Kees Stam toert vooral rond Alkmaar,
maar maakt voor Zierikzee uitzondering
'Ik heb de gave dingen
aan elkaar te praten'
Krokettencomité blijft voortleven
wielerronde zierikzee
3
Viervoudig wereldkampioen trekpleister Wieleromnium Zierikzee
ZIERIKZEE - Eigenlijk kon het niet uitblijven. Een logisch ver
volg van zijn sportcarrière, zo kun je het ook noemen. Kees
Stam fietste in de jaren zeventig zelf achter een derny, nu zit
hij, getooid metzo'n koddig helmpje, erop. Met recht kan het
wielercomité trots zijn op het binnenhalen van de viervoudig
wereldkampioen. Stam: gang- en smaakmaker.
De vijftigjarige Alkmaarder groeide in
het demywereldje. Na zijn actieve
loopbaan als wielrenner stelde Arie Si
mons, demyrijder en -bouwer, aan
Stam voor het ook eens op die motor
fietsen te proberen. „Is het niets voor
jou?," vroeg Simons aan Stam. Zo ge
zegd, zo gedaan. Van het een kwam
het ander, mede omdat Stams zoon
zich heden ten dage als een verdien
stelijke amateurrenner manifesteert.
Voordat Stam de derny opkroop, werd
hij 'even' vier keer wereldkampioen.
Zijn eerste mondiale titel behaaldehijin
1970 in Engeland bij de amateurs. Drie
kampioenschappen volgden bij de
professionals: in Spanje (1973), Cana
da (1974) en Venezuela (1977).
Stam vond het in 1980 welletjes en
voegde zich als coach bij de KNWU
(Koninklijke Nederlandse Wielerunie).
Na een tijdje zette Stam de wielerzaken
even opzij.
Bloed
Het bloed kroop toch waar het niet
gaan kon. Dedemyopdus. „Ik doe het
eens in de zoveel tijd. Ik zie het als een
kaartavond. Nu is het gewoon een
hobby voor me." Voor de centen doet
hij het niet.
Als Stam zou willen, kan hij wekelijks -
jaarlijks worden tachtig tot honderd
dernykoersen georganiseerd - in heel
Nederland rijden. „In principe kun je
zelf een koers uitzoeken," legt Stam
uit. Hij blijft toch het liefst in de buurt
van Alkmaar.
„Het is normaal gesproken geen we
kelijkse bezigheid. Dat wil ik zelf niet."
Dat hij dan toch in Zierikzee aan de start
verschijnt, is een gevolg van het en
thousiasme waarmee de organisator
van Zierikzee hem benaderde. Zo ver
als Stam het kan inschatten is dernyrij-
den in Nederland redelijk populair.
„Het lawaai en de motoren maken toch
iets los bij mensen. Het kan spectacu-
lairzijn."
Communicatie
Demyrijden is vooral een vorm van in
teractie tussen de demyrijder en de
wielrenner achter hem. Van communi
catie wil Stam niets weten. „Die is er
nauwelijks, gesproken wordt er
amper," aldus Stam, die zich in het da
gelijks leven met de in- en verkoop van
wielerkleding bezighoudt, waaronder
de kleren voor de Rabobank-ploeg van
Jan Raas.
„De gangmaker bepaalt wat hij wil. De
renner zegt alleen iets als het te hard
gaat." Meestal heet het commando
'rustig aan'. „Als hij 'ho' zegt, is het
meestal helemaal gedaan," spreekt
Stam uiteraard uit ervaring. „Een ren
ner heeft al zijn aandacht nodig om op
te letten. Een gangmaker kan eens om
zich heen kijken wat er voor en achter
gebeurt."
Het probleem met gangmakers en
coureurs is meestal dat ze onbekend
met elkaar zijn. Stam: „Een renner
roept dan 'harder' en 'rijden', terwijl het
moment er nog niet is. De renner denkt
dat hij het aankan. Op de lange duur
krijgt hij een terugslag."
Het komt voor dat een renner dan voor
de gangmaker rijdt. „Een vreemd aan
zicht," besluit Stam.
De dernykoers belooft met de komst van oud-wereldkampioen Kees Stam een
spannende aangelegenheid te worden. (Foto: Theo Jansen)
Bert van Gils, speaker in Zierikzee
VLISSINGEN - Praten is een vak apart. Een cabaretier houdt
conferences, een priester predikt, een nieuwslezer leest voor
en met wat biertjes op schijnt iedereen wat losser van de tong
riem gesneden te zijn. Bert van Gils houdt vrijdagavond 23au-
gustus zijn volle verstand erbij. Dan moet hij het Wielerom
nium van Zierikzee aan elkaar zien te praten.
Bert van Gils werd op bijna het laat
ste moment aangewezen om naar
Zierikzee te komen. De oorspronke
lijke speaker moest zich wegens
privé-omstandigheden terug trekken.
Voor de magazijnmedewerker van
De Schelde in Vlissingen is het de
eerste maal dat hij 'Zierikzee' aan el
kaar mag praten. Hij heeft er al hon
derden achter zijn kiezen.
Ervaring heeft de 48-jarige Vlissinger
zat. Het is eigenlijk gek. Als je Van
Gils door de telefoon hoort praten,
krijg je helemaal niet de indruk dat hij
de kunst van de wielertaal verstaat.
Die indruk neemt hij weg als hij ver
telt over een koers in Aagtekerke,
enkele jaren geleden.
