Zeedisteldreef moet toch
een openbare weg worden
Driemaster Oostersehelde
in oude luister hersteld
Meerderheid raad legt advies commissie naast
zich neer
Authentieke windjammer in Leuvehaven
STICHTING TER BEVORDERING VAN KOMISCHE EN KRITISCHE NOTEN
'M
Waarde
tn
DINSDAG 17 MAART 1992 NR 25121
BURGH-HAAMSTEDE - Een meerderheid van de
gemeenteraad van Westerschouwen vindt dat de
Zeedisteldreef in Renesse een openbare weg moet
worden. Daarmee gaat men 'lijnrecht in tegen het
unanieme advies van de commissie bezwaarschrif
ten die college en raad adviseerde om het bezwaar
schrift van A. R. Verseput tegen het eerder genomen
raadsbesluit tot openbaar maken van de Zeedistel
dreef gegrond te verklaren. Dat bleek gisteren,
maandag, tijdens de gemeenteraadsvergadering in
het gemeentehuis.
De omstreden weg: de Zeedisteldreef.
In december vorig jaar besloot
de gemeenteraad de Zeedistel
dreef te bestemmen tot openba
re weg. De gebruiker van de
weg, campingexploitant Verse
put, diende een bezwaarschrift
in tegen dat besluit. Hij stelt
dat de Zeedisteldreef de levens
ader is voor zijn bedrijf en
vreest problemen als de weg
openbaar gemaakt wordt.
Reden voor de raad om de weg
tot openbare weg te bestem
men is het toegankelijk maken
van een perceel grond dat ei
gendom is van Verseput's buur
man. De commissie bezwaar
schriften onderkent dat die
toegankelijkheid gewaarborgd
moet zijn maar stelt in haar ad
vies dat het niet nodig is daar
om de weg openbaar te maken.
Volgens de commissie kunnen
er afspraken gemaakt worden
over het gebruik van de weg in
de vorm van een zakelijk recht
ofwel servituut. De PvdA liet
bij monde van C. Verton al met
een weten niets te zien in ge-
grondverklaring van het be
zwaarschrift van Verseput. ,,Er
is hier sprake van" verstoorde
verhoudingen tussen Verseput
en diens buurman en dan is het
zakelijk recht geen oplossing",
aldus Verton.
VVD-woord voerder dr. H. J.
van Zuylen sloot zich daarbij
aan. „Ook wij zijn voor hand
having van het raadsbesluit.
En die slagboom moet in ieder
geval naar een andere plaats
dan waar deze nu staat", aldus
Van Zuylen. SGP/RPF/GPV-
woordvoerder J. van den Berge
schaarde zich daarentegen
weer achter het commissie-ad
vies.
Hetzelfde deed de CDA-fractie.
Fractievoorzitter AJ. Padmos:
„Ik denk dat een zakelijk recht
juist een stap in de richting van
een betere verdtandhouding
tussen Verseput en diens buur
man kan zijn. En het is ook niet
nodig om de weg openbaar te
maken". Het wachten is nu op
een gerechtelijke uitspraak
over de kwestie.
Tijdens de behandeling van de
notulen van de vorige gemeen
teraadsvergadering ontspon
zich een discussie tussen CDA-
woordvoerder Padmos en wet
houder ir. C. W. Veerhoek. Pad
mos heeft al herhaaldelijk, zo
benadrukte hij in zijn betoog
nogmaals, de raad en het colle
ge een uitspraak gevraagd over
de vraag of men al dan niet iets
ziet in het autovrij maken van
het centrum van Renesse en
Haamstede gedurende het
hoogseizoen.
Wethouder Veerhoek reageerde
op het betoog van Padmos met
de opmerking dat het allemaal
niet zo simpel is als het lijkt.
„Zoiets kun je niet realiseren
voordat het maatschappelijk
gedragen wordt. Wij willen dat
als college meenemen in de
verdere uitwerking van het au
tomobiliteitsscenario, maar
dit seizoen al een autovrij cen
trum, dat kan gewoon niet", al
dus de wethouder.
