de opticien Een dag op stap met Mensen als Jacques cVAncona leveren een positieve bijdrage aan de brillencultuur9 4 ZIERIKZEE - Hoewel een bril een sterk persoonlijk karakter heeft komt het niet zelden voor, dat de klant de opticien naar een 'Lee Towers-bril' vraagt of informeert naar het welhaast imponerende montuur van Loes Haasdijk. Vaak gaat de brildrager met een ander model huiswaarts, omdat een bril haar uiterlijke schoonheid pas toont bij een passend gezicht. „Maar natuurlijk zijn we best blij met mensen als Jacques d'Ancona. Zo'n man levert toch een positieve bijdrage aan de Nederlandse brillencultuur". Aan het woord is de 36-jarige optometrist/opticien Coen Honig, die desgevraagd een bijdrage levert aan de serie Een dag op stap met Deze in Rotterdam geboren ondernemer kwam elf jaar geleden naar Zierikzee met niet veel meer dan een flinke doos levensmiddelen, die zijn moeder hem had meegegeven om de vaak moeilijke aanvangsperiode als ondernemer te overbruggen. Honig heeft het niet nodig gehad en lijkt een succesformule gevonden te hebben. Inmiddels hekft de nog jonge ondernemer een zaak in zowel Zierikzee als Burgh-Haamstede. Met vijf medewerkers voorziet hij de eilandelijke bevolking van passende brillen of lenzen. En hoewel de eigen regio verzadigd lijkt, is Honig voor andere gebieden niet expansie vreemd. Honig mag met respect een 'beroepsgek' genoemd worden. Het opticien-wereldje is hem met de paplepel ingegoten, doordat zijn vader een eigen zaak had. Het kon dan ook niet missen, dat hij zich liet inschrijven voor de vierjarige opleiding tot opticien. Nogeens een zelfde periode aan cursussen en bijscholing geeft Honig nu ook de kwalificaties optometrist en contactlenzenspecialist. En daarmee kan hij de klant een totaalpakket aanbieden. Vaak lopen de mensen pas bij hem binnen als ze al-klachten hebben. Die klachten omstaan op het werk of in de privésfeèr. Ook het verkeer lijkt een signaalfunctie te hebben. En dat ook beeldschermen niet zelden om een oogcorrectie vragen of hoofdpijn een teken kan zijn voor een vermindering van de oogkwaliteit, is eigenlijk iedereen wel bekend. In dè regel stapt iemand met soortgelijke klachten bij 'de optometrist binnen. Het is zeker geen vanzelfsprekendheid, dat te allen tijde een gespecialiseerde oogarts in de arm wordt genomen. ,,Ik denk toch, dat mensen gemakkelijker bij een opticien binnenlopen, dan bij een oogarts. Wij zijn wat bereikbaarder", aldus Honig. Mensen die wel in eerste instantie bij de oogarts zijn binnengelopen gaan naar een opticien voor een bril, maar ook om veel nog onbeantwoorde vragen te stellen. Dat betekent overigens niet, dat de oogarts en de opticien iets als concurrenten van elkaar zouden zijn. Een opticien/optometrist is geen vervanger van de oogarts. Ogen, die door een medische reden niet aan de verwachtingen voldoen, zijn door een opticien niet te corrigeren. Deze kan 'alleen' iets betekenen voor mensen met optisch gezonde ogen. Het gebeurt dan ook met regelmaat, dat de opticien een klant doorverwijst naar de oogarts. Op de vraag of er geen tegenstrijdigheid ligt in het feit, dat de opticien enerzijds een ondernemer is en anderzijds een adviseur, weet Honig een duidelijk antwoord. Je kunt iemand geen bril aanpraten als deze hem niet nodig heeft. ,,Dan zouden ze de volgende dag natuurlijk weer op je stoep staan". In de werkruimte van de opticien mag niet commercieel gedacht worden. Alleen het belang van de ogen staat centraal. Dat is een van de redenen, waarom Honig in zijn zaken de werkruimtes visueel loskoppelt van de verkoopruimte. Ook oefent een goede opticien zich in het geestelijk loskoppelen van de adviserende taak ten opzichte van het ondernemerschap. ,,Je moet in de adviserende fase je ondernemerschap als het ware uitschakelen. Dat je daarna graag een bril verkoopt als die nodig is, spreekt natuurlijk voor zich". Maar ook daarin liggen beperkingen. Een bril is zo gezichtsbepalend, dat alleen een verantwoorde keuze van het montuur op zijn plaats is. ,,ïk vind dat de klant er op de eerste plaats gelukkig mee moet zijn. Ook moet een bril een compliment ontlokken en dat laatste is natuurlijk weer goed voor de zaak". Die adviserende factoren in het beroep, maken het een arbeidsintensieve branche. Zo is een goede opticiën per klant gemiddeld twee uur en drie kwartier bezig (van het oogmeten tot het afleveren van de bril). ,,Het gebeurt maar zelden, dat iemand 'Geen gezicht'. Vólgens Coen Honig is de bril eep deel van iemands persoonlijkheid geworden. Een deel dat net als de inrichting van de woning of de keuze van de kleding sterk afhankelijk is van de persoonlijke voorkeur. Die voorkeur moet centraal staan bij de keuze van een bril. Dat betekent dat de opticien de toekomstige brildrager probeert te 'analyseren' om zo