Het verheven doel 72 Gelukkige menschen Ik coloorteer V Verloting INZICHT Kléin-kunstenaars, opgelet LEZERS fVRAGEN Zelfstandigheid Gezins- en Jeugdzorg, Nederlandsche Scheepvaart Nederlandsche Volhsdienst f Wij schijnen in Londen -een Neder- landschen Minister van Oorlog rijk te tijn. Wij wisten het niet, want het décor daarginds wisselt onophoudelijk rond- ©m het Engelsche drama. Dat de plotseling uit de nevelen der onbekendheid getreden Nederlandsche Minister van Oorlog in Londen zijn Engelschen collega feliciteert met zoo'n vliegende begrafenisstoet, is op zichzelf reeds een ironie. Maar dat een Nederlander, die nog Nederlandsch voélt, zoo iets doet, één dag nadat diezelfde glorierijke lucht macht zoo maar eens meer dan twee honderd Nederlandsche mannen, vrou wen en kihderen heeft gedood,, is on mogelijk. Zoo iemand is in hart en ziel En- gelschman geworden, met de bekende koude onverschilligheid voor het lol en het leven van anderen dan van Engel schen. Och, wat beteekenen nu een paar honderd Nederlandsche mannen, vrort wen en kinderen, als de „verheven Britsche doelen" in het spel zijn? En wat beteekenen daarna'de paar honderd Parijsche mannen, vrouwen en kinderen en de meer dan twee dui zend in Antwerpen? Het is alles hetzelfde. Cynische minachting voor het leven van weerlooze menschen, de diepe trek in .het Britsche karakter, die als een Kaïnstéeken het Engelsche volk op het voorhoofd gebrand staat Het is hetzelfde cynisme, waarmee het bolsjewisme het leven in 't alge meen bejegent. 'Dat verklaart ook het gemakkelijk samengaan van de twee wereldmach ten, die uit haar wezen eikaars doods vijanden moesten zijn, maar die zich in haar vernietigingswil vereenigen te gen wat haar weerstaat, het oude Europa met zijn prachtige cultuur, dat kostbaar reservoir van genialiteit, waarin het werk van Beethoven en Bach, van Rembrandt en Dürer, van kant en Hegel, van Danthe eh Goetjie en van duizenden andere' groote gees- ^ten bewaard, gekend en geëerd wordt. Dat te kunnen vernietigen, welk een „verheven doel" een gelukwensch waard. Het leven van duizenden mannen, vrouwen en kinderen te vernietigen, welk een glorierijk spel 1 Het is waar, het haalt nog niet bij den Boeren-oorlog, toen zes en twintig duizend vrouwen en kinderen_omkwa- men in de concentratiekampen van de Britsche helden. „Wij zullen de ouders dooden, opdat ie kinderen eerbied voor ons zullen hebben", schreef toen een zekere oor logscorrespondent Churchill. We zijn er op vooruitgegaan. Na veertig jaren heeft de ouder ge- vorden menschenjager zijn wreede Tiordeelen vervangen door vrome fra zen, maar zijn daden zijn nog dezelfde. Ouders en kinderen werden in Zuid- Afrika omgebracht ouders en kin deren zijn ook nu yfeer het slachtoffer. Maar de kihderen zullen geen eer bied hebben, noch voor de barbaren van den. Oeral, noch voor de bar baren van overzeeJ Een nieuw Europa staat op? dat nu zijn vijanden leert kennen en van zich afschudt als schadelijke wezens. Een nieuw Europa rijst op, dat door bloed en tranen zijn 'weg zal vinden naar een krachtige, gezonde gemeen schap van .samenwerkende volken. Daaraan mee te 'werken, welk een vefheven doel 1 Onze beste wenschen vergezellen dat streven. Onze gelukwenschen zullen wij be waren tot den dag, dat Europa's vijan den aan hun eigen zonde _ijn ten gronde gegaan en Europa zelf onaan tastbaar zijn glorierijke tocht kan voort zetten door de wijde velden der ge schiedenis. Kameraden, denkt aan onze voor De berichten, die bij mij binnenko men ?ijn niet ongunstig, doch er moe ten in bepaalde Kringen nog veel loten gekocht eh verkocht worden. U kent toch het doel? Den Leider op zijn ver- Jaardag een bedrag aan te bieden