Het verheven doel
72 Gelukkige menschen
Ik coloorteer
V Verloting
INZICHT
Kléin-kunstenaars, opgelet
LEZERS fVRAGEN
Zelfstandigheid
Gezins- en Jeugdzorg,
Nederlandsche Scheepvaart
Nederlandsche Volhsdienst
f
Wij schijnen in Londen -een Neder-
landschen Minister van Oorlog rijk te
tijn.
Wij wisten het niet, want het décor
daarginds wisselt onophoudelijk rond-
©m het Engelsche drama.
Dat de plotseling uit de nevelen der
onbekendheid getreden Nederlandsche
Minister van Oorlog in Londen zijn
Engelschen collega feliciteert met zoo'n
vliegende begrafenisstoet, is op zichzelf
reeds een ironie.
Maar dat een Nederlander, die nog
Nederlandsch voélt, zoo iets doet, één
dag nadat diezelfde glorierijke lucht
macht zoo maar eens meer dan twee
honderd Nederlandsche mannen, vrou
wen en kihderen heeft gedood,, is on
mogelijk.
Zoo iemand is in hart en ziel En-
gelschman geworden, met de bekende
koude onverschilligheid voor het lol en
het leven van anderen dan van Engel
schen.
Och, wat beteekenen nu een paar
honderd Nederlandsche mannen, vrort
wen en kinderen, als de „verheven
Britsche doelen" in het spel zijn?
En wat beteekenen daarna'de paar
honderd Parijsche mannen, vrouwen
en kinderen en de meer dan twee dui
zend in Antwerpen?
Het is alles hetzelfde.
Cynische minachting voor het leven
van weerlooze menschen, de diepe trek
in .het Britsche karakter, die als een
Kaïnstéeken het Engelsche volk op het
voorhoofd gebrand staat
Het is hetzelfde cynisme, waarmee
het bolsjewisme het leven in 't alge
meen bejegent.
'Dat verklaart ook het gemakkelijk
samengaan van de twee wereldmach
ten, die uit haar wezen eikaars doods
vijanden moesten zijn, maar die zich
in haar vernietigingswil vereenigen te
gen wat haar weerstaat, het oude
Europa met zijn prachtige cultuur, dat
kostbaar reservoir van genialiteit,
waarin het werk van Beethoven en
Bach, van Rembrandt en Dürer, van
kant en Hegel, van Danthe eh Goetjie
en van duizenden andere' groote gees-
^ten bewaard, gekend en geëerd wordt.
Dat te kunnen vernietigen, welk een
„verheven doel" een gelukwensch
waard.
Het leven van duizenden mannen,
vrouwen en kinderen te vernietigen,
welk een glorierijk spel 1
Het is waar, het haalt nog niet bij
den Boeren-oorlog, toen zes en twintig
duizend vrouwen en kinderen_omkwa-
men in de concentratiekampen van de
Britsche helden.
„Wij zullen de ouders dooden, opdat
ie kinderen eerbied voor ons zullen
hebben", schreef toen een zekere oor
logscorrespondent Churchill.
We zijn er op vooruitgegaan.
Na veertig jaren heeft de ouder ge-
vorden menschenjager zijn wreede
Tiordeelen vervangen door vrome fra
zen, maar zijn daden zijn nog dezelfde.
Ouders en kinderen werden in Zuid-
Afrika omgebracht ouders en kin
deren zijn ook nu yfeer het slachtoffer.
Maar de kihderen zullen geen eer
bied hebben, noch voor de barbaren
van den. Oeral, noch voor de bar
baren van overzeeJ
Een nieuw Europa staat op? dat nu
zijn vijanden leert kennen en van zich
afschudt als schadelijke wezens.
Een nieuw Europa rijst op, dat door
bloed en tranen zijn 'weg zal vinden
naar een krachtige, gezonde gemeen
schap van .samenwerkende volken.