Er wordt, zo stelde de wethou
der, gewerkt aan een verkeers
circulatieplan waarin het auto
vrij of autoluw maken van het
centrum van Renesse en Haam
stede zeker aan de orde zal ko
men. „Maar dat duurt toch
gauw een maand of zeven eer
dat verkeerscirculatieplan er
is", aldus Veerhoek.
Te lang gewacht
Padmos slingerde vervolgens
Veerhoek het verwijt naar het
hoofd dat veel te lang gewacht
is met uitwerking van het idee.
„Tussen de eerste keer dat wij
die vraag stelden en vandaag
zijn vijf kostbare maanden
voorbij gegaan. We hadden al
kunnen experimenteren. Ik
vind het jammer dat dat niet
gebeurd is".
ZIERIKZEE/ROTTERDAM - De Oostersehelde is te
vinden in de Leuvehaven. Zo op 't oog een merk
waardige opmerking die bij menige Zeeuw wat twij
fels over zijn geografische kennis te weeg brengt. In
dit geval is de Oostersehelde de laatst overgebleven
driemastkoopvaarder die door de Stichting Het Rot
terdamse Zeilschip en hv Reederij Oostersehelde
momenteel in oude glorie wordt hersteld.
Het schip dat in 1988 door
schipper Dick van Andel in
Zweden min of meer bij toeval
werd ontdekt heeft in zijn be
staan de nodige veranderingen
ondergaan. Als driemastschoe
ner Oostersehelde werd het
schip, eigendom van de rederij
Hollandsche Algemeene Atlan
tische Scheepvaartmaatschap
pij, in oktober 1917 vanaf de
werf Appelo in Zwartsluis te
water gelaten. Begin jaren
twintig, toen er voor de scheep
vaart zware tijden aanbraken,
werd de Oostersehelde ver
kocht. Zo'n tien jaar later on
derging deze typisch Holland
se windjammer een gedaante
wisseling; de zeilen moesten
plaats maken voor een motor,
waarmee het eind van deze
laatste driemastkoopvaarder
werd ingeluid.
Door oplettendheid van Dick
van Andel en de inspanningen
van bv Reederij Oostersehelde
en de Stichting Het Rotterdam
se Zeilschip kon deze windjam
mer voor de totale ondergang
worden gered. Vanaf juli '88
toen de Oostersehelde als het
motorschip Sylvan terug naar
Nederland kwam is hard ge
werkt om het schip in oude glo
rie te herstellen. Begin 1990
kon daadwerkelijk met het op
knappen van het schip worden
begonnen en sinds deze zomer
is dit schip met z'n bewogen
verleden weer voorzien van
masten.
Hoewel restauratie inhoudt
dat iets in de oorspronkelijke
vorm wordt hersteld zal het ge
restaureerde schip, dat als top
zeilschoener met drie ra's
wordt opgetuigd, enigszins af
wijken van het oorspronkelij
ke model. Dit alles onder voor
waarde dat het uiterlijk en de
uitstraling van een vroeg
twintigste-eeuwse schoener
overeind blijft.
Met dit grondig opknappen
van deze vroegere windjam
mer is een aanzienlijk bedrag
gemoeid. Alles bij elkaar zal
het al gauw zo'n 2,6 miljoen
gulden kosten. Daarvan is in
middels 2,1 miljoen bijeen ge
bracht door bijdragen van de
gemeente Rotterdam, het mi
nisterie van WVC en verschil
lende stichtingen waaronder
het Prins Bernhard Fonds.
Daarnaast zijn aandeelcertifi
caten (a 1000 gulden) verkocht
en is ook het bedrijfsleven ge
vraagd om via sponsoring een
bijdrage te leveren aan het
welslagen van dit project. Voor
dit doel zijn enkele masten
„verkocht" aan bedrijven, ter
wijl de Vereniging van
Scheeps- en Werktuigkundige
Experts de kosten van de
boegspriet voor haar rekening
nam.
