Installatie van kam. Tuiten,
de nieuwe burgemeester van Westkapelle
Het kruis misbruikt
De ontvangst.
Westkapelle isi een bijzondere plaats in Zee
land. Het is het dorp der saamhoorigheid.
Westkapelle is één groot, goed gezin, en wie
als nieuw lid in dit gezin binnenkomt, zal eerst
even moeten afwachten of men hem wel
accepteeren wil. De Westkapelnaar heeft sterk
trotsch Noorsch bloed en hij houdt niet van
veel woorden, doch van daden.
Het is voor Westkapelle daarom prettig, dat
het kam. Tuiten als burgemeester heeft gekre
gen. Wij weten geen beteren en het doet ons
goed, dat de loco-burgemeester dan ook zoo
spontaan en hartelijk opmerkte bij .zijn opening,
pdat de eerste kennismaking goed was uitge
vallen".
Hoe verschillend was deze eenvoudige wel-
komsgroet met die van elders. Er heerschte
dan ook dadelijk een goede verstandhouding
tusschen gastheeren en gasten, en die bleef
tot de receptie en het einde toe.
De oranje-blanje-bleu wapperde van het
raadhuis, toen de bussen arriveerden. De W.A.
en de Jeugdstorm konden, vanwege de verkeers
moeilijkheden, geen luister- bijzetten. Daaren
tegen waren van alle organisaties afgevaardig
den aanwezjg.
Als gasten waren aanwezig De Beauftragter
yan den Rijkscommissaris, kam. Münzer en zijn
yrouw, de referent Lanwer, Hoofd der S.D.,
Hauptsturmführer Streich, de Otscommandant,
enkele officieren. Van onze zijde zagen wij
de Gemachtigde van den Leider, kam. Jan
Dekker, de Bancommandant der W.A. kam.
C. Dekker, de Groepsleidster kam.ske Lens
hoek, kam.ske De Rijk namens de N.S.V.O.,
de Kringleider van Walcheren en de Bevelan-
den kam, P. I. Rosiet en zijn Groepsleiders, de
Burgemeester van Goes en Axel, kam. Lenshoek
en Smalleg'ange, kam. Holthuijzen en Van den
Berg namens Winterhulp en de Ned.-Duitsche
Culturvereeniging, de Vertegenwoordiger van
het N.V.V., de Jonge Baas, e.m.
Openingswoord van den
w.n. Burgemeester. P
Nadat de laca-burgsemeester, dhr. W. Hui-
bjregtse Pzn, de bijeenkomst had geopend en
de secretaris de stukken, betrekking hebbende
op de installatie had doen voorlezen, sprak hij
den nieuw benoemden burgemeester als volgt
toe i
Ofschoon wij nog vreemder, voor eikander
KijHr gevoel ik mij verplicht U geluk te wen-
gchen met uw benoeming als burgemeester van
Onze gemèénte.
U komt in een zeer moeilijken tijd, die op
feet gewone leven een ze& storen den invloed
heeft en het besturen niet gemakkelijk maakt.
Onze eerste kennismaking is in uw voordeel
uitgevallen en ik hoop dan ook, dat U wijsheid f
èn geduld bezit om ons te begrijpen en te ver- j
staan en dienende uw krachten zult geven tot
heil van onze Bevolking en gemeen te.
Spr. eindigde met den hzer Tulten nogmaals
$eluk te wenscken «fa hem het teeken zijner
Vaardigheid aan te bieden.
Daarna hield de nieuwe burgemeester een
red~, waaraan vrij het volgende ontleen en
vera den nïeu-
wen Bttrgfemeftsfoi;
Herr Beauftragter des Reict^kommlssars für
flie Provinz Zeeland, Gemachtigde van den
Leider, Heeren Wethouders, Secretaris, Gasten
l éi Kameraden,
Benoemd tot burgemeester van de goede ge
meente Westkapelle, gevoel ik mij gedrongen
Op deze plaats dank te betuigen aan alle auto
riteiten en instanties, welke aan de tot stand
Koming dezer benoeming hebben medegewerkt.
In de eerste plaats aan de hooge Duitsche Auto
riteiten in Den Haag en' vervolgens ook aan de
Autoriteiten van de provincie Zeeland, in het
bijzonder den Beauftragter des Reichskommis-
sars für Zeeland, den Gemachtigde van den
Leider der N.S.B. en den Wnd. Commissaris
dezer Provincie.
Verder wensch ik mijn erkentelijkheid tot
uitdrukking te brengen tegenover den wnd.
burgemeester dezer gemeente, die mij zooeven
in wel gekozen bewoordingen heeft welkom,
geheeten en mij het attribuut van mijne waar
digheid, den ambtsketen, heeft omgehangen.
