Het van financiële doolhof de goede oude dag PROJECT VOORLICHTING AAN OUDEREN OP SCHOUWEN-DUIVELAND IKBlEnOiL DiWliKiN Voorlichting ouderen in vorm van project VRIJDAG 5 FEBRUARI 1993 NR 25303 5 Oud word je vanzelf. Die wijsheid wordt te pas en te onpas gebezigd, maar strookt niet helemaal met de werkelijkheid. Afgezien van de lichamelijke gesteldheid die van invloed is op de manier waarop het verouderingsproces zich voltrekt, speelt ook de kennis van regelingen en voorzieningen en hulpverlenende instellingen een belangrijke rol hierbij. Gezien de veelheid en ingewikkeldheid daarvan zien veel ouderen door de hulpverlenende bomen het zorgverlenende bos niet meer. Daaraan wil het VOORLICHTINGSPROJECT VOOR OUDEREN op Schouwen-Duiveland iets doen. Dit project dat zich met name richt op de zelfstandig wonende oudere, is in opdracht 'van het Intra- en Extramuraal Zorgoverleg Schouwen- Duiveland uitgewerkt door de Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Zeeland en de vakgroep Voorlichtingskunde van de Landbouwuniversiteit Wageningen. Het project loopt van februari '93 tot en met april '94 en bestaat uit allerlei vormen van voorlichting. Dat varieert van mondelinge voorlichting tijdens gesprekken, cursussen of thema-middagen tot en met allerlei schriftelijk informatie-materiaal over thema's als financiële voorzieningen, huisvesting, gezondheid en zorgvoorzieningen. Elk thema staat drie maanden lang in het middelpunt der belangstelling. Ook in de Zierikzeesche Nieuwsbode wordt gedurende dit jaar de nodige aandacht aan deze voorlichting besteed. Elk van de vier thema's wordt aan de hand van een inleidend verhaal bij de lezer geïntroduceerd, waarna om de twee weken een verhaal over een specifiek onderdeel van dat thema volgt. Dit houdt in dat van elk thema in totaal zes artikelen in deze krant worden geplaatst. De reeks van artikelen wordt begonnen met een overzicht van financiële regelingen en voorzieningen, waarmee de 65-jarige wordt geconfronteerd. Op een aantal daarvan wordt in een apart artikel dieper ingegaan. Pensioen, huursubsidie, bijzondere bijstand en wat dies meer zij Dat ze eraan toe waren vond ook de indicatiecommissie die hun situatie onderzocht. Door het bij toeval snel vrijkomen van een tweepersoons kamer behoefden Piet en Maatje, die als urgent bovenaan de wachtlijst stonden niet eens erg lang te wachten. Eigenlijk ging het vooral voor Maatje toch wat sneller dan ze gewenst had. 't Was echter voor beiden de beste oplossing, dat wist ze ook wel, ook al was ze ondanks haar verminderde mobiliteit nog lang niet hulpbehoevend. Voor het geval dat hij of Maatje vroegtijdig zou komen te overlijden had Piet reeds voordat hij 65 werd bij de notaris een testament op de langstlevende laten opmaken. Geschrokken als hij was door verhalen over hebzuchtige kinderen, die in het geval van het overlijden van één van de ouders na de verkoop van het huis direct hun deel opeisten had hij het zekere voor het onzekere genomen en alles keurig laten vastleggen. Daarnaast had hij zijn bankrekening ook op beider naam laten zetten 'zodat Maatje geen problemen zou hebben, mocht hij eerder komen te overlijden. In dit geval was daar echter geen sprake van en Piet en Maatje verkochten hun huis. De opbrengst van hun huis plus hun met veel zuinigheid vergaarde kapitaaltje mochten Piet en Maatje na intrek in het verzorgingshuis niet houden. Van een alleenstaande kennis die al eerder naar het huis was verhuisd wisten ze dat een alleenstaande vijfduizend gulden zelf mocht houden, plus daarbij nog eens vijfduizend gulden voor het betalen van zijn begrafenis. Voor een echtpaar geldt een bedrag van 10.000 gulden en een vrij te laten vermogen van 10.400 gulden. ,,Veel te weinig om netjes begraven te