Hoe leeft de arbeidersjeugd
in Duitschland
De Jeugdstorm roept
en hoe leeft zij hier?
Duitsche Moeder
ONTWAKEND VOLK
OltS BOEKENSTALLETJE
De
Nederlandsch-Duitscfae
Kuituurgemeenschap
Wat zullen wij
dezen winter lezen?
IV.
makertje
is gewijd
mpelheid.
id's groot betoog
lonoloog.
diepen zin
meer of min.
el en
laag vertrek,
;eft rek bij rek.
als benard
elkaar verward,
uret
raam gezet.
hij steekt de pin
en in.
aakt vertrouwd
an hput.
draacTna draad
i apparaat.
;cnerpen prik,
met pik.
et vaste hand
lerkant.
ik af of zie,
op zijn knie.
klein voorbij,
zet terzij -
n groot en klein,
zig zijn
evens staat
in de maat.
ed
omhoog gezet,
gestapt,
en opgelapt,
oeg gekneusd,
bij geneusd.
Is bonten loop
ns en knoop.
kt en rap
:eun en stap.
in klein bestek,
ag vertrek.
I#/;
perstaat
levensdraad,
venzeer
noch meer
paait of zaait,
khoenen naait.
roor het glas
jit in den pat,
klein gewin
bk den zin.
Verdere ontwikkeling
door de school.
In elk cultureel land heeft de school
tot taak, de jeugd vertrouwd te maken
met alles, wat tot ontwikkeling kan
dienenhet schoolwezen is het uiter
lijke kènteeken er voor, hoever een
land bereid en in staat is, om deze
taak te vervullen. In Duitschland
vormen lagere, middelbare en hoogere
scholen de basis voor de algemeene
ontwikkeling. Alle kinderen komen op
de vierjarige, zoogenaamde „Gtund-
schule", die door allen moet worden
doorloopen. Daarna begint de verdee
ling, die rekening met den verschil
lenden aanleg moet houden.
Moet IWant te dezen opzichte is de
ideale tcestand nog niet bereikt, dat de
scholen, die de kinderen verder mopten
brengen, ook alleen de werkelijk be
gaafde kinderen opnemen. Want door
een behoorlijk uitvoeren van de opge
dragen werkzaamheden in de „Grund-
schule", wat ten deele' nog afhankelijk
is van huiselijke omstandigheden,
wordt de begaafdheid nog niet altijd
- bewezen. Dat men dit inziet, bewijst
de bepaling, dat kinderen, die in gees
telijk en lichamelijk opzicht goed ont
wikkeld zijn, reeds na driejarig bezoek
van de „Grundschule" tot de op hooge-
ren trap staande school mogen over
gaan. Hoewel de nieuwe schoolrege-
ling door scherpere selectiebepalingén
er voor zogrt, dat de scholieren voortdu
rend worden gezeefd, sleepen de hoo
gere scholen heden ten dage nog een
zeker percentage ongeschikte leerlin
gen met zich mede. Wel wordt reeds
twee derde der opleidingskosten van
een leerling uit de algemeene middelen
bestreden, maar toch bestaat ei nog
geen algeheele vrijstelling van school
geld, waarop de Rijksminister van On
derwijs aanstuurt. Volgens de bestaan
de wet op het schoolgeld moet 20
van het totale schoolgeld der middel
bare scholen ter beschikking worden
gehouden voor de verdere ontwikkeling
van begaafde kinderen van minver
mogende ouders.
Begaafde kinderen.
Tot de bijzondere maatregelen om de
begaafde kinderen verder te helpen,
behooren vermindering oi algeheele
vrijstelling van schoolgeld, toelagen of
andere ondersteuningen (terugbetaling
van tramgeld, enz.) en het in bruikleen
verstrekken van leermiddelen. Ook "de
reductie, wanneer meerdere kinderen
uit één gezin de school bezoeken, welke
verleend moet worden zonder dat de
opvoeders daartoe 't verzoek behoeven
te doen, valt daaronder. Met uitzon
dering van deze laatste reductie,
worden alle maatregelen om de kin
deren voort te helpen van geval tot
geval op voorstel van het schoolbe
stuur principieel voor den tijd van één
jaar getroffen en moeten dus jaarlijks
worden vernieuwd. Zij zijn afhankelijk
van het feit, of de persoon en h^ werk
van den leerling het besteden van
openbare gelden rechtvaardigen. In
geen enkel opzicht bezitten zij het ka
rakter van een aalmoes, maar zij
worden verleend op grond van de-ver
plichting, dat een erkend talent in het
welbegrepen belang van den staat en
van het volk -tot ontwikkeling moet
worden gebracht.