Daaraan mee te 'werken, welk een
vefheven doel 1
Onze beste wenschen vergezellen
dat streven.
Onze gelukwenschen zullen wij be
waren tot den dag, dat Europa's vijan
den aan hun eigen zonde _ijn ten
gronde gegaan en Europa zelf onaan
tastbaar zijn glorierijke tocht kan voort
zetten door de wijde velden der ge
schiedenis.
Kameraden, denkt aan onze
voor
De berichten, die bij mij binnenko
men ?ijn niet ongunstig, doch er moe
ten in bepaalde Kringen nog veel loten
gekocht eh verkocht worden. U kent
toch het doel? Den Leider op zijn ver-
Jaardag een bedrag aan te bieden ter
versteviging van 't fonds voor Gezins-
en Jeugdzorg. Een mooi sociaal werk,
aan de vervolmaking waarvan wij al
len den Leider moeten steunen. Dit
kunnen wij deze dagen nog doen door
het koopen van een of meer loten-
boekjes, elk inhoudende 10 loten.
In eiken Kring zal een winnaar zijn.
Deze 72 winnaars zullen op 10 en 11-
Mei a.s. de gasten zijn van den Leider
en te Utrecht op feestelijke wijze wor
den ontvangen. Bovendien ontvangen
zij van den Leider een aandenken aan
deze dagen. Tevens zql^een van deze
72 winnaars de hoofdprijswinnaar zijn,
in wiens Groep de Leider den avond
van 'zijn verjaardag zal doorbrengen.
Mocht een Kring niet alle gezonden
loten kunnen verkoopen, dan zullen de
geretourneerde loten in een anderen
Kring worden verkocht, met als gevolg,
dat in den! eenen Kring dai geen, in
den andere 2 prijswinnaars zullen zijn.
Kameraden, helpt allen mede, opdat
Verantwoordelijk voor den inhoud de hoofd
opsteller Drs. G. Schuerman te Middelburg,
UitgeverDistrict f 4, Zeeland v. d. Nat.-Soc.
Beweging. Verschijnt tweemaal per maand.
Abonnementen buiten Zeeland f 1.50. per jaar.
P.V. 1894/23. Gratis verspreiding.
ik den Leider op zijn verjaardag kan,
melden
„alle loten verkocht 1"
Hier en daar zijn nog loten te ver
krijgen. De Inster heeft ze, Uw Groeps
leider heeft ze, de Groeps-adminisfra-
teur heeft ze, tenminste zoolang de
voorraad strekt. Zijn de loten bij deze
functionarissen uitverkocht, dan kunt U
een aantal boekjes bestellen aan- het
'Hoofdkwartier, Dienst Controle P.O.,
Maliebaan 25 te Utrecht, onder gelijk
tijdige overmaking vanmaal f 1.00
plus f 0.20 portikosten, op onze Giro
rekening No. 340075.
Onthoudt U den datum
Trekking 3 Mei a.s.
Kameraden, doet allen "Uw best, deze
verloting moet slagen.
Hou Zee
De Gemachtigde van den Leider
voor de Financiën,
F. W. VAN B'ILDERBEEK.
Orgel en Piano
(of Vleugel)
fe koop gevraagd.
Brieven met opgave van prijs en merk
aan KONINGSTRAAT 4 te Goes.
In twee onder elkaar staande ken
nisgevingen uit de „Prov. Zeeuwsche
Courant" lezen wij' het volgende
Wegens vertrek naar elders, zeg ik
alle vrienden en relaties hartelijk- vaar
wel en bericht tevens, dat alleen- in
den winkel de zaken voortgang blijven
Winden.
J. DE LANDMETER,
Souburg.
2. Diep getroffen zijnde door het bij het
vertrek qaar elders van onzen lieven
Zoon en Broeder, Jan, ondervonden
medeleven, betuigen wij «onzen op
rechten dank.
Jan 'roept U allen een hartelijk weer
zien toe.
