Viering van den Oogstdankdag in Zeeland Indrukwekkende Feestelijke Bijeenkomsten die hoogerop wilde. tegen de dieven in he' van de N*S.D*A.P. en N.S.B. wel te Middelburg» Zierikzee» Goes» Axel en Oostburg* De redevoeringen van de kameraden Münzer en Jan Dekker* Fraiscbe Mvorst 0e olgd). au seri- in haar neuw was, an, alleen an genood hoogte te degenen, het meest reden heb- erde gene- lidingsinsti- afgeloopen, oor nieuwe iter bij de enbedoelde niet ten on- Zij vroeg werde dog waren en iadden. Ze het volk en deze men- ooit verde^ atteeren ert lijn uitstipr ieze groep :on geen inj ken uitcefe- Op den eersten Zondag van de maand Oc tober hebben ook de Nationaal-Socialisten in Zeeland den Oogstdankdag gevierd. Te Middelburg, Zierikzee, Goes, Axel en Oostburg vonden des m'ddags feestelijke bij eenkomsten plaats van ^e N.S.D.A.P. en de N.S.B., die overal druk bezocht waren. Wij woonden den Oogstdankdag bij in de groote zaal van het Schuttershof te Goes. De zaal was keurig versierd met vlaggen en talrijke bloemstukken, met op den achter grond een schilderij van den Führer. Ojk het podium prcikten vele prachtige dahlia's en fraaie kransen van met bloemen doorvloch ten veldvruchten en kleurige linten. Rijke korenschoven zetten luister bij aan deze oogstversiering* Toen Musikmeister Goede! met zijn Musik- korps der Luftwaffe het feest inzette met den jnarsch Frühlingseinzug van Blom was de zaal tot den nok toe gevuld met belang stellenden, o,w* vele leden der N.S.B, met hunne vrouwen, Jeugdstormers, vertegen woordigers der N*S.D,A.P* en der Weer macht* Verscheidenen waren ook versche nen in de Zeeuwsche boeren kleederdracht en talrijken waren gekomen van heinde' en verre* Kringleider Rosier verleende allereerst het woord aan den Beauftragten des Reichskommis- sars, den heer Münzer. Hij herinnerde aan de groote rede, die Herman Goering daareven uit gesproken had voor de microfoon. Nu was men hier in de boerenprovincie Zeeland bijeen ge komen om alle boeren en boerinnen, om alle landarbeiders te danken voor het jaar van ar beid, dat achter hen lag. Den Almachtige wilde spr. echter danken voor den oogst, welke Hij dit jaar zoo rijkelijk gezegend had. Het fundament van ons volk, Beauftragte Münzer herinnerde er aan, hoe sedert Hitier aan de macht kwam alreeds telken jare oog-;tdankfeesteb georganiseerd waren, die bijgewoond werden door honderdduizenden. Nu alreeds een deel der Nederlanders den Führer trouw gezworen heeft op leven of dood, op overwinning of verderf, al zijn er dan ook nog velen die deze gemeenschap van een Germaan- schen Statenbond niet willen, kunnen wij ook hier gezamenlijk het oogstdankfeest vieren. Zij, die hier dezen Zeeuwschen bodem bewerken, vormen de fundamenten van het volk. De po liticus zoowel als de industriearbeider is aan den boer gebonden. Er ligt een tijdperk van liberalisme en individualisme achter ons, waarbij men deze eenheid in het volk wilde breken. Dit tweedracht zaaien onder heF volk kwam uit: Joodsche bron. Ook hier heeft de boer den tijd gekend, dat hij scheef werd aangekeken. Ook hier hebben wij een tijd van genotzucht gekend, waarbij er boeren waren die meer hun genoe gens gingen zoeken in de grootstad dan dat fcij werkten op het land. Wij in Duitschland heb ben den tijd van neergang voor den boer nog sterkergekend dan gij hier, den tijd na den wereldoorlog, toen schier alle boerderijen hypo theken moesten opnemen en honderdduizenden boeren hun faillissement tegemoet gingen. Het internationale jodendom, dat den boer onteigen de en ontrechtte, strekte toen zijn plutocratische klauwen naar hem uit. De Führer echter heeft aan al deze ellende paal en perk gesteld. Hij was het dïè een einde maakte aan alle grond- speculatie en het Relchserbhofgesetz in het leven riep, dat de boerderij onbelastbaar en onver deelbaar maakte. Geëischt werd dat de