Joop en Loek den Boer met Polka
Dos de Atlantische Oceaan over
Net zoals de oude zeevaarders
DONDERDAG 11 MAART 1993 NR 25322
ZIERIKZEE - Een jaar er tussenuit om de wijde
wereld in te trekken. Een wens die bij velen leeft,
maar die slechts bij een enkeling in vervulling
gaat. De kinderen, het comfortabele leventje en
andere verplichtingen, zoals bij voorbeeld een
eigen bedrijf, zorgen er (te) vaak voor dat het bij
een wens alleen blijft. Er zomaar tussen uit
breken lijkt op het eerste gezicht gemakkelijker
dan het in werkelijkheid is. Joop en Loek den
Boer-Boone uit Zierikzee zetten die stap wel en
trokken er met hun boot de Polka Dos een vol
jaar op uit om in het „kielzog" van de oude
Portugese en Hollandse zeevaarders te treden door
richting Caraïbisch gebied te zeilen. Een verslag
van een avontuurlijke zeilreis over de wereldzeeën.
Met een eigen bedrijf zo'n
expeditie ondernemen? Joop
en Loek den Boer uit
Zierikzee hebben deze vraag
heel wat keertjes gehoord.
Tbegegeven, er moest wel het
een en ander met de bank en
de accountant worden
geregeld voor het geval er
onverhoopt iets mis mocht
gaan. Maar wetende dat het
het team van medewerkers
wel was toevertrouwd om de
honneurs waar te nemen,
kunnen ze Zierikzee 21 mei
1991 met een gerust hart de
rug toekeren voor hun eerste
echt grote zeiltocht. De route
daarvoor is het best te
omschrijven als „waar de
wind ons heenwaait". Dat
wordt uiteindelijk een tocht
via de Canarische eilanden
naar het Caraïbisch gebied en
via de Azoren weer richting
Zierikzee. Voorzien van een
aardig aantal boeken, wat
proviand - niks bijzonders
volgens Loek den Boer - en
een jarenlange
(zee)zeilervaring beginnen ze
zo aan een tocht, die
Portugese maar ook
Hollandse en dan met name
Zeeuwse zeevaarders in
vroeger eeuwen (van de 15e
tot de 18e eeuw) zo vaak
hebben gemaakt.
Die vaak barre tochten naar
het verre oosten en westen
inspireerden het Zierikzeese
echtpaar tot het maken van
deze tocht met hun Polka Dos,
een boot die in 1971 door de
firma Kesteloo uit
Brouwershaven is gebouwd.
Een boot ook die door zijn
beperkte omvang, de 20 pk
dieselmotor, marifoon en zijn
romp en mast van aluminium
weinig van doen heeft met de
zware, logge schepen uit
vroeger tijden. En ook de
vrees van de vroegere zeelui
dat de aarde een platte schijf
was waar je automatisch
afviel als je te ver naar het
westen doorzeilde, die vrees
kent het Zierikzeese echtpaar
niet. De aarde is zo rond als
een bol, iets dat ook
Columbus indertijd wilde
bewijzen.
Dat de mens ondanks alle
technische snufjes de natuur
nog altijd niet geheel naar
zijn hand kan zetten ervaart
het echtpaar als het na een
verblijf in zijn geliefde
Cherbourg, dwars door de
Golf van Biskaje richting La
Coruna vaart. De zuidwesten
wind zwelt aan tot een heuse
storm (windkracht 8) en
veroorzaakt hoge zeeën.
,,Een fascinerend iets"
schrijft Joop den Boer, maar
tegelijkertijd ook wel een
beetje beangstigend. Zeker als
het echtpaar in de kajuit
geniet van een kop warme
soep en er een enorme golf
vlak voor het schip breekt,
waardoor het schip 120 graden
helt en een golf water door
een nog openstaand luik naar
binnen stroomt. Hierdoor
staan beiden in een mum van
tijd tot hun knieën in het
water. De chaos is behoorlijk;
kleding, boeken, kaarten,
tabak, letterlijk alles wat niet
vastzit drijft in het water.
Terwijl zijn vrouw, goed
vastgebonden aan het roer zit,
schept Den Boer het schip
met een emmertje leeg, omdat
de (extra) pomp het af laat
weten. De schade blijft echter
beperkt tot natte spullen en
een verbogen frame van de
kap boven het schuifluik.
TEKST JOOP en
LOEK DEN BOER,
bewerkt door
ROSALIEN KORSTANJE
FOTO'S JOOP en
LOEK DEN BOER
school loodsmannetjes
zwemmen rond het schip. Die
loodsmannetjes vergezellen
meestal een haai ,,op
oorlogspad" en ja hoor, ook
het echtpaar Den Boer ziet
zo'n staartvin verschijnen.
Die behoort toe aan een
hamerhaai, een telg van de
haaienfamilie voor wie je
beter even pas op de plaats
kunt maken. De boot blijkt
de woede van het beest te
hebben opgewekt, maar door
de motor even te laten ronken
gaat de haai er snel vandoor.