En zoo staan wij dan heden voor de eerste
praal tegenover elkander, gij ingezetenen van
Westkapelle en ik, uw nieuwe burgemeester.
Gij kent mij en ik omgekeerd U nog nietToch
Zijn wij niet geheel vreemd voor elkaar. Immers
zijn wij allen van één en hetzelfde bloed
van Nederlandschen of juister nog misschien
van Germaansche bloede. Wij spreken één en
dezelfde taal onze moedertaal. Wij zijn
geboren en getogen op hetzelfde „dierbaar
J plekje grond" ons eigen Vaderland. En boven
dien zijn wij allen nog, gij, Westkappelnaren
en ik, uw nieuwe burgemeester, van oorsprong,
gevoel en staat, rasechte en zuivere Zeeuwen
Gij van de Westelijkste punt van het schoone
Walcheren en ik'van den Noordrand van het
eiland Schouwen. Bloed kruipt waar het niet
gaan kanEen Zeeuw is een, Zeeuw H"
wordt Zeeuws geboren leeft en iieft Zeeuw.,
gelooft en bidt en sterft Zeeuws. Eenvoudig,
stug en stoerHet wapen van Zzeland is hem
bekend en lief de roode leeuw zwemmende
In blauwe baren en de spreuk er onder „luctor
et emergo", past bij zijn laaien en vasthouden-
den aard. Lukt het vandaag niet, dan lukt het
allicht mèrrege. En dus, aanpakken maar en
volhouden, tijdig en ontijdig, naar een bekend
Apostel woord.
Neen, geheel vreemd staan wij tegenover
elkander niet
Hakende uw dorp.
Westkapelle is mij bovendien ook niet gansch
onbekend. Uw sterk vuurtorenlicht-zag ik reeds
als knaap vanaf den Schouwscjien wal. Uw
duinen vanaf den Schouwschen vuurtoren. Van
uw beroemden dijk lazen en leerden wij op de
lagere school. En hoe mooi en zuiver rassig
uw menschen ziji toonden ons reeds vóór jaren
schilders en teekenaars als* Toorop en later
o.a. Van Dijk.
Hun sprekende koppen werden en worden
alom bewonderd c geprezen, evenals destijds
ook uw bekende zangvereeniging die op vele
plaatsen in den lande optrad en bijval oogstte.
Westkapelle is een goede gemeente. En ik stel
mij voor, mij onder de Westkapelaren zeer
spoedig en volkomen op mijn plaats te zullen
gevoelen. Zóó volkomen, dat ik eerlijk zal
kunnen verklarenUw land is ïnijn land, uw
zee is mijn zee, uw dijk is mijn dijk, uw duin
mijn duin, uw volk mijn volk en uw God pok
mijn vader, uw zorgen mijn leed, uw blijdschap
mijn vreugde en omgekeerd, mijn idealen ook
uw hoop en verwachting Zóó moge het
worden En spoedig
Wie ben ik?
Mij aangaande ik stél mij voor, dat gij
bij Uzelf, of onder elkaar wel eens de^vraag
zult hebben gesteld„Onze nieuwe burgemees
ter, wie en wat zou hij eigenlijk* zijn Welke
plannen zou hij hebben voor onze gemeente V'
Als die vragen inderdaad bij U zijn gerezen,
dan is dit zeer natuurlijk en gaarne wil ik
daarop van mijn kant goed rond, dat is goed
-Zeeuwsch en goed Nationaal-Socialistisch, een
antwoord geven. Dan weet gij van meet af
aan, met wien gij van doen krijgt en wat gij
van mij te wachten hebt
Wie en wat ik ben dus 7
Betrekkelijk veel en velerlei. In mijn jeugd
en jonge jaren een gewone boeren dorpsjongen.
Letters eten en rekenen leerde ik in een platte-
landsschool. Practische boerenarbeid heb ik
geleerd en verricht van mijn 12e tot mijn 18e
jaar. Ik"* ken het landwerk en het landbouw-
bedrijf daardoor zeer wel. Spitten, ploegen,
eggen, zaaien, wieden en maaien hebban voor
mij geen geheimen. Met5 paarden leerde ik om
gaan; koeien melken heb ik reeds jong^gedaan.
Ik ken de hitte van het hooiland, de koude en
kilheid van het najaars- en winterwerkDe
weinige vreugden van hef eenvoudige landvolk.
Het zware en dagelijks vele lange uren durende
werk en de veeltijds slechts geringe belooning.
Ik ken het alles door eigen eryaring, die nog
altijd de beste leermeester is, en, vergeten heb
ik het niet.
Mijn politieke meening.
Maar ik heb ook gestudèerd en veel en
lang, zgn. geestelijken- of hersenarbeid verricht.
