En het volk
vliegt er in!
S.K.-mannen
SIBBEKUNDE
Burgerlijke Stand
en Bevolkingsregister
Ms er twee raiTen
Misdadig is het!
Frontzorg
N.V.D.
Luchtpiraten
boven de Schelde
O A/S VO//X /5
Voor het afstammingsonderzoek heeft men in
feoofdzaak zich te wenden tot den Burgerlijken
Stand en het Bevolkingsregister, en toch weten
velen, die er mede te maken hebben, niet wat
het verschil is tusschen beide en ook niet tot
welken persoon zij zich om inlichtingen öf
uittreksels moeten wenden.
Burgerlijke Stand.
Wat is de Burgerlijke Stand?
Het naar de beginselen van Napoleon te boek
stellen van geboorte, huwelijk en overlijden,
met inbegrip van erkenning en echtscheiding,
zooals dat vóór de Fran&che revolutie in de
kerken geschiedde.
De gehele gemeenschap met zijne vele so
ciale bemoeiingen heeft er belang bij, dat deze
feiten uit 's menschen leven op betrouwbaarder
wijze worden vastgesteld dan het vroeger in de
kerken geschiedde. De wetgever heeft daartoe
de noodige voorschriften vastgesteld, ten einde
het bewijs van deze feiten te kunnen leveren.
Het bewijs zal ontleend worden aan akten,
welke opgemaakt worden in de registers van
den Burgerlijken Stand.
Deze akten zijn authentiek en hebben als zoo
danig, ingevolge ons Burgerlijk Wetboek (artt.
1904 e.v.) bewijskracht.
Een authentieke akte is een akte, verleden
!n den wettelijken vorm, ten overstaan van een
openbaar ambtenaar, die daartoe bevoegd is
ter plaatse, alwaar zulks geschiedt.
Bewaarder van de registers is in elke ge
meente de Ambtenaar van den Burgerlijken
Stand, die tegenwoordig benoemd wordt door
den Burgemeester (vresger door den Gemeen
teraad). Al wordt hij door den Burgemeester
benoemd, toch is hij daarom niet ondergeschikt.
Hij is meer Ambtenaar van de Wet, heeft als
zoodanig een. zelfstandige, onafhankelijke po
sitie en onderteekent de akten als Openbaar
Ambtenaar.
Een bundel der registers van den Burgerlij
ken Stand berust bij de Arrondissementsrecht
bank, alhoewel die van de invoering van den
Burgerlijken Stand tot en met het jaar 1842
van de rechtbank zijn overgebracht naar het
rijksarchief in de provincie.
De registers zijn openbaar, zoodat een ieder
van den inhoud daarvan kennis kan nemen,
niet door inzage te vorderen, doch door het
opvragen van uittreksels.
Bevolkingsregister.
Het bevolkingsregister, zijnde de eenvoudige,
boekhouding van de werkelijke bevolking der
gemeenten, is de hoeksteen der administratie,
omdat voor tal van doeleinden daaruit de ge
gevens moeten worden geput.
Het bevolkingsregister, dat tegenwoordig
wordt bijgehouden volgens het persoonskaarten
stelsel (vroeger geschiedde het in vaste regis
ters of op losse kaarten), geeft niet slechts eene
besch, ving van den stand der bevolking, doch
ook van hare behuizing. Het bevat voor allen,
die zijn ingeschreven, geslachtsnaam met voor
namen, het familieverband tot het gezinshoofd,
geboorteplaats en geboortedatum, burgerlijken
staat, godsdienst, be-oep, adres in de gemeente,
datum van inschrijving en afschrijving, en tal
van bijzondere feiten, die voor de publieke ad
ministratie van belang zijn met de wijzigingen,
die daarin plaats hebben.
Voor het aanleggen, inrichten en bijhouden
der bevolkingsregisters, zijn krachtens de^ wet
van 17 April 1887, Stbl. 67, de noodige voor
schriften gegeven, waarin door de invoering
van het persoonskaaitenstelsel en voor het af
geven van de persionsbewijzen groote veran
deringen" hebben plaats gehad.
