Zijn alle Stoutjesdijken
misschien familie van elkaar
Overgrootvader presidentsvrouw
De Klerk een echte Oosterlander
Een nagebouwd Geuzenschip uit 1572
Schouwen-Duiveland in Oude Ansichten
In de Zierikzeese museumhaven"
Echtpaar uit Zuid-Afrika deze iveek in Nederland
Ervaringen met zijn achternaam door J. F. Stoutjesdijk
ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE Dinsdag 23 oktober 1990 Nr. 24835
90/339. Een heel oude foto van de reddingsboot Prinses Juliana te Burghsluis in 1934. De personen op de foto,
die op de boot staan of zitten van links naar rechts: Marie Overbeeke. Cor Overbeeke, Jaap Dijkgraaf en
Van der Est. Aan de buitenkant van de boot herkennen we Betsie Krijger, Nellie Thijsse. Krijn Schoonaard,
een onbekende. Cor Schoonaard en Corrie Jonker. Deze foto is afkomstig uit de verzameling van Cor
Schoonaard, die tegenwoordig te Cruquius in de Haarlemmermeer woont
Correspondentie over deze rubriek: Cor Pols, Postbus 30, 4300 AA Zierikzcc. Tel. (01110) 12754.
Een nagebouwd Geuzenschip uit 1572 voor de wal van de Oude Haven te Zierikzee op 16 juli 1872.
Adriaan Willems overleed kort na
de geboorte van het jongste kind, de
reeds genoemde Leendert. De wedu
we hertrouwde met Pieter van den
Blynck, die molenaar was op de nog
bestaande korenmolen in Ooster-
land. Anna Reiniers Bakker overleed
in 1768. Haar zoontje Leendert was
toen nog maar acht jaar en wees ge
worden. Zijn stiefvader hertrouwde
met Elisabet Treurniet. De molenaar
overleed in 1773. Onze Leendert
kwam later in Fijnaart terecht en
vandaar in 1786 in Sint Maartensdijk
waar hij trouwde.
Over de nagelaten kinderen van
Adriaan Willems werd de stiefvader
Pieter van den Blynck voogd. Na zijn
overlijden werd die taak overgeno
men door de Oosterlandse smid Jo-
zua Tbk. In 1779 deed hij rekening en
verantwoording van de door hem be
heerde boedel. Daaruit komen we te
weten dat het paar een klein bedrag
aan spaargeld bijeen had weten te
brengen. We komen er ook uit te we
ten dat van de zeven kinderen er nog
drie konden delen uit het batig saldo
van de boedel. Naast de genoemde
Leendert waren dat zijn beide zusters
Elisabeth en Dina. De naam Willem-
se verdween uit de Oosterlandse re
gisters. Maar het opnieuw naar voren
halen ,is een gepaste gelegenheid nu
de president van Zuid-Afrika en zijn
echtgenote een bezoek brengen aan
ons land. Oosterland mag er best wel
een beetje trots op zijn.
H. Uil
ZIERIKZEE - Bij het doorbladeren van oude programma's, gedenkboeken en
krantenverslagen ontkomt men niet aan de indruk dat het in oude tijden in Zie
rikzee vaak feest was, groot feest zelfs. Men hield er van en besteedde er veel
werk en geld aan.
Daarbij werd doorgaans het ma
ritieme karakter van de stad niet
uit het oog verloren. Het is bijzon
der opvallend hoe vaak op oude
foto's gepavoiseerde schepen voor
komen. Soms passeerden de ka
rakteristieke Zierikzeese schepen
(Lemmerjachten, hoogaarsen,
hengsten) in slagorde langs de me
nigte, een andere keer lag een ver
sierd schip doodrustig voor de
wal, uitsluitend ter bezichtiging...
Actiefoto's
Er zijn diverse hoogst interes
sante actiefoto's bewaard gebleven
ter herinnering aan de buitenge
wone feestviering op donderdag
13 juli 1922 ter herdenking van het
driehonderdvijftigjarig bestaan
van Neerland.s onafhankelijk
heid: „vooral de varende bevol
king van Zierikzee had een groot
aandeel in het Geuzenfeest. Gepa
voiseerde Zeeuwse vissersschepen
van verschillende type leverden
een boeiend en aantrekkelijk
schouwspel op, dat zeer veel pu
bliek trok".