Opbouwscholen.
Door de hier geschetste maatregelen
komen wel is waar jaarlijks een ge-
heele reeks begaafde jongens en meis
jes op de scholen en kunnen daar hun
aanleg tot ontwikkeling brengen, maar
alle begaafde kinderen worden nog
niet bereikt, zooals de ervaring ons tot
dus ver heeft geleerd.
Bij een deel der kinderen komt de
aanleg, vooraf'op geestelijk gebied, in
de. eerste schooljaren nog niet tot uiting,
doch treedt eerst in de latere school
jaren te voorschijn. Door deze erva-
x ringen en ook van de overweging uit
gaande, om vooral ten behoeve van
de plattelandsjeugd, die zoo lang mo
gelijk voor het ouderhuis bewaard
moet Blijven, scholen ie stichten, die
het diploma voor toelating tot de in
stellingen van hooger onderwijs ver-
leenen, zijn „Aufbauschulen" ontstaan,
die aan het zësde schooljaar aanslui
ten. De jongens en meisjes worden
hier in een zesjarigen cursus voor het
eindexamen opgeleid.
Opleiding tot onderwijzer.
Doch ook hij de schifting in het zesde
leerjaar van de lagere school is het
reservoir van talentvolle leerlingen op
deSe school, die door ongeveer 90
van de geheele Duitsche jeugd wordt
doorloopen, nog niet Uitgeput. Toen in
1939 het probleem, de reserve aan on
derwijskrachten op peil te houden,
acuut werd, greep men opnieuw naar
dezen kring van begaafde jonge men-
schen en riep een nieuwe mogelijkheid
voorde flinke kinderen der werkende
bevolking in het leven. In openbare
opleidingscursussen komen jongens en
meisjes, die met goed succes de lagere
of de middelbare scholen hebben door
loopen, tezamen en worden voor het
eindexamen voorbereid, welk examen
toegang geeft tot de hoogescholen tot
opleiding van onderwijzers.
'De schooltijd bedraagt voor de leer
lingen van de middelbare scholen twee
en voor die van de lagere school vier
jaar. De totale schooltijd dezer kinde
ren duurt dus niet langer dan voor de
leerlingen, die het eindexamen aan eeri
"gymnasium of H.B.S. afleggen. Voor
het velgen van dezen cursus wordpn
de kinderen in tehuizen ondergebracht,
gevoed,en gekleed. Slechts de ouders,
die daartoe finantieel In staat zijn,
moeten een kleinen toeslag voor voe
ding en kleeding betalen. Schoolgeld
wordt niét geheven. Ook de aanslui
tende studie aan de hoogeschool is
kosteloos.
Schifting.
De grondgedachte, dat werkelijk ge
schikte leerlingen die iéts zullen kunnen
presteeren, verder moeten worden voor-
uitgebracht, wordt ook in deze nieuwe
instelling streng doorgevoerd. De schif
ting is drieledig. Eerst wordt zij üitge-
voerd door den onderwijzer der klasse,
door de schoolleiding en door den
schoolraad. De op déze wijze uitge
zochte jongens en meisjes, die de toe
stemming'hunner ouders moeten heb-
ben, maken dan een tiendaagsch ver
blijf in een keuringskamp door, waar
een verdere schifting plaats vindt. In
den daarop volgenden schooltijd wor
den de kinderen, die dan nog onge
schikt blijken, uitgeschakeld en voor
een beroep opgeleid, dat meer in over
eenstemming met hun aanleg is. De
schiftingsmethode in het keuringskamp
biedt echter reeds'voldoende waarbor
gen, dat slechts in énkele uitzonderings
gevallen de keuze als een verkeerde
moet wordenbeschouwd! In die tien
dagen worden de -jongens en fneisjes
ten aanzien van hun lichamelijke, gees
telijke en karaktereigenschappen on
derzocht. Men onderwijst niet, doch
stelt ondervindingen en verslagen in
het middelpunt van den arbeid, om de
rhetorische bekwaarhheden en 't denk
vermogen vast te stellen. Er wordt aan
allerlei soort sport gedaan om een juist
beeld van den -lichamelijken aanleg,
van het prestatievermogen en van de
sportiviteit te kunnen verkrijgen. Daar
de jeugdige menschen in gemeen
schappelijke tehuizen zijn onderge
bracht, krijgt men uit deze samenleving
tevens een indruk, of de aspiranten zich
in een gemeenschappelijke samenle
ving kunnen schikken. Deze methode
om de juiste menschen te vinden, wordt
ook al gedurende tal van jaren bij de
keuze der „Jungmannen" in de natio-
naal-politieke opvoedingsinstituten toe
gepast en heeft daar voldaap. Zeer
zeker Jwordt in tegenstelling daarmede
in de keurmgskampen van de opbouw-
cursussen een beroepskeuze bevor
derd, welke hier en daar voorbarig -
wordt genoemd. Dit mag in enkele ge
vallen waar zijn; maar ook bij de
keus van andere beroepen is dit niet
te vermijden, omdat zij meestal na het
einde van het veertiende levensjaar
plaats vindt
door
Grete Döhler—Rehden.