ter versteviging van 't fonds voor Gezins- en Jeugdzorg. Een mooi sociaal werk, aan de vervolmaking waarvan wij al len den Leider moeten steunen. Dit kunnen wij deze dagen nog doen door het koopen van een of meer loten- boekjes, elk inhoudende 10 loten. In eiken Kring zal een winnaar zijn. Deze 72 winnaars zullen op 10 en 11- Mei a.s. de gasten zijn van den Leider en te Utrecht op feestelijke wijze wor den ontvangen. Bovendien ontvangen zij van den Leider een aandenken aan deze dagen. Tevens zql^een van deze 72 winnaars de hoofdprijswinnaar zijn, in wiens Groep de Leider den avond van 'zijn verjaardag zal doorbrengen. Mocht een Kring niet alle gezonden loten kunnen verkoopen, dan zullen de geretourneerde loten in een anderen Kring worden verkocht, met als gevolg, dat in den! eenen Kring dai geen, in den andere 2 prijswinnaars zullen zijn. Kameraden, helpt allen mede, opdat Verantwoordelijk voor den inhoud de hoofd opsteller Drs. G. Schuerman te Middelburg, UitgeverDistrict f 4, Zeeland v. d. Nat.-Soc. Beweging. Verschijnt tweemaal per maand. Abonnementen buiten Zeeland f 1.50. per jaar. P.V. 1894/23. Gratis verspreiding. ik den Leider op zijn verjaardag kan, melden „alle loten verkocht 1" Hier en daar zijn nog loten te ver krijgen. De Inster heeft ze, Uw Groeps leider heeft ze, de Groeps-adminisfra- teur heeft ze, tenminste zoolang de voorraad strekt. Zijn de loten bij deze functionarissen uitverkocht, dan kunt U een aantal boekjes bestellen aan- het 'Hoofdkwartier, Dienst Controle P.O., Maliebaan 25 te Utrecht, onder gelijk tijdige overmaking vanmaal f 1.00 plus f 0.20 portikosten, op onze Giro rekening No. 340075. Onthoudt U den datum Trekking 3 Mei a.s. Kameraden, doet allen "Uw best, deze verloting moet slagen. Hou Zee De Gemachtigde van den Leider voor de Financiën, F. W. VAN B'ILDERBEEK. Orgel en Piano (of Vleugel) fe koop gevraagd. Brieven met opgave van prijs en merk aan KONINGSTRAAT 4 te Goes. In twee onder elkaar staande ken nisgevingen uit de „Prov. Zeeuwsche Courant" lezen wij' het volgende Wegens vertrek naar elders, zeg ik alle vrienden en relaties hartelijk- vaar wel en bericht tevens, dat alleen- in den winkel de zaken voortgang blijven Winden. J. DE LANDMETER, Souburg. 2. Diep getroffen zijnde door het bij het vertrek qaar elders van onzen lieven Zoon en Broeder, Jan, ondervonden medeleven, betuigen wij «onzen op rechten dank. Jan 'roept U allen een hartelijk weer zien toe. J. DE WIJZE, Koudekerke, 15 Maart 1943. Uit het eerste .blijkt, dat de heer De Landmeter de zaken neemt zooals ze komen. Men moet bedenken, dat het •in het belang van het algemeen js, dat- ook hij het noodzakelijke ervan zal in zien, waar het om gaat. Een ieder die ingezet wordt, om el ders te gaan werken, zal zeer zeker tot de. overtuiging komen, dat ook zijn werk naar alle waarde geschat zal worden en leeren beseffen, dat ook zijn inzet, zijn offer, niet tevergeefs zal zijn geweest, 't Is voor het welzijn van ons volk en gansch Europa, dat in bit teren strijd verkeert tegen het moor dende Bolsjewisme. Het is hard soms, maar zoo staan de zaken, die men ook als zakenman moet aanvaarden. De tweede kennisgeving van J. de Wijze lijkt meer op een begrafenis advertentie dan op een kennisgeving van vertrek. Of er nog een receptie gehouden is wegens het vertrek van Broeder Jan naar elders Dat ontbreekt er nog maar aan. Het is niet te zeggen, hoeveel jonge menschen en ouderen al naar Duitschland zijn vertrokken om te gaan werken, al of niet vrijwillig, voor dat Broeder Jan er een flauw idee of eenig vermoeden van had, dat hij er ook wel eens voor in aanmerking zou kunnen komen. Heeft hij er ooit wel eens over nagedacht, dat hij zich