Geuzenschip
Vijftig jaar eerder had men de
Onafhankelijkheidsdag ook al ge
vierd; het was toen dus het derde
eeuwfeest in 1872. Dinsdag 16 juli
van genoemd jaar was het hoogte
punt van de viering. Er is een zeer
curieuze foto-afbeelding bewaard
gebleven van een „Geuzenschip"
dat in de Oude Haven afgemeerd
lag. Het lijkt wel een voorproefje
van „Zierikzee-museumhaven"
wanneer men de merkwaardige
tweemaster dicht bij het complex
van de Noordhavenpoort ziet lig
gen.
Of en in hoeverre men bij de re
constructie van het laat-16de
eeuwse vaartuig de werkelijkheid
meer of minder heeft kunnen be
naderen valt niet zo gemakkelijk
vast te stellen. Zeker is dat het
schip veel bekijks trok en in ieder
geval wel enigszins verwant was
aan de van driehoekzeilen voor
ziene galeien die zowel de Water
geuzen als de Spanjaarden bij het
beleg van 1575/1576 gebruikten en
naar alle waarschijnlijkheid ook
in 1572.
Dat de bevolking van Zierikzee de
traditie van maritieme festivitei
ten door de tijden heen heeft ge
koesterd bleek overduidelijk tij
dens de reünie van de Ronde en
Platbodem jachten in 1972. Het in
scene gezette waterspel was
groots, indrukwekkend en uiter
mate luidruchtig. Maar mooi was
het zodat men het naderhand, en
kele jaren later, bij andere gele
genheden nog eens dunnetjes
heeft overgedaan.... Wiebe Keikes
30 januari 1668, waarbij de erfenis
van zijn schoonmoeder werd gere
geld, heette hij ineens Stoutjesdijk
en later bij dopen en trouwen van
hem en zijn nakomelingen werd veel
al deze naam, Stoujesdijk of Stout-
jensdijck gebruikt. Al heel gauw
wordt het echter meestal Stoutjes
dijk.
Verscheidene van de kinderen en
kleinkinderen van deze Leendert
trokken omstreeks 1700 naar Schou-
wen-Duiveland, waar zij zich aan
vankelijk in Nieuwerkerk en Zonne-
maire vestigden. Spoedig daarna
werden zij ook in de meeste andere
Duivelandse dorpen en in Zierikzee
gevonden. Mogelijk hangt deze ver
huizing van Stavenisse naar Duive-
land samen met de meekrapteelt: De
Tholenaars stonden bekend als be
kwame meekraparbeiders (zij wer
den ook goed betaald!) en de beste
grond voor dit gewas werd in Scliou-
wen-Duiveland gevonden.
De vader van Leendert Rollof/
Stoutjesdijk heette Arie Arents Rol
lof. Hij zal voor 1600 zijn geboren.
Waar hij vandaan kwam is mij niet
bekend. Stavenisse werd pas in 1599
weer herbedijkt, nadat het door de
vloed van 26 september 1519 verloren
was gegaan. Het dorp moest daarna
geheel nieuw worden opgebouwd en
het is'moeilijk om de herkomst van
de nieuwe bewoners op te sporen.
Misschien kwam Arie wel van het
dorpje Stougjesdijk in de Hoekse
Waard. Er- zou ook een dijk in de
buurt van Stavenisse zijn geweest
met die naam en een „stougie"
schijnt een soort hulpdijk te zijn.
Heeft Leendert aan zo'n dijk ge
woond?
Twee familietakken
De Stavenissese Stoutjesdijken val
len in twee grote familietakken uit
een: de ene tak stamt af van Abraham
Stoutjesdijk, zoon van Leendert Rol
lof en Elisabeth Uijl, de andere Cor-
nelis Stoutjesdijk, zoon van dezelfde
Leendert en zijn tweede vrouw Ca-
thelijntje. Rond 1800 splitst zich van
deze tak de St.-Maartendijkse tak af.
Van Leendert Rollofs kleinzoon
Leendert Jacobse stammen de huidi
ge Ouwerkerkse, Oosterlandse en
Zierikzeese Stoutjesdijken af. De
Bruinissenaren hebben Leendert
Rollofs zoon Leendert als stamvader.
Een tak met fabrieksdirecteuren en
een KNIL-generaal stamt af van
Leendert Rollofs zoon Abraham,
wiens in 1730 in Tholen geboren
kleinzoon Abram naar Zierikzee
trok. Doordat van de Zierikzeese ar
chieven bij de brand in de Middel
burgse Abdij, na het Duitse bombar
dement, veel verloren is gegaan, is
het mij nog niet gelukt om de in de
18e eeuw daar geboren kinderen en
de toen daar gesloten huwelijken
waarbij Stoutjesdijken waren be
trokken, in verband te brengen met
de andere families van die naam. Veel
mannelijke nakomelingen kunnen
deze vroege Zierikzeese Stoutjesdij
ken echter niet hebben gehad.