worden" mompelde Maatje altijd als ze dat bedrag hoorde. Toch begrepen ze wel dat wie zelf nog wat geld had, ook zelf mee moest betalen voor de verzorging in het verzorgingshuis. Want dat dat heel wat kostte wisten ook zij wel. In minder dan geen tijd was hun met zuinigheid vergaarde kapitaaltje dan ook geslonken tot het bedrag dat zij mochten houden en moest hun dochter voor hen bij de Sociale Dienst een verzoek voor een verlaagde bijdrage indienen. Vanaf dat moment was het in feite het ministerie van WVC die via de provincie het verblijf van Piet en Maatje en al die anderen in het verzorgingshuis betaalt. Dit in tegenstelling tot een verblijf in het verpleeghuis, waar hun nicht gezien haar invaliditeit inmiddels terecht was gekomen. Haar verblijf daar werd via de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten bekostigd. TEKST ROSALIEN KORSTANJE in samenwerking met de Intergemeentelijke Sociale Dienst Schouwen- Duiveland/ Sint Philipsland. FOTO JOOP VAN HOUDT vergoed kunnen krijgen, mits het Rijk toestemming zou geven. Mochten de kosten minder dan 45.000 gulden zijn dan zou hij zich hiervoor tot de gemeente moeten wenden. Daarnaast zou Piet, zo werd hem verteld in geval van een eigen bijdrage in de medische kosten ook een beroep- kunnen doen op de Bijzondere Bijstand. Maar ook voor de kosten voor extra kleding of schoeisel en voor hulpmiddelen als een bril of gehoorapparaat zou Piet eventueel een beroep kunnen doen op deze bijzondere bijstand, voor zover deze hulpmiddelen niet via de AWBZ door het ziekenfonds gedekt zouden worden. Hiervoor moest Piet dan wel rekening houden met een eigen bijdrage van minimaal 186,- (drempelbedrag) per jaar Gelukkkig waren Piet en Maatje sinds jaar en dag lid van de Kruisvereniging zodat het niet veel moeite kostte om een wijkverpleegster in te schakelen, die Piet een vakkundig handje hielp zolang Maatje nog niet de oude was. De kosten hiervoor werden via de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten vergoed. Met de hulp van de wijkverpleegster, de incidentele hulp van hun twee kinderen en de kant en klaar aangeleverde maaltijden van Taf eitje Dek Je konden Piet en Maatje het net redden, totdat ook bij Piei de „tand des tijds" onmiskenbaar merkbaar werd^ ZIERIKZEE - Toen hem na het zien fan Abraham gevraagd werd ot hij lid van een oulerenbond wilde worden, had hij dat weliswaa' met een glimlach maar wel resoluut van de and gewezen. Daar voelde hij zich als vijftigjarig! toch nog echt te jong voor. Toch waren de jaren njdien, zo leek het althans, sneller verstreken dan lij had verwacht en had het moment, waarjp hij als 65- jarige afscheid had genomen van ziji werkgever en collega's, hem toch nog overvallen had aangevraagd bleven haar woonlasten beperkt tot zo'n driehonderd gulden per maand. Veel geld voor sociaal- culturele activiteiten en hobby's had ze ondanks die geringe woonlasten niet en soms hadden Piet en Maatje medelijden met haar. Ook al kon ze net, zoals hen profiteren van de kortingen op openbaar vervoer en andere voorzieningen die voor ouderen gelden. Bovendien kende de gemeente, waarin ze woonde ook een gezinsbudgetfonds (ook wel bekend als sociaal cultureel noodfonds) waarop ze nog altijd een beroep kon doen als ze deel wilde nemen aan een bepaalde sociaal- culturele activiteit. Hoewel Piet en Maatje niet van die uitgaanders waren maakten ze, zeker die eerste jaren maar wat graag gebruik van hun 60 -plus pas, waarmee ze voor een gereduceerd bedrag van het openbaar vervoer gebruik konden maken en sinds Piet 65 was gingen ze ook wat vaker naar de Concertzaal voor een voorstelling van Uit op Schouwen-Duiveland. Want het bezoek aan theater of museum of het lidmaatschap van de bibliotheék was met ëeri Pds 65 