J. DE WIJZE,
Koudekerke, 15 Maart 1943.
Uit het eerste .blijkt, dat de heer De
Landmeter de zaken neemt zooals ze
komen. Men moet bedenken, dat het
•in het belang van het algemeen js, dat-
ook hij het noodzakelijke ervan zal in
zien, waar het om gaat.
Een ieder die ingezet wordt, om el
ders te gaan werken, zal zeer zeker tot
de. overtuiging komen, dat ook zijn
werk naar alle waarde geschat zal
worden en leeren beseffen, dat ook zijn
inzet, zijn offer, niet tevergeefs zal zijn
geweest, 't Is voor het welzijn van
ons volk en gansch Europa, dat in bit
teren strijd verkeert tegen het moor
dende Bolsjewisme. Het is hard soms,
maar zoo staan de zaken, die men ook
als zakenman moet aanvaarden.
De tweede kennisgeving van J. de
Wijze lijkt meer op een begrafenis
advertentie dan op een kennisgeving
van vertrek. Of er nog een receptie
gehouden is wegens het vertrek van
Broeder Jan naar elders Dat ontbreekt
er nog maar aan. Het is niet te zeggen,
hoeveel jonge menschen en ouderen al
naar Duitschland zijn vertrokken om te
gaan werken, al of niet vrijwillig, voor
dat Broeder Jan er een flauw idee of
eenig vermoeden van had, dat hij er
ook wel eens voor in aanmerking zou
kunnen komen. Heeft hij er ooit wel
eens over nagedacht, dat hij zich ook
vrijwillig had kunnen melden, zoodqt
door zijn offer, als vrijgezel, een vader
van kinderen in Nederland had kun
nen blijven?
Zijn de vader en familie en „mede-"
levers" van hun lieven zoon en broe
der Jan wel doordrongen van het feit,
dat ook zij de lasten en ongerieven
van dezen oorlog moeten dragen en-
dat dit .vertrek naar elders nu niet meer
alleen geldt voor de zonen uit arbei-
'ders-gezinnen, maar ook voor de zoon
tjes van Pa'?
Neen, meneer De Wijze, die adver
tentie komt niet overeen met de belang
stelling 'van de „medelevers" en is
geen zuivere weergave van uw inner
lijke gevoelens. Dit is ophitsing en ver
kapte demonstratie. Er worden wel
grootere offers gebracht en heetere tra
nen geschreid. Denk eens aan de ou
ders van onze frontkameraden, die hun
zonen afstaan en er 'niet zoo zeker van
zijn, dat ze een spoedig weerzien zul
len hebben.
f P. A. T.
zijn twee dagen de gast van den Lei
der, doordat zij een of meer boekjes a
f 1.00, elk inhoudende 10 loten, kochten.
U hebt nog een kleine kans, hier en
daar zoo'n boekje machtig te worden
en ook tot die gelukkigen, te kunnen
behooren.
Grijpt de 'kans. U steunt het mooie
sociale werk van den Leider, het fonds
voor Gezins- en Jeugdzorg te verstevi-
,gen, met bovendien de kans, de' feeste
lijkheden in' Utrecht mede te magen
maken.
Tevens kunt U de geluksvogel voor
,uw Groep zijn.
10 kansen voor één gulden.
Trekking 3 Mei a.s.
Kameraden, kleinkunstenaars, wor
den verzocht naam en adres in te zen
den bij den Dienst Rederijkerstooneel
en Kameraadschaps-avonden, Malie
baan 41 te Utrecht.
J. K. te Kloosterzande. Vraag: Toen
ik de laatste keer mijn levensjniddelen-
bbnnen afhaalde, werden door de dis
tributieambtenaren mijn boterbonnen
afgescheurd, omdat ik melkgevende
koeien heb. Ik heb geen vergunning
om te kamen. Hoe moet ik nu aan
boter komen, en hoe groot is het rant
soen dat ik krijg?