Al heeft het bevolkingsregister geen bewijs^
kracht voor onze afstamming, toch kunnen
daaraan heel wat gegevens ontleend worden,
voornamelijk met het oog op de verhuizing
binnen de gemeente of naar andere gemeenten.
De bevolkingsregisters berusten onder het
gemeentebestuur, i.e. den Burgemeester.
Sedert de verordening, van den Rijkscommis
saris van ld Juni 1943 is de met de bevolkings
boekhouding belaste ambtenaar, of de ambte
naar» die met de dagelijksche leiding is belast,
- rechtstreeks verantwoording schuldig aan het
hoofd der Rijksinspectie voor de bevolkings
registers.
De registers zijn openbaar, doordat een ieder
zich met voorafgaande machtiging van het
heofd der Rijksinspectie, toegang tot de regis
ters kan verschaffen en onder bepaalde voor
waarden uittreksels kan verkrijgen.
Afschriften en UifL ksels.
Uit de registers van den Burgerlijken S.and
kunnen door particulieren uittreksels worden
aangevraagd. Men spreekt van pakelijke uit
treksels, wanneer ze een korte vermeld'ng van
de feiten geven en van woordelijke uittreksels
of afschriften, wanneer ze woordelijk al es be
vatten, wat in de akte vermeld is.
Voor sommige gevallen kan het noodig zijn,
dat van de bij een geboorteakte voorkomende
kantmeldingen (bijv. de erkenning van een
buiten-echtelijk kind, naamsverandering) ken
nis wordt genomen.
Daarom kan op uitdrukkelijk verzoek een
uittreksel uit een akte verlangd worden, waar
aan de eventueele kantmeldingen zijn toege
voegd, een z.g. uitvoerig of gewoon uittreksel.
De afschriften en uittreksel moeten aange
vraagd worden aan den Ambtenaar van den
Burgerlijken Stand der gemeente, waarin de
geboorte, het huwelijk of het overlijden plaats
vond. Ze worden door den betrokken Ambte
naar onderteekend. De ambtenaar is tot afgifte
verplicht, omdat een ieder ingevolge art. 24
van het Burgerlijk Wetboek, bevoegd is zich
door de bewaarders der registers uittreksels uit
de registers te doen afgeven.
Ook aan de Rijksarchieven kan men afschrif
ten en uittreksels vragen, en dat niet alleen uit
de registers van den Burgerlijken Stand tot
1842, doch eveneens uit de aldaar berustende
kerkelijke registers. Deze stukken worden aan
gevraagd bij den beheerder van het rijksarchief
in de hoofdplaats der provincie.
De Rijksarchieven zijn openbaar en een ieder
is, behoudens beperkingen, bevoegd de stukken
kosteloos ter plaatse te raadplegen.
Uit de bevolkingsregisters kunnen over het
algemeen alleen inlichtingen verkregen worden
over een vroeger of tegenwoordig adres, over
den geslachtsnaam en de voornamen. In bij
zondere gevallen kunnen bovendien inlichtin
gen worden gegeven over dag, maand en jaar
van geboorte, geboorte-gemeente, beroep, na
tionaliteit en burgerlijken staat, indien men kan
aantoonen, bij het verstrekken van deze ge
gevens een gerechtvaardigd belang te hebben.
Bij het sibbekundig onderzoek kunnen hier
uit moeilijkheden rijzen in hoeverre men „ge
rechtvaardigd" belang heeft. Daartoe kan mep
een machtiging vragen aan de Hoofdinspectie
ten einde aangewezen te worden als erkend
onderzoeker, hetzij als genealoog, die de on
derzoekingen doet uit beroep, hetzij als sibbe-
kundige, die het doet als liefhebber.
De meeste onderzoekers zullen derhalve een
machtiging als sibbekundige hebben aan te
vragen, willen zij er zeker van zijn, dat zij
de benoodigde gegevens verkrijgen.
De inlichtingen uit de bevolkingsregisters
worden aangevraagd aan den met de bevol
kingsboekhouding belasten ambtenaar in' de be
trokken gemeente.