ook vrijwillig had kunnen melden, zoodqt door zijn offer, als vrijgezel, een vader van kinderen in Nederland had kun nen blijven? Zijn de vader en familie en „mede-" levers" van hun lieven zoon en broe der Jan wel doordrongen van het feit, dat ook zij de lasten en ongerieven van dezen oorlog moeten dragen en- dat dit .vertrek naar elders nu niet meer alleen geldt voor de zonen uit arbei- 'ders-gezinnen, maar ook voor de zoon tjes van Pa'? Neen, meneer De Wijze, die adver tentie komt niet overeen met de belang stelling 'van de „medelevers" en is geen zuivere weergave van uw inner lijke gevoelens. Dit is ophitsing en ver kapte demonstratie. Er worden wel grootere offers gebracht en heetere tra nen geschreid. Denk eens aan de ou ders van onze frontkameraden, die hun zonen afstaan en er 'niet zoo zeker van zijn, dat ze een spoedig weerzien zul len hebben. f P. A. T. zijn twee dagen de gast van den Lei der, doordat zij een of meer boekjes a f 1.00, elk inhoudende 10 loten, kochten. U hebt nog een kleine kans, hier en daar zoo'n boekje machtig te worden en ook tot die gelukkigen, te kunnen behooren. Grijpt de 'kans. U steunt het mooie sociale werk van den Leider, het fonds voor Gezins- en Jeugdzorg te verstevi- ,gen, met bovendien de kans, de' feeste lijkheden in' Utrecht mede te magen maken. Tevens kunt U de geluksvogel voor ,uw Groep zijn. 10 kansen voor één gulden. Trekking 3 Mei a.s. Kameraden, kleinkunstenaars, wor den verzocht naam en adres in te zen den bij den Dienst Rederijkerstooneel en Kameraadschaps-avonden, Malie baan 41 te Utrecht. J. K. te Kloosterzande. Vraag: Toen ik de laatste keer mijn levensjniddelen- bbnnen afhaalde, werden door de dis tributieambtenaren mijn boterbonnen afgescheurd, omdat ik melkgevende koeien heb. Ik heb geen vergunning om te kamen. Hoe moet ik nu aan boter komen, en hoe groot is het rant soen dat ik krijg? Antwoord: Met ingang van de 5de periode, dus op 8 April,-begon de zelfverzorgingsregeling voor boter. Van ieder die melkvee heeft werden daar om, de boterbonnen ingehouden, of ze een kamvergunning hebben of niet. Nu moet er voor deze menschen op een andere manier voorzien worden in hun behoefte 'aan boter. Uw boterbonnen werden dus wel in gehouden, maar daarvoor, in de plaats heeft U een bewijs gekregen, voorzien van stempel en handteekening, \waar- op vermeld staat voor hoeveel -perso nen de bonnen ingehouden werden. Met dit bewijs nu gaat U naar de fa briek waar U de melk levert en hierop moet deze fabriek U de noodige boter leveren. U krijgt in het vervolg 750 gr. boter per persoon per vier weken, zoo dat U weer iets boven het gewone bur- gerrantsoen staat. Nu zijn er ook verschillenden/eeheu- ders die geen melk aan een fabriek leveren en ook zij moeten ctan de noodige boter geholpen worden. Deze menschen gaan naar de Plaatselijk Bureauhouder, en deze wijstseen fabriek aan die voor hen de boter meet leve ren. v Gepn enkele melkveehouder zal dus nog boter kunnen koopen bij den win kelier. Uitzondering wordt slechts ge maakt voor hen-, die veel moéten reizen \en voor hen, die tpeslag krijgen voor werkzaamheden die verricht worden buitc het landbouw-, veeteelt-, of tuin bouwbedrijf. Veehouders die op dit punt moeilijk heden hebben, moeten zich niet wen den tot het distributiekantoor, maar tot de P.B.H., die hun alle mogelijke, in-" lichtingen kan en moet %even. Kameraden, die op eenigerlei wijze hun werkkring hebben of, hadden bij de Nederlandsche scheepvaart in den meest uitgebreideri zin, opleidingen in begrepen, worden verzocht zich schrif telijk te willen melden bij de afdeeling „Nieuw Zeewezen", Nassauplein 7, te Den Haag. Voor de laatste maal in. het Winter hulp-seizoen 