boer voortaan 'van Duitschen of stamverwanten bloede zou zijn, alsook dat hij een eerbaar man was. Volk en bodem werden daardoor een on verbreekbare eenheid. De boer, die voortaan weer verantwoording had af te leggen tegen over zijn sibbe en zijn familie, vormde van nu af aan weer de krachts- en bloedsbron van zijn volk. Aan den trek van het land naar de steden kwam een einde. Braakliggende gronden werden wederom vruchtdragende akkers en thans, negen jaar nadat Hitier aan de macht kwam, zijn wij al zoover, dat ook Nederland- sche boeren wederom onbegrensd emplooi kun nen vinden door vestiging in het Oosten. De mannen aan het front behoeven nu niet te vreezen, dat hun toekomstmogelijkheden thans door anderen worden weggenomen. De Führer zal op de eerste plaats voor hen zorgen, dat zij zich vestigen kunnen in de bedrijven die voor hen geëigend zijn. Na den oorlog zal er in het Oosten een wal ontstaan, die door het boeren- dom gebouwd wordt. Door Germaansch bloed Is de bodem daar veroverd en doordrenkt, door Germaansch bloed zal de bodem daar Heimat- rijp gemaakt en behouden blijven. Zoo zal daar de beste beschutting tegen inwerking van aan de Germaansche volken vreemde ideeën geschapen worden. Een treffend dankwoord* Beauftragter Münzer sprak daarop een ont- foerend dankwoord uit aan allen, aan de sol daten zoowel als aan de arbeiders in de oor logsindustrie, aan de moeders en kinderen en ellen die hun plicht deden aan het thuisfront, voor de bescherming die zij ook den Germaan- «chen boer geschonken hebben. Uit Menzels gedicht „Reife Aehren" toonde spr. ons, hoe hit die rijpe aren het brood groeit, dat ons behoudt, opdat wij kunnen dienen, hoe dit brood gaat van deur tot deur, van stad tot Stad, hoe de een het steeds den andër reikt «n ieder van het brood verzadigd wordt. Hier ist das. Brot, von Gott gegeben V/er spürt es nicht, wenn er hier lauscht Hort, wie es klingt von Tod und Leben Hört, wie die grosse Ernte rauscht. Ver boven dit alles uit wilde spr. echter iiog voor een bijzondere oogst danken. In dit uur wilde hij zeer in het bijzonder de honderdduizenden Duitschc en Ncderland- sche vrouwen danken, die ons weer het mooiste gegeven hebben, dat zij ons schen ken konden, haar vele honderdduizenden kinderen. Zij vormen de mooiste cn rijkste oogst, die een volk het zijne noemen kan* Spr. besloot met er op te wijzen, dat zij, die j thans in Afril» do hel van Stalingrad onze vrijheid bevechten op de barbaren, die het met bloed bevlekte Moskou op ons af gezonden heeft, ons de grootste oogst van een duizendjarig Èijk zullen brengen. Alles wat ons aan verlangen als erfgoed na gelaten werd, wordt thans schrede voor schrede naar zijn vervulling gevoerd. Dit is de ver vulling van het groote verlangen, «dat de Ger maansche volken al gevoelden in de dagen toen de Siegfriedlinie ontstond. Beauftragter Münzer herinnerde aan de woorden van Rosenberg, waarbij deze als zijn overtuiging uitsprak, dat de Duitsche natie, die in Rusland het zwaarste te dragen heeft gehad, ook in de toekomst haar standvastigheid bewijzen zal. „En de boer, die aan de wortel zit, zal ook den bloei dragen." Aan den oogst van het duizendjarig Rijk, dat wij thans vestigen zal voor eeuwig den naam van Adolf Hitler verbonden zijn. De rede werd met luiden bijval begroet. De boer - hij ploegde voort. De Gemachtigde van den Leider der N.S.B. in Zeeland, kameraad Jan Dekker, herinnerde eraan, dat wij de oogstdankdagen zooals wij er heden een vierden, reeds kenden zoolang hier Germanen gewoond hebben, dus reeds in vóór-Christelijke tijden. Later werden deze de ons allen welbekende bid- en dankdagen, oor spronkelijk ook bedoeld met betrekking tot den oogst. Achter ons ligt een tijd, waarin onze regee ring het graan gedeeltelijk met petroleum liet overgieten, wat denatureeren werd genoemd. Niet alleen het graan, maar