De archivaris Over het betrekkelijke van het begrip tijd ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE Zaterdag 29 september 1990 Nr. 24821 11 In het stadhuis van Zierikzee is een imposant archief opgebouwd, dat vele ruimten beslaat. Uil moet daar zonder problemen wijs uit kunnen. Het gaat volgens hem veel te ver om bezoekers zonder leidraad het archief in sturen. De archivaris is ervoor, om speurneuzen een richting aan te geven. Met de archiefinventaris (een boekwerkje) in de hand, kan een ieder zijn weg vinden. Dat mensen, die zo'n archief inventariseren als 'pietjes precies' gezien moeten worden, spreekt Uil tegen. ,,Wel vergt het een enorme dosis speurzin. En ook moet je als archivaris vindingrijk zijn. Op die manier kun je de bezoekers op een goede wijze begeleiden". Het archief moet wat Uil betreft voor alles toegankelijk zijn voor iedereen. Hij heeft er geen enkel probleem mee als mensen spitten in 'zijn' archief. ,,Het is ons grootste genoegen als er veelvuldig gebruik van gemaakt wordt", aldus Uil. En volgens hem worden sommige bestanden nooit of te weinig geraadpleegd. Mensen, die schrijven' over de historie.van Schouwen- Duiveland bewandelen wat hem betreft weieens te vaak de begaande wegen. ,,Ik zou het geen ingeworteld kwaad willen noemen, maar het is wel zo gegroeid. Er wordt teveel uit bestaande boeken overgeschreven en fouten blijven zo bestaan. Daarnaast is het zo, dat er in het archief zoveel meer wetenswaardigs is te vinden". Het overschrijven van bestaande historie-verhalen noemt Uil een „principiële fout". Wat hem betreft begint een (amateur)geschiedschrijver bij de bron en die ligt vaak in het archief. Overigens is het bezoeken van een archief als dat in Zierikzee een waar genoegen. Grote rijen imposant ingebonden boekwerken, doen de bezoeker in het verleden wanen. leek onleesbaar. Uil heeft zich als archivaris moeten scholen in het oud-schrift en leest de stukken desgevraagd in een normaal tempo voor Middeleeuwse documenten voor heden daagse erf- pachtkwestiès ,,We hebben hier in het archief nog nooit vandalisme meegemaakt, terwijl ik weet dan het in den lande wel gebeurt. Maar het is hiermee net als een waardevol schilderij; er moet eerst iets ergs gebeuren, voordat er maatregelen genomen gaan worden". Het archief is wel op andere wijzen uitgedund. In 1811 gooide het gemeentebestuur van Zierikzee een deel van haar archief weg wegens ruimtegebrek en bijvoorbeeld opk de ramp van 1953 heeft haar sporen achtergelaten. En de eigenaar van de Zierikzeesche Courant (voorloper van de Zierikzeesche 'Nieuwsbode) brandde ooit eens alle jaargangen op in de plaatselijke gasfabriek. Nu heeft alleen de gemeente Zierikzee nog alle jaargangen compleet. Maar hoe zorgvuldig de archivaris van 1990 ook omspringt met wat hem wordt aangeboden, ook hij ontkomt er niet aan om zaken weg te gooien. ,,De rijksoverheid gooit zeker 90 tot 95% van alle stukken weg. En ik denk, dat Zierikzee ook driekwart van alles dat nu geproduceerd wordt, wegdoet". Uil erkent, dat daarmee vergissingen gemaakt kunnen worden. Je kunt nu nog niet inschatten hoe belangrijk de stukken van 1990 in de toekomst zullen zijn. Maar alles bewaren is alleen al vanwege de ruimte ondoenlijk en het zou het archief er niet toegankelijker op maken. Voor het bewaren en archiveren van hedendaagse stukken zijn duidelijke spelregels opgesteld. Je kunt de archiefvorming in drie fases indelen. Allereerst is er een dynamisch archief, waarin alle stukken circuleren en dagelijks worden geraadpleegd. Hot tweede archief wordt semi- statisch genoemd; het wordt niet vaak gebruikt, maar het moet beschikbaar blijven. En tenslotte is er het statische archief en dat is het werkterrein van Uil en de zijnen. Driekwart van huidig papier