Ik heb bijna 30 tjaren in Indië gewoond en
gewerkt. Vele vreemde volken leeren kennen
en vreemde talen geleerd, en gesproken. Ik heb
arme, naakte heidenen gezien en schatrijke
dikke «plantagebezitters. Ik heb, ^ls eenige
blanke, gewoond onder fanatieke Mohameda-
nenl lk heb Evangelie gepredikt, zieken be
handeld, opvoedingsgestichten geleid, tucht- en
armwezen geïnspecteerd. Ik ken ons rijke In-
sulinde en weet, hoe en door wie het werd
bestuurd. Ik weet ook, waarom wij het hebben
verloren! Hierom n.l., dat.men er geen acKt
heeft gegeven op getijN en stroom. Toen het
getij kenterde en verliep hier in Europa en
ginder in Azië heeft men trots ernstige en her
haalde waarschuwingen speciaal ook van
den Leider der N.S.B. geweigerd de bakens
te verzetten Met lipt gevolg, dat de zaak is
vastgeloopen en Indië verloren moest gaan.
Plutocratische hebzucht en demoliberale lam
lendigheid hebben dat op hun geweten. Zonder
eenigen twijfel. Gebrek aan Nationaal gevoel
en zelfrespect zijn fataal gebleken. De Jan
Saliegeest is hen ten verderve geworden In
Indië althans. Voor ons eigenlijke Vaderland
kan en moge nu nog gelden: „Een schip op-
strand een baken in zee Het is voor ons
hier in Nederland nog niet te laat. Maar de
tijd dringt 1 Het is zaak, om goed wakkef te
worden en werkelijkheidszin te toonen. Het
Ijzer te smeden, terwijl het heet is. En dat wel
zelf en uit alle kracht
Mijn werk hier.
Tenslotte moge ik U nog spreke** over wat
ik hier in deze gemeente denk te zullen doen.
Dit punt is eigenlijk het allerbelangrijkste
zoowel voor U, als voor mij. Wat ik denk
te doen, zeide ik met voordacht. Want ik
weef„De mensch overdenkt zijnen weg
doch de He ere bestiert zijnen gang". Ik stel
mij voor, hier veel en velerlei te doen, want:"
NaÜonaskSocialisme is daad, zooals Mussert
leerde daad en dienen, en offeren ik
tfeken er bij voorbaat op, dat ik daarbij zal
kunnen steunen op de welwillende en serieuze
medewerking van allen, die krachtens hun po
sitie of betrekking, zakelijk of moreel tot mede
werking verplicht zijn. Dat men zou trachten
zich onder welk voorwendsel ook, aan dien
plicht te onttrekken, wil ik op dezen dag ook
zelfs niet eenmaal veronderstellen.
Ik zie mij als Nationaal-Socialistise^ burge
meester onder U geplaatst voor een dubbele en
tweeledige taak. De ee\\e 'zal zijn van voor-®
lichtenden, dus getuigenden en missionairen
aard de andere zal zijn uw gemeente te
besturen in den geest van de nieuwe orde.
Deze t§ken echter zullen niet gescheiden van
elkander worden ten uitvoer gebracht, doch tel
kens in elkaar grijpen en in elkander overgaan.
Ik b'edoel daarmede, dat ik niet enkel bij het
voeren van propaganda, maar ook bij de be
stuurszaak goed Nationaal-Socialistisch zal zijn.
Deze mededeeling moge U noch verbazen,
noch mishagen. Een goed Nationaal-Socialist
kan en mag niet neutraal zijn. Zijn levenshou
ding; zijn doen- en laten moet Nationaal-Socia
listisch gericht en geladen zijn. Hij ma5 zijn
licht niet onder een korenmaat zetten Hij moet
spreken en getuigen Zijn hart is vol en dus
loopt hem den mond overDe nood is hem
opgelegd l
Waarom Nat. Socialist?
