'Het lukt mij niet om twee keer
precies dezelfde biertjes te maken'
Joop Janse uit Noordgouwe heeft bierbrouwen als hobby
DINSDAG 29 DECEMBER 1992 OUDEJAARSBIJLAGE
bierbrouwer zeer schoon
werken. .Wanneer ik mijn
handen niet goed zou wassen
of niesen boven het mengsel,
wanneer er een haar van de
hond of een vlieg in terecht
zou komen is het bedorven".
Ongeveer een op de vijf
wortmengseis gaat op die
manier verloren. Daarom kan
Joop Janse alleen bier maken
van oktober tot mei wanneer
de temperatuur buiten
beneden de 15 graden Celsius
is gedaald en hij niet
verkouden is. „Hoe kouder
hoe beter want dan zijn er de
minste bacteriën".
Het toevoegen van
chemicaliën is een manier om
bederf van het biermengsel
tegen te gaan, die onder meer
wordt toegepast in fabrieken
waar pils wordt
geproduceerd. Maar dat is
Joop Janse niet van plan. „Ik
werk uitsluitend op een
natuurlijke manier en maak
kleine hoeveelheden. Dat is
ook bepalend voor de smaak.
Je kunt het vergelijken met
een diepvries- of blikmaaltijd
die massaal is geproduceerd
of een maaltijd die men zelf
klaarmaakt yan natuurlijke
grondstoffeh en voor een
kleine groep". De smaak van
het bier wordt verder bepaald
door allerlei facetten tijdens
het brouwproces. De
temperatuur waarop het
mengsel wordt gebracht, de
kruiden die worden
toegevoegd, de soort pannen
die wordt gebruikt en
natuurlijk de kwaliteit en de
hoeveelheid gerst, hop en gist
die wordt toegevoegd.
Joop Janse heeft zijn
biersoorten vernoemd naar de
brouwerij die ene Hendrik
Walkier in 1661 in
Noordgouwe begon. „Die
brouwerij heette De Lely en
stond in de straat die nu nog
Brouwerijstraat heet,
tegenover de boerderij van
Dalebout. Daar werd vroeger
de mout voor de brouwerij
gekiemd. Op de luiken van de
schuur staat nog steeds een
lely afgebeeld. Daarom moet
het gemeentebestuur die
schuur nooit platgooien. Het
is een waardevol gebouw in
het kader van de rijke
biertraditie die de gemeente
Brouwershaven heeft. Vroeger
werd via de Brouwse haven
door Duitse en Engelse
schepen het bier voor heel
Nederland ingevoerd. Dat was
een heel belangrijke aanvoer
want het water was hier te
brak om te kunnen drinken.
Wilde je in leven blijven dan
moest je bier drinken".
Dat alles weet de
Noordgouwse brouwer via
informatie die hij in het
Brouwse archief opzocht.
„Alles wat met bierbrouwen
te maken heeft interesseert
mij". Joop Janse is ook lid
van het Deltabrouwers gilde,
een groep mensen uit Zeeland
die van bierbrouwen hun
hobby hebben gemaakt. „We
wisselen kennis uit, geven
elkaar tips en kopen samen
grondstoffen in zodat we
daarmee goedkoper
uitkomen". Regelmatig heeft
Joop Janse ook nog contact
met zijn vriend John Pieters
die hem de interesse voor het
bierbrouwen bijbracht. „John
is voor mij de grote tovenaar,
ik ben de tovenaarsleerling.
Hij kan heel goed
bierbrouwen, hij is uniek".
Maar zelf beleeft Joop Janse
ook veel plezier aan zijn
hobby. Zijn bokbier won een
tweede prijs bij wedstrijden
van het Deltabrouwers gilde.