tot een verantwoorde keuze te komen. Niet alleen de klant moet tevreden zijn, ook de opticien moet overtuigd zijn van de keuze. Die keuze wordt in het Zeeuwse - zo merkt Honig op - in de regel door het functionele bepaald. Meer dan in bijvoorbeeld de Randstad is een bril in Zeeland allereerst een functioneel hulpmiddel. Honig erkent dat je als opticien in dergelijke gevallen niet altijd de modieuze bril kunt verkopen die je in gedachten hebt „maar toch ben ik bijzonder content met die benadering. Het scherpt je streven naar voor perfectie aan. De mensen vragen immers een kwaliteitsprodukt en dat is ook een uitdaging". „Je dient als opticien aan de vraag van de mensen te voldoen. Maar je kunt het functionele van de bril behouden en tegelijkertijd in de toekomst denken: Soms moet je mensen weieens een duwtje in de goede richting geven. We proberen mensen in positieve zin te beïnvloeden bij de keuze van een bril". Zoals gezegd is de bril anno 1989 minstens zo aan mode onderhevig dan kleding. Met pame de kleur van de bril is aan de grillen van de, ontwerpers onderhevig. Tijdens de presentatie van een nieuwe lijn worden vaak bijzonder excentrieke brillen getoond. Brillen, die ook Jacques d'Ancona niet zouden misstaan. Slechts zelden worden deze brillen echt verkocht. Door het excentrieke hier en' daar wat af te zwakken worden de monturen verkoopbaar gemaakt en blijkt er een grote marjkt te pestaan. Het is voor een opticien zaak zicht te houden op de laatste ontwikkelingen. Honig's echtgenote is verantwoordelijk voor het inkoopbeleid en door veelvuldig beurzen te bezoeken bestaat de wetenschap wat de klant wil hebben. Maar mode of geen mode; niet iedereen met minder goede ogen accepteert het dragen van een-bril. Met name jongeren lijken nog steeds bezwaar te hebben tegen het dragen ervan. Tot het veertigste levensjaar („daarna wordt de kans van slagen minder") kunnen lenzen dan uitkomst bieden. Wat Honig betreft kan de groep lenzendragers best nog wat groter worden. Maar wie 'aan de lens' wil moet zich wel goed laten informeren over de nadelen ten opzichte van de bril. Lenzen kunnen zoals gezegd uitkomst bieden, maar het is niet reëel om te denken dat er geen nadelen zijn. Een stofje op de lens is vervelend en ook een flinke bries kan het dragen van lenzen miniler aangenaam maken. Per saldo is Honig blij met het bestaan van de lpns. „Het belangrijkste is,'dat de motivatie er moet zijn om lenzen te willen,' dragen. Er moet over nagedacht zijn. Het laat je uiterlijk heel, waardoor je je prettiger kunt voelen. Dat kan een groot voordeel zijn. Maar wie lenzen draagt heeft daarbij toch een bril nodig als vervanger en dat maakt het weer wat duurder". Er zijn twee soorten lenzen. Ten eerste is er'de zuurstofdoorlaatbare harde lens, die in de volksmond wel de halfzachte lens genoemd wordt. Daarnaast is er de zichtbaar en voelbaar zachte lens, die zo'n 60% tot 70% groter is dan de harde lens. Het is moeilijk aan te geven wie welke lenzen moet dragen. De zachte lens biedt uitkomst voor sporters, maar een oogcorrectie vraagt weieens om een harde lens, die meer mogelijkheden heeft. Honig vindt een harde lens op lange termijn beter. Het comfort van de zachte is groter, maar nadelen zijn dat de lens sneller vervangen dient te worden en daardoor hoger in prijs is. Ook de bijbehorende lensvloeistof is duurder. Wat Honig betreft is er voor een aantal mensen toch reden genoeg eens na te denken over het gebruik van lenzen. De wilde verhalen maken sommigen toch wat angstig. Honig heeft iedere dag plezier in zijn werk. Factoren als creativiteit, vakmanschap, ondernemerschap en het werken als optometrist zijn bepalend voor dat plezier. Op die manier heeft Honig ziin zaak weten op te bouwen. „Maar je moet niet vergeten, dat de groei in die elf jaar mede bepaald wordt door je medewerkers". Dat moeten deskundige mensen zijn, die aan Honig's drang naar persoonlijke benadering van de klant tegemoet weten te komen. Het kopen van een bril is in principe eenvoudig en de opticien is goed bereikbaar. Maar het kiezen van een bril (en zeker de eerste) is en blijft voor veel mensen een hele stap. Daarin moet je ze als opticien bijstaan. Foto: Joop van Houdt die hier binnenloopt niets mooi zegt te vinden. Ik vraag dan meteen of hij het dragen van een bril misschien niet leuk vindt en daarop tijd dat iedereen ongeveer dezelfde bril droeg is duidelijk voorbij. Veel mensen kennen nog de eerste branche-reclame onder de titel reageert de cliënt dan met 'inderdaad, ik vind het verschrikkelijk'. Dat maakt het natuurlijk wel moeilijker voor ons" Maar in de regel vindt men wel een passende bril. Sinds de jaren zeventig is de bril een onderdeel van het modebeeld geworden. De

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1989 | | pagina 4