Formulieren tot het doen van aanvragen om
inlichtingen uit het bevolkingsregister of uit
treksels uit de registers van den Burgerlijken
Stand, kan men verkrijgen bij de uitgeverij'
„Liebaert", Stadhouderskade 40, Amsterdam.
De kostcru
De machtiging als sibbekundige kost één
gulden. Van deze machtiging kan een afschrift
verkregen worden, eveneens tegen betaling van
een gulden.
Afschriften en uittreksels uit de registers van
den Burgerlijken Stand worden voor afstam
mingsonderzoek zegelvrij verstrekt, tegen be
taling van 40 cent voor elk stuk.
Voor elke inlichting uit het bevolkingsre
gister, zonder abonnement aan particulieren
verstrekt, is een recht verschuldigd van 50 ct.
Bovengenoemde kosten moeten bij vooruit-
•betaling worden voldaan.
M. A. A..
Bij een winkelier in galanterieën ia een-
Zeeuwsch dorp kwam, volgens het Dagbl. v.
Noord-Brab., de vrouw van den dominee om
een theepot te koopen, doch kreeg te hooren,
dat hij dergelijke nuttige voorwerpen niet meer
in voorraad had. De klant had geen ander
antwoord verwacht, maar deinsde niet af. Wel
sprak zij het tooverwoord„ik heb iets te
ruilen". De koele uitdrukking op des winke
liers gelaat werd milder en terstond daarna
herinnerde de man zich, dat hij nog een ver
ouderd model in het magazijntje had.
Met de antikiteit van het artikel liep het
nogal los en de koop kwam onmiddellijk klaar.
Al inpakkende vroeg de ruilhandelaar nieuws
gierig, wat de dame aan te bieden had. Ver
trouwelijk fluisterde zij hem in het oor: „Van
avond zal ik het door het meisje even laten
aanreiken".
De domineesche hield woord. Nauwelijks
was de schemer gevallen, of het winkelbelletje
ging bescheiden over en de dienstmaagd over
handigde iets „onder couvert".
De winkelier scheurde met driftig gevinger
de enveloppe open en vond tofr zijn stomme
verbazingt oude preek van den do
minee. Of hij h met 'veel vrucht zal lezen,
betwijfelen wij.
Uit: Term Crt. 27-8-'43.
De Anglo-Amerikanen schijnen te gaan in
zien, dat zij van oorlogvoeren geen kaas hebben
gegeten.
Daar is dan ook meer voor noodig, dan
kennis van schoonheidskoningingen, revue
stars, hot-jazz> humbug, enz. enz.
Hun gebrek aan capaciteiten willen zij dans
altijd wreken op de burgerbevolking.
Dit is thans reeds herhaaldelijk gebleken bij
de terreuraanvallen op Duitsche, Nederland-
sche en Fransche steden.
Deze gruwel-moordenaars gooien met fos-
phor, ontplofbaar kinderspeelgoed, vergiftigde
voorwerpen en wat dies meer zij.
In onze provincie hebben de vervoermidde
len voor het burgerverkeer te lijden van hun
vernielzucht.
Dergelijke objecten zijn immers voor hen
gemakkelijke doelen.
De misdadigers ontzien zich zelfs niet, om
burgers die vluchten uit een door deze onder
wereld individuen beschoten object, met hun
mitrailleurvuur te achtervolgen.
Dat is méér dan misdadig 1
Dat is duivelsch 1
Wat echter ook misdadig en absoluut on
begrijpelijk is, is dat volksggnooten, die er bij
een dergelijke aanval goed vanaf komen, of
iets dergelijks, nog nimmer hebben meegemaakt,
altijd nog trachten de gangster-streken van de
Anglo-Amerikanen te verzachten.
Dat is ook misdadig en getuigt van een ver
schrikkelijke karakterloosheid.
W.A. Frontzorg-actie 1943-1944
Op 23 October a.s. optreden van het gezel
schap Carter in de Schouwburg „Schuttershof"
te Goes. Aanvang der voorstelling 19.15 uur.