Er zijn nog vele menschen, die zeggen, niet
te kunnen begrijpen, hoe men goed vaderlander
zijn kan en tevens volgeling van Mussert. Zij
beschouwen Nationaal-Socialisme als landver
raad en een Nationaal-Socialist als een schob-
bert. En dus een onwaardig en eerloos en ge
vaarlijk' mensch
Er zijn Christelijke en kerkelijke menschen,
die niet willen of niet kunnen aannemen, dat een
geloovige een eerlijk aanhanger kan zijn en
een bewonderaar zelfs van de gedachte van
den nieuwen tijd. Een Nationaal-Socialist im
mers, zoo denkt mendis een Godsverzaker, een
"Tferkverwoester, een duivelsdienaar, of nog
erger. Bolsjewiek en Christen dat gaat -
maar Christen zijn en Nationaal-Socialist
dat gaat niet 1 Zóó denkt, zoo schrijft, zoo
praat, zoo gelooft men Helaas Helaas
Ik wil daarom1 kortelijks uiteenzetten, waarom
ik Nationaal-Socialist ben geworden. Een kort,
persoonlijk getuigenis, als^ ge wilt. Welnu dan
Mijn geloof en mijn verstand zeggen mij. dat
God regeert. Ook de Schrift leert dat. Niet
menschen, maar God houdt de teugelsNiet
de booze, doch de Heilige Schrift heeft het
hoogste en laatste woord. Maar Hij regeert
door middel van menschen. Hij zet koningen
af en roept knechten tot den troonHij ver
nedert en verhoogtEn doet dat alles vrij
machtig, als hoogste Souverein. Goedkeuring
van geestelijkheid, synoden, of politieke partijen
behoeft hij niet. De grondwet van zijn regee
ring is o.a. eeuwige verandering. Voortdurende
vernieuwing Wat oud is, sterft. Wat ontaard
is, vergaatNiets is blijvendAlles vloqit
Panta rheï, zooals de Grieken zeiden. De ge
schiedenis leert, dat volken, beschavingen en
machten opkomen, blinken en verzinken. Dit
laatste echter pas dan, wapneer zij innerlijk
door bederf zijn aangetast! Ik heb in mijn
leven veel meegemaakt, veel gezien, gelezen
en ondervonden. Op politiek, maatschappelijk
„en kerkelijk gebied. En ik wist reeds vele
jaren geleden, dat er in de wereld ontzettend
veel onrecht en verderf, boosheid en verwor
ding was. Dat kleine klieken het geheel uit
mergelden en beheerschten. Dat goud én mam
mon troef waren Dat internationale zwende
laars de menschheid teisterden. Dat vrijmetse
laars en joden intrigeerden. Dat bepaalde vol
ken, o.a. Duitschland, ten onrechte veracht,
ontrecht en geknecht werden En .dat helaas
ook de kerken ziende blind geworden waren
en hun stem niet meer verhieven tegen alles
wat er gebeurde in flagranten strijd met Godes
heiligen wilOfschoon geen profeet, wist en
voelde ik, dat er iets groots stond te gebeuren':
Dat ef revolutie, wedergeboorte, verandering
in de lucht zat. En toen op Gods tijd de Bren
gers van den nieuwen tijd verschenen de
Duce in Italië en de Führer in'Germanië
toen heb ik hen niet gehoond in den geest
vankan uit Nazareth wat goeds komen
hen niet veracht op de wijze van Jeruzalem,
dat de profeten doodde en steenigde, die tot
haar gezonden werdenmaar toen heb ik
God gedankt en geloofd, in den trant van
Simeon in den tempel en gezegd „Mijn ziel
aanschouw Gods wondere wegen. Wat is Zijn
werking hoog geduchthetzij Hij 't aardrijk
met Zijn zegen bezoekt, of met Zijn strenge
tucht". Voor de wachtenden, de bezorgden, de
verdrukten, de rechteloozen kwamen Führer en
Duce, als van hooge Macht geroepen. Als
Redders en als Wegwijzers uit velerlei nood
en ellende. Omdat ik in God geloof, en Zijn
bestuur erken, daarom ben ik Nationaal-Socia
list en vereer ik Adolf Hitler. En omdat ik een
oprecht Nederlander ben, daarom ben ik een
aanhanger van Anton Mussert.
Dienen, alleen dienen
Want de Führer meent het goed met alle
Germanen en met geheel Nederland en met
gansch Europa voor zoover het van goeden
wille is. Maar hij toornt tegen ongerechtigheid,
tegen mammondienst, tegen de machten van den
duivel, als daar zijnbolsjewisme, plutocratie,
vrijmetselarij en internationaal jodendom. En
de leider der N.S.B. lijdt en strijdt niet voor
zichzelf, maar voor U en mij en voor het
geheele Vaderland !-
Dienen en offeren, arbeiden en strijden voor
Volk en Vaderland, dat is immers zijn leus
en de leuze zijner volgelingen. Trots hoon en
laster, trots miskenning p.n tegenstandZonder
Mussert en de N.S.B. heeft Nederland geen
toekomst meerOf ge het gelooft of niet,
het is zooVoor mij staat dit in ieder geval
vast als een paal boven wSter en daarom wil
ik U van dit geloof getuigen. „Credo-pugno".
k Ik geloof daarom strijd ik. Met Duitschland
tegen plutocratie en bolsjewisme voor een vrij
Nederland én een nieuw Europa En ik heb
vertrouwen in de overwinning. Want licht
zegeviert over de/duisternis. Het goede over
het kwadé. En Bet nieuwe over het. oude.
Waarom Omdat God goed iseen Licht
zonder duisternis. En omdat Hij zelf gezegd
heeft„Ziet ik maak alle dingen nieuw". Ik
verzoek U, mijne gemeentenaren, daarom drin
gend, werkelijkheidszin te hebben. Alle dingen
te onderzoeken én het goede te aanvaarden.