Deze gezamenlijke inspanning
moet er uiteindelijk toe leiden
dat de Oostersehelde niet al
leen als het grootste zeilschip
van de Nederlandse vloot maar
ook als een herinnering aan het
verleden in de toekomst veel
belangstelling zal trekken. Die
belangstelling behoeft zich
niet te beperken tot een vluch
tige bezichtiging van het schip,
wie het wil kan als (vakan
tiegast eens een tochtje mee
maken. Daarvoor wordt de
Oostersehelde voorzien van
passagiersaccommodatie, die
weliswaar aan alle moderne
veiligheidseisen voldoet maar
die geen afbreuk doet aan de
historische verschijningsvorm
van het schip. Verder is het
schip geschikt voor representa
tieve doeleinden, zoals be
drijfspresentaties, conferen
ties, recepties en feesten en kan
het door zijn drie ra's ook uit
komen in wedstrijden.
-
JAARGANG 2 NO 15
HOOFDREDACTEUR: NICOLAAS NÖTENBAERD
evi'atWh itfamei arts tfcdênoot -
verbonden zijn.
Bijna dertig jaar geleden, er
gens op een lagere school in het
westen des lands. De school-
beld luidt. Geen kind rent,
duwt of stormt de school bin
nen. Alle klassen stellen zich
als in het gelid op het school
plein op. Op een verhoging is
het hoofd der school versche
nen. Streng kijkt hij om zich
heen en ieder kind beseft: met
deze man valt niet te spotten.
Dan haalt hij uit zijn zak een
soort scheidsrechtersfluit en
blaast met bolle wangen een
signaal. Wat het betekent weet
niemand, maar het is in ieder
geval een teken van 'en nu is
het afgelopen met het gelanter
fant. Nu zal er gewerkt wor
den'.
Klas voor klas treedt de school
binnen. In de gangen ruikt het
naar was, krijt en oude school-
kaarten.
Met de armen over elkaar zit
klas zes in de schoolbank. In
het bakje voor je zal straks de
pen komen te liggen naast het
schuifje waar precies een inkt
potje in past. „We zingen aoh-
tenzestigtien" en voordat je het
wist was de meester al halver
wege de eerste regel. Na het
bijbelverhaal wordt er ge
werkt. Geen leuke projecties
maar gewoon degelijke som
men en ouderwetse dictees en
niet te vergeten Frans voor de
genen die toelatingsexamen
voor de middelbare school wil
den gaan doen.
Op een dag is het voorbij. Dan
is het „Bedankt meester" en ga
je een nieuw stuk van je leven
in, een andere school, en ande
re stad, het conservatorium en
daarna naar Zierikzee. De
meester schijnt na zijn pensio
nering naar Drenthe verhuisd
te zijn. Het leven gaat door. On
willekeurig denk je: hij leeft
niet meer. In de ogen van een
kind zijn alle volwassenen
oud. Bijna dertig jaar na de la
gere school sta je bij een bak
ker in Zierikzee. Tbevallig kijk
je naar links. Een ouder echt
paar is bezig met inkopen. Je
gelooft het niet.. Dit kan niet..
Dan kijkt de vrouw mij aan:
,,U bent toch onze dirigent? U
bent toch dirigent van ons
kerkkoor. Ja u zult ons wil niet
kennen, want wij wonen nog
niet zo lang in Zierikzee..."
Dan zie ik m'n kans schoon.
Hoe heet u dan....? En naast me
staat inderdaad de oude mees
ter van de lagere school, de
meester die mij al langer kent
maar nooit wist dat hij eens te
gen me zei: we zingen achten
zestigtien. Na dertig jaar zin
gen we het weer samen.