ook het volk werd i daarmee gedenatureerd. Wij, Nationaal-Socia listen pasten voor een dergelijke levenshouding. Nu maken wij het mee, dat er in ons vader land menschen zijn, die blij waren toen de win tertarwe dezen winter kapot vroor en toen wij in April j.l. een droogtetijdperk kenden. Op 11 Mei regende het echter Goddank. En de Leider noemde dezen regen het mooiste ge schenk, dat men hem op zijn verjaardag geven kan. Wij, in de Zeeuwsche boerenprovincie, weten het zoo goed wat droogte en regen voor onze boeren beteekenen, wij weten zoo goed wat het beteekent, wanneer van hier geen vol doende veldvruchten naar de steden kunnen ver zonden worden. Hoe dichter bij den grond, hoe dichter men bij God leeft, zegt het spreekwoord. Dat wordt ook in deze dagen weer eens be- waarhéid. Wanneer de Engelsche radio de boeren ook al ophitst om niets af te leveren, toch luistert zelfs niet de grootste anti-boer in Zeeland naar'dezen stem. De jood, dr. Blan- kensteyn, die vroeger zijn buitenlandsche over zichten schreef in de Nieuwe Rottérdamsche Courant enDe Stem en die nu tot dergelijke misdaden aanzet voor den Londensche micro foon, kan blijkbaar niet begrijpen, dat geen Zeeuwsche boer zijn grond zoo ontrouw zal worden. Om den Zeeuwschen boer te leeren begrijpen wilde spr. eens in herinnering brengen hoe deze geleden heeft in den Napoleontischen bezettingstijd, toen de hofsteden werkelijk be roofd en gebrandschat werden. De dichter Werumeus Buning teekende dit aldus: Men heeft den boer zijn hof verbrand Zijn vrouw en os vermoord. Dan spande de boer zichzelf voor den ploeg Maar dé boer - hij ploegde voort* Als het Vrouwtje van Stavoren, Den jood Blankensteyn kunnen wij antwoorden onder alle omstandigheden ploegt de boer voort. Dat eischt de hoereneer, die voor alle Ger maansche -landen geldt. Londen probeert den boer op alle mogelijke manieren te verleiden. „Wat maak je je druk?4', heet het ook, „De Duitschers halen het toch weg". Maar hoe stonden we er in den vorigen oorlog met de voedselvoorziening voor, toen de Duitschers niet hier waren Belangrijk slechter en beroer der. Ook toen werd er aan zwarte handel ge daan, maar zoo goed als toen weet iedere ïve- derlandsche zwarte handelaar in zijn hart, dgt hij de dief van zijn volk is. En al is thans de Duitscher hier, meer dan ooit wenschen wij den Duitschen soldaat, wdie ons thans tegen het bolsjewisme beschermt, de beste verzorging die een soldaat toekomt (langdurig applaus). Ach ja, de Engelsche radio. In een dorpje werd dezer dagen een N.S.B .-burgemeester ge ïnstalleerd. Toen we vroegen hoe 't kwam, dat de menschen hier in tegenstelling met elders allemaal toch zoo vriendelijk waren tegen de N.S.B.-ers klonk het antwoorddoor het gas 1 Dat kwam zooVijftien jaar geleden besloot daar de gemeenteraad tot gasaanleg inplaats van electriciteit. Daardoor kon daar nu ook niemand naar de radio luisteren. Eenmaal, als de Engelsche radio het zwijgen is opgelegd, zal het ons overal zoo vergaan. Men kan een groot deel van ons volk in de laatste jaren nu een keer van alles wijs maken. Vlak voor den oorlog stond er in „De Zeeuw", dat de Sieg friedlinie ondergeloopen was, en iedereen ver telde toen„Nu verzuipen de Duitschers al voordat ze gevochten hebben". Maar in die dagen waren we bij al onze zekerheden toch niet veel verstandiger dan het vrouwtje van Stavoren. Ook zij liet als een échte plutocrate het graan in zee storten en zou evenmin arm worden als dat haar gouden ring teruggevonden werd, die ze in het water wierp. De ring kwam terug en zij werd arm. Bij al onze weelde telden ook wij 500.000 werkloozen, die het aan het meest noodige ontbrak. ^V*j waren als de bóer, die eerst zijn vijfden zoon Wegzond om het beter te krijgen en toen zijn vierden zoon. De N.S.B. waarschuwde en waarschuwde, maar toen klonk als antwoord, dat we niet Christelijk waren.' Wij, Nationaal-Socialisten hadden ons in dit liberale, individualistische tijdperk inge steld op het volk en het was niet Christelijk wann§ei* wij er bezwaar tegen maakten dat een landarbeider twaalf gulden verdiende en een Rotterdamsche tramconducteur zes-en-dertig Op dit oogenblik wordt op dit stuk recht ge daan en daarvoor willen wij God dezen dag ook dankzeggen.