Antwoord: Met ingang van de
5de periode, dus op 8 April,-begon de
zelfverzorgingsregeling voor boter. Van
ieder die melkvee heeft werden daar
om, de boterbonnen ingehouden, of ze
een kamvergunning hebben of niet. Nu
moet er voor deze menschen op een
andere manier voorzien worden in hun
behoefte 'aan boter.
Uw boterbonnen werden dus wel in
gehouden, maar daarvoor, in de plaats
heeft U een bewijs gekregen, voorzien
van stempel en handteekening, \waar-
op vermeld staat voor hoeveel -perso
nen de bonnen ingehouden werden.
Met dit bewijs nu gaat U naar de fa
briek waar U de melk levert en hierop
moet deze fabriek U de noodige boter
leveren. U krijgt in het vervolg 750 gr.
boter per persoon per vier weken, zoo
dat U weer iets boven het gewone bur-
gerrantsoen staat.
Nu zijn er ook verschillenden/eeheu-
ders die geen melk aan een fabriek
leveren en ook zij moeten ctan de
noodige boter geholpen worden. Deze
menschen gaan naar de Plaatselijk
Bureauhouder, en deze wijstseen fabriek
aan die voor hen de boter meet leve
ren. v
Gepn enkele melkveehouder zal dus
nog boter kunnen koopen bij den win
kelier. Uitzondering wordt slechts ge
maakt voor hen-, die veel moéten reizen
\en voor hen, die tpeslag krijgen voor
werkzaamheden die verricht worden
buitc het landbouw-, veeteelt-, of tuin
bouwbedrijf.
Veehouders die op dit punt moeilijk
heden hebben, moeten zich niet wen
den tot het distributiekantoor, maar tot
de P.B.H., die hun alle mogelijke, in-"
lichtingen kan en moet %even.
Kameraden, die op eenigerlei wijze
hun werkkring hebben of, hadden bij
de Nederlandsche scheepvaart in den
meest uitgebreideri zin, opleidingen in
begrepen, worden verzocht zich schrif
telijk te willen melden bij de afdeeling
„Nieuw Zeewezen", Nassauplein 7, te
Den Haag.
Voor de laatste maal in. het Winter
hulp-seizoen 1942-1943 hebben de col
lectanten en cöllectrices met de roode
bus. in de hand getracht hun mede
burgers te bewegen een offer te bren
gen voor de noodlijdenden onder ons.
Reeds nu kan gezegd worden, dat de
opbrengsten van de gehouden collec
ten die van het vorig seizoen belangrijk
overtreffen.
Steeds breeders lage^ van ons volk
beginnen het. werk van Winterhulp te
begrijpen en bleken bereid door hun
pffer aan Winterhulp Nederland eraan
mede te werken, dat veel leed verzacht
kan worden. Zij hebben er mede toe
bijgedragen, dat meerderen onder ons
langzaam maar zeker zijn gaan be
grijpen, MyaJ het zeggen wil 5 geborgen
te zijn in eigen volk. Want, volksge-
nooten, hierom gaat 't dan toch eigen
lijk. Een ieder onder ons moet weten
dat, wat Winterhulp voor de minst- en
minder-bedeelden onder ons wil doen,
met liefdadigheid niets te maken heeft.
Het tijdperk, dat men, in nood verkee-
rende, moest zien uit te vinden bij
■Xrelke van de ruim 8008 liefdadigheids-
vereenigingert men te - biecht moest
gaan, ligt achter ons en wel voorgoed.
Het is dus geen liefdadigheid wat
Winterhulp beoefenen wil, doch als
volksche organisatie wil zij den minder
bedeelden onder ons datgene brengen
wat het volk geofferd heeft. Moge de
leuze „Voor het volk door het volk"
dan ook door steeds meerderen begre
pen worden.