Verband
Het verband van de Ondvossemeer-
se, de Thoolse en ook de Nieuwer-
kerkse takken met Leendert Rollof
was aanvankelijk niet te vinden en ik
heb ook nu nog geen bewijs voor hun
verwantschap kunnen vinden. Het is
echter het waarschijnlijkst dat zij af
stammen van Izaak Jacobse Stoutjes
dijk, gedoopt in 1687 in Stavenisse en
een kleinzoon van Leendert Rollof.
(Mijn vader heette ook Isaac Jaco
bus!). Deze Izaak moet haast wel een
in Nieuwerkerk geboren zoon Jaco
bus hebben gehad, die daar later als
Jacobus Isaaksen bekend stond en
een vooraanstaand man was.
Van hem zijn vier huwelijken be
kend met 19 tussen 1735 en 1772 ge
doopte kinderen. Hij woonde aan de
Ring, in het vijfde huis ten noorden
van de Weststraat, zoals blijkt uit
een plattegrond van Nieuwerkerk
van omstreeks 1750.
Jammer genoeg is van een Ja-
cob(us), zoon van een Izaak Stoutjes
dijk, niets te vinden in het doopboek
van Nieuwerkerk. Hier blijft dus nog
onzekerheid bestaan. Maar mis
schien heeft een van de lezers van de
Zierikzeesche Nieuwsbode dit pro
bleem wel opgelost!
De eerste Stoutjesdijk die Tholen
of Schouwen-Duiveland de rug toe
keerde, was Hubrecht Stoutjesdijk,
een in 1758 in Zonnemaire geboren
onderwijzer. Hij waagde zich echter
niet verder dan Wissekerke en Bieze-
linge! Na ca. 1970 verlieten alle man
nelijke nakomelingen van bovenge
noemde Thools/Zierikzeese Abram
Duiveland, maar pas na omstreeks
1900 trokken er meer weg, veelal naar
Rotterdam of de Zuidhollandse eilan
den.
Hele land
Nog later verspreidden de Stoutjes
dijken zich over bijna het gehele
land, maar waar men er ook een te
genkomt, het is m.i. bijna zeker dat
zij of hij afstamt van Leendert Rol-
lof/Stoutjesdijk.
Het is gemakkelijker om de ge
boortedata e.d. te vinden van iemand
uit de vorige eeuw dan die van de hui
dige generaties! De gegevens van de
Burgerlijke Stand van de laatste
tientallen jaren zijn nl. niet open
baar, zodat mijn kennis over de thans
levende Stoutjesdijken ongetwijfeld
verre van compleet zal zijn. Ik zou
daarom graag in contact komen met
naamgenoten of afstammelingen van
naamgenoten, die belang stellen in
hun voorouders: dit kan met een brief
naar Van Hoffenlaan 10, 6721 XE
Bennekom of een telefoontje naar
(08389) 14876. Als men mij de voor
naam van een Stoutjesdijk en de
naam van diens echtgenote of echtge
noot doorgeeft, kan ik meestal heel
gemakkelijk nagaan hoe de verwant
schap is met Leendert Rollof. Voor de
jongstcn is waarschijnlijk de naam
van een grootvader Stoutjesdijk en
die van zijn vrouw erbij nodig.
Er zijn vast wel personen die al veel
langer met dit onderwerp bezig zijn
dan ik en veel meer bijzonderheden
bij elkaar hebben weten te brengen:
met hen zou ik uiteraard bijzonder
graag kennismaken!
J. F. Stoutjesdijk,
Bennekom
OOSTERLAND - De naam van de echtgenote van de
president van Zuid-Afrika klinkt Nederlands. Niet ver
wonderlijk want velen in Zuid-Afrika hebben Neder
landse voorouders. Ook vele Zeeuwen zijn in de loop van
de eeuwen naar Zuid-Afrika vertrokken om daar een
nieuw bestaan op te bouwen. Minder bekend is dat tegen
het eind van de 19e eeuw een nieuwe stroom emigranten
vanuit Nederland naar Zuid-Afrika vertrok. Ook vele
Zeeuwen gingen daarheen.