Nu Vóór het te laat is
Mijn plannen.
Als bestuurder uwer gemeente stel ik n»ij
voor, steeds te handelen volgens het Nationaal-
Socialistisch beginsel', gelijk dat door Mussert
zoo schoon is omschreven met deze woorden
Voor den zedelijken en lichamelijken welstand
van een Volk is noodig
1. Een krachtig staatsbestuur; 2e zelfres
pect van de Natie3e tucht en orde4e
solidariteit van alle bevolkingsgroepen en 5e
het voorgaan van" het algemeen belang boven
groepsbelang en van het groepsbelang boven
het persoonlijk belang welk beginsel ook al
weer volgens onzen Leider, behoort gedragen
te worden door de volgende drie steunpilaren
(ook bronnen genoemd) van het Nationaal-
Socialisme 1 e Godsvertrouwen2e liefde
voor het Va snd3e eerbied voor den
arbeid.
Goede bronnen.
Ik vraag U in gemoede en ernst, of deze
Bronnen en dit Beginsel niet schoon, niet eerlijk,
niet eenvoudig, niet volksch en niet Christelijk
zjjn en dus ten volle waard er kennis van te
nemen, er voor te leVen en er voor te strijden
En voorts of ze geen goede basis vormen voor
een heilzaam, lpnd- en zegenrijk gemeentebe
stuur Ik geef toe, het is heel wat ajiders, dan
de beginselverklaringen der nu verdwenen meer
dan 50 Nederlandsche politieke partijen, maar
die hebben ons dan ook tenslotte weinig anders
dan geharrewar, haarkloverij en onvruchtbaar
ged^batteer gebracht. Die hebben het Land en
het ^£>lk verdeeld en krachteloos gemaakt, het
zelfrespect der Natie vernietigd, de tucht en
orde ondermijnd en corruptie in allerlei vorm
in de hand gewerkt. Het beginsel der N.S.B.
bedoelt de eenheid van het Volk te bevorde-,
ren, de kracht en -het zelfrespect der Natie te
verstevigen, corruptie, de bron van zooveel
s kwaad, te voorkomen. Dat geldt voor de Natie
in haar geheel, dat bedoelt ze ook voor de
gemeenten.
Mijn streven zal er dus op gericht zijn, uw
moreel en materieel welzijn te bevorderen Uw
saamhoorigheidsgevoel, uw liefde tot eigen land
en Volk en ras, geschiedenis en cultuur aan te
wakkeren en uwe genèigdheid, om de groote
Germaansche Volkeren Gemeenschap te er
kennen en uit de innigp en kameraadschappelijke
samenleving en samenwerking daarvan' heil te
verwachten, voor zoover* noodig op te wekken
en levendig te houden
Eerbied voor den arbeid.
A. Nationaal-Socialisten achten arbeid een
zegen. Een voorwaarde voor een bron van
zedelijk en materieel geluk. Er moet dus, als
het eenigszins mogelijk is, arbeid zijn voor allen.
Arbeid is niet enkel plicht, arbeid is ook een
recht. Een arbeider moet ook behoorlijk worden
betaald. Een arbeider is zijn loon waardig
Dit klinkt niet liberalistisch of plutocratisch,
maar het is dan ook Nationaal-Socialistisch.
En dit is geheel iets anders.. Arbeid brengt
brood, arbeid brengt tevredenheid. Arbeid is
geen straf op de zonde. Arbeid is een geluk.
Werkeloosheid is schande en de dood voor
man en volk. Als Nationaal-Socialistisch burge
meester zal ik. er naar streven, zooveel in mijn
vermogen is, den willigen werkers aan arbeid
te helpen.
Gezondheid.
B. Om te kunnen arbeiden moeten men ge
zond zijn. Gezond van lijf, gezond van geest.
„Mens sana in corpore sano" noemden de La
tijnen dat. Daarom zal mij veel gelegen zijn
aan ziektebestrijding en aan algemeene hygiëne,
dus aan voorkoming van ziekten Tandverzor-
ging, goed drinkwater, zindelijke erven en stra
ten en woningen moeten er zijn en blijven.
Ook lichamelijke reinheid dus baden is
van groote beteekenis. Ik wil daarom met en
voor U in deze richting loan, wat mogelijk is.
Ontspanning.
C. Een uiting van, en voorwaarde voor de
gezondheid van lijf en ziel is gepaste levens
vreugde. Het Nationaal-Socialisme heeft oog
en aandacht voor dit feit en zijn beduidenis.