Waffen-SS, Legioen en N.S.K.K., wat zijn
het bekende klanken geworden In ons Vader
land. Jong en oud weet van den heldenmoed,
door mannen uit deze formaties aan alle fron
ten betoond. Ook buiten de grenzen van Ne
derland hebben onze vrijwilligers reeds naam
gemaakt. De naam van Mooyman, als eerste
Germaansche vrijwilliger, aan wien het Ridder
kruis werd uitgereikt, heeft door alle Euro-
peesche landen geklonken. Ons volk kan en
zal éénmaal trotsch zijn op deze mannen, welke
de grondslag leggen voor onze toekomst en
niet alleen voor ónze toekomst, maar samen
met de Duitsche legers voor de toekomst van
geheel Europa.
Het is echter niet mijn bedoeling, om de
aandacht te vestigen op bovengenoemde for
maties tientallen schrijvers hebben zulks
reeds vóór mij gedaan. Het ligt echter wèl in
mijn bedoeling, om de aandacht te vestigen op
de duizenden eenvoudige mannen, welke ook
hun, plicht doen en met het geweer aan den
voet de wacht houden aan Europa's westkust.
Zij staan gereed om samen met hun Duitsche
kameraden eiken aanval op ons continent met
alle kracht te weren. s
Ik bedoel hier de mannen van het Schutz-
korps der Org. Todt, in het kort genaamd
S. K.-mannen. Deze formatie heeft in ons land,
zelfs in de Beweging, nog zeer weinig bekend
heid verworven, wat in hoofdzaak wel te
wijten zal zijn aan het feit, dat er in het Westen
tot heden nog geen belangrijke gevechtshande
lingen hebben plaats gevonden.
Daarmede is echter niet gezegd, dat het offer,
hetwelk deze mannen brengen, van geringere
beteekenis is dan het offer der andere front
kameraden het aantal gesneuvelden is hier
van wel een doorslaggevend bewijs.
Zooals ook bij andere -Vrijwilligersformaties,
zijn de meeste S.K.-mannen uit de W.A. voort
gekomen, met dit verschil, dat bij het S.K.
overwegend gehuwde mannen hebben dienst-
genomen, terwijl bijvoorbeeld bij de Waf£en-SS
meest de ongehuwde weermannen staan.
De dienst van den S.K.-man, die meestal
zeer zwaar is, bestaat hoofdzakelijk uit wacht
dienst 18 uren dienst per dag is niets bij
zonders.
Daarbij hebben zij een groote verantwoor
ding groote werkobjecten zijn aan hun zorgen
toevertrouwd. Aan de bouw van den Atlantic-
wal hebben zij een groot aandeel gehad.
Evenals de andere vrijwilligers, zijn ook deze
S.K.-mannen beëedigd op dén Führer, en wan
neer de vijanden- van Europa het zouden wagen
om ons Continent in het Westen aan te vallen,
zullen zij niet alleen den kop te pletter loopen
op den Duitschen afweer, maar zullen ook
zonen van ons volk met de wapens in de hand
daar de overwinning helpen bevechten. Waar
nu déze S.K.-mannen zijn ingezet 1
We kunnen hen vinden vanaf het hooge
Noorden van Noorwegen tot in het Zuiden
van Frankrijk. Overal, tot in de kleinste plaat
sen staan de S.K.-mannen op hun post, vaak
maanden lang van huis, en wat voor ons be
schamend is, vaak geheel en al vergeten door
de Beweging.
Bij mijn bezoek aan deze mannen jjn België
en Frankrijk hebben vele kameraden hierover
(en niet ten onrechte) geklaagd. Deze toestand
moet veranderen. Naast S.S., Legioen en
N.S.K.K. hebben ook de S.K.-mannen recht op
erkenning en waardeering van ons volk en
zeker van de Beweging, want zij zijn het toch,
die ypor ons vechten en den grondslag leggen
voor^de vrijheid van Europa en van ons eigen
mooie land. Ongetwijfeld ligt hier ook een
taak voor „Frontzorg". Hou-Zee
De wnd. Heerbancommandant,
Opperhopman J. C. DEKKER.
