menschen Niets! Over de puinhopen zal' de lieve bondgenoot verder gaan. Er valt dan niets meer te schenken, want de dood heeft reeds alles stom gemaakt en het kleine overgeblevene restje mag leven van het karig rantsoen dat over is. Geen geschenken, maar roof» Wat heeft de Engelsche bondgenoot zooal gedaan in Afrika, in Martinique, in Sicillië? Hij heeft de voorraden, die er nog waren in beslag genomen inplaats van geschenken uit te deelen. Hoe huichelachtig waren de neergeworpen foto's,' die zoogenaamd de feestelijke binnen komst in Catania voorstelden! Men fotogra feert eenige daklooze lieden, die een brood krijgen en stelt dit voor als een feestelijke uit- deelingMaar men kan natuurlijk zien, dat deze foto's genomen zijn uit films, die tevoren gemaakt zijn in Hollywood. De grootste zwendel slikt men wel, want het volk vliegt -er wel in Ieder die even nadenkt, weet zeer goed, dat in Engeland ook distributie is en gebrek heerscht aan het allernoodigste. In Europa zal nimmer hongersnood zijn. In Engeland echter, omsloten en afgesloten door de zee, moet men alles uit Amerika krijgen. En hoe snel dat gaat en hoeveel er op de bodem der zee terecht komt, kan men zeer wel begrijpen. M!aar het spreekt vanzelf, dat men het volk hier moet paaien en zoet houden met beloften. Zwendel in beloften. Het is jammer dat ve(en niet meer naar de radio kunnen luisteren, naarde Engelsche vooral, zij zouden dan enkele dagen geleden misschien wel een beetje wijzer zijn gewor n. Aan de Nederlanders werd nJ. liefelijk mede gedeeld, dat ons land vrij werd, zoo vr:; als vroeger. Wat de andere landen betreft, dat zat nog, zie je, want er zouden natuurlijk aan de lieve bolsjewieken, die zoo dapper gevochten had den, zekere janden worden afgestaan, maar ons land bleef vrij, heelemaal vrij Ditzelfde nu werd door den microfoon ge zegd in het Fransch aan de Franschen en Bel gen en in het Noorsch aan de Noren! Ieder volk werd afzonderlijk gepaaid en x" zwendeld enhet volk vliegt ér in. De ontmaskering volgt wél. Een kind kan begrijpen, dat bij overwinning der bolsjewieken alles eenvoudig onder den voet wordt geloopen, ook Engeland zelf. En verstandige lieden in Engeland beseffen dit al. Vandaar dat het niet erg botert tusschen de bondgenooten en ze elkaar niet ontmoeten op conferenties, maar dat is natuurlijk een leugen. Alleen Engeland spreekt- dé waarheid. Men zou bijna wenschen, dat inderdaad ie bolsjewisten eens wonnen. Na één maand pro letarische dictatuur zouden we deze oranje- resten, Sint Bernhardshonden en vooral deze kanselvoorspellers en voorbidders wl 'ens willen spreken Maar tja, zoover moet je niet oe-.iKen \e moet alleen maar gelooven, dat op 31 Augustus de koningin landt in Domburg met sinaasappe len, dat is een prettige^-ideeDe bende spion nen zal wel zorgen, dat het volk dit aanneemt. Want, het volk vliegt er toch in Overigens er komt een dag, dat wij het groote démasqué belèven; Voorzoover wij in Zeeland nog over zijn, na de dagelijksche be zoeken der goedé bondgenooten, zullen wij andere tafreelen beleven dan men in Domburg hoopt te zien. Het zal dan voor velen moeilijk zijn o;:i te begrijpen, hoe erg men wel bedrogen is. En wee dan degenen, die schuldig staan. Uit Zuid-Nederland Dr. HENDRIK ELIAS, Leider van het V.N.V. Hendrik Elias werd geboren in Mechelen in Brabant op 12 Zomermaand 1902. -Na het volbrengen van zijn 'middelbare studies in Vil voorde, studeerde hij aan de universiteit te Leuven en promoveerde op 21-jarigen leeftijd tot doctor in de wijsbegeerte op het proef schrift „Kerk en Staat in het laat-middeleeuw- sche Vlaanderen".v Van 1923 tot 1926 was hij leeraar aan het gymnasium te Brugge en na in de jaren 1926- 1928 leergangen te hebben gevolgd aan de" universiteiten van Parijs, Luxemburg, Rome en Bonn werd hij in 1928 leeraar aan het gymna sium te Gent. Het volgende jaar promoveerde hij aan de universiteit van Gent tot doctor in de rechten. In 1931 vestigde Mr. Dr. H. J. Elias zich als advocaat te Gent en werd in hetzelfde jaar lid van den Gentschen gemeenteraad. Het vol gende jaar werd hij voor het arrondissement Gent-Eekloo gekozen tot volksvertegenwoor diger in het Brusselsche parlement, waarin hij tot 1940 de Vlaamsche Nationalisten heeft ver tegenwoordigd. In 1941 werd Mr. Dr. Elias burgemeester van Gent, welke functie hij echter kort nadat hij Staf de Clerq in Zaai* maand 1942 als leider van de Eenheidsbewe* ging V.N.V. was opgevolgd, had neergelegd IATA A/r OE B O ft DE L /S *SCf/AA/PSCf/. /S DAT A4/SSCX/EAS DE ZPEDEA/, W.\A/t. OM //ET MET ZOO VEEL X/AJOSCH GE/VOEGSA/ EO/STE/PT ASE\ AAI Sf/ÏOOXVES VE/P TEE E /A/GEX - CoR^roeijreico

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche Stroom | 1943 | | pagina 2