Piet en Maatje kunnen niet langer in hun huis blijven PROJECT VOORLICHTING AAN OUDEREN OP SCHOUWEN-DUIVELAND De financiële kanten van opname in verzorghigs- of verpleegtehuis Voorlichting ouderen in vorm van project VRIJDAG 2 APRIL 1993 NR 25335 5 ZIERIKZEE -Pa zou je Joch niet eens gaan denken over een plaatsje in het verzorgingshuis? Nu de verzorging van moeder je steeds zwaarder valt en je de laatste tijd nogal vergeetachtig bent, is dat echt beter". Die uitspraak van zijn dochter had Piet in eerste instantie boos gemaakt. Misschien wel omdat hij diep in zijn hart wist dat zij eigenlijk gelijk had. Ondanks alle hulp van buitenaf viel de verzorging van zijn Maatje hem steeds zwaarder en ja hij moest het toegeven hij vergat de laatste tijd weieens iets. Zouden ze dan toch binnenkort hun huis moeten verruilen voor een kamer in het verzorgingshuis en wat zou dat allemaal niet gaan kosten? Tot twee keer toe had zijn dochter hem duttend in zijn stoel aangetroffen, terwijl op het gasfornuis een gloeiend hete fluitketel stond, waarin het water al lang was verdampt. Dat was geen' toevallig incident, want ook was het hem overkomen dat hij zich in de winkel niet meer kon herinneren wat hij daar nu moest hebben. Dan kwam Piet met heel andere boodschappen thuis en kreeg hij een standje van zijn Maatje. Hoewel die inmiddels al weer wat meer zelf kon doen en de wijkverpleegkundige niet langer nodig was, viel de verzorging van haar Piet de laatste maanden zwaar. Ook al deden de kinderen de was en de boodschappen en kwam een bejaardenhulp eens per week langs om hun huis een beurt te geven. Op advies van Maatje was Piet maar eens naar zijn ouderenbond gestapt om te vragen wat hij moest doen om op de lijst voor het verzorgingstehuis te komen. Die had hem doorverwezen naar de indicatiecommissie. Een onafhankelijke commissie, waarin een arts, een maatschappelijk werkster, een wijkverpleegkundige en incidenteel ook een vertegenwoordiger van het RIAGG en de CZ-groep (zorgverzekeraar) de aanvragen voor plaatsing in één van de verzorgingshuizen en het verpleeghuis beoordelen. De aanvragen die deze commissie behandelt waren niet altijd verzoeken voor definitieve plaatsing in het verzorgings- of verpleeghuis, want ook voor een tijdelijke opname en voor dagverzorging (verzorgingshuis) of dagbehandeling (verpleeghuis) was het advies van de indicatiecommissie nodig. Een oude makker van Piet, die inmiddels al geruime tijd in het woonzorgcentrum De Poortershof in Brouwershaven woonde had hiervoor ook een beroep moeten doen op dezê indicatiecommissie. Na het invullen van een aanvraagformulier, waaxvoor Piet naar het gemeentebuis was geweest, was er eerst nog een gesprek met de maatschappelijk werkster geweest. Alvorens een oordeel te vellen, wilde die nog het een en ander weten, over de thuissituatie van Piet en Maatje. Op basis van die gegevens over de lichamelijke en geestelijke toestand van beiden, hun j woonomstandigheden en datgene wat ze zelf in huis moesten doen,'had de indicatie bepsald dat plaatsing in een verzorgingshuis voor de Piet en Maatje de meest geschikte oplossing vas en ook gaf de indicatiecömissie hierbij aan hoe urgent de opname van Piet en Maatje in het verzorgingstehuis was. Dat opname dringend/urgent werd geacht, had Piet wel een beetje overvallen. Nu moesten Piet en Maatje dus een keuz? maken in welk verzorgingshuis zij het liefste een kamer zouden betrekken. Daarvoor moesten ze echter nog wel wat geduld hebben, want in het verzorgingstehuis van hun keuze waren op dat moment geen kamers vrij en zo kwamen Piet en Maatje op een wachtlijst te staan. Dat zou nog wel even kunnen duren, hadden ze in het verzorgingshuis gezegd. Piet vond dat niet erg, want die zag huizenhoog op tegen deze verhuizing. Niet alleen omdat een grcot deel van hun spulletjes weg zouden moeten doen, maar vooral ook voor alle financiële consequenties. Dat dat er nogal wat waren bijzondere ziektekosten betaald met daarnaast nog een eigen bijdrage die op basis van haar inkomen (haar AOW-tje) door de zorgverzekeraar (ziekenfonds) was vastgesteld. Dat Klazien een aardig spaarpotje had speelde daarbij geen rol. Piet kon daar weieens over mopperen. Bij hem en lvïaatje werd omdat ze in het verzorgingshuis zaten wel naar het vermogen gekeken en bij Klazien in het verpleeghuis niet. Maar het ergste vond hij nog dat