Maar vooral vindt hij het
prettig om samen met zijn
vrienden te genieten van het
eigen gebrouwen bier. „Ik heb
de meeste vrienden in de tijd
dat het gistingsproces is
beëindigd en het bier goed
is". Zelf drinkt de
bierbrouwer dagelijks
meerdere biertjes. „Geen pils
van de grote merken, daar
krijg ik een wansmaak van in
mijn mond vanwege de
chemische zooi die er door
zit". Het lekkerste vindt Joop
Janse de bovengistende
bokbieren die in België
worden gemaakt en Duvel.
„Dat is een wereldbier". Hij
is van mening dat ook het
grote publiek tegenwoordig
een betere biersmaak krijgt.
„De mensen gaan de betere
biersoorten weer ontdekken
en waarderen. Zo nu en dan
genieten van wat lekkers is
ook niet verkeerd. Je leeft
tenslotte maar één keer".
het heel ontspannend zijn en
drink je ook geen grote
hoeveelheden".
Dat alles ontdekte de
Noordgouwenaar na zijn 25e.
,,Ik wilde eens wat anders
dan pils, maar de prijs van
bijzondere biersoorten
verhinderde mij om ze
regelmatig te drinken".
Dat veranderde toen een
vriend van Joop Janse begon
met het zelf brouwen van
bier. „De eerste keer was het
bier niet te zuipen, maar de
kwaliteit werd beter en beter.
Hij maakte steeds meer
biersoorten, begon mee te
doen aan wedstrijden en won
prijs na prijs. Ik kwam in die
tijd in de ww terecht en
verveelde me. Daarom ging ik
wat langer bij hem op bezoek
dan een uurtje. Tben ik zag
hoe hij bier maakte dacht ik:
Dat kan ik ook". Joop Janse
kreeg van zijn vriend een
recept voor bokbier en begon
twee jaar geleden in zijn
keuken te werken met mout,
hop en gist.
De ambachtelijke
werkzaamheden fascineerden
hem zo dat het brouwen van
bier uitgroeide tot een echte
hobby. „Meestal heb ik nogal
moeite om uit bed te komen,
maar als ik me heb
voorgenomen om op zaterdag
te gaan brouwen ben ik om
half zeven op". Joop Janse
heeft voor zijn
werkzaamheden twee grote
pannen en een warmtebron
nodig. Hij maakt per keer 25
liter bier. „De maximale
hoeveelheid die is toegestaan
zonder accijns over te hoeven
betalen". Bier maken is niet
iets dat je snel doet. Het
uitvoeren van het basisrecept
neemt een hele zaterdag in
beslag en daarna volgen
dagen en weken waarin de
diverse gistingsprocessen
plaatsvinden.
De werkzaamheden beginnen
met het roosteren van de
mout; de gekiemde gerst die
een belangrijke
basisgrondstof vormt bij het
maken van bier. Joop Janse
roostert de mout op het
ouderwetse kolenfornuis dat
in zijn keuken staat. „Dat
geeft een heel aparte smaak
aan het bier". De mout wordt
verpulverd en gaat samen met
een hoeveelheid water in de
pan. Tijdens het
verwarmingsproces spelen de
enzymen in de gerstkiemen
een belangrijke rol.
Zij zetten het zetmeel in het
mengsel om in suiker. De
suikerbrij die zo ontstaat heet
wort. „Heel toevallig omdat -
ik in de Wortmanstraat woon
en ook nog in de gemeente
Brouwershaven'
Wanneer na enkele uren blijkt
dat de maximale hoeveelheid
suiker uit de moutbrij is
ontstaan, voegt Joop Janse
een hoeveelheid heet water
aan het mengsel toe om die
suiker in op te lossen.
Wanneer de rest van de brij
onderin de pan is gezakt tapt
hij dat suikerwater af en laat
het inkoken tot het een
bepaald soortelijk gewicht is
bereikt. Vervolgens wordt een
hoeveelheid hop toegevoegd
om het mengsel te
conserveren en later nog een
hoeveelheid voor de smaak
van het bier. Tien a vijftien
minuten voor het vuur onder
de pan uit gaat voegt Joop
Janse kruiden als koreander,
peper of gember aan het
mengsel toe. „Dat kan van
alles zijn, dat moet je uit
proberen".