The Wolverine Wobblers
Zo af en toe willen we in deze
rubriek aandacht schenken
aan zingende en spelende
groepjes die wel actief bezig
zijn, maar heel weinig de voor
pagina van de krant halen. Als
eerste groep presenteren we
vandaag de Veelvraat Wagge-
laars ofwel de dixielandgroep
van de RSG: The Wolverine
Wobblers. Het Nootverband
contracteerde een speciale ver
slaggever: Arno Schiettekatte
die een gesprekje hield met de
muzikale inspirator en leraar
muziek Bram de Wolf.
Vier jaar geleden werd de mu
zikale Veelvraat geboren. De
bevalling had plaats tijdens de
muzieklessen van de 4 en 5 HA
VO groepen van leerlingen die
muziek in hun eindexamen
pakket gekozen hadden. Ze
noemden de boreling Wolveri
ne Wobblers, niet naar de ach
ternaam van muziekleraar
Bram, maar naar het eerste
stuk dat ze speelden. Toevalli
gerwijze bespeelden deze leer
lingen allen een instrument die
samen de bezetting vormden
van een echte Dixielandgroep.
Het waren de good-old-years
van de RSG-dixie want elke
partij was zelfs dubbel bezet.
De goede jaren duren nog voort
hoewel de dubbele bezetting
thans een enkele bezetting ge
worden is zodat het verboden
is om ziek te worden. Elke
dinsdag van half acht tot half
tien wordt er in het muzieklo-
kaal met veel enthousiasme ge-
dixied, geswingd en 'gewag
geld' door leerlingen, maar
ook oud-leerlingen van de
school: Jeroen Klumper, trom-
pot Hans Goemans, alt- en te
norsax, Erik Blok, trombone,
Jappe Beekman, dwarsfluit,
Arno Schiettekatte, piano, Mi
chel van de Doe, basgitaar, Len-
nert Goemans, drums en punt-
jepuntjepuntje (vacature),
klamiet.
'Ongedwongen en spontaan'
luiden de spelregels en wie dat
wil meemaken moet beslist
gaan luisteren op maandag 30
maart om 20.00 uur, waar de
groep in het kader van het
openbaar concert van de exa
menkandidaten zal optreden.
(Vanaf zeven uur is de school
geopend in verband met een
tentoonstelling van de werk
stukken van het vak handvaar
digheid).
In het bijzonder zijn mensen
die klarinet spelen van harte
welkom, want daar zitten de
Veelvraat Waggelaars om te
springen...
Gegroet
Notenbaerd
Het concert
1. Francine
Tben ik zaterdagavond thuis
kwam van het Ars Musicacon-
cert stond de televisie aan. Het
vriendelijke gezicht van Kees
Driehuis stelde de eerste vraag
van de quiz Per Seconde Wijzer.
De speler had als onderwerp
'Kunst'. Bij de laatste vraag
ging alles mis. Was die laatste
vraag maar anders geweest:
Hiernaast ziet u de tekst van
de acht liederen uit de liede
rencyclus 'Frauenliebe und Le-
ben' van de componist Robert
Schumann. U krijgt niet de
muziek te horen, maar op uw
monitor krijgt u acht maal de
gelaatsuitdrukking van de zan
geres Francine Fregeres te
zien. U zegt welk lied zij aan
het zingen is. De meneer uit
Hellevoetsluis had dan onge
twijfeld de derde ronde ge
haald. Voor zangers en zange
ressen was er zaterdagavond
veel te leren: hoe maak ik een
mooie klank, maar meer nog:
hoe breng ik een lied. Het zijn
de geheimen van uitstraling en
mimiek, onmisbaar voor zin
gende, vertellende, prekende
en sprekende mensen. Franci
ne kent dat geheim. Kinderen
kunnen aan de juffrouw voor
de klas alleen aan haar ogen al
zien dat er een verrassing komt
of dat ze toch een beetje teleur
gesteld is. Hetzelfde kind-
gevoel kreeg ik bij je voorspe
len van de liederen van Schu
mann en De Falla. Francine be
gon niet te zingen op het mo
ment dat de zangpartij begon,
maar vanaf de eerste pianoin-
zet zong ze eigenlijk al en nam
ze het publiek mee naar het
lied en tot aan de laatste noot
van het naspel liet ze ervaren
dat een kunstlied niet na de
tekst maar na de laatste noot
pas uit is.