Voor de koersbepaling maakt
Den Boer gebruik van de
aloude techniek van „het
varen op de sterren". Dit
omdat de deccapeilingen
(langs de Europese kust) en
de radiopeilingen niet te
gebruiken zijn en ook het log
(snelheids- en afstandsmeter)
niet goed functioneert. Dat
betekent dat het sextant moet
worden gebruikt en dat
vereist op een deinend schip
nogal wat ervaring en
behendigheid. De
weerberichten die het
American Institute for
Science and Technology
uitzendt en die ook de Polka
Dos via radio bereiken
worden nauwgezet gevolgd.
In al die dagen op de oceaan
zien Joop en Loek den Boer
hooguit zes schepen. Soms is
er via de marifoon een
mogelijkheid voor een
praatje. Eén keer nadert een
schip toch wel erg dicht bij en
moet gauw de motor worden
gebruikt om uit zijn
vaarwater te komen. Hoe
groot en verlaten ook de
Atlantische oceaan ook mag
zijn, de mogelijkheid voor een
aanvaring is altijd aanwezig.
Daarom ook houdt het
echtpaar Den Boer 's nachts
bij toerbeurt de wacht
volgens het principe van twee
uur op, twee uur af, al wordt
er weieens een nachtje
overgeslagen.
Na 28 dagen alleen maar
water en de einder te hebben
gezien doemt in de nacht van
14 op 15 februari in het
westen een licht op, dat van
de vuurtoren van Barbados.
Daar gaat de Polka Dos
precies op de verjaardag van
Joop den Boer voor anker en
kunnen de zeebenen weer
eens worden gestrekt. Het
koele biertje in een bar aan
een palmenstrand, een
tafereeltje dat veel weg heeft
van de afbeelding in een
reclamefoldertje, smaakt dan
ook uitstekend. Een week
lang blijven Joop en Loek den
Boer hier om het eiland te
bezichtigen, waarna ze koers
zetten naar Sint Lucia. Daar
gaat de Polka Dos de wal op
voor een reparatie aan het
roer en een nieuwe anti
aangroei-verflaag, want wie
snel wil zeilen kan dat alleen
met een glad
onderwaterschip".
Als een twintigste eeuwse
Odysseus zwerft het
Zierikzeese echtpaar daar in
de Caraïben rond en worden
na de Engelse en Franse
eilanden als Martinique, Les
Saintes, Guadaloupe, Antiqua
en Montsertat ook de
Nederlandse eilanden Sint
Eustacius, Sint Maarten en
Saba aangedaan. Zeilen
vraagt in die contreien wel de
nodige vaardigheid. Niet
alleen vanwege de riffen (bij
Martinique) maar ook omdat
de (oceaan)golven aan de
oostkant nogal hoog zijn.
Tbt eind mei blijven Joop en
Loek den Boer in de
Caraïben, waar ze een beeld
krijgen van de geschiedenis
van dit gebied.
Een geschiedenis die onder
meer gekenmerkt wordt door
een reeks van oorlogen tussen
de autochtonen en de Spaanse
conquistadores en oorlogen
tussen Spanjaarden,
Engelsen, Fransen en
Nederlanders die in de
zeventiende eeuw met zijn
allen probeerden de
hegemonie in dit rijke gebied
te krijgen.
Eind mei is het, gezien het
naderende seizoen van de
wervelstormen, tijd om het
gebied te verlaten. Niet bang
voor alle mysterieuze
verhalen over de Bermuda
driehoek zeilt het Zierikzeese
echtpaar via de zuidpunt van
de Bermuda driehoek richting
Azoren. Een afstand van zo'n
vierduizend kilometer (2200
zeemijlen). De buien maken
het Den Boer onmogelijk om
zonswaamemingen te doen
om zo de positie te bepalen en
ook de marifoon, het log en
later ook de
kortegolfontvanger laten het
afweten. Dat heeft weinig te
maken met de geheimzinnige
omstandigheden van de
Bermuda driehoek maar meer
met de extreme vochtigheid.
Via de Golfstroom bereikt de
Polka Dos na 22 dagen varen
op basis van enkel en alleen
een sextant Fayal, een van de
eilanden die samen de Azoren
vormen. Van veraf is dat al te
zien, want de helderheid op
de oceaan is groot; veel groter
dan op het vasteland en ook
wordt men als oceaanreiziger
aanmerkelijk minder vuil.
Dat is gezien de beperke
hoeveelheid water een aardige
bijkomstigheid.
Daar in de haven van Fayal.
Horta, laten Joop en Loek
den Boer een kleurrijk
visitekaartje achter. Volgens
goed gebruik schilderen ze
hun boot en hun naam daar
op de kademuren. Vijf dagen
blijven ze op de Azoren voor
anker liggen om dan aan hun
laatste etappe te beginnen.