Van het vuur af wordt het
mengsel door een zeef gegoten
en via een koeler afgekoeld
tot 25 graden Celcius.
Vervolgens voegt Joop Janse
gist toe die de suiker in het
mengsel omzet in alcohol en
koolzuur. Dat gebeurt in
eerste instantie via de
hoofdgisting. Een snel en
wild proces waarbij de
bierbrouwer dagelijks het
schuim van het mengsel
schept. Vervolgens wordt het
wortmengsel overgeheveld in
een vat waar het, afgesloten
van de buitenlucht, nog drie
weken gist. Het
rijpingsproces van wort tot
bier gaat steeds langzamer en
zet zich voort wanneer het
bier is gebotteld; in steriel
gemaakte flesjes waar
onderin een laagje rietsuiker
is gedaan.
Die liggen eerst drie weken
naast de kachel en vervolgens
een half jaar in de 'kelder'
van Joop Janse. „Dan komt
het bier pas tot zijn recht".
Van essentieel belang bij het
biermaken is volgens de
NOORDGOUWE - Joop Janse uit Noordgouwe zal
het nieuwe jaar niet inluiden met champagne. „Ik
neem altijd een biertje. Omdat ik tijdens de
jaarwisseling niet thuis ben zal het wel een Geuze
worden, of een Tripel, in elk geval een Belgisch
biertje. Want ze kunnen grappen maken over die
domme Belgen maar wat bier maken betreft
kunnen we veel van ze leren". Joop Janse weet
waarover hij praat. Al bijna twee jaar heeft hij
zelf bierbrouwen als hobby. Tijdens het
brouwseizoen (van oktober tot mei) is hij in de
keuken van zijn woning aan de Ring te
Noordgouwe regelmatig in de weer met mout, hop
en gist. Een proces waaruit, na een gistingsproces
van vele weken, zijn Witte Lely, Bruine Lely en
Rode Lely voortkomt. Biersoorten die steeds weer
een iets andere smaak hebben. „Het lukt mij niet
om twee keer precies dezelfde biertjes te maken.
Het is net als bij het koken van een gerecht of het
maken van een cake. Het resultaat is steeds weer
een beetje anders".
Joop Janse werd ruim dertig
jaar geleden geboren in
Burghsluis en woont nu ruim
acht jaar in Noordgouwe. Zijn
eerste kennismaking met bier
vond plaats toen hij ongeveer
zeven jaar oud was. „Als we
thuis nasi aten mocht ik
daarbij, samen met mijn
oudste broer, een pilsje
drinken. Van dat beetje bier
stond je helemaal op je kop".
Joop Janse herinnert zich dat
hij de smaak van bier wel
gelijk lekker vond. „Dat
komt vaak voor bij kinderen.
Je ziet ook wel dat ze de
restjes uit de bierglazen van
volwassenen leeg drinken.
Dat komt omdat hun lichaam
behoefte heeft aan de
vitamine B die in bier zit".
kunt zijn. Bier is gezond
wanneer het op een
natuurlijke manier wordt
gebrouwen. Dan kun je er ook
nooit een kater van krijgen.
Als je er teveel van drinkt val
je gewoon in slaap en als je
wakker wordt voel je je weer
kiplekker". Natuurlijk
gebrouwen bier is volgens
Joop Janse ook gezond omdat
het bedoeld is om rustig van
te genieten. „Het is geen bier
om je in korte tijd
onbedachtzaam mee vol te
gieten. Je moet er rustig voor
gaan zitten, je ontspannen en
bewust van de smaak
genieten. Op die manier kan
De Noordgouwse bierbrouwer
is er van overtuigd dat bier
heel gezond is. Niet de pils
die hij tot zijn 25e jaar in de
kroeg en thuis dronk. „Dat
zit vol met
conserveringsmiddelen,
gifstoffen die je lichaam moet
afbreken waardoor je er
achteraf heel beroerd van