- Onze Oostfrontstrijders. Ook onze Nederlandsche jongens aan het Oostfront zullen het mogelijk maken, dat de Nederlandsche boer kan blijven oogsten, iets dat voor dezen oorlog lang niet meer voor alle Zeeuwsche boerenzoons gold. Den Vlaamschen dichter zeg ik na Hun lichamen liggen als zaden in 't land. Zij zijn gestorven voor Vlaanderenland. Dank bracht spr. hier ook aan de strijders van vóór 1940, die zonder kans op overwin ning den Leider trobw bleven, toen geen middel werd geschuwd om hen het leven onmogelijk te maken. De 3500Ö, die toen stand hebben ge houden tegen alle terreur, zullen ook nu oogsten. Öank bracht spr. daarvoor aan den Führér die ook onze Führer is (daverend applaus). Spr* wilde op dezen dag eens herinneren aan de woorden vaneen professor te Mid delburg over bloed en goud tegenover de genen, die er zoo zeker van zijn, dat Enge land .de laatste slag wint* Evenmin als de Christus vóór 1942 jaren, kunnen ook wij nu het goud geven, waarmee de farizeeërs de wet voorschreven. Maar niet het goud van de joden, het bloed van Christus heeft overwonnen. Daaraan óp dit oogenblik te herinneren is niet misplaatst. Waarom zijn er zoovelen, die nu verlangen naar een En gelsche overwinning 1 Omdat zij er aan denken te verdienenomdat ze hun kapi taal dan denken te beh-uden, d:.i dikwijls onverdiend verworven is. Maar wat komen de Duitschers hier doen Wp hebben ze toch niet geroepen, zal men mij ook nu weer tegenwerpen. Stel dat nu, nu er zoo druk gesproken, wordt over een tweede front, de Duitschers eens niet hier waren. Dan zou hier het tweede front zeker al gekomen zijn. Dan zou hier de botsing uitgevochten worden tusschen Engeland en Duitschland. Zou daarnaar werkelijk ook maar één Nederlandsche anti-map verlangen De vrede de rijkste oogst* Ook spr. besloot met den vrede in Europa na een overwinning op het bolsjewisme en En geland te teekenen als den rijksten oogst dien wijontvangen kunnen. Voor honderd procent vond hij het te betreuren, dat al onze Neder landsche weerbare jongens niet meestreden, zco- als alle weerbare Duitschers. Na een Europee- sche vrede, zooals Hitier dien wil, zullen wij niet meer behoeven te vreezen, dat onze kin deren opnieuw een oorlog zullen moeten mee maken. Moge de laatste Sondermeldung de eindoverwinning van den Führer'zijn. Ook op dezen oogstdankdag is dit onzen hartewensch. Staande zongen toen allen mede het: Wilt heden nu treden voor God den Heere. Na de beide redevoeringen klonk een drie werf Sieg Heil op den Führer, terwijl hét mu ziekkorps het „Deutschland, Deutschland über alles" en vervolgens het Horst Wessellied, als mede liet Wilhelmus speelden, die eveneens staande werden meegezongen. Tot slot speelde het korps „Singcnde, klin- gende Motoren" van Rucht en „Kampfgeschwa- der Horst Wessel" „van Husade. Eenvoud is het kenmerk van het ware, zegt een goed Nederlandsen spreekwoord. Hoe eenvoudig In al hun groote beteekenis waren in de af- geloopen dagen ode wederom die enkele woorden, die de Führer tof ons sprak. Hij gaat ons, Nationaal-Socialisten, steeds voor in eenvoud. Hoe weef juist onze Zeeuwsche volksgenoot dezen eenvoud te waardeeren. Is dat niet een eigenschcqp van den Zeeuw zelf? Was ook niet een van onze grootst© Zeeuwen, de grootste Nederlandsche zeeheld aller tijden, Michiel de Ruyter, de eenvoud ln persoon 1* Van simpel kajuitsjongen klom hij op tot Luitenant-Admiraal van Holland en West-Friesland. In 1655 werd hij Groot- Burger van