Vreugde en vroolijkheid zijn geen zonde, maar
een gave Gods en een medicijn des levens. Ze
hebben deswege recht op gepaste beoefening
en openbare belangstelling. Muziek en zang,
spel en sport zal ik daarom onder U bevor
deren, zooveel in mijn vermogen ligt, onder het
motto„Vreugde en Arbeid".
Volksche kunst.
D. Hetgeen uw bezit is aan Volksche kunst
erl waarden heeft recht op oordeelkundige be
scherming en liefdevolle verzorging. Uw mooie
kleederdrachten en andere dingen vallen hier
onder. Zij zullen in mij steeds een warm en
trouw behoeder vinden.
Recht op verzorging.
E. Arme en zieke volksgenooten gezamen
lijk en voldoende te verzorgen is epn dure en
onontkoombare Volksplicht. Zóó leert het de
N&t.-Socialislische levensbeschouwing. Deze
verzorging behoort niet het karakter te dragen
van een aalmoes. Ze is een recht en geen
gunst, en mag niet afhankelijk zijn van min of
meerdere innige verbondenheid aan eenige kerk,
of politieke organisatie. Elite arme Nederlan
der heeft aanspraak op verzorging, omdat hij
lid is van onze volksgemeenschap, die behoort
te leven en te handelen,uit het beginsel: „Eén
voor allen en allen voor één". Tegenover dit
recht staat de verplichting. Deze dat wie niet
arm, of hulpbehoevend ris, behoort te offeren'
en bij te dragen, om*den nood van arme Volks
genooten te lenigen. „Draagt elkanders lasten"
leerde de Apostel immers? Kérken en politieke
partijen en de meer dan 800 instellingen van
liefdadigheid hier te lande zorgen veelal uit
sluitend, of voornamelijk voor éigen kinderkens
of de huisgenooten des geloofs. Het Natjonaal-
Socialisme staat er op en leert, niet enkel de
kinderkens, maar ook zelfs de hondekens be-
hooren gespijzigd te worden van de tafel dei-
Natie. Vandaar dat Winterhulp en de Neder
landsche Volksdienst zijn opgericht en in ,actie
zijn gekomen. Deze echt "nationale, echtef* niet
politieke armenverzorgingsdienst moet populair
worden bij rijk en arm. Bij stedelingen en plat
telanders. Deze dien^. moet nooden leenigen
en de bezitters van veel of weinig leeren te
offeren, dat is te dienen. Zonder offers en
dienen, is er geen geluk. Ontvangen is zalig,
maar te geven is zaliger. Er is geen middel,
om de eenheid en de saamhoorigheid des volks
in al zijn lagen en geleidingen meer en beter
te bevorderen dan deze dienst. Het is dienst
voor het Vaderland in den besten zin des
woord En daarom moeten wij er oog en hart
voor leeren krijgen. Om der wille van de
armen, vaü ons Vaderland en van ons Volk.
In mij zal Winterhulp een ijverig bevorderaar
vinden, want voor mij staat vast, dat ik daar
mede ons Volk een dienst en mijn God eere
bewijs 1
m Ras-gemeenschap.
F. En dan heb ik nog een oogmerk, dat
mij zeer na aan het hart ligt. Naast volkseen
heid in engeren zin, wil ik ook ijveren voor de
bevordering van het saamhoorigheidsgevoel niet
volken, welke met ons één rasgemeenschap
vormen. Met \3e Germaansche Volken dus, en
in de voornaamste plaats daarom met het
groote en bewonderenswaardige Rijk van den
Führer. Met Groot-Duitschland derhalve. Vele
eeuwen Jang, tot1648 was ons land een deel -
van dat Germaansche rijk. Wij zijn van het
zelfde, van Duitschen bloede. Van denzelfden,
dat is van Germaanschen geest. Wij zijn
familie, bloedverwanten en buren. En altijd
zijn wij goede buren geweest. De oneenigheid
is gekomen door gestook en gewroet van bui-
tenlandsche plutocratische intriganten. Helaas
Bloed kruipt waar. het niet gaan kan, eri een
goede buur is beter dan een verre vriend.