2. Hannï
Als Hanni Barendrecht in
zwart-wit gekleed de zaal van
de muziekschool binnenkomt
en zich klaarmaakt voor de
drie Romancen van Schumann
(voor fluit en piano) voelt ieder
aan dat hier iemand staat vol
muzikale zekerheid en be
trouwbaarheid, kortom vak
vrouwschap. Het komt tot
uiting in de interpretatie van
de verschillende werken die zij
vertolkt en met name in de
toonvorming. De mimiek van
een zangeres kan niet door een
instrumentaal soliste worden
toegepast, vandaar dat alles
uiteindelijk aankomt op de
techniek vanhet fluitspel.
Naast alle virtuositeit van bij
voorbeeld de prachtige Syrinx
van Debussy viel me iets bij
zonders op: wat is een laatst ge
speelde noot belangrijk.
Hanni liet de lange laatste noot
door middel van haar adem le
ven, en ook viel voor zangers
en speellieden veel van te le
ren.
3. Wim
Wim Boer had de eer de nieuwe
vleugel van de muziekschool in
te wijden. Hij deed dit door
een fraaie uitvoering van twee
werken van Debussy. Daar
naast trad hij ook op als bege
leider. Zowel rechtstreeks als
via de spiegels was te zien hoe
zeer hij zich als begeleider be
trokken voelde bij de solisten.
Helaas was de nieuwe vleugel
in de moeilijke akoestiek van
de zaal af en toe te hard en zag
ik in gedachten een opname-
wijzer in het rood gaan. Wel
licht was het beter geweest om
in plaats van fortissimo, forte
te lezen en in plaats van forte,
mezzofort e.
Tbch is een bijzonder compli
ment aan Wim op zijn plaats.
Als enige moest hij nagenoeg
de gehele avond de concentra
tie opbrengen op te soleren of
te begeleiden. Hoewel de so
listen vaak alle aandacht krij
gen verricht een begeleider
soms het meeste werk.
4. Dik
Het mooiste moment deed zich
voor aan het eind van het eer
ste deel van de avond. Zojuist
had Francine op ontroerende
wijze het laatste deel uit Frau
enliebe und Leben gezongen;
de geliefde man sterft. Hoewel
de pauze begonnen is gaat nog
niemand uit de zaal. Verstild
lezen we nog allen de laatste
zin uit de toelichting: „de le
vensloop wordt hiermee beslo
ten". En juist dan steekt het
olijke gezicht van Dik de Ko
ning om de hoek van de zaal en
roept: en dan is er koffie!
- Muzikale ministers r
Vier muzikale ministers waren
er te vinden in de puzzel van
vorige keer. Of ze in werkelijk
heid muzikaal zijn is nog maar
de vraag. Een bekende Noot-
verbandlezer had dan ook lie
ver de heer Joris Voorhoeve
uitgebeeld gezien alleen al
vanwege het feit dat hij om
stemmen te trekken destijds...
hoorn speelde.
Helaas moeten \ve ons tevreden
stellen met vier andere mensen
die hun partijtje op het kabine
torgel meespelen: 1. Lubbers;
2. Alders; 3. Andriessen; 4.
d'Ancona.
De bon gaat een hele verre reis
maken, namelijk naar Vianen
en wie naar Marian van Staa-
len, Vijfheerenlanden 302, 4131
GB Vianen. Heeft zij soms fa
milie in Dreischor wonen...?
Muzikaal signalement
De nieuwe opgave is een muzi
kaal signalement van een be
kende inwoner van Zierikzee.