Amsterdam en in 1660 verhief de Deensche koning hem met zijne afstammelingen in den adelstand. Zes jaar later ontving hij van Lode- wijk XIV het ridderkruis der orde van Saint Michel, terwijl de koning van Spanje hem tot hertog verhief. Maar al deze adelsgunsten hebben in het geheel geen indruk op onzen grooten vlootvoogd gemaakt. Nimmer heeft hij de daaruit voortvloeiende titels gevoerd. Ook zijn echtgenoote bleef zich altijd juffrouw de Ruyter noemen, omdat de titel van mevrouw haar, naar zij meende, niet toekwam. Kijk, deze eenvoud in den grooten Michiel de Ruyter heeft ons Zeeuwen steeds zoo in het bijzonder getroffen. Laten wij, Zeeuwsche Nationaal-Socialisten, naar het voorbeeld van een Hitier en een De Ruyter, deze eenvoud overal tot gelding brengen in ons werk. Het kan niet anders of wij zullen op deze wijze op den duur alle Zeeuwen voor onze idealen gewonnen hebben. Van ccn jongen arbeider, Het geval- is er één uit duizenden, doch het is typeerend voor de moeilijk heden, die een jonge arbeider moet overwinnen, om het iets verder te brengen. Toen het oogenblik gekomen was, dat'Jan de lagere school zou verlaten, wist de hoofdonderwijzer er zijn ouders van te overtuigen, dat de jongen be slist verder moest studeeren. Na veel wikken en wegen, want vader was landarbeider en het gezin telde nog vier andere kinderen, werd dan beslo ten, dat Jan' naar de Ambachtsschool zou gaan. Deze doorliep hij met prach tige rapporten, doch na het einddiplo- ,ma als machine-bankwerker te hebben behaald, leek het wel onvermijdelijk, dat hij een betrekking moest zoeken. Gelukkig echter verklaarde een oom zich bereid, de studiekosten aan de M.T.S. grootendeels te betalen. Voor dat er een jaar voorbij was, stierf deze echter. De toelage werd ingehouden en, of schoon vader niets ongedaan liet, kon er geen beurs worden verkregen. Jan verliet dus de school en kreeg een plaats als leerling in een groote ma chinefabriek. De studie liet hem niet met rust, Öp elke wijze probeerde hij verder te ko men. Avondcursussen, schriftelijke les sen, niets werd verzuimd. Zoo bouwde hij aan zichzelf. De maatschappelijke verhoudingen maakten het hem voor- loopig echter onmogelijk, zijn betreK- king met een beter betaalde te ver wisselen. De oorlog kwam, doch het groote gebeuren ging geheel aan Jan voorbij. In zijn hart groeide slechts de bitterheid dat hij met al zijn gaven en zijn wils kracht gebonden bleef aan een plaats, die hem een bespotting leek voor zijn kunnen. Pas toen hij een oproep ontving als arbeider naar Duitschland te gaan, drong het tot hem door, dat er toch iets ve[anderd was. Hij ging, omdat hij moest, vol wrok en overtuigd, dat ook in 't andere land- voor hem geen mogelijkheden zouden liggen. Hij scheen gelijk te krijgen. Wel kreeg hij ander werk en hooger loon, doch vooruitzichten vond hij niet en tijd tot studeeren was er nu bijna heele- maal niet meer. Het viel zijn bedrijfsvoorman op, dat spoort vrijwilligers aan om met Duitschland. mee te strijden tegen het bol sjewisme. Er is den laatsten tijd nogal veel te doen over het „politieke testament" vtm Monseigneur Baudrillart, aldus het Nar tionale Dagblad. Ge herinnert U dien kerkvorst, die zich reeds had onderscheiden gioor zi'.ï geestdriftige aanmoedigingen aan de Fransche vrijwilligers, die in Ruslar.d gingen strijden. De publicatie van dit testament in de pers is een toets :n geweest om weer eens te zien wie i )t de lauwen in den lande, wie "tot de overtuigde voorstanders van .en nieuwen stand van zaken behoore. Zoo heeft bijv. het mondaine h d „Le Figaro'' dit testament ge.ieei ge negeerd, terwijl het al was opgevallen met welke kleine letter (en op de derde bladzijde 1) het overlijden en de bi "gra fie van den kardinaal vermeld waren. Zoo gaan sommige persorganen nog voort in den jare 19421 Doei ais zij eenmaal in Parijs zullen terugkeer" n, zal men het zich weten te hsrlnne.en. Ik geef U hieronder de vertaling van een zinsnede van bedoeld politiek tes tament, dat op menigeen een onverge- telijken indruk gemaakt href' „De aanraking met God kan 'een geloovige, die op het punt staat 'het leven te verlaten, niet zon' r schroom onder de oogen zien. 