Kinderuitzending van den
Nederlandschen Volksdienst
Ook gedurende de wintermaanden bestaat er
gelegenheid om kinderen uit onze provincie
naar Nederlandsche tehuizen uit te zenden.
Op het programma van dezen winter komen
de tehuizen „Hellendoorn" van 12 November
tot 17 December 1943 en „Soesterberg" van 22
November tot 18 December voor.
Het schoolverzuim kan voor de kinderen
geen beletsel zijn, daar de kinderen juist door
de periode, welke zij in de kindertehuizen door
brengen, uitgerust weer op school verschijnen,
en zoo dus gemakkelijk den achterstand in
kunnen halen.
Ouders, die hun kinderen uitgezonden willen
hebben, kunnen zich melden bij hun blok-,
wijk- of buurtschapshoofd en op de bijkanto
ren te Goes, Ter neuzen en Zierikzee.
Hoe vaak heeft ons volk, dat ziende blind
is, gedurende dezen oorlog zwart wit genoemd.
Hoe inconsequent is haar houding steeds ge
weest. Wanneer het om Duitsche handelingen
gaat, welke noodzakelijk zijn voor de verde
diging van Europa, worden deze dadelijk in
een valsch daglicht gesteld en volkomen on
logisch beoordeeld. Dan draait de xoddelma-
chine op volle toeren. Zoodra er Engelsche
wandaden aan het, licht komen, worden er
slechts weinig afkeurende woorden gesproken.
Engeland, en niet Duitschland is begonnen
met het terroriseer en van de burgerbevolking!
En of nu de prachtigste bouwwerken in Italië
of Duitschland in puin worden gelegd, het
maakt ons volk slechts in geringe mate ver
ontwaardigd.
Op een Vrijdagmorgen vaart vreedzaam de
„Prins Hendrik" op de Schelde. De machines
zingen hun lied. De golven spelen hun spel.
Het burgerleven gaat zijn gewonen gang.
Terwijl aan de fronten de gelegenheid be-
Het vliegt er altijd weer in!
Wanneer er iets van Engelsche zijde ge
schiedt, dat terecht algemeen afgrijzen veroor
zaakt, is, een zeker duister stelletje lieden direct
klaar om het te vergoeilijken en om te liegen.
Als er een veerbootje getroffen wordt, wordt
door deze lieden uitgebazuind, dat er juist
eenige Duitsche booten langs voeren, of dat
er veel Duitschers aan boord waren. Als er
geen landing geschiedt op voorgeschreven data,
dan hebben deze slimmerikken wel een soort
redeii» om te beweren, dat het ditmaal niet kon
„om dringende noodzakelijkheden".
Het kan zoo krom niet zijn, of. zij weten er
wel een punt aan te draaien. En het volk
vliegt er in.
Het is thans reeds zoover, dat velen, einde
loos bedrogen door deze leugenaars, reeds be
weren „ach 1 je moet niet alles gelooven,
want ze liegen zooveel". „Ze". Wie zijn die
„ze" Dat zijn de menschep die van 10 dooden
er 1000 maken, die zw^rt wit zien en die,
betaald door Londen of Moskou, hier alleen
maar trachten wanorde in de publieke opinie
te weeg te brengen en ijdele hoop te verwekken.
De Sint Bernhards honden.
Zoo hebben deze frazeurs onlangs het ver
haal in omloop gebracht, dat de ex-prins
Bernhard in Calefornië een schip met zwijnen
had gekocht. Dit lag klaar voor de reis naar
Holland 1
In Spanje zou hij dan nog een schip met
sinaasappelen koopen voor de schoolfeestjes,
en bij landing zou dit aan de bevolking worden
uitgedeeld.
Ach, hoe lief, hoe romantisch. Dat doet
denken aan een goede Sint uit Spanje. Nu is
het de heilige Sint-Bernhard.
Maar dat op het schip, dat deze zou charte
ren om Holland te verlekkeren, zwijnen zouden
meevaren, dat is wel zeker.
Dan liggen er snelbootjes in Engeland met
kaneel nootmuskaat, jongenspakjes, ondergoe
deren, Havana sigaren, oude klare, fietsbanden
(met rijwielplaatjes), olienootjes en heerlijke
achterhammetjes, enfin, om van te weenen,
zoo zalig.
