Wij zijn slechts op weg! Schadevergoeding aan de gedupeerden 1 UITGAVE VAM DE MATIONAAL SOflALISTISCUE BEWEGING DISTRICT 21-ZEELAMD Kt hHln fluU> OT*eloo«' «Siy"4*u m h» Mussert kreeg gelijk! le Jaargang, No, 8 Donderdag 26 Zomermaand 1941 Een open brief aan een twijfelende k^LlZZ' TT dat "-1— - hZZZISZsl***'™'* Maatregelen tegen terreur i bijkantoor t« Kan< Baarland, Bon jk, 'l Gravenpolder 3ök, Helnkenszcm •ande moeten ric; Helnkenszand. Kortgene en Wis bij hel bijkantoo. Oost- en Wee' bn moeten zich me', (ssingen. Brouwershaven- I Duivendijke, Eiker terkwerve, Nieuw^r Oosterlanc. kerke (S.), Zierikzee melden bi] het bij Axel, Hoek, Ter •zich wenden toi te Temeuzen. InClinge, Graauw Hulst, St. Jansteen en bij het bij- Aardenburg, Bier- roede. Hoofdplaat, ichement, Schoon- IJzendljke en Zuid- het bijkantoor te nKoewacht, Over- ent, Westdorpe en len tot het bijkantoor een werkloozen- dle voor steun- ng komen of bii geplaatst wil- voor zorgen, dat bi) de hiervoren arbeldsbureaux Ingeschreven, bij de gemeen- penbare arbeids- .zoekenden staan zij zich niet ng der inschrij- reaux aan te mel- itip, waarop vér- Iving geschieden tl» van don predikant Beets, - die uitkwam 1 beter tijd boboren. Ingewijd, uit den strijd loron. hen leiband gaafl ovenstaan al dagen. daar zal een hoofd, regeeren, God gelooft, aoef verdooft leeren. enden verstand*, i wetten, de trouw des maat, eine glans eeld zetten. i beter hoek I stroomen, ten kloek, en vloek Romen. ^lk ontslagen) t of In vree, i wel of wee, hagen. trd scheeloog vrij f lig rijk ls voorbij de overzij meer noodig. die nu zweven maf i vlerken, A- ln ontzag, vleugelslag, blijv' sterken. zijnen blik eemde vesten, }n in den strik, den met schrik nestén. vleug'len schaüw vergaderen, bljn oogen trouw, neb en klauw durft naderen derland I zult vrij, blijven; ln 't recht verblij..,,« profecy, ek moogt schrijven. NICOLA AS BEETS. Zeeland? I niet juist geplaatst, tende woorden ge-1 is. rling noodig. in dienst van zijn S I treekwoord van vier ran den Vader des 81, 37, 28. oord Europa. k gebruikt wrdt. tan „De Zeeuwsche N* Sn een vijf-tal troost- gen. Verschijnt tweemaal per maand? van huis tot hula door geheel Zeeland REDACTIE POSTBUS 58, MIDDELBURG Abonnement buiten Zeeland HoofdopstellerMartien Beversluis, Veere fl.50 per jeer. Vc ontving dezer dagen een brief Vcm een misnoegd man. Nog pa» en kele maanden was hij toegetreden als °r^arJ^eweg^I- U« zijn schrijven ttog Ik dit aanhalen, al» bewijs van «Un verdrietelijkheden „Als lk door mijn dorp ga, zie ft niets dan nijdige gezichten, als lk omzie steekt hij zijn vinger op ln den vorm Deteekende. Later hoorde lk dat het «vtóorie i&aa I O datgespuw.dat v.?® gespuw °P straat, vlak voor .bU mij Wordt het geen tjjd. d* ons wreken? Hebben wij nog niet «enoeg verdragen? Wat denkt U er Mijn onbekende virend I Gij beklaagt U over den laster en den hoon, die U menigvuldig eiken dag wordt aangedaan. Gij zjjt ver- «oord en onthutst Indien iemand U rnt V°orbl)trf9dt Gij sUt daar door dagenlang boosaardig en ver f*? GlJ gelooft meer ta de grootheid van uw volk, gij hebt Gif^T V- haat zelfs aUeon' dat ^er enkele maanden deze hoonende lieden stil SuUen wonden, omdat het dan bittern STtiHen hTl01 d9g9nen' ons al ÏÏleï? leV9n ver OU^rit TT^en n'euwe maatschap- pU. Gij moet rolfs kunnen troost dat vruchten na U P n "ult' maar cmderen van Wa^otr ^en 00931 Se'ooven. 