Moeder ben ik
en ik heb mijne zonen
ginds staan in het veld.
Slapeloos lig ik
als donker de nacht
over mij hèenwelft.
De regen valt zacht
Nergens zijn sterren.
Dan strek ik mijn handen
naar God, daar $erre
en bid Hem om kracht.
Een Duitsche moeder 1
Ik denk- aan die velen
millioenen soldaten,
die tegen den vijand
hun rustplaats verlaten.
Zfj staan zij aan zij
als een levende wal 1
Ik bid God om kracht
'vVvoor hen én voor mij.
Maar mèèr nog dan moeder
tot zoon nu, omspant
de liefde voor God
en het Vaderland.
Vertaald uit het Duitsch.
De Leider zegt over onze
Jeugdstorm
„De Jeugdstorm is nu reeds de groot
ste jeugd-organisatie, die Nederland
ooit gekend heeft. Er zijn nu 14.000
leden, maar dit moeten er binnenkort
40.000 zijn. Ouders, nationaal-socia-
listen, denkt er om. Uw kinderen be
hooren in den Jeugdstorm I
Een deputatie van den Jeugdstorm is
nu naar Breslau geweest en haalde
daar eerste en tweede prijzen, al moest
zij natuurlijk verre ten achter staan bij
de Hitlerjeugd, die zoo ontzaglijk veel
grooter is, en zich reeds zoo vele jaren
heeft kunnen ontplooien. Het resultaat
was Voor éje eerste beperkte deelname
zeer bevredigend, maar h^t volgend
jaar moet het nog anders zijn. Dat kan,
als ieder met volle kracht medewerkt.
De Jeugdstorm moet onze vreugde,
onze glorie, onze hoop op Neerlands
toekomst zijn. De jeugd moet worden
gedisciplineerd, streng opgevoed en
goed verzorgd zijn. Het is in deze tij
den moeilijker ddn ooit. Men kan geen
beter werk doen dan den Jeugdstorm
helpen groot te maken. Wanneer de
jeugdstorm door de straten marcheert
moeten de beste gevoelens van ons
volk ontwaken en moeten de harten
warm worden. Door den Jeugdstorm
zal het Nederlandsche volk weer aan
zijn toekomst gaan gelooven en daar
door zal de verbittering en de moede
loosheid van ons volk, dat zich ver
nederd gevoelt, wijken."
Geeft het voorbeeld.
Ouders, wier kinderen nog niet bij
den Jeugdstorm zijn! Ziehier de
wensch van den'Leider, ziehier dus de
plicht, die gij hebt tegenover den Lei
der en uw kinderen.
Kunt gij het aanzien, dat vele kin
deren van niet-nationaal-sociali^ten
veelal tegen den wil van hun ouders
tot den Jeugdstormtoetreden, om
dat de Jeugdstorm geett wat zij natuur
lijkerwijze van hun jeugd verwachten,
Een nieuw blad der Beweging.
Dit maandblad „voor de vorming
van den Nederlandschen geest", zal
binnenkort geheel gereorganiseerd ver
schijnen, onder Hoofd-Redactie van Kd.
H. C. Nije, plaatsvervangend vormings-
lelder.
Een photo en een woord van den
Leider zullen het ie nummer openen.
Aan dit maandblad, dat de grootte zal
hebben van „De Stormmeeuw", zullen
vele belangrijke functionarissen onzer
Beweging medewerken, zooals o.a. het
Hoofd van de Vorming in Nederland,
Kd. van GenSchten en vele andere vor
mingsleiders en sprekers.
Vaste rubrieken Jeugdstorm, Licha
melijke Opvoeding en ook Toonëel zul
len eveneens worden geopend, terwijl
ook een plaats wordt gereserveerd
„Voor de opvatting van anderen".
v Eeh rubriek „Vrouw en Moeder" zal
geregeld onderwerpen behandelen, be
treffende doel, streven en werken van
de N.S.V.O.
In elke aflevering zal een lied met
de muziek worden toegevoegd,en een
uitleg bij den tekst.