En het volk vliegt er in
Hoop doet leven.
Hoe zou het er uit zien bij landing.
Ja, hoe zou het er hier in Zeeland wel uit
zien, als wezenlijk door deze engelen met olie
nootjes geland werd
Wij kunnen dat een beetje nagaan aan Si
cilië.
Eenige zware kruisers liggen ergens ver onze
eilanden tweemaal vier en twintig uur te be
schieten. Het ganschc land wordt omgeploegd,
uit zee en uit de lucht, tot het één puinhoop is.
Natuurlijk wordt bij eventueele landing terug
geschoten, en indien het zou gelukken diep in
staat zich met Duitschland te meten, verkiezen
de Engelsche en Canadeesche lafaards een ge-
vaarlooze onderneming boven den strijd.
Weerloos ging een schip tén onder. De
golven sloten zich. Het leven gaat verder.
Maar iederen keer als de thans varende oot
de plaats passeert waar vreedzame burgers een
graf in de golven vonden, zullen de gedachten
van de bemanning en de passagiers uitg :an
naar hen, die tijdens de vervulling van hun
plicht ten offer zijn gevallen aan een schande»
lijken terreurdaad, bedreven door Engeland.
Het getuigt niet van karakter, wanneer men
voor dit moorddadig optreden verzach :nde
omstandigheden tracht te vinden." Maar de tijd
zal komen, dat men waardeering zal krijgen
voor de beschermende hand, ons door de Duit
sche Weermacht geboden.
Als later de stormen van den oorlog zullen
zijn weggetrokken, het Hed van. den arbeid
weerklinkt en onze vissehers de Schelde weer
vrij zullen kunnen bevaren, dan zullen zij zich
dezen dag in hun gedachten terugroepen, en
met ontzetting vaststellen, dat het bloed van
Zeeuwen in de Schelde heeft gevloeid tenge
volge van een schanddaad, bedreven voor hen,
die peilloos diep leed brachten onder ons volk,
maar vluchtten voor- het Duitsche zwaard
het land te dringen, betrommelt de Duitsche
artillerie het land nogmaals grondig. Wat blijft
er dan over van onze steden, dorpen, landen,
vee en menschen
Niets! Over de puinhopen zal' de lieve
bondgenoot verder gaan.
Er valt dan niets meer te schenken, want de
dood heeft reeds alles stom gemaakt en het
kleine overgeblevene restje mag leven van het
karig rantsoen dat over is.
Geen geschenken, maar roof»
Wat heeft de Engelsche bondgenoot zooal
gedaan in Afrika, in Martinique, in Sicillië? Hij
heeft de voorraden, die er nog waren in beslag
genomen inplaats van geschenken uit te deelen.
Hoe huichelachtig waren de neergeworpen
foto's,' die zoogenaamd de feestelijke binnen
komst in Catania voorstelden! Men fotogra
feert eenige daklooze lieden, die een brood
krijgen en stelt dit voor als een feestelijke uit-
deelingMaar men kan natuurlijk zien, dat
deze foto's genomen zijn uit films, die tevoren
gemaakt zijn in Hollywood.
De grootste zwendel slikt men wel, want
het volk vliegt -er wel in
Ieder die even nadenkt, weet zeer goed, dat
in Engeland ook distributie is en gebrek
heerscht aan het allernoodigste.
In Europa zal nimmer hongersnood zijn. In
Engeland echter, omsloten en afgesloten door
de zee, moet men alles uit Amerika krijgen.
En hoe snel dat gaat en hoeveel er op de
bodem der zee terecht komt, kan men zeer
wel begrijpen.
M!aar het spreekt vanzelf, dat men het volk
hier moet paaien en zoet houden met beloften.
Zwendel in beloften.
Het is jammer dat ve(en niet meer naar de
radio kunnen luisteren, naarde Engelsche
vooral, zij zouden dan enkele dagen geleden
misschien wel een beetje wijzer zijn gewor n.