0093,911 uwe vijanden onzer nieuwe Ücht eef'nle^ komende stroomingen. 0> Idee heeft v!w 8nkele nleuw« ra"d" NÏÏnt aanvaard do^T ?edachte voetstoots 'aL—1»*. Wde de Id^ T a voorstel- gaat? °°r wereld fels wordt een 'litH °P 1813 en dez® om haar wü ham H n^jV8<5r; Men joelt Vegrand, loert aan da vangen, met hnm- n haar Wt, misvormt hacu m®n beman" der Idee. Uit de asch^ftL,boefe9n Vermeestert de werelrj n 0p en Idee maakt zich geldend t v, nleuwe ^happelijfc leven zft ni* de komende torn rrden do« Zie, zoo ls'oot d fSCher9 Idee- •onaal-SodallsmeL WeS VCm Na" WH staan thans voor een nieuwe geboorte, wij beleven een tweede Re- ncdspance. Maar nu gaat het niet om den mensch alleen, maar om de menschen, de menschheid. Nu gaat het, bij dit Naüonaal-Socia- lisme, niet om het geluk van U per soonlijk, uw familie, uw dorp, uw land, maar om het toekomend geluk en de bevrijding van een wereld. Deze levens-idee omspant niet uw belang alleen, neen, mijn vriend, het kan zelfs winnen moeten ten koste van het uwegij moet U dit steeds inden ken. GH moet kunnen lijden, Ja zelfs sterven daardoor, zooals duizenden thans. Als gij niet over de kleine ergernis sen heen zien kunt, ach, hoe zwaar zal dan uw gang zijn met ons. Een Nattonaal-Socialist moet niet omzien, en vervuld zijn van wat ztjn voorbijgangers over hem zullen denken en zeggen. Hij moet zoó vervuld zijn van de groote lichtende Gedachte voör hem, dat hij deze kleine dingen niet meer hooren en bemerken kan. GH zijt verhit, gtj stampvoet Gij wilt het succes, het voordeel direct zien, gU zilt ongeduldig. GIJ lijkt op éen, die met zijn nerveuze vingers een knop openprutst, omdat hU de bloem niet kan afwachten. Alles heeft zijn tijd, mijn makker, alles moet groeien en rijpen, wij spre ken nog niet over den sikkel, wij zijn nog slechts aan het wieden. Gij kunt een idee niemand opdrin gen, gij kunt nimmer door dwang iemand laten liefhebbenlaat toch die ijdele gedachte varen. Wanneer straks de menschen, die nu nog hun vingers opsteken in de Vee- vorm (waarmee zij hun eigen naam noemen) die nog behoefte hebben hun speeksel te loozen naast U, wanneer deze zien en ervaren dat het Nationaal- Socialisme in geloof en handelingen tot zegen wordt, dan zullen zij zich eens schamen voor U en voor zichzelf. Ge looft gij dat niet Gij moet U wel indenken, dat gij nu nog wandelt door het puin eener onder gegane verdorven maatschappij. Elk moment dreigt kalk en mortel op U te vallen. Het stof, dat over de ver vallen grootheid ligt, het stof der op spraak dat langs U heenwacdt, kan uw oogen tijdelijk verblinden. Dat moet gij goed begrijpen, en U er legen wapenen. Laster is als stof, zij dringt door alle kieren. Er is maar één raad, U goed afschudden na eiken dag en dan frlsch op pad, eiken morgen. Niet aan U is het te wreken. Het kwaad wreekt zichzelf. Zij die nu nog gelooven ln onver vulbare wenschen, hun ingegeven door egoïsme en valsche voorlichters, zij zullen eens ontzettend gedesillusio neerd worden. Daarop kunt gij gerust zijn. En wat beteekent dan een boos woord, een van nijd vertrokken ge zicht, een spat speeksel? Immers niets, mijn vriend. In de zon van het komende Nationaal-Socialisme worden de boozen weer vroolijk en goed en de spatten weer droog. Heb altijd goeden moed en hou moedig zee. In mijn donkerste dagen, jaren geleden, schreef ik dit lied, en