Tot die Zeeuwen behooi'de een
Thoolse bakker. Op 23 juni 1890 - pre
cies een eeuw geleden - ging Pieter
Willemse uit de stad Tholen naar
Zuid-Afrika. Hij volgde zijn broer
Ary Adriaan, die vier jaar daarvoor
was vertrokken. Later zouden nog
twee broers het voorbeeld volgen.
Pieter Willemse trouwde in 1895 in
Bethlehem (Oranje Vrijstaat) met een
emigrante, de twee jaar jongere Jo
hanna Adergane Weyers. Haar ouders
waren afkomstig uit Rotterdam.
Pieter Willemse werd molenaar bij
Warden Skurwepoort aan de Wilgeri
vier. In 1899 brak de oorlog uit tussen
de Engelsen en de boeren van Trans
vaal en Oranje Vrijstaat. Vanuit Ne
derland werd hartelijk meegeleefd
met de strijd van de boeren en hun
president Paul Kruger genoot grote
sympathie. Als gevolg van de oorlog
werd de molen van Pieter Willemse
tussen 1899 en 1902 twee keer opge
blazen. De molenaar werd gevangen
genomen en opgesloten op een schip
Avonduren
De zoon, Wilhelmus Antonus Wil
lemse, besloot zich op te werken. Hij
ging naar Pretoria en studeerde in de
avonduren. Hij behaalde twee doc
torsgraden: in de psychologie en in de
sociologie. Hij werd in beide richtin
gen hoogleraar, maar kwam reeds in
1945 om het leven door een motoron
geval. Deze professor was de vader
van mevrouw Marike Willemse, die 7
jaar oud was toen haar vader stierf.
Zij trouwde met de advocaat en pro
cureur Jan de Klerk, die in 1989
staatspresident van Zuid-Afrika
werd.
De „Eendrachtbode" heeft de
Zeeuwse wortels van mevrouw De
Klerk-Willemse onder de loep geno
men. Samen met de heer J. P. B.
Zuurdeeg, gemeentearchivaris van
Tholen, werd veel over de voorouders
gevonden. De vader en grootvader
van de genoemde Pieter Willemse
waren grutter in Tholen. De over
grootvader was watermolenaar in
Poortvliet geweest en werd later
grutter in Tholen.
Die overgrootvader was Leendert
Adriaanse Willemse. Maar hij was
niet geboren in Tholen. In Oosterland
aanschouwde hij het levenslicht. Dat
was aanleiding om de Oosterlandse
wortels van mevrouw De Klerk aan*
een nader onderzoek te onderwerpen.
Dat onderzoek is nog niet afgerond,
maar de voorlopige resultaten kun
nen nu reeds meegedeeld worden.
Leendert werd op 24 juli 1760 gebo
ren in Oosterland als jongste kind
van Adriaan Willems en Anna Reij-
nierse Bakker. Het kind werd drie
dagen later in de Hervormde kerk ge
doopt door ds. Jac. van Cleeff.
Adriaan Willems was in 1747 in Oos
terland komen wonen. Hij was af
komstig uit Wissenkerke op Noord-
Beveland. Van hetzelfde eiland kwam
ook zijn echtgenote. Zij werd in 1719
in Colijnsplaat geboren. Het paar
kreeg in Oosterland zeven kinderen:
vijf zoons en twéé dochters.
Geboorte
Schilder
Toevallig is er nu een Bennekomse
schifder bezig ons huis te verven en
een van zijn eerste vragen was of ik
familie was van de ds. Stoutjesdijk
die zo'n jaar of acht geleden in Hars
kamp heeft gestaan. Nu ben ik er niet
meer zo zeker van dat dit ds. Ko is ge
weest. Want ik weet inmiddels dat er
tenminste nog twee predikanten
Stoutjesdijk zijn.
M. de Klerk-Willemse.
in de haven van Durban. Het was de
bedoeling dat hij naar een eiland ver
bannen werd, maar het schip verliet
uiteindelijk niet de haven.
Deze en andere bijzonderheden zijn
ontleend aan mededelingen van me
vrouw De Klerk-Willemse, die zij toe
zond aan de „Eendrachtbode", het
streekblad van Tholen en Sint Phi-
lipsland. Van deze Thoolse bakker en
Zuid-Afrikaanse molenaar stamt me
vrouw De Klerk in rechte lijn af.