Een woord van dank past hier aan
de collectanten en cöllectrices, die in
het afgeloopen seizoen, weer of geen
weer, steeds maar erop v uitgetrokken
zijn om gaven in te zamelen voor onze
minder bedeelde volksgenooten. Zij
deden dit geheel vrijwillig, ontvingen
hiervoor geen betaling
Aan hen is het te danken, dat^de.
collecte-opbrengsten een steeds stijgen
de lijn vertoonen en dat Winterhulp in
staat is geweest steeds meerderen te
helpen. Gij hebt, collectanten en cöl
lectrices, uw werk gezien als een plicht,
tegenover ons volk en vaderland. Hef
volgend seizoen zult gij wederom ge
roepen worden en'wij weten nu reeds,
dat de oproep niet tevergeefs zal zijn.
En nu is de winter achter den rug.
Beteekent dit, dat de tijd gekomen is
om uit te rusten van de vermoeienissen
tot het volgend W.H.N.-seizoen
Geenszins, volksgenootenOok in
de komend'e maanden zal er aange
pakt moeten wordefi. De geestelijke en
stoffelijke nood ih ons volk is nog
groot en zal ook in de Ijoipende zomer
maanden, zooveel als in ons vermogen
ligt, gelenigd moeten worden.
En hier ligt dan een grootsche taak
voor den Nederlandsclïen Volksdienst,
om, als alles overkoepelende volksche'
organisatie, er voor te zorgen, dat die
genen onder ons, die aan alles gebrek
hebben, niet nog dieper in het moeras,
wegzinken.
Een mooie, doch moeilijke taak is*
het, om ons volk van de noodzaak van
een Nederlandschen Volksdienst te
/overtuigen. Velen staan tegenover dit
werk nog volkomen onbekend. Tot hen
zeggen wijDie Nederlandsche Volks
dienst wil vóór alles het Nederlandsche
volk stérk en gezond maken en ef voor
zorgen, dat diegenen, die sterk en ge
zond zijn, nog sterker en"gezonder wor
den. Want bedenkt wel, volksgenoo
ten, dat een zwak volk op den duur
niets meer zal beleekenen en zal onder
gaan. Eeri sterk volk daarentegen, de
geschiedenis heeft zulks bewezen, kan
zich handhaven en zal een rol van be-
teekenis kunnen spelen. Iedér oprecht
Nederlander wil toch het beste voor
zijn volk en zal toch toegeven, dat een
volk, dat niet sterk- en gezond is, 'ook
niet gelukkig kan zijn. Ter wille van
ons volk zelf dus moet er naar gestreefd
worden, de volkskracht op te voeren.
De Nederlandsche Volksdienst wijst,
om tot dit doel te geraken, de juiste
wegen en middelen aan.
Wat verstaat men onder zelfstandig
heid Het is het vermogen om op zich
zelf te staan, om zonder .hulp van an
deren, zonder directe leiding, ook te
gaan, te kunnen en te durven handelen.
Daarvoor zijn noodig kennis (van het
eigen vak), weten, geschiktheid om de
omstandigheden te begrijpen, besluit
vaardigheid en het vermogen om de
opgedane ervaringen te benutten eri
naar gelang van omstandigheden toe
te passen.
Men moet eerst over deze eigen
schappen en kundigheden beschikken
voor men de verantwoordelijkheid vopr
de daden aandurft. Zonder die eigen
schappen en kundigheden handelt men
onverstandig en roekeloos.
Met die eigenschappen voelt hij zich
gedrongen op eigen oordeel te bou
wen en, zoo noodig tegen de opinie
1 van anderen in, den weg te volgen,
dien men zelf heeft uitgezet.
Met die eigenschappen voelt men
zich schikken over onafhankelijkheids-
zin en oorspronkelijkheid, vastheid van
wil, zelfvertrouwen, zedelijken moed,
fierheid en gepaste eigenwaarde.