Economisch, cultureel en geestelijk zijn wij op
Duitschland aangewezen." En Duitschland, Volk
en Führer zijn ons zeer welgezind. Datfis vol
doende gebleken uit woorden en daden van
den Führer, en uit de geheele houding der
burgerlijke en militaire bezettingsmacht, die
tegenover ons in alle opzichten bewonderens-
t waardig en beslist niet vijandig is. Ons is door
Hitler in uitzicht gesteld een vrij volkrie kunnen
blijven, onder voorwaarde, dat wij het niet
houden, openlijk of verborgen, met Duitsch-
lands doodsvijanden. Dat wij loyaal met
Duitschland samenwerken en opmarcheeren en
dat wij ons laten leiden en bezielen door den
zelfden geest en hetzelfde ideaal, die Duitsch
land uit zijn diepste vernedering na den wereld
oorlog van 1914—1918 ónder leiding van Adolf
Hitler, in 6 jaren tijds tot den krachtigsten en
best georganiseerden staat van de wereld heeft
gemaakt
Onze demoliberale geestesgesteldheid en ide
alen, onze vriendschap met de misdadige pluto
cratische Angelsaken, onze geestelijke gebon
denheid aan internationaal jodendom en vrij
metselarij, onze futloosheid en onze aanbidding
van gouden en onmogelijke politieke kalveren,
hebben ons gekost in vier en 'n halven dag
oorlog j>lm. 3000 gesneuvelden, een bézetting
door legers van het land, waartegen onze re-
geeritig, onze pers, onze handel, enz., geweten
loos en misdadig samenspanden, en tenslotte
het algeheel verlies van ons kostelijk en rijke
koloniaal bezit in Zuid-Amerika en in Zuid-
Oost-Azië.
Een schande.
Een schande Een verlies en een schade,
om niet overheen te komen. Er was schande
lijk gezondigd en de straf is niet uitgeble
ven. Velen zien' dat niet. Kunnen, of willen
dat niet zien. Helaas. Maar toch is het zoo
Het is alles eigen, absoluut eigen sclluld.
Wij zijn begonnen, en hebben de afstraffing
uitgelokt. Nu echter staan de Overwinnaar
en zijn volk met grootsch gebaar tegenover
ons, en zeggen „Wat gebeurde, is jammer
Maar' het is en was/ noodzakelijk. Laat het
echter nooit meer zoover komen. Laat ons
vrienden, goede buren, laat ons weer Germaan
sche broeders zijn.
Ongelooflijk, maar waar is het!'
Welnu, ik heb geloof in die woorden en
verzekeringen. En ook onze Leider, Mussert,
heeft daarin vast vertrouwen. Ik bewonder
die geste en acht haar een onverdiende en
edele daad. Er achterdochtig of afwijzend te
genover te staan, geeft geen pas, en is boven
dien, gelet op ervaring en politieke wereld
situatie, ook kortzichtig, of zelfs wezenlijk dom.
Onze Leider Mussert zegt„Ik neem de toe
gestoken broeder- en vriendenhand aan".^Alle
Nationaal-Socialisten in Nederland £taan geheel
achter hem. En ik zelf ook en van harte
En dat uit liefde voor Volk en Vaderland,
en omdat de stem van mijn Germanen kleed
mij dat nadrukkelijk gebiedt 1 Ik wil dus mijn
burgemeestersambt ook benutten, om onze
volkseenheid en saamhoorigheid zooveel moge
lijk te helpen versteviger, en een goede harmo
nische verhouding tot het Duitsche rijk te be
vorderen. En ik meen daarmede aan mijn Volk
en Vaderland geen verraad te plegen, maar het
een wezelijken dienst te bewijzen.
Tenslotte, mijne gemeentenaren, heb ik nog
één dringend verzoek. Dit n.l., dat gij in mij
geen Godverzaker, geen kerkbestormer, geen
volksvijand ziet. Een Nationaal-Socialist is dat
niet >en nooit en ik, uw burgemeester, ben het
ook niet. Ik ben niet tot U gekomen, om eer,
of gewin, of loon, niet om të vferderven of
te schaden, maar enkel om t.' dienen en om
te behouden. Om uw. zedelijk en materieel geluk
te bevorderen.
Gewen U, als hef mogelijk is, aan de nieuwe
orde en den nieuwen tijdgeest en smaakt de
.vruchten, die God zelf in zijn genade aan den
boom van het Nationaal-Socialisme doet
groeien en rijpen.. Het oude gaat voorbijHet
nieuwe kómtOok al vloekt of hoont of^
scheldt of dreigt of kuipt, jazelfs aJ bidt men
er tegen. Als God werkt, wie zal het dan
keeren Geen mensch immers, of geen men
schen macht is daartoe in staat I
En daarom met Mussert voor het heil van
Volk en Vaderland en van onze goede ge
meente Westkapelle.
Hou Zee
(Hierop volgde een hartelijk applaus.)
Kort woord van den
Beauftragter.
Na deze rede, die door het distributienet in
de gemeente werd uitgezonden, voerde de Be
auftragter van den Rijkscommissaris kort het
woord. Kam. Münzer bekende, dat hij in Zee
land gekomen, het land en de menschen steeds
meer had leeren liefhebben, maar bovenal was
van Westkapelle een zeer sterke bekoring op
hem uitgegaan. Ik ben gelukkig dat mijn wensch
vervuld is en dat ik van een echten Westka*
pellenaar een geschilderden kop in mijn bezit
heb, want, wat mij hier boeide was niet alleen
de zee, maar ook de geweldige dijk. De dijk,
als een symbool van onverzettelijke kracht,
hier gebouwd hier steen voor stemi gezet door
dit krachtige, stoere en trot&che volk. Zulk een
dijk kunnen alleen menschen bouwen die hun
land zeer liefhebben en van zulke menschen
houden wij, Nationaal-Socialisten in het bij
zonder. Spr. had hiér de groote krachtige fi
guren der inwoners, hun prachtige dracht en
hun van arbeid doorploegde gezichten altijd be
wonderd.