1942-1943 hebben de col lectanten en cöllectrices met de roode bus. in de hand getracht hun mede burgers te bewegen een offer te bren gen voor de noodlijdenden onder ons. Reeds nu kan gezegd worden, dat de opbrengsten van de gehouden collec ten die van het vorig seizoen belangrijk overtreffen. Steeds breeders lage^ van ons volk beginnen het. werk van Winterhulp te begrijpen en bleken bereid door hun pffer aan Winterhulp Nederland eraan mede te werken, dat veel leed verzacht kan worden. Zij hebben er mede toe bijgedragen, dat meerderen onder ons langzaam maar zeker zijn gaan be grijpen, MyaJ het zeggen wil 5 geborgen te zijn in eigen volk. Want, volksge- nooten, hierom gaat 't dan toch eigen lijk. Een ieder onder ons moet weten dat, wat Winterhulp voor de minst- en minder-bedeelden onder ons wil doen, met liefdadigheid niets te maken heeft. Het tijdperk, dat men, in nood verkee- rende, moest zien uit te vinden bij ■Xrelke van de ruim 8008 liefdadigheids- vereenigingert men te - biecht moest gaan, ligt achter ons en wel voorgoed. Het is dus geen liefdadigheid wat Winterhulp beoefenen wil, doch als volksche organisatie wil zij den minder bedeelden onder ons datgene brengen wat het volk geofferd heeft. Moge de leuze „Voor het volk door het volk" dan ook door steeds meerderen begre pen worden. Een woord van dank past hier aan de collectanten en cöllectrices, die in het afgeloopen seizoen, weer of geen weer, steeds maar erop v uitgetrokken zijn om gaven in te zamelen voor onze minder bedeelde volksgenooten. Zij deden dit geheel vrijwillig, ontvingen hiervoor geen betaling Aan hen is het te danken, dat^de. collecte-opbrengsten een steeds stijgen de lijn vertoonen en dat Winterhulp in staat is geweest steeds meerderen te helpen. Gij hebt, collectanten en cöl lectrices, uw werk gezien als een plicht, tegenover ons volk en vaderland. Hef volgend seizoen zult gij wederom ge roepen worden en'wij weten nu reeds, dat de oproep niet tevergeefs zal zijn. En nu is de winter achter den rug. Beteekent dit, dat de tijd gekomen is om uit te rusten van de vermoeienissen tot het volgend W.H.N.-seizoen Geenszins, volksgenootenOok in de komend'e maanden zal er aange pakt moeten wordefi. De geestelijke en stoffelijke nood ih ons volk is nog groot en zal ook in de Ijoipende zomer maanden, zooveel als in ons vermogen ligt, gelenigd moeten worden. En hier ligt dan een grootsche taak voor den Nederlandsclïen Volksdienst, om, als alles overkoepelende volksche' organisatie, er voor te zorgen, dat die genen onder ons, die aan alles gebrek hebben, niet nog dieper in het moeras, wegzinken. Een mooie, doch moeilijke taak is* het, om ons volk van de noodzaak van een Nederlandschen Volksdienst te /overtuigen. Velen staan tegenover dit werk nog volkomen onbekend. Tot hen zeggen wijDie Nederlandsche Volks dienst wil vóór alles het Nederlandsche volk stérk en gezond maken en ef voor zorgen, dat diegenen, die sterk en ge zond zijn, nog sterker en"gezonder wor den. Want bedenkt wel, volksgenoo ten, dat een zwak volk op den duur niets meer zal beleekenen en zal onder gaan. Eeri sterk volk daarentegen, de geschiedenis heeft zulks bewezen, kan zich handhaven en zal een rol van be- teekenis kunnen spelen. Iedér oprecht Nederlander wil toch het beste voor zijn volk en zal toch toegeven, dat een volk, dat niet sterk- en gezond is, 'ook niet gelukkig kan zijn. Ter wille van ons volk zelf dus moet er naar gestreefd worden, de volkskracht op te voeren. De Nederlandsche Volksdienst wijst, om tot dit doel te geraken, de juiste wegen en middelen aan. Wat verstaat men onder zelfstandig heid Het is het vermogen om op zich zelf te staan, om zonder .hulp van an