Het blad wordt opgeluisterd door tee-
keningen, terwijl in de volgende num
mers ook photo's den tekst zullen ver
fraaien.
De omslag, welke op ivoor-carton is
uitgevoerd, maakt een zeer waardigen,
stijlvollen indruk en heeft een symbo
lische beteekenis, neergelegd in de vol
gende woorden-
„Uit grijzen achtergrond,
symbool van somber
oorlogs-lijden, verrijst als
gouden dageraad ons
heiig strijdbanier, dat
hecht en stoer en gloed
vol fundament voor ons
ONTWAKEND VOLK,
dat fier en rein zich stelt
tot drager van ons dierbaar
VADERLAND."
De abonnementsprijs is op f3.per
jaar gesteld, hetgeen voor een derge
lijke aanwinst in onze leerzame Nat.-
Soc. vormingslectuur als zeer laag meet
worden beschouwd.
Het is de bedoeling, dat alle leden
dit maandblad geregeld zullen lezen
en dat niemand, die dit bedrag missen
kan, zich aap dezen plicht onttrekt.
en dat uw kinderen- daarbij achter
blijven
Juist uw kinderen, omdat het kinde
ren van nationaal-socialisten zijn, snak
ken naar den dag, dat zij het stormers-
buis kunnen aantrekken. Waarom
weerhoudt u hen?
Hoe zult u het vinden dat, wanneer
straks de geheele Nederlandsche jeugd
achter de Meeuwenvaan van den
Jeugdstorm vereenigd is, uw kinderen
eerst dan gehoor geven aan den roep
van de Meeuw Zij zullen u verwijten,
hen tegengehouden te hebben deel te
nemen aan de strijd-periode van den
Jeugdstorm. - -
Straks moet de jeugd ujvpioniers
arbeid overnemen. Wat moet er van
dit werk, door het bloed van de besten
onder ons, door uw offers bezegeld,
terecht komen, als er geen jeugd is,
die istraks dit werk kan overnemen en
voleindigen? Moet dit werk dan weer
ten gronde worden gericht?
De Leider wil het, maar dat niet al
leen 1 Ook uw kind wil het. De Jeugd
storm roept. De Jeugdstorm heeft ook
uw kind geroepen. Zooals ieder Neder-
landsch kind, dat het hart-op de rechte
plaats heèit .zitten, dat Wil, wil ook uw
kind in den Jeugdstorm.
Laat uw kind gehoor geven aan den
roep van den Jeugdstorm. De Leider
en uw kinderen nemen de grootste
plaats in uw hart in. Zij willen dat de
Jeugdstorm groot en krachtig wordt.
De Jeugdstorm binnenkort 40.000 man
sterk, dat is de opdracht van den Lei
der. Aan U de taak, die opdracht uit
te voeren. Leest en herleest de woor
den van den Leider en weet, wat u te
doen staat 1
Wordt lid!
Ook in Zeeland hebben wij een af-
deeling vdh de Nederlandsch-Duitsche
Kuituurgemeenschap. Reeds driemalen
is te Middelburg een bijeenkomst be
legd en driemalen met succes. De laat
ste maal, bij de opvoering van de film
„Triumf des Willens", was de Schouw
burg vol. Op het programma staan
zeer 1 belangrijke Nederlandsche en
.Duitsche onderwerpen en pamen van
bekende kunstenaars. Ieder die in het
toch al zoo kunst-misdeelde Zeeland
wil profiteeren van deze kunst-midèla- -
gen of -avonden, doet verstandig zich
zo snel mogelijk te laten inschrijven als
lid. Men kan zich hiervoor melden bij
den heer Van den Berg, journalist te
Middelburg,- of bij het lid van het
hoofdbestuur, Mr. A. Meerkamp van
Embden, ook te Middelburg.
Het eigen blad verschenén.
Inmiddels is het contact tusschen de
leden in ons land gelegd door het ver
schijnen van een eigen blad, dat in het
Nederlandsch en Duitsch allerlei be-
langwekkends brengt.
Het eerste nummer brengt o.m. arti
kelen van Prof. Dr. G. A. S. Snijder,
H. C. van Maasdijk, Prof. Dr. F. Wehof-
sich (voorzitter), Dr. Rudolf Steinmetz,
Dr. H. Krekel en de bekende schrijfster
Jo van Ammers Kühler, die een frag
ment Brengt uit een nog niet gepubli-
ceerden roman.
Er staat ook een artikel in over Albert
Verwey, door D. Volker-Nijland.