misschien kan het U nu tot een aan moediging zijn Vechten I Er is niets meer over dan dat. Is er geen weg meer, dan banen wij 't pad. En ls er geen licht meer, dan gaan wij op sterren. Breken de takken, die striemend versperren. UltgSan in veler gemeenzaamheid, dan nog met enkelen door d'eenzaamheld. Stijgen I De wind hooren zwellen ln kracht, maar met het voorhoofd gewend naar den nacht. Vechten I Vechten I 't verleden ligt diep ln het dal. Vreemd I dat lk nooit meer daar dwalen za], rusten op 't mos van een zorgeloos leven, bronnen beluisteren en vogels zien zweven. Sinds mij uw stem riep, Opstandigheid, knikten de bloemen nog IJdelheid t vond lk geen rust meer bij zee en fontein, moest lk met U, schoone wereld van schijn. Vechten 1 Dat ls de tragiek van dezen tijd, waarin een Jongere generatie worstelt om een toe komst voor het geheele volle, en tegenover zich vindt een genera tie, die haar den weg verspert, niettegenstaande zU zelve on machtig ls om de problemen van dezen tijd tot oplossing te bren gen. In het belang van het ge heele volk hoop ik, dat het ge spaard moge blijven voor den strijd van generatie tegen gene ratie, die zinneloos is, omdat de komende generatie altijd wint, en de gaande altijd verliest. Mussert aan ColUn (VoVa 9-3-1935) Meer dan colt hebben velen van onze kameraden te lijden van een geniepige terreur- en broodroof-actle, die haar weergaHn dit land niet heeft. Natlonaal-Sociallstlsche ambachte en zakenlieden, neringsdoenden, boot werkers, artsen, leiders van groote be drijven, advocaten, kortom leder Hd dec Beweging welke taak hij ook ln het maatschappelijke leven heeft, tracht men nu het plegen van openlUke gewelddaden zwaar wordt gestraft het leven onmogelijk te maken door hen zoo mogelijk uit hun werkkring te stooten of van hen geen goederen meer te betrekken. WIJ mogen en kunnen niet toelaten, dat men onze kameraden, die met eer lük werken het brood voor hun gezin willen verdienen, dit op een achter baksche manier tracht te onthouden. WU dienen ons ertegen te verzetten, dat men onze kameraden aan den honger ten prooigeeft. Daarom verwacht ik van alle leden der Beweging, dat zU, nog met deze week te beginnen, de levensmiddelen, de gebruiksvoorwerpen, enz., die zU noodig hebben, uitsluitend zullen be trekken van kameraden en in leder geval geen lnkoopen meer zullen doen bU personen, die vUandlg tegenover het Nationaal-Socialisme en de Bewe ging staan. Juist de lieden, die verantwoordelUk zUn voor de tegen ons gevoerde brood roof-actle, zullen nu 'met het argument komen aandragen, dat wij ons hier mede isoleeren van dat deel van one volk, dat nog niet den weg tot het Nationaal-Socialisme gevonden heeft. ZU weten zelf beter. Ook ons volk zal begrijpen, dat men ons tot dezen maatregel, die daar van ben ik overtuigd van ÜJdelUken aard zal zijn, heeft gedwongen. Ik vertrouw geen vergeefsoh beroep le hebben gedaan op het solidariteits gevoel der Nederlandsche Nationaal- Socialisten. Hou-zee I De Secretaris-Generaal, HUYGEN. Velen begroette lk als vriend en gezel. Meer nog herkeerden en hoondenVaarwel I Velen bespotten ons I sperden den weg. Sliep ik niet vaak aan den dooralgea heg? Joeg niet uw striemende regen, verdriet? Zong niet verleiding bi) nachten haar lied? Voortgaanl Niet rusten! Wat klaag' en beklemm' Slechts ln het hart die geweldige stemt Vechten 1 Doorgaan I