deren, zonder directe leiding, ook te gaan, te kunnen en te durven handelen. Daarvoor zijn noodig kennis (van het eigen vak), weten, geschiktheid om de omstandigheden te begrijpen, besluit vaardigheid en het vermogen om de opgedane ervaringen te benutten eri naar gelang van omstandigheden toe te passen. Men moet eerst over deze eigen schappen en kundigheden beschikken voor men de verantwoordelijkheid vopr de daden aandurft. Zonder die eigen schappen en kundigheden handelt men onverstandig en roekeloos. Met die eigenschappen voelt hij zich gedrongen op eigen oordeel te bou wen en, zoo noodig tegen de opinie 1 van anderen in, den weg te volgen, dien men zelf heeft uitgezet. Met die eigenschappen voelt men zich schikken over onafhankelijkheids- zin en oorspronkelijkheid, vastheid van wil, zelfvertrouwen, zedelijken moed, fierheid en gepaste eigenwaarde. Zoo is zelfstandigheid 'n steunpilaar der tucht, die imme/s gebaseerd moet zijn op eerbied en-achting, die steunt op de hoogere ontwikkeling, die onder moeilijke omstandigheden alleen door karakter kan wordeh afgedwongen. Een goede tucht wordt niet gehand haafd door wie het meest den mond vol heeft over de discipline, maar daar bij onbekwaam is om door zijn moreel gehoorzaamheid en achting af te dwin gen, doch alleen maar-weet te grijpen naarhet zwakst werkend middel.: straffen en nogmaals straffen, naar veel en streng afkeuren, onbuigzame gestrengheid of futiliteiten, luide on tevredenheidsbetuigingen, barsche en terughoudende omgangswijze, zonder voeling met zijn menschen, bang voor besprekingen, en critiek, die de opinie van een jongere brandmerkt als schen ding van .de subordinatie. In de Beweging even goed als daar buiten hebben lieden van .karakter al tijd een zwaarderen strijd te voeren, dan de dorrimp gödweeën. Wie karak ter heeft toont het. Wie het toont komt in conflict. Wie in conflict komt is las tig. .Wie lastig is moet op zij 1 Het is een bewijs van zwakheid van leidinggevende personen, als zij karak tervastheid en eigen oordeel vreezen als een gevaarlijken vijand. Maar het is ook een bewijs van zwakheid van de geleiden, wanneer zij wenschten, dat de begeerde zelfstandigheid hen in den schoot werd geworpen. Zelf standigheid is kostbaar.Wat kostbaar is kost strijd om het te bezitten. Strijd en moeite. De waarde komt pas na den strijd. De. strijd moet het karakter sta len. Dan volgt automatisch het afge dwongen respect, ook dat van de tegenstanders. Onmisbaar zijn daarbij volharding en zelfvertrouwen en vol doende fierheid en gevoel van eigen waarde om zich niet te laten terug dringen van het ingenomen standpunt noch door gemakzucht, noch door vrees. Maar. ...men verwarre strijd niet met oneenigheid en kibbelzucht, vast houdendheid niet met koppigheid. Het is de kunst zich zelf te zijn. Noch een vólk, noch' een enkel mensch heeft ooit de aanhankelijkheid van anderen verworven door op te houden zich zelf te zijn. De Zwarte Soldaat. A 2- Als je tijdens het eolpeneeren met een voorbijganger in gesprek komt, dan kan die, ook al behoort hij niet tot de intellectueelen, wel eens met redenee ringen komen, die zich aan 'ons voor doen als gezonde motieven. In werke lijkheid zijn he.t drogredenen. Is fnen tegen zulke redeneeringen niet opge-, wassen, dan doet men verstandig er niet op in te gaan, maar dien voorbij ganger te vragen, of een propagandist eens met hem mag komen praten, cm hem dat punt eens haarfijn uit té~isg- gen. Den laatsten keer dat ik mét VoV a colporteerde, is mij namelijk duidel -k geworden, dat men argumenten ken aanvoeren, die alleen met het. volle pond van je denken weerlegd kunnen worden. Wie of wat hij was weet ik niet, want voor mij was hij