hij en Maatje door zijn nalatigheid eerst hun huis moesten opeten. Had hij maar naar buurman Klaasse geluisterd en had hij maar tijdig een beroep gedaan op de notaris. Die had hem vrijblijvend- (voor een oriënterend gesprek van 30 minuten brengt de notaris geen kosten in rekening) wat mogelijkheden aan de hand kunnen doen. Want hoe dan ook, ondanks alle beperkingen waren schenkingen van ouders aan kinderen altijd nog mogelijk, mits deze niet binnen de termijn van die genoemde twee jaar vielen en het geen schenkingen op papier waren. In het eerste geval konden de kóstèn dan'ook de kinderen of andere ontvangers (begiftigden) worden verhaald. Nu had Piet daar spijt van, want als hij hun huis eerder op naam van de kinderen had gezet, had dat niet betekend dat hij en Maatje dakloos waren geworden. Door in de akte een regeling op te nemen over het woonrecht van Piet en Maatje hadden zij er door de zakelijke rechten van gebruik en bewoning te bedingen nog jaren rustig kunnen wonen (zonder de kinderen, die eigenaar van het huis waren daarvoor een vergoeding te moeten geven). Dit natuurlijk zolang de gezondheid dat toeliet en zolang zij niet naar het verzorgingshuis zouden moeten verhuizen, want dan hielden deze rechten op. In dat geval moesten Piet en Maatje dan de kosten voor onderhoud en reparaties en de belastingen betalen. Andere mogelijkheden waarop de notaris Piet en Maatje had kunnen wijzen was een overdracht van de woning in economische zin of wanneer Piet en Maatje gekozen hadden voor huurrecht, waarbij ze de woning dan tegen een reële prijs van de kinderen huurden. Iets waarvoor buurman Klaasse een jaar of wat geleden had gekozen. Voor Piet en Maatje in het verzorgingshuis was dat echter allemaal te laat. Ze waren daarentegen wel zo verstandig geweest om twee jaar lang achtduizend gulden aan de kinderen te schenken. Een bedrag waarvan 7272 belastingvrij is. Die schenkingen moesten een beetje de tegenslag camoufleren van het verlies aan erfenis dat dreigde, doordat Piet indertijd een testament op de langstlevende had laten opmaken, waarbij niet was bepaald dat de kinderen hun erfdeel op konden eisen als opname in het verzorgingshuis nodig was. Daardoor werden de niet uitgekeerde erfdelen (als deel van het vermogen) gebruikt om het verblijf in het verzorgingshuis te bekostigen. TEKST ROSALIEN KORSTANJE met medewerking van notariskantoor W. H. Klaassen. intergemeentelijke sociale dienst Schouwen- Duiveland/Sint Philipsland. de Corneliastichting en de indicatiecommissie Schouwen-Duiveland FOTO JOOP VAN HOUDT Oud word je vanzelf. Die wijsheid wordt te pas en te onpas gebezigd, maar strookt niet helemaal met de werkelijkheid. Afgezien van de lichamelijke gesteldheid die van invloed is op de manier waarop het verouderingsproces zich voltrekt, speelt ook de kennis van regelingen en voorzieningen en hulpverlenende instellingen een belangrijke rol hierbij. Gezien de veelheid en ingewikkeldheid daarvan zien veel ouderen door de hulpverlenende bomen het zorgverlenende bos niet meer. Daaraan wil het VOORLICHTINGSPROJECT VOOR OUDEREN op Schouwen-Duiveland iets doen. Dit project dat zich met name richt op de zelfstandig wonende oudere, is in opdracht van het Intra- en Extramuraal Zorgoverleg Schouwen- Duiveland uitgewerkt door de Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Zeeland en de vakgroep Voorlichtingskunde van de Landbouwuniversiteit Wageningen. Het project loopt van februari '93 tot en met april '94 en bestaat uit allerlei vormen van voorlichting. Dat varieert van mondelinge voorlichting tijdens gesprekken, cursussen of thema-middagen tot en met allerlei schriftelijk informatie-materiaal over thema's als financiële voorzieningen, huisvesting, gezondheid en zorgvoorzieningen. Elk thema staat drie maanden lang in het middelpunt der belangstelling. Ook in de Zierikzeesche Nieuwsbode wordt gedurende dit jaar de nodige aandacht aan deze voorlichting besteed. Elk van de vier thema's wordt aan de hand van een inleidend verhaal bij de lezer geïntroduceerd, waarna om de twee weken een verhaal over een specifiek onderdeel van dat thema volgt. Dit houdt in dat van elk thema in totaal zes artikelen in deze krant worden geplaatst. De reeks van artikelen wordt begonnen met een overzicht van financiële regelingen en voorzieningen, waarmee de 65-jarige wordt geconfronteerd. Op een