gaat de pruUebgk i?i ,,Die scheiding moet je niet te absoluut zien. Alles van de achttiende eeuw is opgeslagen in het statische archief. Maar die stukken komen boven water als het bijvoorbeeld gaat over het onderhoud van de buitenkant van de Lutherse kerk. Uit de achttiende eeuwse stukken blijkt dat een taak van de gemeente tc zijn. En zo gebeurt dat vaker met rechten en plichten", legt de archivaris uit. Zoals gezegd zijn in het archief naast planken met imposante oude werken, ook minder inspirerende dozen te vinden met betrekkelijk recent materiaal. ,,In het verleden waren de boekbinders en secretarissen veel bewuster bezig met het vastleggen van gegevens. Ze waren zich bewust van de toekomst. Nu leeft men teveel van dag tot dag, terwijl je dat voor een archief eigenlijk van eeuw tot eeuw moet doen". En wie kent niet de kwaliteit van een fax-bericht. Wie die wil bewaren moet genoegen nemen met een kopie ervan. En ook Jiet smetteloze papier met de computerletter heeft niets meer van doen met de Ganzeveer- documenten van weleer. ,,Ja, het is onmiskenbaar dat de charme er een beetje vanaf gaat. Maar goed, daar staat tegenover dat de huidige mogelijkheden vrijwel onbeperkt zijn". Uil is de laatste die daarover sentimenteel zou willen doen. Datzelfde geldt voor de huisvesting. ,,We zitten nu in een prachtig oud gebouw, maar willen we onze taak efficiënt uitvoeren dan moet je aan andere huisvesting denken". Volgens hem zal het die kant een keer opmoeten, al realiseert hij zich terdege dat daar een prijskaartje aanhangt. Zeker gezien de sterk groeiende belangstelling voor het archief. In de afgelopen tien jaar is het bezoek vertienvoudigd en dat geldt niet voor het aantal archivarissen. Eerste prioriteit wordt aan het begeleiden van de bezoekers gegeven, die het archief als een documentatie centrum zien. En dan blijft het inventariseren van oude' archieven liggen. Er moeten nog steeds veel zaken bijgewerkt, uitgezocht en gerubriceerd worden. En ook met de regelmaat van de klok staan er mensen voor de deur met oud materiaal. „Vaak bellen Terwijl iedereen met de dag' van morgen bezig lijkt, leeft streekarchivaris op Schouwen-Duiveland H. Uil vrijwel continue in de verleden tijd. Maar een archivaris anno 1990 heeft niets meer weg van een oude wijsgeer, die zich hele dagen ophoudt in een stoffig archief en alleen lyrisch kan doen over documenten uit een grijs verleden. Wie heden ten dage een archief beheert, dient als geen ander bij de tijd te zijn en sterker nog te werken in het belang van het nageslacht. Als Uil zijn werk als een soort roeping voorgelegd krijgt, kan hij daar best mee instemmen. In zijn HBS-tijd werd de belangstelling voor het verleden geboren. ,,Het ligt dan voor de hand om als geschiedenisleraar verder te gaan. Ik zag dat toch niet zo zitten". Als archivaris zou hij veel directer in contact komen met het verleden en f vandaar dat hij koos voor de k opleiding van middelbaar archief ambtenaar-, een opleiding, waaraan vandaag de dag VWO (voortgezet wetenschappelijk onderwijs) vooraf dient te gaan. Na het doorlopen van de Rijksarchiefschool kon Uil al snel aan de slag in Goes en sinds 1979 is hij archivaris in Zierikzee. Vanaf dat moment is er ook sprake van een streekarchievariaat. De gezamenlijke gemeenten op Schouwen-Duiveland en Sint Philipsland en het Waterschap Schouwen-Duiveland hebben in deze gemeenschappelijke regeling de mogelijkheid om serieus aan archiefbeheer te werken. Uil en zijn medewerkers worden dagelijks in de meest uiteenlopende zaken betrokken. Voorwaarde is, dat de historie ermee te maken heeft. Maar wie denkt, dat het archief alleen leergierige historici van dienst is, heeft het mis. Mensen hebben veel belangstelling voor stamboomonderzoek. En een