'Ik zal voor Hem verschijnen en mijn geh^elé leven zal door Hem in Zijn re-htrcar-i digheid beoordeeld worden. Het is thans voor mij het oc,en'j"ik om er meer dan ooit aan herinner:, te worden, dat Hij Waarheid is. Kc ik in zulk een oogenblik mijn gssst be zoedelen met' eenig wopr'd, da' t gen de waarheid zou ingaan rk spreek dus overeenk-ms..g mjn geweten, geheel gelouterd van alle aardsche overwegingen, en ik verklaar hierbij, dat ik duidelijker dan ooit zie, op een uur, dat ik sterven ga daf voor Frankrijk de eenige weg tot heil, een samengaan met Duitschland is, een volledig en definitief samengaan met het Groote Europeesche Dui,,""h'and van morgen. Links en rechts van den Rijn z„n de volkeren dezelfde kinderen van Go;:." Onder de levende hooowaarcig- heidsbekleeders van de Ka'holiske Kerk neemt Monseigneur Gertier, aarts- biss'chop van Lyon, een even cry :11e plaats in. Ter gelegenheid van een r-.centen belangrijken katholieken fees'-'ag he;-ft hij de geloovigen nog eens opgewekt hun tijd te begrijpen en naar het Frqjj- sche staatshoofd te luisteren. Ook de predicaties in de Notre Dame de Paris door groote redenaars der Kerk ademen den nieuwen geest. Mannen als de Révérend Pè:e San son en de Révérend Père Lhande (ge herinnert U den laatsten wel van zijn vermaarde sermoenen via Radio Lu xemburg eenige jaren voor den c: - g) staan geheel aan den kant var) de Pétainsche politiek. In den strijd tegen de dieven in het groot, die door middel van den zwarten handel en hamsterpraktijken de minst draagkrachtigen van ons Volk het hun toekomende ontstelen, hebben natio- naal-socialistische burgemeesters al verschillende middelen beproefd. Als nieuwtjes van de laatste weken noteeren wij het openbare schandbord dat door den burgemeester van Hilver sum is ingevoerd en waarop de namen der misdadigers worden openbaar ge maakt en de maatregelen, die door den burgemeester te Schagen zijn genome .1. Deze heeft n.l. de gelegenheid gege ven binnen een bepaalden (kor;en) tijd opgave te doên van hamstervoorraden en straffeloosheid voor dien tijd ver zekerd. De vetgevreten burgers zullen dan van het overbodige worden ont last en als zij het niet vrijwillig opge ven, staat heh een huiszoeking plus de eventueele straf te wachten. Wij zijn bang, dat bij de huidige ge zindheid van het Nederlandsche Volk de Hilversum' che maatregelen nog niet al te veel zullen uitwerken (de geval len, dat prijsknoeiers en zwarthande laars er door hun veroordeeling op zijn vóóruit gegaan, zijn zeker niet zeld zaam I) maar de maatregelen te Scha gen zullen ongetwijfeld hun vruchten afwerpen en zouden voor algemeene toepassing zeker in aanmerking komen. Voor de huiszoekingen is de W.A. gaarne ter beschikking er iets aan den jongen schortte en hij ging eens met hem praten. Na lang aarzelen opende Jan zijn hart en stortte al zijn twijfel, bitterheid, hoop en ver langen uit. Het slot was, dat hij den raad kreeg, zich voor het Langemarck- studium te melden. Enkele weken later nam hij deel aan een schiftingskamp voor Nederlanders ln de buurt van Hannover. Hij werd aangenomen. Thans studeert hij ln een Nederlcmdschen leergang en over en kele jaren zal hij ingenieur zijn. Er zijn velen als Jan, in Duitschland en in Nederland. Voor hen werd hei Iangemarck-Studium ingesteld. Indien ze meenen dat ze xbt hetzelfde in staal zijn, als hij, kunnen ze zich aanmelden tij het Langemarck-Studium, Waals- dorperweg 12, Den Haag.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche Stroom | 1942 | | pagina 3