Aan de Nederlanders werd nJ. liefelijk mede
gedeeld, dat ons land vrij werd, zoo vr:; als
vroeger.
Wat de andere landen betreft, dat zat nog,
zie je, want er zouden natuurlijk aan de lieve
bolsjewieken, die zoo dapper gevochten had
den, zekere janden worden afgestaan, maar ons
land bleef vrij, heelemaal vrij
Ditzelfde nu werd door den microfoon ge
zegd in het Fransch aan de Franschen en Bel
gen en in het Noorsch aan de Noren!
Ieder volk werd afzonderlijk gepaaid en x"
zwendeld enhet volk vliegt ér in.
De ontmaskering volgt wél.
Een kind kan begrijpen, dat bij overwinning
der bolsjewieken alles eenvoudig onder den
voet wordt geloopen, ook Engeland zelf. En
verstandige lieden in Engeland beseffen dit al.
Vandaar dat het niet erg botert tusschen de
bondgenooten en ze elkaar niet ontmoeten op
conferenties, maar dat is natuurlijk een leugen.
Alleen Engeland spreekt- dé waarheid.
Men zou bijna wenschen, dat inderdaad ie
bolsjewisten eens wonnen. Na één maand pro
letarische dictatuur zouden we deze oranje-
resten, Sint Bernhardshonden en vooral deze
kanselvoorspellers en voorbidders wl 'ens
willen spreken
Maar tja, zoover moet je niet oe-.iKen \e
moet alleen maar gelooven, dat op 31 Augustus
de koningin landt in Domburg met sinaasappe
len, dat is een prettige^-ideeDe bende spion
nen zal wel zorgen, dat het volk dit aanneemt.
Want, het volk vliegt er toch in
Overigens er komt een dag, dat wij het
groote démasqué belèven; Voorzoover wij in
Zeeland nog over zijn, na de dagelijksche be
zoeken der goedé bondgenooten, zullen wij
andere tafreelen beleven dan men in Domburg
hoopt te zien.
Het zal dan voor velen moeilijk zijn o;:i te
begrijpen, hoe erg men wel bedrogen is. En
wee dan degenen, die schuldig staan.
Uit Zuid-Nederland
Dr. HENDRIK ELIAS,
Leider van het V.N.V.
Hendrik Elias werd geboren in Mechelen in
Brabant op 12 Zomermaand 1902. -Na het
volbrengen van zijn 'middelbare studies in Vil
voorde, studeerde hij aan de universiteit te
Leuven en promoveerde op 21-jarigen leeftijd
tot doctor in de wijsbegeerte op het proef
schrift „Kerk en Staat in het laat-middeleeuw-
sche Vlaanderen".v
Van 1923 tot 1926 was hij leeraar aan het
gymnasium te Brugge en na in de jaren 1926-
1928 leergangen te hebben gevolgd aan de"
universiteiten van Parijs, Luxemburg, Rome en
Bonn werd hij in 1928 leeraar aan het gymna
sium te Gent. Het volgende jaar promoveerde
hij aan de universiteit van Gent tot doctor in
de rechten.
In 1931 vestigde Mr. Dr. H. J. Elias zich
als advocaat te Gent en werd in hetzelfde jaar
lid van den Gentschen gemeenteraad. Het vol
gende jaar werd hij voor het arrondissement
Gent-Eekloo gekozen tot volksvertegenwoor
diger in het Brusselsche parlement, waarin hij
tot 1940 de Vlaamsche Nationalisten heeft ver
tegenwoordigd. In 1941 werd Mr. Dr. Elias
burgemeester van Gent, welke functie hij
echter kort nadat hij Staf de Clerq in Zaai*
maand 1942 als leider van de Eenheidsbewe*
ging V.N.V. was opgevolgd, had neergelegd
IATA A/r OE B O ft DE L /S *SCf/AA/PSCf/.
/S DAT A4/SSCX/EAS DE ZPEDEA/, W.\A/t.
OM //ET MET ZOO VEEL X/AJOSCH
GE/VOEGSA/ EO/STE/PT ASE\ AAI
Sf/ÏOOXVES VE/P TEE E /A/GEX
- CoR^roeijreico