Zoo is zelfstandigheid 'n steunpilaar
der tucht, die imme/s gebaseerd moet
zijn op eerbied en-achting, die steunt
op de hoogere ontwikkeling, die onder
moeilijke omstandigheden alleen door
karakter kan wordeh afgedwongen.
Een goede tucht wordt niet gehand
haafd door wie het meest den mond
vol heeft over de discipline, maar daar
bij onbekwaam is om door zijn moreel
gehoorzaamheid en achting af te dwin
gen, doch alleen maar-weet te grijpen
naarhet zwakst werkend middel.:
straffen en nogmaals straffen, naar
veel en streng afkeuren, onbuigzame
gestrengheid of futiliteiten, luide on
tevredenheidsbetuigingen, barsche en
terughoudende omgangswijze, zonder
voeling met zijn menschen, bang voor
besprekingen, en critiek, die de opinie
van een jongere brandmerkt als schen
ding van .de subordinatie.
In de Beweging even goed als daar
buiten hebben lieden van .karakter al
tijd een zwaarderen strijd te voeren,
dan de dorrimp gödweeën. Wie karak
ter heeft toont het. Wie het toont komt
in conflict. Wie in conflict komt is las
tig. .Wie lastig is moet op zij 1
Het is een bewijs van zwakheid van
leidinggevende personen, als zij karak
tervastheid en eigen oordeel vreezen
als een gevaarlijken vijand. Maar het
is ook een bewijs van zwakheid van
de geleiden, wanneer zij wenschten,
dat de begeerde zelfstandigheid hen
in den schoot werd geworpen. Zelf
standigheid is kostbaar.Wat kostbaar
is kost strijd om het te bezitten. Strijd
en moeite. De waarde komt pas na den
strijd. De. strijd moet het karakter sta
len. Dan volgt automatisch het afge
dwongen respect, ook dat van de
tegenstanders. Onmisbaar zijn daarbij
volharding en zelfvertrouwen en vol
doende fierheid en gevoel van eigen
waarde om zich niet te laten terug
dringen van het ingenomen standpunt
noch door gemakzucht, noch door
vrees.
Maar. ...men verwarre strijd niet
met oneenigheid en kibbelzucht, vast
houdendheid niet met koppigheid.
Het is de kunst zich zelf te zijn. Noch
een vólk, noch' een enkel mensch heeft
ooit de aanhankelijkheid van anderen
verworven door op te houden zich zelf
te zijn.
De Zwarte Soldaat.
A
2-
Als je tijdens het eolpeneeren met
een voorbijganger in gesprek komt, dan
kan die, ook al behoort hij niet tot de
intellectueelen, wel eens met redenee
ringen komen, die zich aan 'ons voor
doen als gezonde motieven. In werke
lijkheid zijn he.t drogredenen. Is fnen
tegen zulke redeneeringen niet opge-,
wassen, dan doet men verstandig er
niet op in te gaan, maar dien voorbij
ganger te vragen, of een propagandist
eens met hem mag komen praten, cm
hem dat punt eens haarfijn uit té~isg-
gen. Den laatsten keer dat ik mét VoV a
colporteerde, is mij namelijk duidel -k
geworden, dat men argumenten ken
aanvoeren, die alleen met het. volle
pond van je denken weerlegd kunnen
worden.
Wie of wat hij was weet ik niet, want
voor mij was hij slechts een voorb j-
ganger. Hij, zat netjes in de kleeren en
sprak als een geleerde. Onder meer
dere voarbeeldej, waarbij de vrijheid
van het Nederlandsche Volk op den
voorgrond stond, declameerde hij „Wij
leven vrij, wij leven blij op Neêrlan s
dierb'ren grond" en stelde mij de
vrqag, of ik het vriifieid noemde, cis
Nederlanders gedwongen werden in
Duitschland te gaan werken, of ik het
vrijheid noemde, als wij gedwongen
werden sneeuw fe ruimen, enz. enz., Hij
noemde dat dwang, dwang en neg
eens dwang, en als ik dat vrijheid
noemde, dan werd het hpog tijd, dat ik
mijn verstand eens liet nazien.