erfpachtkwestie van vandaag vindt zijn oorsprong soms in de Middeleeuwen. Ook het recht om in watergangen te vissen staat soms neergeschreven in Middeleeuwse stukken. Het heeft nog alles te maken met de ambachtsheerlijkheid. Waar is de 6e oktober van het jaar 1582 gebleven? de mensen zelf met de mededeling, dat ze iels op zolder gevonden hebben. Dat wordt dan op de meest uiteenlopende manieren naar ons gebracht; van schoenendoos tot een oude doos van whisky-flessen. Hel is niet altijd belangrijk materiaal, maar we zijn erg blij dat de mensen het initiatief nemen. Je weet immers nooit hoe en waar je het waardevolle vindt. Het is iedere "keer weer spannend". Het gebeurt niet vaak, dat er door de mensen geld gevraagd wordt voor hun bijdrage. ,,Dat is ook moeilijk, want wat is iets waard?". In uitzonderlijke gevallen moet er wel geld neergeteld worden en zal Uil een voorstel aan het gemeentebestuur doen. Er wordt bijvoorbeeld weieens een schilderij te koop aangeboden. ,,Die hoort niet in het archief thuis, maar vanuit het archief kunnen we wel een advies geven aan het gemeentebestuur". Uit het relaas van Uil blijkt, dat het heden constant raakvlakken heeft met het verleden. En de stelling, dat een archief continue in het verleden leeft, is dan ook aanvechtbaar. Zonder verleden geen toekomst en geen toekomst zonder een verleden. Maar als iemands werkterrein zich - net als bij Uil - uitstrekt over vele eeuwen, leer je dat je zelf maar een schakeltje bent in de geschiedenis. ,,Je wordt er misschien wat bescheidener van. Als er in de gemeenteraad een meningverschil is. staat het met grote letters in de krant. Als je zo'n zelfde voorval uit het archief opzoekt, kun je er met z'n allen om lachen", relativeert hij. Maar dat het begrip 'tijd' op niemand zo van toepassing is als op een archivaris, staat buiten kijf. En dat tijd ook maar een betrekkelijk begrip is, legt Uil uit aan de hand van het volgende. Pas sinds 1582 is in Zeeland de Gregoriaanse kalender ingevoerd; de kalender zoals die ook nu nog gehanteerd wordt. Tot die tijd waren er andere kalendei's .'in omloop' en daarmee is het niet vanzelfsprekend, dat een document, dat gedateerd is op bijvoorbeeld 14 februari 1542 ook daadwerkelijk van die dag is. Een archivaris moet achterhalen welke kalender gebruikt werd door de opsteller en dan nog dit....Met het invoeren van de Gregoriaanse kalender hebben de ontwerpers ervan de dagen van 4 tot en met 15 oktober weggepoetst. Anders sloot de nieuwe kalender niet op de oude aan. O ja, en dat ook de huidige kalender gebrekkig is (wat moeten we eigenlijk met die vreemde schrikkeljaren?) neemt de mensheid anno heden maar voor lief. Dat geldt ook voor do stelling van sommige experts van de tijdrekenkunde, dat we nu in 1994 leven en niet in 1990. Naschrift voor dc archivaris van de toekomst: Dit soms qua tijd wat verwarrende verhaal stond afgedrukt in de Zierikzeesche Nieuwsbode van zaterdag 29 september 1990. Die zaterdag was inderdaad ongebruikelijk, maarzo hebben de bedenkers het in 1990 bedoeld. In het Zierikzeese archief heeft Uil een speciale doos staan, die hem bijzonder dierbaar is. Daarin zitten documenten uit de dertiende eeuw. ,,Dat is natuurlijk geweldig om in je archief te h,ebben. Ook die stukken zijn door de bezoekers te bestuderen, maar we houden de mensen zeker dan natuurlijk wel in de gaten". Dat is niet zozeer, omdat oude documenten een grote geldelijke waarde zouden hebben. Oude werken laten zich niet zo gemakkelijk op waafde schatten. Het is veel meer de historische waarde en het ontbreken van de mogelijkheid om dergelijke stukken te vervangen. Overigens zijn deze documenten, maar ook die uit latere eeuwen, voor een

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1990 | | pagina 11