slechts een voorb j- ganger. Hij, zat netjes in de kleeren en sprak als een geleerde. Onder meer dere voarbeeldej, waarbij de vrijheid van het Nederlandsche Volk op den voorgrond stond, declameerde hij „Wij leven vrij, wij leven blij op Neêrlan s dierb'ren grond" en stelde mij de vrqag, of ik het vriifieid noemde, cis Nederlanders gedwongen werden in Duitschland te gaan werken, of ik het vrijheid noemde, als wij gedwongen werden sneeuw fe ruimen, enz. enz., Hij noemde dat dwang, dwang en neg eens dwang, en als ik dat vrijheid noemde, dan werd het hpog tijd, dat ik mijn verstand eens liet nazien. Na zijn betoog zag de man als over- winnaar op mij neer, maarte vroeg. Toch kan ik mij indenken, dat menig een van dezen opgezetten tijger zou zijn geschrokken, want ik moet eerlijk bekennen, dat ik een oogenblik moest vergeten, dat ik met VoVa's stond te venten, om al mijn denken op het be treffende onderwerp te conc-ntreeren. In den regel wil men, na zoo'n uiting van „verstandig denken", wel eens triomfantelijk de plaat,poetsen. Om hem vast te houden antwoordde ik daaróm maar onmiddellijk, dat hij kletste als een kip zonder kop. Dat hielp, want hij bleef sjaan, en ,ik kreeg gelegenheid om zijn geleerd heid wat op te frisschen. Kameraden, mi.sschisn zou uw be toog beter of anders zijn geweestbe denk, dat de voorbijganger weinig tijd tot nadenken heeft. Hebt U-wel eens nagedacht over het verschil tusschen „verplichten" en „dwingen" U lijkt mij toch een man met \intellectAls wij iemand tot iets verplichten dan leggen wij hem een plicht op én niemand, die van goeden wille is, zal zich aan dien plicht willen onttrekken. Ja, hij zal er een eer in stellen, zijn plicht te vervullen. Van dwang, kan dan pas worden gespro- "ken,. wanneer iemand zijn plicht ver zaakt. Met deze woorden had ik mijn voor bijganger lot nadenken gebracht. Hij mopperde althans „Het ligt er maar aan, wat U plicht noemt 1" Ik vervolgde Het is onze plicht te arbeiden voor ons gezingehoor zaamheid aan zijn ouders Js de plicht van het kindgehoorzaamheid aan zijn Leider is de plicht van een Volk. Als de Leider van een Volk aan dat Volk zou vragen hem niet tegen te werken, zou het geen Leider zijn, maar een bedelaar. Hij zou worHen uitge lachen, evenals een onderwijzer, dia- zijn gezag niet laten gelden. Wat onze pkcht is zal onze Leider bepalen. Zijn bevel is voor ons een plicht. -Een vrij mensch is alleen hij, die zijn plicht heeft gedaan een vrij Volk is alleen dat Volk, dat een eigen Leider uit ën in zijn midden heeft, maar een Leider kan niet iemand zijn, die gevlucht is en die daarom de vrijheid zelf niet meer bezit. f Mijn voorbijganger kreeg even ge legenheid om daar wat tegen in te brengen, maar hij zweeg. Zou hij soms nog piekeren over die arbeiders, die in Duitschland moeten gaan werken Zou..hij, de man, die nooit medelijden met de werkloozen had, nu medelijden met hen hebben? rimdat hun nu werk wprdt aangeboden? Ik vervolgde Het is onze plicht te arbeiden voor ons gezin, ook al moet die arbeid in den vreemde worden verricht. Alleen, wanneer wij onzen plicht verzaken, kunnen wij tot het ver vullen daarvan worden gedwongen en dan is er sprake van dwang. - Toen ging zijn mond open en hij bromde „U noemt het plicht, ik neem het dwang, dwang en nog eens dwang." Onze woorden zijn vaak paarlen voor, de zwijnen, maar ja, een zwijn doet zich wel eens voor als een 'geleerde. de K. Uit „De "Werker". Ondergeteekende adres -te-. verzoekt hem (haar), tfc willen inschrijven als lid der N.S.B. Op te zenden naar het Kringhuis van de N.S.B. Koningstraat 4 Goes. 194i Ooderteekenlnq i J

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche Stroom | 1943 | | pagina 4