Het één met het ander, een uitne
mend, kloek uitgegeven en hoogst inte
ressant blad
Van verschillende kanten werd den
hoofdopsteller van dit blad gevraagd
om voorlichting in het lezen van boe
ken. Zooals "men weet, leest men in het
algemeen ongeordend. Et zijn lieden
die veel lezen, doch zonder eenige orde
en onderscheiding. En boekenhongef
kan tot verwarring aanleiding geven
en vaak ziet het hoofd van zulk een
veel-lezer er uit als een onderste boven
getuimelde boekenkast. Alles ligt er
systeemloos door elkaar.
Wat zijn goede romans?
Dat is de vraag die ons. vaak wordt
voorgelegd: „noemt U ons nu eens
een goed boek I"
Zooals men weet, bestaat er zeer
vergiftige lectuur. Boeken, die onder
christelijke mom vaak verderfelijk zijn,
boeken die over verkeerde vaderlands
liefde spreken, boeken vcm joden of
pseudo-joden, boeken van heimelijke
ophitsers, religieuze boeken, die vaak
meer verwarren dün opwekten, zij'
werden bij honderden gelezen en voor
al gepropageerd.
In den tijd, die achter ons ligt, be
stond er een stroom van gruwelverha
len over Duitschland en ook daardoor
zijn véle menschen momenteel nog
vooringenomen tegenover alles wat
Duitsch is. Deze boeken, vooral van
joodsche emigranten, zijn verdwenen,
doch hier en daar duiken zij nog wel
eens op. Het Departement van Volks
voorlichting staat er borg voor, dat
geen boek wordt uitgegeven in de toe
komst, aleer het gekeurd is. En dat
is goed.
Er is veel goeds ge
schreven.
Laat ik U allereerst dit zeggen. Er
is veel goeds in' het Nederlandsch ge
schreven en wij zijn er trotsch op dit
te constateeren. Wij hebben goede
schrijvers en schrijfsters en uit"0 .°nde
dichters.
Het is altijd gevaarlijk om er enkelen
uit te Iriezen en die te propageeren,
ómdat ieder lezer zijn voorkeur en
eigen smaak heeft. Op het gevaar af
om mij schuldig te maken daaraan,
wil ik dan mijne briefschrijfsters toch
enkele boeken noemen, die m.i. U
eenige goede uren van geestelijk genot
kunnen schenken. Ik verdeel hen in
twee rubrieken de oorspronkelijke en
de vertaalde.
De oorspronkelijken
„Casper van Adel", Fenand van den
Oever, Uitg. Callenbach.' „Pastoor
Poncke", Jan H.Jsekhoyit, Uitg. Callen
bach. „Sil de Sirandjutter", Cor
Bruyn, Uitg. Callenbach. „Menschen
zonder geld", Jan Mens, Uitg. Kosmos
Amsterdam. „De gouden Real",
Jan Mens, Uitg! Kosmos, A'dam.
„Koen", Jan Mens, Uitg. Kosmos, Am
sterdam. „Wonde plekken", G. P.
Smiss, Amsterdamsqhe'keurk. „Spi
onnetje", G. P. Smiss, Wereldbiblio
theek. „Beumer'en Co." K. v. Eer
beek, Callenbach. „Strooschippers",
K. van Eerbeek, Callenbach. „Keu
terboertjes", Jan Knape, Bosch en Keu-
ning. „Grauwe Vogels", Arthur v.
Schendel, J. M. Meulenhof, Amsterdam.
„Hollands Glorie", Jan den Hartog,
„Kasteel in Karinthië", Johan F»
bricius, Leopold.
Vertaalde roirans:
„Hasko de watergeus", Misrtin Luser-
ke, Boscji en Keuning. „Het nieuwe
land", Kristman Gudmundson, ,De
Kern, den Haag. „WargamcJe", A.
Tamsaare, De Kern, den Haag. „De
klokken luiden" 3 dl., Johan Falkber-
get, Zuid-Hollandsche. „Salka Val-
ka", Sally Salminen, Andries Blitz.
„Lange Lente", Sally Salminen, Andr.
Blitz. „Het verdeelde huis", Pearl
Buck, Literbo, Bloemendaal. „Op
eigen grond", Pearl Buck, Literbo Bloe
mendaal. „Rijst", Louise Jordan
Mils. „Er rijdt iemand door de
wereld", Friedricht Griese, Bosch en
Keuning. „De geheime oorlog om
de katoen", Antoine Zischka, Erven Bij-
leveld, Utrecht. „De geheime oorlog
om de petroleum", Antoine Zischka,
Erven Bijleveld, .Utrecht.
Wij zullen desgewenscht elke veer
tien dagen een nieuwe lijst van Hols
landsche en vertaalde boekwerken op
geven, ook over de poëzie.
- --