bepaald' voordeliger. Enkele jaren konden Piet en Maatje ondanks de beperkingen van hun budget toch volop genieten van een redelijk onbezorgde oude dag. Totdat die ene dag toen Maatje tot grote schrik van Piet getroffen werd door een herseninfarct, waarvan ze niet meer helemaal herstelde. In hun woning die hierop niet was ingericht leverde da't nogal wat problemen op, zodat Piet uiteindelijk eens ging informeren naar de mogelijkheden voor woningaanpassing. Zouden die, zo kreeg hij té horen meer kosten dan 45.000,- dan zou hij die via de Regeling Geldelijke Steun Huisvesting Gehandicapten (RGSHG) Tot twee keer toe had hun dochter Piet duttend aangetroffen terwijl op het gasfornuis een gloeiende ketel stond, waarin het water al geruime tijd was verdampt. Bang dat er ooit eens brand uit zou breken had zij haar ouders overtuigd van de noodzaak om naar een verzorgingstehuis te verhuizen. Verstandig als zij waren hadden Piet en Maatje zich georiënteerd op de mogelijkheden die er zijn voor opname in het verzorgingshuis. Zeker, ruimschoots van tevoren waren Piet en Maatje uit Zierikzee al begonnen met het treffen van voorbereidingen voor „de derde levensfase" (de fase als Vutter of als gepensioneerde) die naderde. Op aanraden van kennissen waren ze zelfs naar een cursus Pensioen in Zicht, georganiseerd door een volkshogeschool geweest. In eerste instantie hadden Piet en Maatje daar wat schamper over gedaan maar achteraf hadden ze er geen spijt van gehad, ze hadden daar allerlei tips gekregen over wat er na de pensionering allemaal op hen af zou komen. Dat dat nogal wat was had Piet al eerder ondervonden toen hij zijn pensioen en AOW aanvroeg. Want daarvoor, dat wist hij, moest ie tijdig zelf een aanvraag indienen bij de Sociale Verzekeringsbank. Die bank hield van dat AOW- bedrag automatisch zelf een bedrag voor de belasting in en ook de ziekenfondspremie werd door deze instantie voor hem en zijn echtgenote ingehouden. Dit in tepnstelling tot hun nicht, di<=door omstajidghedén in een vrij dure huuwonirig terecht was gekomer Van fyaar AOW - haar eni;e inkomstenbron, kon ze ót niet betalen zodat ze wel en beroep had moeten doen 05de individuele huursulsidie. „Zolan: die er nog is, maak ik er gibruik van, want een goedkpere woning in het centrrn kan ik 'hier als alleen/taande niet zo gauw vinder zei zij altijd. Door die huirsubsidie, die ze bij haar woningbouwvereniging vara bedrag hun alleen: moest zien betekende maandelijl£< enige zuini 1299,- waarmee aande nicht ond te komen, un nieuwe e budget toch dat ilheid geboden was. Heel af en eind van d oe, zo tegen het maand keken Piet en Matje dan ook met enige afgu 5t naar hun buurman ce, ha'veertig jaar in overheicidierist te hebben gewerkt m van èen behoorlijk lensioen genoot. Dit omdat lij de laatste jaren een leidingtevénc/è functie had beklea, waarvan de hoogte vaphet pensioen was afgeleid. 1 Klagen dejen Piet en Maatje echter niet met hun aangeborel zuinigheid en hun goedkope lobby's zoals hun moestuin h het maken van fietstochta konden ze het over hét afemëen 'wel rooien. Vooral ooi omdai ze de hypotheeKóp liün eigen huis al ruim vipr de pensionering van Piet hdden afgeiost en ze dus nu,herder geen woonlasth hadden. Al met al was het bedrag waarmee hij en Maatje na zijn pensionering moesten zien rond te komen toch een beetje tegengevallen in vergelijking met zijn loon van de laatste jaren, al werd die teruggang in inkomen aanvankelijk wat gecamoufleerd door het uitkeren van zijn levensverzekering. Als echtpaar hadden ze zo'n zeventienhonderd gulden AOW, met daarnaast, nog een heel klein pensioentje van een paar honderd gulden. Hoewel het in ieder geval meer was dan het AOW-

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1993 | | pagina 5