Het ls niet genoeg dat tril wachtend, als anderen de bergen opgaan. Vechten I Het ls niet van waarde te zingen, als wij mlllloenen de handen zien wringen. Neen 1 ln den strijd I niet om 't eigene heil. Voor de gemeenschap zichzelv* heir vefi. Zelve de schemer, d* moeheid, de pijn. Anderen daarna eens de zonneschijn I Vechten I De Hoofdopsteller, Wij vragen recht. Er is in de laatste weken veel be roering verwekt door de bepalingen omtrent terugbetaling van gelden, In zake geleden schade. De Provinciale Zeeuwsche Courant heeft eenige ingezonden stukken ge publiceerd van gedupeerden, de re dactie heeft daarbij haar meening in een artikel te berde gebracht, terwijl tenslotte wethouder Kögeler zijn inzich ten over de schadevergoeding aan gedupeerden uitééngezet heeft in een artikel van 16 Juni J.l. In het algemeen moet ons allereerst dit van het hart De inzenders, die hier namens vele gedupeerden schreven, hadden volko men gelijk, het artikel van de redactie der Provinciale Zeeuwsche Courant, hoewel zij het regeeringsbeslult „schriel en minderwaardig" acht, is o.l. te veel constateerend, dan ageer end, terwijl de wethouder Kögeler hier en. daar een standpunt Inneemt, dat (de regeerings- maatregelen half verdedigend, half lakend) eigenhjk de kwestie bU „een kwestie" laat, zonder eenige actie te willen ondernemen tegen deze beslist onrechtvaardige zaak. Eens gegeven blijft gegeven. Ons oordeel ls kort en bondig dit het geld dat door Nederlanders spon taan en zonder eenige reserve en zon der eenige bUbedoellng ls bijeenge bracht, moet volledig ten goede komen aan de gedupeerden, zonder terugbe taling. De regeering heeft niet het recht, niet eenig recht, zelf te beschikken over gelden die niet aan haar, doch aan het particuliere fonds Nationale Inzame lingen zUn afgestaan. WIJ eischen dat dk geld en datgene, wat er voor be steed ls, bezit, gegeven bezit, blijft der gedupeerden. WIJ leggen alle vriendelUk bedoelde en Ingewikkelde redeneeringen en ver- dedlgings-acties voor het standpunt der regeering dan ook beslist terzijde en zullen blUven Uveren dat hier een voudig rechtvaardigheid geschiedt, zonder meer. De staat van lechtloosheid. Een der gedupeerden schrijft op 11 Juni 1941 terecht: „De Staat van rechtloosheid, waarin alle gedupeerden in ons geheele land zUn geplaatst, is tot heden in Nederland geheel zonder voorbeeld". Hetgeen hier zoo vierkant wordt ge uit, is geheel Juist en deze staat van rechtloosheid moet dan ook worden opgeheven, zoo snel en grondig moge- lUk. Men kan dit niet bereiken doe» te constateeren, wat de Prov. Zeeuwsche Courant doet „Wettelijk en ambtelijk zal dit laatste (het Rijksstandpunt) wel Juist zijn, maar menchelijk is het niet". Neen 1 het is wettelUk onjuist en ambtelijk niet te verdedigen. Het Rijk 'heeft niet eenig recht om op zijn wUze om te springen met datgene, wat niet het Rijk, doch het gedupeerde volk ls geschonken. Het Rijk mag aan het persoonlijk Initiatief van zijn burgers, en welk een prijzenswaardig Initiatief, niet raken en geen cent te kort doen. Twee fondsen in een potje Er ls een Herstelfonds. Daarvoor ls Indertijd 10.000.000 gestort op initiatief van den RUkscommissaris, èn er ls een Nationaal-Inzamelingsfonds, waaron der het fonds te Middelburg ressorteer^ de. Dit laatste fonds was een partlcur Her fonds. De wethouder Kögeler nu schrijft „Men moet echter goed