Na zijn betoog zag de man als over-
winnaar op mij neer, maarte vroeg.
Toch kan ik mij indenken, dat menig
een van dezen opgezetten tijger zou
zijn geschrokken, want ik moet eerlijk
bekennen, dat ik een oogenblik moest
vergeten, dat ik met VoVa's stond te
venten, om al mijn denken op het be
treffende onderwerp te conc-ntreeren.
In den regel wil men, na zoo'n uiting
van „verstandig denken", wel eens
triomfantelijk de plaat,poetsen.
Om hem vast te houden antwoordde
ik daaróm maar onmiddellijk, dat hij
kletste als een kip zonder kop.
Dat hielp, want hij bleef sjaan, en
,ik kreeg gelegenheid om zijn geleerd
heid wat op te frisschen.
Kameraden, mi.sschisn zou uw be
toog beter of anders zijn geweestbe
denk, dat de voorbijganger weinig tijd
tot nadenken heeft.
Hebt U-wel eens nagedacht over
het verschil tusschen „verplichten" en
„dwingen" U lijkt mij toch een man
met \intellectAls wij iemand tot iets
verplichten dan leggen wij hem een
plicht op én niemand, die van goeden
wille is, zal zich aan dien plicht willen
onttrekken. Ja, hij zal er een eer in
stellen, zijn plicht te vervullen. Van
dwang, kan dan pas worden gespro-
"ken,. wanneer iemand zijn plicht ver
zaakt.
Met deze woorden had ik mijn voor
bijganger lot nadenken gebracht. Hij
mopperde althans „Het ligt er maar
aan, wat U plicht noemt 1"
Ik vervolgde Het is onze plicht
te arbeiden voor ons gezingehoor
zaamheid aan zijn ouders Js de plicht
van het kindgehoorzaamheid aan
zijn Leider is de plicht van een Volk.
Als de Leider van een Volk aan dat
Volk zou vragen hem niet tegen te
werken, zou het geen Leider zijn, maar
een bedelaar. Hij zou worHen uitge
lachen, evenals een onderwijzer, dia-
zijn gezag niet laten gelden. Wat onze
pkcht is zal onze Leider bepalen. Zijn
bevel is voor ons een plicht. -Een vrij
mensch is alleen hij, die zijn plicht
heeft gedaan een vrij Volk is alleen
dat Volk, dat een eigen Leider uit ën
in zijn midden heeft, maar een Leider
kan niet iemand zijn, die gevlucht is
en die daarom de vrijheid zelf niet
meer bezit. f
Mijn voorbijganger kreeg even ge
legenheid om daar wat tegen in te
brengen, maar hij zweeg. Zou hij soms
nog piekeren over die arbeiders, die
in Duitschland moeten gaan werken
Zou..hij, de man, die nooit medelijden
met de werkloozen had, nu medelijden
met hen hebben? rimdat hun nu werk
wprdt aangeboden?
Ik vervolgde Het is onze plicht te
arbeiden voor ons gezin, ook al moet
die arbeid in den vreemde worden
verricht. Alleen, wanneer wij onzen
plicht verzaken, kunnen wij tot het ver
vullen daarvan worden gedwongen en
dan is er sprake van dwang. -
Toen ging zijn mond open en hij
bromde „U noemt het plicht, ik neem
het dwang, dwang en nog eens
dwang."
Onze woorden zijn vaak paarlen voor,
de zwijnen, maar ja, een zwijn doet
zich wel eens voor als een 'geleerde.
de K. Uit „De "Werker".
Ondergeteekende
adres
-te-.
verzoekt hem (haar), tfc willen inschrijven als lid der N.S.B.
Op te zenden naar het
Kringhuis van de N.S.B.
Koningstraat 4 Goes.
194i Ooderteekenlnq i
J