Welke slimmerik ontdekt wie
hij of zij is. Wie de puzzel goed
wil oplossen wordt aangeraden
om eerst even de rubriek Noot-
zaten te lezen en daarna aan de
slag te gaan. De naam van de
geheimzinnige inwoner van
Zierikzee schrijft u op een
kaartje en na een week na ver
schijnen trekken we uit de goe
de oplossingen de winaar en
die ontvangt een fraaie mu-
ziekbon.
Over de B of H
Lezer Peter Straijer uit Haam
stede vroeg zich af waarom op
zijn gitaar een H-snaar zat.
Likkebaardend heeft ons we
tenschappelijk bureau zich op
deze vraag gestort, hoewel het
niet meevalt om in simpele be
woordingen het ontstaan van
de noot H uit te leggen. In
Duitsland leest men de namen
van de noten als: A - H - C - D -
E - G. Om dit te begrijpen moe
ten we 1000 jaar terug gaan,
naar de tijd van de middel
eeuwse theoreticus Guido van
Arezzo. Niemand had toen nog
gehoord van onze notennamen,
laat staan van bessen en fis
sen...
Hij vond het belangrijk dat de
kerkelijke melodieën van blad
konden worden gezongen. Gui
do bedacht een groepje van zes
tonen ut-re-mi-fa-sol-la. Hij
maakte een eerste station óp
(onze) noot C en liet vandaar de
spoortrein ut-re-mi-fa-sol-la
vertrekken. Maar als je als zan
ger verder wilde reizen omdat
de melodie hoger ging moest je
op een gegeven moment over
stappen op een ander station.
Vandaar dat Guido nog twee
stations bouwde: een op (onze)
F en een op (onze) G.
Vanuit beide stations liet hij
een nieuwe trein uit ut-re-mi-
fa-sol-la vertrekken. Voor
beeld: een monnik wilde van
blad zingen de noten C-D-E-F-
G-A-B-C dan zong hij ut-re-mi-
fa-sol, stapte bij de sol snel
over op het andere station (dat
op de G begon), en zong dus ut-
re-mi-fa-sol/ut-re-mi fa.
Geachte heer Straijer, zing
eens vanaf station G: ut-re-mi-
sol-la en speel mee op de piano.
Het zal geen probleem opleve
ren. Maar doe ditzelfde vanaf
station F: dan zult u bij de B op
moeilijkheden uitkomen: dit
wordt een zwarte toets! In Gui-
do's systeem kwamen er dus
twee verschillende B's voor,
een gewone en een gekke. De
gewone gaf men weer door een
vierkante B en die gekke zwar
te door een ronde b. Tben ont
stond de grote vergissing: in de
germaanse landen las men
voor de vierkante b: een h! dus
werden de notennamen a h c d
e f g a. De ronde b voor de zwar
te toets liet men gewoon staan
en dus heet in Duitsland de
noot die wij bes noemen nog
steeds een b! Vandaar dat de
naam Bach in muziek luidt:
Slotennoten
- ter overdenking de tekst van
een Spaans lied dat Francine
Fregores zaterdag bij Ars Mu-
sica vertolkte: Wiens huis een
dak van glas heeft, werpe
geen stenen op het dak van
zijn buurman.
- een lezer gaf mee een stukje
uit de Nieuwsbode en vroeg
of dit wel klopte: „zondag 8
maart wordt in de Gasthuis-
kerk in Zierikzee weer een
jeugddienst gehouden. Het
thema is: Je zou toch beter
moeten weten. Voorganger is
ds. A. Jobsen. Achter het
orgel zit Mar van der Veer".
Het is inderdaad een moeilijk
probleem. Had er gestaan
'Voor het orgel' dan had de or
ganist in stukken in de kerk
gelegen. Stond er „op het or
gel zit..." dan was hij wel tot
engelachtige hoogte gestegen.