Ook had spr. de laatste maanden hier enkele
menschen van nabij beter leeren kennen, en wel
'de heer Huybregtse en zijn dochter, en hij
heeft daardoor deze wnd. burgemeester zeer
leeren bewonderen. Hij dankt den heer Huy
bregtse zeer voor zijn arbeid voor de gemeente
en ook den anderen wethouder en zijn arbeid
zame secretaris.
Spr. eindigde "met te hopen, dat dit volk,
dat stoer is en twijfelachtig staat bij het nieuwe
en - dat is een goede eigenschap toch
eindelijk de nieuwe komende tijd zal leeren be
grijpen en dat Tuiten voor hen een goed bur
gemeester zal zijn en de gemeente ook voor
hem goede burgers. Hij hoopte ook, dat men
nooit het Nationaal-Socialisme zou beoordee-
len naar ,ee)n bepaalden persoon of personen,
maar naar de idee.
Na deze rede sprak de Gemachtigde van
den Leider, kam. Jan Dekker.
Kort woord van den
Gemachtigde.
Als kam. Dekker als Gemachtigde van den
Leider hiel* kort wou spreken, dan wilde hij
vooral even wijzen op den tijd en de arbeid
die kam. Tuiten liet in het verre Indië. Hij
herinnerde er aan, hoe al wat kam. Tuiten daar
had verricht, met zoovele Nederlandets, in één
slag door een onverantwoordelijke regeering
was te niet gemaakt. Sterk legde kam. Dekker
den nadruk op de schuld van de Engelschen,
die onze bezittingen hebben verwoest, onze
booten doen zinken, onze mariniers doen ver
drinken. Spr. herinnerde er aan, dat in de
Tweede Kamer destijds zelfs iemand de mui
terij op de Zeven Provinciën verheerlijkte. Zoo
ver waren wij gezonken. Als gij U eenzaam
en moedeloos voelt, aldus Spr., ga dan naar
het beeld van De Ruyter, den grootsten ad
miraal ter wereld, volgens den Führer, de
eenigste die deze Engelschen heeft bevochten
tot in de Theemsmonding. Gij moet, hoewel
gij uw werk ginds ten gronde zaagt gaan, zoo
eindigde spr., denken aan het lied dat in Trans
vaal is geschreven, zeggende deze regels
Wees trouw
Daar is 'n Volk te leer
om homself te eer,
te bou
om God, en God alleen, te vrees,
aan aard en taal .getrouw te wees.
gesond en waar van hart en gees,
Komaan
De receptie.
Nadat hiermede hetofficieele deel was af-
geloopen, had een prettige en druk bezochte
receptie plaats.
Verschillende autoriteiten, w.o. het gemeente-
persoheel, de marechaussée, kwamen den bur
gemeester en zijn vrouw gelukwenschen, waar
na allen samen in gezellige kameraadschap nog
eenige, uren bijeenbleven. Een goede dag, tus
schen goede menschen.
Tot slot overhandigde de Kringleider van
Walcheren, kam. P. Rosier den burgemeester
het portret van .den Leider, waarop deze met
enkele hartelijke woorden dankte en het een
goede plaats in zijn werkkamer toezegde.
Wij zagen het kruisbeeld ook hier in
Zeeland op de jas van verschillende
dames en heeren. Wij zagen het op
de jas van protestanten, die. anders
den mond vol hebben over de gesne
den beeltenissenvfij zagen het op de
revers van ongeloovigen, en zoowaar
op die van een jood zitten. Schande
over zulk een profanie. Want icdereei
weet wel, dat dit hoogste symbool hie.
wordt verlaagd en vervuild tot eer:
laaghartige politieke rel tegen het Nat.
Socialisme. Van religiositeit is hie:
geen sprake, doch alleen van eer-
platte, vulgaire en godslasterlijke re
clame. Wij hoopen dat de regeerinc,
dit voor geloovige menschen beleedi
gende teeken zal verbieden. Het i
hoog tijd.
Terecht schreef VoVa dezer dager,
een artikel over kruisjesdragers er.
kruisdragers. De eersten zijn de hetze
makers, de tweeden de N.S.B.-ers, di<
werkelijk een kruis moeten dragen
doch die het niet Stchtbaar als reclame
ronddragen.