Omdat ze vaart willen maken
gebruiken ze nu af en toe ook
de spinnaker en breken
daarmee een absoluut record
van 39 uur spinnakeren
zonder ook maar even het
roer aan te raken. Dat zorgt
nog even voor een hachelijk
avontuur als een zeil onder
het schip raakt en een touw
zich daardoor om de schroef
windt. Enige tijd is de Polka
Dos dan ook stuurloos en dat
op een drukke
scheepvaartroute.
Het loopt allemaal goed af,
zodat na nog een tussenstop
in Cherbourg, Joop en Loek
den Boer via Dieppe naar
Zierikzee zeilen. Hier zeilen
ze 10 juli 1992 rond het
middaguur de haven binnen.
Een moment van blijdschap
want „wat was het heerlijk
om de Oosterschelde op te
varen en wat was het
fantastisch om de toren van
Zierikzee weer te zien" aldus
het echtpaar. Al heel snel
echter krijgen zc van
vrienden en bekenden te
horen „nu moet je weer
werken". Zo'n reactie
verbeteren ze fijntjes door te
zeggen „nee, nu mag ik weer
werken". Want hoe
onvergetelijk deze tocht ook
is, thuis zijn en genieten van
een goed boek, mooie muziek
of gewoon bezig zijn in het
eigen bedrijf, dat heeft zeker
ook zijn mooie kanten. Die
mooie kanten houden echter
niet tegen dat „het alweer
kriebelt" en de Polka Dos in
ieder geval al weer vaarklaar
is.
De schrik zit er wel een
beetje in, maar in Santander
en later in Gijon aan de
Spaanse noordkust komt het
Zierikzeese echtpaar wéér
aardig op verhaal, zeker als
het daar de familie Van
Strien uit Renesse en een
Vlissings echtpaar ontmoet.
verrassing: daar treffen ze de
nieuwe Eendracht aan, een
schip met drie masten en een
lengte van 55 meter, dat bezig
is aan een cruise. Daar in
Santa Cruz de la Palma
worden de laatste
voorbereidingen voor „de
grote oversteek" getroffen.
De drang naar vrijheid, ru^t
en avontuur zit de Zeeuwen
blijkbaar nog altijd in het
bloed, want ook in het
Portugese Viano de Castaio
lopen Joop en Loek den Boer
Schouwen-Duivelanders tegen
het lijf: het echtpaar De Oude
uit Brouwershaven.
Na volop genoten te hebben
van de vele cultuurschatten
die herinneren aan het
roemrijke verleden van het
Iberisch schiereiland en na
een onderbreking van de reis
- noodzakelijk in verband met
de zaak - zetten Joop en Loek
den Boer de reis voort. De
bedoeling is om via de
Canarische eilanden de
oversteek naar het Caraïbisch
gebied, vroeger bekend als
West Indië te wagen.
Op weg naar de Canarische
eilanden komt de Polka Dos
opnieuw in een storm terecht,
weliswaar niet zo hevig als in
de Golf van Biskaje maar
toch altijd nog goed voor
fikse golven. Den Boer: „Je
vraagt je op die momenten af
of je niet een beetje getikt
bent om je vrouw en jezelf
bloot te stellen aan dit soort
omstandigheden". De
Zierikzeese zeezeilers komen
er gelukkig zonder
kleerscheuren af al moeten ze
bij zwaar weer nog een lek
zien te herstellen.
Eenmaal aangekomen in de
haven van Santa Cruz de la
Palma - een van de kleinere
eilanden van de Canarische
eilanden - wacht hen een
Het zonnepaneel, nodig om de
accu's op peil te houden,
wordt gerepareerd en er
wordt het nodige voedsel
ingeslagen. Niks gedroogd
voedsel, maar veel kool, uien
en knoflook met daarbij nog
zo'n honderdveertig liter
water, 24 literpakken melk,
een kratje bier, vier
literpakken wijn en een fles
whisky. Dit om de lange
avonden aan boord te
veraangenamen. Want lang
zijn de avonden in de tropen,
waar de duistertiis zo rond
half zeven ineens valt.
Die oversteek duurt in totaal
achtentwintig dagen, een
week langer dan gepland. En
al die dagen lang is het
echtpaar op zichzelf
teruggeworpen en heeft het
figuurlijk dan zeeën van tijd
om zoals dat heet „alles eens
duidelijk op een rijtje te
zetten", iets dat er thuis door
alle dagelijkse
beslommeringen vaak bij
inschiet. Die transatlantische
oversteek is een schitterende
ervaring en allesbehalve
eentonig vindt Loek den Boer.
Al denkt haar man daar iets
anders over, voor hem is een
dag of veertien op zee, zonder
iets of iemand te zien wel
voldoende. Helemaal alleen is
het echtpaar echter niet, want
gedurende een aantal dagen
krijgt de Polka Dos
gezelschap van een school
uitgelaten dolfijnen die met
hun staartvin voor een heus
waterballet zorgen. Ook
vliegende vissen en een