onderschel den j de gelden welke aan de comlté's voor aankoop van verstrekte goederen werden beschikbaar gesteld, zijn slechts gedeeltelUk afkomstig uit de Nationale inzameling en voor een ander, niet gering deel, uit het Herstel fonds of ook wel genaamd 10.000.000 fonds, enz." Haiti WU vragen ons afwelk deel ls nu eigenlijk voor de verstrekte goederen uitgetrokken en wat heeft het particu liere fonds te maken met het 10.000.000 fonds Niets I Twee fondsen werden hier in één potje gestort, zonder dat dit aan de gevers 1b gevraagd of mede gedeeld. Dit ls eenvoudig ergerlijk en onwettig. Men handelt hier ongevraagd met geschonken gelden I Een klein voor beeld Schrijver dezes heeft destijds een bundel verzen „De Zeeuwsche Lier" geschreven, waarvan de opbrengst, (ongeveer 1800.was bedoeld als onmlddellUke hulp. Noch mU, noch den uitgever is ook maar in één regel medegedeeld, dat deze belangelooze arbeid en haar op brengst voor het Rijk geschiedde, dat er nota bene mee deed wat het wilde en, zooals wU nu tot onze ergernis be merken, het geld terugvraagt. Ik per soonlijk heb derhalve ln dit geval het recht deze gift terug te eischen en op nieuw uit te dee len, hetgeen fc doen zal, indien er geen verandehng in het besluit valt. Ik heb niets te maken met een RUksbedeellng, noch wie ook die uit zUn spontaniteit gaf, hetzü het veel of weinig, ln geld of goederen be stond. „Onbillijkheden" 1 WU moeten nog op een dwaasheid wijzen des heeren Kögeler. Deze schrijft „Nu kan niet worden ontkend, dat wanneer de verstrekkingen door de Comlté's niet werden afgetrokken, dit ook tot eenige onbillUkheden aan leiding zou geven. Degenen n.l., die door allerlei omstandigheden, heizU dat zU voorloopig bU familieleden waren Ingetrokken en dus geen on middellijk voorzieningen behoefden te treffen, of zich uit eigen middelen daarin konden helpen en mitsdien niet genoodzaakt waren een beroep op het Comité te doen, zouden in een minder gunstige positie komen te verkeeren, dan de getroffenen, die dit wel hebben gedaan. Hieruit blijkt wel, hoe moeilijk het is een regeling te treffen, welke alle onbillikheden uitsluit." Wij zien deze onbillijkheden geene zins in. Dit is een allerellendigst be roep op nUd en Jaloezie van ons volk. Het ls immers evenzeer waar, dat het prettiger is zichzelf te redden, hoe dan ook, dan bU een Comité hulp te vragen. Dat beetje geld of goederen wat men ontvangt, weegt ruimschoots op tegen de onafhankelijkheid der anderen. Bovendien, welk een misselijke men taliteit veronderstelt de heer Kögeler hier. Akof de gedupeerden in zulk een ernstige ramp elkaar epn beetje steun benijden zouden. Neen I zoo laag schatten wij de Mid delburgers niet en wU zouden het toe juichen, indien een weinig delicater zou worden geschreven over zulk® diep-ernstige en diep-treurige dingen. Wij gaan aan 't werk. WU gaan aan 't werk om deze on rechtvaardige zaak ongedaan te maken en wU zullen niet eerder rusten, voè* hier recht gedaan is. De Districtsleider der N.S.B. heeft reeds zUn initiatief genomen en wij zullen in ons e.v. nummer hoogstwacm schijnlijk meerdere mededeeltngen kunnen doen. Hoopen vrij maar van zeer goede, want vast staat dat het niet bUjveQ mag bU woord en wederwoord, hoe onderhoudend dit ook ls. Want dixt heeft men „geen cent" aan.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche Stroom | 1941 | | pagina 1