aantal daarvan wordt in een apart artikel dieper ingegaan. Deze keer komen de indicaticcommissic en de financiële aspecten van opname in verzorgingshuis en verpleegtehuis aan bod. daar kwam Piet al gauw achter. Voor hun verblijf daar, waren ze als echtpaar al gauw zo'n 550) tot 6000 gulden per maand 3000 a 3500 voor een alleenstaande) kwijt. Een bedrag dat Piet, zo lang dat op te brengen was, zelf moest betalen. Kon hij dat niet dan kon hij bij de sociale dienst een verzoek voor een verlaagde bijdrage indienen. Vooralsnog zat die er voor Piet en Maatje niet in. Piet en Maatje met hun eigen (hypotheekvrije) woning hadden immers verzuimd tijdig een regeling te treffen, waardoor de woning op naam van de kinderen kwam te staan. Buurman Klaasse, de gepensioneerde ambtenaar, had hen meer dan eens gewezen op de noodzaak om die zaak (de overdracht van het huis en hun bescheiden vermogen aan de kinderen) toch tijdig bij de notaris te regelen. ,,Je moet daar niet te lang mee wachten, want als je naar een verzorgingshuis moet dan is het te laat om nog schenkingen aan je kinderen te doen. De sociale dienst onderzoekt namelijk of je de voorafgaande twee (maximaal drie) jaar een deel van je spaarcenten of je huis aan de kinderen hebt geschonken. Als de indicatiecommissie bijvoorbeeld in december vorig jaar bepaald heeft dat je „rijp" bent voor het verzorgingshuis, dan gaat de sociale dienst vanaf 1 januari 1990 na of je vermogen na die datum is veranderd of dat na die datum het huis aan de kinderen is geschonken. Zo ja, dan houdt de sociale dienst daar wel rekening mee bij het bepalen van de eigen bijdrage. Heb je alleen op papier een schenking gedaan en kan je dus nog over dat bedrag beschikken, dan vis je ook achter het net, want die zogenaamde papieren schenkingen, daar gaat de sociale dienst niet mee akkoord, daarvoor moet je je geld echt weggeven. Bij die wijze raad haalde Piet zijn schouders op. „Die regelneef van hiernaast ook altijd" zei Piet dan wat korzelig tegen Maatje. „Die denkt echt dat we vandaag of morgen gelijk naar een verzorgingshuis moeten, 't Zal zijn tijd wel duren". Dat buurman Klaasse gelijk had werd na het herseninfarct van Maatje snel duidelijk. Kort voordat Piet en Maatje naar het verzorgingshuis verhuisden werd het huis verkocht en werd de opbrengst tot het eigen vermogen (de spaarcentjes) van Piet en Maatje) gerekend. Op een bedrag van 10.700 5350,- voor een alleenstaande) en een bedrag van vijfduizend gulden per persoon voor de begrafenis of crematiekosten na, moest eerst het „eigen vermogen worden opgegeten" of zoals nicht Klazien dat altijd zei „moest hun huis eerst door de schoorsteen van het verzorgingshuis verdwijnen". Zolang zij het financieel immers konden opbrengen moesten zij de hoge bijdrage, bepaald op basis van inkomen én vermogen betalen. Was dit niet meer mogelijk dan zouden zij in aanmerking komen voor een verlaagde bijdrage, waarbij zij dan in het vervolg maandelijks een bedrag van f 531.73 307,25 voor alleenstaanden) aan zak- en kleedgeld zouden ontvangen. Die bijdragen, zowel de hoge als de verlaagde variant, werden door de sociale dienst eens per maand doorgesluisd naar de verzorgingshuizen. Financieel gezien kwam hun nicht Klazien er beter vanaf. Na een ongelukkige val van een trapje was die dusdanig hulpbehoevend dat die niet meer voor zichzelf kon zorgen. In eerste instantie adviseerde de indicatiecommissie haar om gebruik te maken van de dagbehandeling in het verpleeghuis. Daarvoor werd zij dagelijks rond een uur of negen door de taxi naar het verpleeghuis gebracht. Daar bleef ze dan met zeven andere „dagpatiënten" tot 's middags half vier, waarna de taxi haar ook weer keurig thuisbracht. In het verpleeghuis kreeg Klazien fysiotherapie en ergotherapie om haar weer in staat te stellen om allerlei alledaagse handelingen weer zelfstandig te kunnen verrichten. Even leek het erop dat die dagbehandeling, die via de algemene wet bijzondere ziektekosten (van het ziekenfonds) geheel werd vergoed, zijn vruchten zou afwerpen. Een slippertje in huis maakte echter alle resultaten ongedaan en van Klazien een hulpbehoevende oude dame voor wie opname in het verpleeghuis nog de enige mogelijkheid was. Als bewoner van een verpleeghuis werd voor haar het meeste via de algemene wet

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1993 | | pagina 5