Een zekere Thijs Fase, een amateur
uit Tholen, reed lek en probeerde
wanhopig aansluiting te vinden bij
het peloton. Het was in een vakantie
periode, dus maakte Van Gils er een
mooi spel van. De microfonist bleef
volhouden dat Fase stukje bij beetje
dichterbij kwam.
Na afloop zei Fase tegen Van Gils:
„Bert, dat moet je niet meer doen. Ik
kwam er geen meter meer dichterbij.
Tegenover het publiek kon ik het niet
maken om af te stappen." Van Gils:
„Achteraf vond Fase het wel leuk,
maar ik moest het nooit meer doen."
Van Gils begon zijn speaker-carrière
met een jeugdwedstrijd, de Eierrace
in Koewacht. Zijn start bij de ama
teurs weet hij zich niet meer te herin
neren. Hij heeft zich inmiddels zo be
kend en misschien wel bemind ge
maakt dat hij niet alleen bij
wielerwedstrijden de boel aan elkaar
knoopt. Tegenwoordig wordt hij ge
vraagd voor zeskampen en triathlons
in Zeeland. Voor niets vangt hij iets.
Het is een hobby, zegt-ie.
Een goede speaker is volgens Van
Gils iemand die veel kennis heeft van
de renners die passeren en het pu
bliek weet te boeien en te informeren
over het verloop van een ronde. Ook
als er in de koers niets gebeurt. Het
gebeurt niet zelden dat Van Gils
leuke reacties van de mensen krijgt
terwijl de wielrenners er weinig van
bakten.
Van Gils vindt het speakeren een se
rieuze aangelegenheid. Een moeilijke
taak vindt hij het niet, integendeel.
„Het makkelijk omdat ik de gave heb
dingen aan elkaar te praten." Het
maakt hem niet uit welke klasse -
van nieuwelingen tot professionals -
het is. „Elke categorie heeft dezelfde
aandacht nodig." oordeelt Van Gils.
De microfonist ziet zijn functie wel
als een hele verantwoordelijkheid.
„Het is een pittige en zware taak
omdat je in het middelpunt van de
belangstelling staat." Of het nu goed
of fout gaat. daar kijken de mensen
meestal niet naar. Van Gils: „Je bent
altijd het eerste aanspreekpunt."
Wim Evertse ziet weinig toekomst in eilandelijk wielrennen
„Wij passen goed op ons geld. Het
gaat niet op aan kroketten," zegt de
goedgebekte praeses. Eigenlijk staat
Evertse niet te springen om een ver
haaltje over hem. „ledereen is belang
rijk. We trekken de kar met zijn zes
sen." Met 'we' bedoelt Evertse de vijf
andere bestuursleden: Piet Bos (werk
ploeg), Kees Snijders (hoofd algemene
zaken). Frans den Boer (secretaris),
Gerard van de Klooster (penningmees
ter) en Theo de Looze (vice-voorzitter).
Deze samenstelling bestaat al weer
enkele jaren.
Het Wieleromnium is volgens Evertse
een succes als er zo'n vier- vijfdui
zend mensen op afkomen. Deduizend
van vorig jaar waren véél te weinig.
Daarom is het programma op vrijdag
avond 23 augustus nog korter, com
pacter en krachtiger afgestemd. „De
ronde moet het sfeertje van een Zes
daagse krijgen. Dat de mensen zeg
gen: 'vrijdagavond, wielrennen, da's
een stukje gezelligheid'."
Met die sfeer lijkt het, gezien de ran-
dactiviteiten - autoshow, dweilband,
loopbrug over het parcours, grote ter-
rasssen, levensgrote lichtkrant - wel
goed te komen. De toekomst van het
wielrennen ziet Evertse, vroeger een
verdienstelijk amateurrenner, somber
der in. „Ik won hier de eerste en de laat
ste koers op Schouwen-Duiveland,"
geeft hij de malaise aan. „Mager tot
niets," tekent Evertse de verwachtin
gen voor de komende jaren. „Het is
leuk als je een plaatselijk favoriet zou
hebben." Die is er dus, niet want Erwin
de Loo is vanwege studie tijdelijk ge
stopt en waartoe Arnold Duinhouwer
in staat is, moet vrijdag blijken. Het pu
bliek komt volgens Evertse op namen
af. Ook die zijn er niet. Kortom, hij heeft
weinig hoop dat het iets wordt met
wielrennen op het eiland. Geluiden
richting die kant hoort hij niet. „Een
fiets kopen? Dat doen ze niet meer?"
ZIERIKZEE - Vroeger, begin jaren zestig, bestond het wieler
comité uit doktoren, directeuren en advocaten. In het toen
sjieke hotel Mondragon aten ze bij elke vergadering een kro-
ketje. Maar het geld raakte op en weg was het comité.
De huidige voorzitter van Stichting
Wielercomité, Wim Evertse, weet zich
te herinneren dat het bondsbureau van
de wielerbond in Den Haag een bij
naam had voor de organisatie uit Zie
rikzee: het Krokettencomité. Deze tra
ditie hebben Evertse en consorten het
eten van een kroketje in ere hersteld.
Wim Evertse, voorzitter Stichting Wielercomité: ,,Het Wieleromnium van Zierikzee
moet het sfeertje van een Zesdaagse krijgen.(Foto: Joop van Houdt)