De vrouw van molenaar Pieter Wil
lemse wist met haar vierjarig zoontje
en een baby te ontsnappen en vlucht
te voor de Britse troepen uit. Na een
nederlaag van de boeren werd het ge
zin herenigd. De lotgevallen van de
familie Willemse lijken veel op de
succesverhalen van emigranten. De
zoon van de molenaar moest al vroeg
van school om voor inkomsten voor
het gezin te zorgen. Hij ging werken
op een bank. Toen hij op een morgen
de opdracht kreeg om de pijp van de
directeur te gaan halen voelde hij
zich diep gekwetst.
ZIERIKZEE - De vele reacties die hij kreeg op zijn achternaam, nadat hij vanuit
Oud-Vossemeer'was verhuisd naar Delft, brachten J. F. Stoutjesdijk er toe om eens na
te gaan of alle Stoutjesdijken nu werkelijk familie van elkaar waren. Omdat ook op
Schouwen-Duiveland veel mensen wonen die deze achternaam dragen, stuurde Stout
jesdijk een verslag van zijn bevindingen naar de Zierikzeesche Nieuwsbode. Hieron
der volgt zijn verhaal.
zekerheid met
woord.
,ja" worden beant-
Wie met een zo specifiek Zeeuwse
naam als Stoutjesdijk de provincie
verlaat, krijgt geregeld de vraag te
horen: „Ben je familie vairDan
volgt er de naam van de een of andere
Stoutjesdijk. In mijn geval was dat in
Delft een verffabrikant of een TNO-
directeur. Oud-Indiëgasten hadden
de kolonel uiit Sumatra of de hout
vester van Midden-Java gekend.
Maar steeds moest ik bekennen dat
ik mij niet van enige verwantschap
met die vooraanstaande lieden be
wust was. Alleen als men mij vroeg
of ik familie was van dominee Stout
jesdijk, veerde ik op en kon verheugd
vertellen: „Ja, dat is Ko van Marinus
van oom Ko!"
mocht ik van hem overnemen en hij
had alles zo mooi geregistreerd dat
het weinig moeite kostte om deze per
sonen (ca. 1400 Stoutjesdijken!) onder
te brengen in 47 verschillende fami
lies, sommige bestaande uit maar
drie, andere bestaande uit tientallen
gezinnen. De oudsten van deze perso
nen waren omstreeks 1850 geboren.
In de verschillende archieven bleek
heel wat over de periode van vóór
1800 te vinden en de Burgerlijke
Stand leverde de gegeVens uit de tus
senperiode. De aanvankelijk 47 losse
families zijn zo tot één geheel samen
gevoegd en de vraag in de kop van dit
artikeltje: „Zijn alle, Stoutjesdijken
familie van elkaar?" kan met bijna
Leendert
Men moet dan vaak wel zo'n 300
jaar teruggaan in de tijd, maar het
staat m.i. vóst dat alle huidige Stout
jesdijken afstammen van een zekere
Leendert Arents (of: Ariens) Rollof,
in 1621 in Stavenisse gedoopt, in 1647
getrouwd met Elisabeth Uijl en op
zijn oude dag, in 1670, nog eens met
Cathelijntje van Rossum. Uit zijn
eerste huwelijk zijn twaalf kinderen
bekend en uit zijn tweede huwelijk
nog één kind.
Deze Leendert is zich Stoutjesdijk
gaan noemen: In een Schepenacte van
Vaak heb ik mij afgevraagd of alle
Stoutjesdijken nu werkelijk familie
van elkaar waren en eind 1988 heb ik
het plan opgevat om dat eens na te
gaan. Ikzelf behoor tot de Oudvosse-
nieerse tak en vagelijk wist ik dat de
Thoolse Stoutjesdijken niet al te ver
re neven en nichten moesten zijn. Van
de Stavenissese en St. Maartendijkse
naamgenoten was mi j echter iets der
gelijks niet bekend. En hetzelfde
gold voor de Duivelandse Stoutjes
dijken, hoewel ik wist dat de Oud-
vossemeerse en Thoolse takken af
stamden van een Marinus Jacobusse
Stoutjesdijk, die in de Franse tijd uit
Nieuwerkerk naar Oud-Vossemeer
was getrokken. (Hij zou kunnen tove
ren: ik heb het niijn hele leven be
treurd dat deze eigenschap niet erfe
lijk is gebleken.)
Een gelukkig toeval hielp mij aan
een begin: ik kwam in contact met
een ir. Schalkwijk uit Delft die al ja
renlang gegevens over een aantal
Schouwon-Duivelandse geslachten
had verzameld, waaronder ook het
geslacht Stoutjesdijk. Die gegevens